Scherm PRINTER / E-FILING (2/2)
Naam item
AUTOM.
Kies of privéafdruktaken en
VRIJGEVEN
vastgehouden afdruktaken automatisch
PRIVÉ/
moeten worden afgedrukt bij inloggen
VASTGEH.
op het apparaat.
AFDRUKKEN
• AAN (ON) — druk op deze knop om
(AUTO RELEASE
automatisch de privé- en
PRIVATE/HOLD
vastgehouden afdruktaken van de
PRINT)
gebruiker af te drukken wanneer er
ingelogd wordt op het apparaat.
• UIT (OFF) — druk op deze toets om
bediening van het aanraakscherm te
verplichten.
Raadpleeg voor meer informatie over
privéafdrukken en vastgehouden
afdrukken de volgende hoofdstukken
van deze handleiding.
• AFDRUKKEN VANUIT WINDOWS
• AFDRUKKEN VANUIT Macintosh
• AFDRUKTAKEN BEHEREN VANAF
HET CONFIGURATIESCHERM
Vergeet niet
• Deze optie is beschikbaar
wanneer gebruikersverificatie
ingeschakeld is.
INSTELLINGEN DRAADLOOs
(WIRELESS SETTING)
Wanneer de draadloze LAN-module geïnstalleerd is, maakt
[DRAADLOOS] het mogelijk instellingen voor deze module in
te stellen.
Deze knop is niet voor alle modellen beschikbaar.
Instellen van de infrastructuurmodus
De instellingen voor draadloos kunnen bediend worden vanaf
het configuratiescherm van het apparaat.
Bij het instellen van de apparatuur voor het draadloze netwerk
in modus infrastructuur, moeten onderstaande stappen
gevolgd worden.
1. Selecteer het netwerktype
P.203 "Selecteer het netwerktype"
2. Geef het SSID aan
P.204 "SSID aangeven"
3. Selecteer de beveiligingsmodus
P.206 "Beveiligingsmodus selecteren"
Selecteer het netwerktype
Ga eerst vanuit menu BEHEERDER (ADMIN) op het
aanraakscherm naar scherm INSTELLING DRAADLOOS
(WIRELESS SETTING) om het netwerktype voor het
draadloze netwerk te selecteren.
Opmerking
• Als niet zeker is welk netwerktype geselecteerd moet
worden, raadpleeg dan de volgende paragraaf om eerst het
juiste netwerktype vast te stellen.
Omschrijving
- 203 -
1
Druk op toets [GEBR. FUNCTIES] (USER
FUNCTIONS) op het bedieningspaneel om
naar het menu [GEBR. FUNCTIES] (USER
FUNCTIONS) te gaan.
2
Druk op [BEHEERDER] (ADMIN).
Het scherm ADMIN.WACHTWOORD wordt
weergegeven.
3
Druk op [WACHTWOORD].
Het scherm voor invoer wordt weergegeven.
4
Voer het beheerderswachtwoord in en druk
op [OK].
Het ADMIN-menu wordt weergegeven.
5
Druk op [INSTELLING DRAADLOOS]
(WIRELESS SETTING).
Menu INSTELLING DRAADLOOS (WIRELESS
SETTING) wordt weergegeven.
ITEMS INSTELLEN (BEHEERDER)
1
2
3
4
5
6
7