De gebruiker kan via een parameter
omvormer zal reageren op een communicatiestoring van het bedieningspaneel of PC
tool.
Externe besturing
Bij externe besturing van de omvormer worden de stuursignalen gegeven via de
veldbusinterface (via een interne veldbus interface of een optionele
veldbusadaptermodule), de I/O-klemmen (digitale en analoge ingangen), optionele I/
O-uitbreidingsmodules of de drive-to-drive link. Externe referenties worden gegeven
via de veldbusinterface, analoge ingangen, drive-to-drive link en pulsgever-ingangen.
Er zijn twee externe besturingslocaties, EXT1 en EXT2, beschikbaar. De gebruiker
kan stuursignalen (bijv. start en stop) en besturingsmodi kiezen voor beide externe
besturingslocaties. Afhankelijk van de keuze van de gebruiker is één van de twee, of
EXT1 of EXT2, actief. De keuze tussen EXT1/EXT2 vindt plaats via digitale ingangen
of veldbuscontrolwoord.
Bedrijfsmodi van de omvormer
De omvormer kan in verschillende besturingsmodi werken.
Toerental-besturingsmodus
De motor draait met een toerental dat evenredig is aan de toerentalreferentie die aan
de omvormer meegegeven is. Deze modus kan gebruikt worden ofwel met geschat
toerental als feedback, of met een pulsgever of resolver voor een nauwkeuriger
toerental.
Toerental-besturingsmodus is beschikbaar bij zowel lokale als externe besturing.
Koppel-besturingsmodus
Het motorkoppel is evenredig aan de koppelreferentie die aan de omvormer
meegegeven is. Deze modus kan met of zonder een pulsgever of resolver gebruikt
worden. Bij gebruik van een pulsgever of resolver zorgt deze modus voor een meer
nauwkeurige en dynamische motorbesturing.
Koppel-besturingsmodus is beschikbaar bij zowel lokale als externe besturing.
Speciale besturingsmodi
Naast de bovengenoemde besturingsmodi zijn de volgende speciale besturingsmodi
mogelijk:
• Noodstopmodi OFF1 en OFF3: De omvormer stopt volgens de gedefinieerde
deceleratiehelling en modulatie van de omvormer stopt.
• Joggingmodus: De omvormer start en accelereert naar het gedefinieerde
toerental wanneer het joggingsignaal geactiveerd wordt.
Zie voor meer informatie parametergroep
Bedienplaatsen en bedrijfsmodi 57
(30.03
Lok.bed.verloren) kiezen hoe de
10 Start/stop/draair.
op pagina 126.