232
ACCESSOIRES
Wanneer geen apparatuur is
aangesloten moet het deksel
gesloten zijn, om vervuiling te
vermijden.
Kabelligging
Bij de kabelligging tussen
USBlaadaansluitingen en
accessoires op het volgende
letten:
Bedrading mag de berijder
niet hinderen.
Bedrading mag de stuuruit-
slag en de rijeigenschappen
niet beperken.
Bedrading mag niet worden
ingeklemd.
KOFFERS
met koffer
OA
Koffers openen
Sleutel 1 rechtsom draaien.
Gele vergrendeling 2 inge-
drukt houden en handgreep 3
openklappen.
Gele knop 1 naar onder druk-
ken en tegelijkertijd het kof-
ferdeksel openen.
Koffervolume instellen
Koffer openen en leegmaken.
Zwenkhendel 1 in de boven-
ste eindpositie vastklikken om
het kleinere volume te krijgen.
Zwenkhendel 1 in de onder-
ste eindpositie vastklikken om
het grotere volume te krijgen.
Koffer sluiten.
Koffers sluiten
Sleutel in het kofferslot dwars
op de rijrichting draaien.
Kofferdeksel sluiten.