178
TECHNIEK IN DETAIL
MOTORSLEEPMOMENTRE-
GELING (MSR)
met rijmodi Pro
Hoe werkt de motorsleepmo-
mentregeling?
De motorsleepmomentregeling
heeft de taak om instabiele rij-
omstandigheden door een te
hoog sleepmoment op het ach-
terwiel te voorkomen. Afhan-
kelijk van de rijbaantoestand en
de rijdynamiek kan een te hoog
sleepmoment de aandrijfslip
op het achterwiel aanzienlijk
vergroten en de rijstabiliteit
verminderen. De motorsleep-
momentregeling begrenst te
veel slip op het achterwiel tot
een veilige, van de modus en
overhellingshoek afhankelijke
doelslip.
Oorzaken voor te veel slip op
het achterwiel:
Afremmen op de motor op
een rijbaan met een lage wrij-
vingscoëfficiënt (bijv. natte
bladeren).
Happen van het achterwiel bij
het terugschakelen.
Hard aanremmen bij een
sportieve rijstijl.
Net als de tractiecontrole DTC
vergelijkt de motorsleepmo-
mentregeling de wielomtrek-
SU
snelheden van het voor- en
achterwiel. Aan de hand van
aanvullende informatie over de
overhelling kan de motorsleep-
momentregeling de slip resp.
de stabiliteitsreserve van het
achterwiel bepalen.
Is de slip groter dan de betref-
fende grenswaarde, dan wordt
het motorkoppel door het licht
openen van de gasklep ver-
hoogd. De slip wordt vermin-
derd en de motorfiets gestabili-
seerd.
Werking van de
motorsleepmomentregeling
In de rijmodi ECO, RAIN en
ROAD: Maximale stabiliteit.
In de rijmodi DYNAMIC en
DYNAMIC PRO: Hoge stabili-
teit.
In de rijmodus ENDURO: Mini-
male stabiliteit.
In de rijmodus ENDURO PRO
is de motorsleepmomentrege-
ling inactief.
DYNAMIC ESA
met Dynamic ESA
SU