INTERNETFAX
Verzonden gegevens opslaan als
bestand (internetfax en bestand)
1
Bij het verzenden van een internetfax is het ook mogelijk de
verzonden gegevens op te slaan in een gedeelde map op het
apparaat en/of een netwerkmap (REMOTE1 of 2).
Opmerking
• Om de gegevens in een netwerkmap is het nodig dat de
beheerde de configuratie van het apparaat instelt.
Raadpleeg voor meer informatie de TopAccess Guide.
2
• Internetfax en bestand is niet beschikbaar wanneer de
instelling voor geforceerde encryptie ingeschakeld is.
Raadpleeg voor meer informatie over de instellingen voor
geforceerd coderen "Items instellen/afdrukken" (
Verzonden gegevens opslaan als bestand
(internetfax en bestand)
3
1
Raadpleeg "Internetfaxen verzenden"(
P.110) en volg stap 1 t/m 5.
2
Druk op [OPSLAG] (STORAGE).
4
5
3
Als de gegevens opgeslagen moeten
worden in de gedeelde map van het
apparaat, kies dan [MFP LOKAAL] (MFP
LOCAL) en controleer of de toets oplicht.
6
7
Ga verder naar stap 6.
Vergeet niet
• Als het opslaan van gegevens naar een netwerkmap
ingeschakeld is door de beheerder, kunnen onder
[MFP LOKAAL] 2 bestemmingen worden gekozen
voor bestanden, [REMOTE 1] en [REMOTE 2]. Ga
verder naar stap 4 om [REMOTE 1] of [REMOTE 2] te
kiezen.
4
Druk op [REMOTE 1] of [REMOTE 2] om de
gegevens in een netwerkmap op te slaan.
P.140).
• Als de gekozen bestemming op afstand (REMOTE 1 of
2) door de beheerder zodanig geconfigureerd is dat u
een gewenste netwerkmap kunt ingeven, verschijnt het
scherm voor het instellen van de bestemming op
afstand. Ga verder naar stap 5.
• Als de geselecteerde bestemming op afstand
(REMOTE 1 of 2) al gedefinieerd is door de beheerder,
zodat de scans in een specifieke netwerkmap
opgeslagen worden, wordt er na het op de toets
drukken geen scherm voor het aangeven van de
bestemming getoond. In dit geval is de bestemming
niet te wijzigen. Ga verder naar stap 6. Als het nodig is
de ingestelde bestemming op afstand te wijzigen,
vraag dan de netwerkbeheerder om hulp.
5
Selecteer een map voor de bestemming op
afstand.
1) Selecteer FTP, SMB, NetWare IPX, NetWare IP of
FTPS als protocol voor overdracht van het
bestand.
2) Druk op [SERVERNAAM] (SERVER NAME),
[NETWERKPAD] (NETWORK PATH), [INLOGNAAM
GEBR.] (LOGIN USER NAME), [WACHTWOORD]
(PASSWORD) en/of [OPDRACHTPOORT]
(COMMAND PORT) en geef de bestemming voor
het bestand in.
3) Druk als laatste op [OK].
- 112 -