SJABLONEN GEBRUIKEN
Het toetsenbord op scherm verschijnt.
7
Voer het beheerderswachtwoord in met het
toetsenbord en de digitale toetsen en druk
1
op [OK].
2
De sjabloontoetsen voor de betreffende groep worden
weergegeven. Ga verder naar stap 11.
3
8
Druk op [WACHTWOORD].
4
9
Voer het wachtwoord voor de betreffende
5
privésjabloongroep in met het toetsenbord
en de digitale toetsen en druk daarna op
[OK].
6
7
10
Druk op [OK].
De sjabloontoetsen voor de betreffende groep worden
weergegeven.
11
Selecteer een lege sjabloontoets en druk
vervolgens op [OPSLAAN] (SAVE).
Vergeet niet
• Als op een toets voor een bestaande sjabloon gedrukt
wordt, kan de sjabloon overschreven worden.
12
Stel de instellingen voor de volgende items
naar wens in en druk op [OPSLAAN]
(SAVE).
• [NAAM 1]
Druk op deze toets om de naam in te voeren die
weergegeven wordt op regel 1 van de sjabloontoets. De
naam kan bestaan uit maximaal 11 alfanumerieke tekens.
• [NAAM 2]
Druk op deze toets om de naam in te voeren die
weergegeven wordt op regel 2 van de sjabloontoets. De
naam kan bestaan uit maximaal 11 alfanumerieke tekens.
- 132 -