90 Programmakenmerken
In deze gevallen wordt de parameter niet overgezet; de backup/restore tool zal de
gebruiker waarschuwen en de mogelijkheid bieden om de parameter handmatig in te
stellen.
Gebruikers-parametersets
De omvormer heeft vier gebruikers-parametersets die in het permanente geheugen
opgeslagen kunnen worden en weer opgeroepen kunnen worden via omvormer-
parameters. Het is ook mogelijk digitale ingangen te gebruiken om te schakelen
tussen verschillende gebruikers-parametersets. Zie de beschrijvingen van
parameters 16.09...16.12.
Een gebruikers-parameterset bevat alle waarden van parametergroepen 10 tot 99
(behalve de configuratie-instellingen van de veldbusadapter-communicatie).
Omdat de gebruikers-parametersets ook de motorinstellingen bevatten, dient u er
zeker van te zijn dat de instellingen corresponderen met de motor die in de applicatie
gebruikt wordt, voordat u een gebruikersset oproept. Bij een applicatie waarin
verschillende motoren gebruikt worden met één omvormer, moet de motor ID-run bij
elke motor uitgevoerd worden en in verschillende gebruikersset opgeslagen worden.
De betreffende set kan dan opgeroepen worden wanneer van motor gewisseld wordt.
Instellingen
Parametergroep
16 Systeemparameters
Data-opslag parameters
Er zijn vier 16-bits en vier 32-bits parameters gereserveerd voor data-opslag. Deze
parameters zijn niet verbonden en kunnen gebruikt worden voor verbindings-, test-
en inbedrijfstellings-doeleinden. Er kan naar deze parameters geschreven worden en
er kan vanaf deze parameters gelezen worden door gebruik te maken van de pointer-
instellingen van andere parameters.
Instellingen
Parametergroep
49 Gegevensopslag
Drive-to-drive link
De drive-to-drive link is een in serie geschakelde RS-485 transmissielijn die basis
master/follower communicatie mogelijk maakt met één master-omvormer en
meerdere followers.
Zie het hoofdstuk
Drive-to-drive link
Instellingen
Parametergroep
57 D2D communicatie
(pagina 165).
(pagina 243).
(pagina 367).
(pagina 250).