ITEMS INSTELLEN (GEBRUIKER)
PAPIERLADE
1
Papierformaat en -type zijn voor elke papierlade in te stellen.
Vergeet niet
Raadpleeg voor instructies over hoe scherm PAPIERLADE
weer te geven de volgende pagina:
P.141 "Toegang tot menu Gebruiker"
1
Druk in scherm PAPIERLADE (DRAWER) op
2
het deel van de illustratie dat overeenkomt
met de papierlade waarvan het
papierformaat gewijzigd moet worden en
druk op de toets voor het gewenste
formaat.
3
4
Voor modellen die het papierformaat automatisch kunnen
detecteren, zorgt een keuze voor [AUTO] in plaats van de
toets voor papierformaat ervoor dat het formaat van het
papier dat in de papierladen geplaatst wordt, automatisch
ingesteld wordt.
5
Kies [AANGEPAST] (CUSTOM) en geef het papierfor-
maat in wanneer niet-standaard papier gebruikt wordt.
De volgende papierformaten zijn geschikt; Lengte: 210
tot 356 mm, Breedte: 148 tot 216 mm.
Als papier van formaat 13LG, 13,5LG, 14LG of Folio in de
papierlade geplaatst wordt, verschijnt links bovenin het
scherm bericht "Wijzig het te detecteren formaat, druk op
[FORMAAT DETECTEREN] (Change the size to be
6
detected, press [DETECT SIZE].). Druk in dat geval op
[FORMAAT DETECTEREN] (DETECT SIZE), kies een
formaat voor het geplaatste papier en druk dan op [OK].
Opmerking
• De weergegeven knoppen verschillen, afhankelijk van
het model.
7
Druk voor het wijzigen van de papiersoort van gewoon
papier in een andere soort of het aangeven van het
gebruiksdoel van het papier in de papierlade op
[PAPIERSOORT] (PAPER TYPE) en ga verder naar stap
2. Druk, als het niet nodig is een papierformaat in te
stellen, op [OK] en rond de bewerking af.
2
Druk op het gedeelte in de afbeelding dat
overeenkomt met de papierlade waarvan de
papiersoort gewijzigd moet worden, druk
op de toets voor de gewenste papiersoort
en vervolgens op [OK] om de instellingen
op te slaan.
Scherm PAPIERSOORT (PAPER TYPE) bestaat uit twee
delen: DIKTE en KENMERK.
Stel DIKTE in bij gebruik van dik papier en bij gerecycled
papier.
Stel KENMERK (ATTRIBUTE) in wanneer het papier in
de papierlade voor een specifiek doel gebruikt wordt. Als
bijvoorbeeld [INVOEGEN] (INSERT) voor een papierlade
geselecteerd wordt, zal het papier in deze papierlade
altijd gebruikt worden voor het invoegen van kopieën.
Opmerking
• De weergegeven knoppen verschillen, afhankelijk van
het model.
Vergeet niet
• Papier dat in een papierlade geplaatst is met een
DIKTE (THICKNESS) anders dan [NORMAAL]
(PLAIN), of papier dat geplaatst is in een papierlade
met KENMERK (ATTRIBUTE) anders dan [GEEN]
(NONE) ligt buiten het bereik van de Automatische
PapierSelectie (APS).
Raadpleeg de Gebruikershandleiding Basis voor
meer informatie over APS.
• Wanneer voor een papierlade een kenmerk anders dan
[GEEN] (NONE) ingesteld is, valt het papier dat in deze
papierlade geplaatst is buiten het bereik van functie
Automatisch wisselen van papierbron.
Voor meer informatie over deze functie, zie de
volgende pagina:
P.143 "KOPIËREN (COPY)"
ADRES
Via dit menu kunt u de volgende procedures uitvoeren:
P.149 "Contactpersonen beheren in het adresboek"
P.153 "Groepen beheren in het adresboek"
Vergeet niet
Raadpleeg voor instructies over hoe scherm ADRES BOEK
weer te geven de volgende pagina:
P.141 "Toegang tot menu Gebruiker"
- 148 -