Pagina 1
Gebruiksaanwijzing Gebruikershandleiding Voor een veilig en juist gebruik, zorg ervoor dat u de "Veiligheidsinformatie" leest voordat u het apparaat gebruikt.
INHOUDSOPGAVE Handleidingen voor dit apparaat........................12 Lijst met handleidingen.............................13 Kennisgeving..............................14 Belangrijk..............................14 Opmerkingen voor gebruikers........................14 Kleurenafdrukken bewaren.........................16 Hoe werkt deze handleiding?.........................18 Symbolen..............................18 Opmerkingen............................... 18 Modelspecifieke informatie..........................20 Opties en verbruiksartikelen........................20 Beschikbare eenheden en opties voor elk model..................21 Opvallende eigenschappen..........................22 Het apparaat als printer gebruiken......................22 Het apparaat als kopieerapparaat gebruiken..................24 Het apparaat als scanner gebruiken......................26 Het apparaat als faxapparaat gebruiken (uitsluitend SG 3110SFNw)..........
Pagina 4
Het apparaat aan-/uitzetten.......................... 56 Het apparaat aanzetten..........................56 Het apparaat uitzetten..........................57 Energie besparen............................57 2. Voorbereiden voor afdrukken Installatieprocedure............................59 De computer en installatieplek controleren....................60 De plek waar het apparaat moet worden geplaatst................60 De stroombron controleren......................... 62 De computer controleren waarop het apparaat moet worden aangesloten......... 63 De meegeleverde items controleren en het apparaat uitpakken..............
Pagina 5
De Gebruikershandleiding installeren en openen..................113 De Gebruikershandleiding openen wanneer er een foutmelding verschijnt in de Status Monitor..114 De Gebruikershandleiding openen vanaf de cd-rom................114 Hulpprogramma's downloaden........................116 SmartDeviceMonitor for Client.........................116 Paper (Papier)..............................117 Te gebruiken papierformaten en hoeveelheden..................117 Aandachtspunten bij het omgaan met papier..................121 Papier plaatsen..............................
Pagina 6
De apparaatstatus weergeven op een Macintosh................. 152 Afdrukken met een Macintosh........................153 Afdrukken annuleren op een Macintosh....................154 Help-functie openen op een Macintosh....................155 Macintosh-software op de cd-rom......................155 Rechtstreeks afdrukken van een digitale camera (PictBridge) (uitsluitend SG 3110SFNw)....157 Een digitale camera via een USB-kabel aansluiten om af te drukken..........157 Ondersteunde functies..........................
Pagina 7
Scaninstellingen opgeven..........................188 Het scanformaat opgeven aan de hand van het formaat van het origineel........188 Afbeeldingsbelichting aanpassen......................188 Resolutie opgeven............................. 189 De afzender van de e-mail opgeven.......................190 Scantype opgeven............................ 190 De richting van het origineel opgeven.....................190 Bijgevoegde onderwerp opgeven......................191 Bestandstypen opgeven..........................191 Bestandsnaam opgeven ..........................
Pagina 8
Inloggen..............................230 Teller................................231 De tellerstand afdrukken........................... 231 Onderhoud..............................232 Controle spuitpatroon..........................233 Printerkoppen schoonmaken........................234 Printerkoppen spoelen..........................236 Koppositie aanpassen..........................236 Registratie..............................239 Papierinvoer aanpassen........................... 241 Condens verwijderen..........................242 Systeeminstellingen............................244 Alg. eigensch............................. 244 Papierlade-instellingen..........................245 Timerinstell..............................249 Interface-instell............................250 Aandachtspunten bij het aansluiten van het apparaat op een netwerk..........257 Bestand doorzenden..........................257 Beheerderstoepassingen..........................
Pagina 9
Mappen registreren..........................292 Taal................................. 297 Gebruikerscode............................. 298 Gebruikerscodeverificatie opgeven......................299 8. Toezicht houden op het apparaat en het apparaat configureren De Status Monitor gebruiken........................301 Web Image Monitor gebruiken........................302 De startpagina weergeven........................303 Menu................................304 De apparaatinstellingen wijzigen......................305 Lijst met instellingen...........................
Pagina 10
9. Onderhoud Een inktcartridge vervangen......................... 331 De resterende hoeveelheid inkt controleren................... 331 Een inktcartridge vervangen........................332 Hoe moet u met inktcartridges omgaan?....................334 Een inktopvangeenheid vervangen......................337 Het inktafvalniveau controleren....................... 337 Een inktopvangeenheid vervangen......................338 Het apparaat schoonmaken......................... 341 De stekker schoonmaken.......................... 341 De glasplaat schoonmaken........................342 De ADF schoonmaken..........................
Pagina 11
Papierstoring in lade 2 en 3........................365 Vastgelopen papier in lade 2 en 3 verwijderen..................365 Vastgelopen papier uit de multi-handinvoer verwijderen..............367 Vastgelopen papier in de scannereenheid verwijderen................ 368 Vastgelopen papier in de automatische documentinvoer verwijderen..........370 Papierstoring in de duplexeenheid......................371 De klep van de duplexeenheid openen om vastgelopen papier te verwijderen.........372 Vastgelopen papier in de duplexeenheid verwijderen................373 Papierstoring in de duplexeenheid en lade 2 en 3................
Pagina 12
Geen papier/Lade wordt niet herkend (handinvoer)................400 Papiertype/papiergrootte komt niet overeen (Lade 1)................401 Papiertype/papiergrootte komt niet overeen (lade 2/3)..............401 Papiertype/papiergrootte komt niet overeen (handinvoer)..............401 Papiertype/papiergrootte komt niet overeen (automatisch lade selecteren)........402 Paneel open...............................402 Klep open / Inktcartridge(s) niet gedetecteerd..................403 Duplexeenheid niet gedetecteerd......................405 Cartridge bijna leeg..........................405 Cartridge leeg............................
Pagina 13
Handleidingen............................418 Elektromagnetische interferentie........................419 Specificaties..............................420 Algemene functie............................420 Printerfunctie...............................423 Functie Kopieerapparaat..........................424 Scannerfunctie............................425 Faxfunctie..............................428 Papierinvoereenheid..........................429 Handinvoer..............................430 Afdruklijst................................ 431 Beschikbare tekens............................434 Waar kan ik meer informatie krijgen?......................438 Aanbevolen verbruiksartikelen........................439 Als u Windows Terminal Service/Citrix Presentation Server/Citrix XenApp gebruikt......440 Besturingsomgeving..........................
Handleidingen voor dit apparaat Lees deze handleiding aandachtig door voor u dit apparaat in gebruik neemt. Raadpleeg de handleidingen die relevant zijn voor de handelingen die u met het apparaat wilt uitvoeren. • De media zijn afhankelijk van de handleiding. •...
Lijst met handleidingen Meegeleverde gedrukte Meegeleverde HTML- Naam handleiding handleidingen handleidingen Veiligheidsinformatie Verkorte Installatiehandleiding Starthandleiding voor scanner en fax Gebruikershandleiding...
Kennisgeving Belangrijk Tot de maximale mate die is omschreven in de betreffende wetten, is de fabrikant in geen enkel geval aansprakelijk voor enige schade die voortvloeit uit storingen van dit product, verlies van opgeslagen gegevens of het gebruik of het niet gebruiken van dit product en de gebruikershandleidingen die zijn meegeleverd.
Pagina 17
CHV260 1. Getande rubberband 2. Inktbuizen 3. Papierpersgedeelte 4. Invoerriem • Let op dat paperclips en andere vreemde objecten niet in het apparaat terechtkomen. • Nadat u de printcartridge hebt geplaatst en het apparaat voor de eerste keer aanzet, zal het klaarmaken van de printkoppen beginnen.
Het bericht "Ink Collector Almost Full" verschijnt vlak voordat de inktverzameleenheid vol is. Ook al blijft de printer bruikbaar totdat de eenheid helemaal vol is, raden wij u aan om z.s.m. contact op te nemen met uw verkoop- of servicevertegenwoordiger (op eigen kosten). •...
Pagina 19
• De inkt kan ook versmelten bij het gebruik van lijm.
Hoe werkt deze handleiding? Lees voordat u iets anders gaat doen eerst deze sectie. In deze handleiding worden Windows 7-procedures gebruikt in de voorbeelden. Procedures en schermen kunnen variëren afhankelijk van het besturingssysteem dat u gebruikt. Symbolen In deze handleiding worden de volgende symbolen gebruikt: Geeft punten aan waar u rekening mee moet houden wanneer u het apparaat gebruikt en geeft een uitleg van mogelijke oorzaken voor het vastlopen van papier, schade aan originelen of gegevensverlies.
Pagina 21
In een aantal landen worden sommige eenheden optioneel verkocht. Neem voor meer informatie contact op met uw lokale dealer.
Modelspecifieke informatie In dit gedeelte wordt uitgelegd tot welke regio uw apparaat behoort. Op de achterkant van het apparaat bevindt zich een sticker op de plaats die hieronder wordt weergegeven. De sticker bevat gegevens waarmee de regio van uw apparaat wordt geïdentificeerd. Lees wat er op de sticker staat.
De beschikbare eenheden en opties zijn afhankelijk van het model. Eenheid/optie SG 3100SNw SG 3110SFNw Papierinvoereenheid Optioneel Optioneel Multi-handinvoerlade Optioneel Optioneel PictBridge Niet beschikbaar Standaarduitrusting Faxeenheid Niet beschikbaar Standaarduitrusting USB 2.0 Standaarduitrusting Standaarduitrusting Het model SG 3100SNw biedt geen ondersteuning voor het PCL-printerstuurprogramma.
Opvallende eigenschappen In dit gedeelte wordt informatie gegeven over basisgebruik en een aantal handige functies van het apparaat. • Bepaalde functies vereisen een speciale apparaatconfiguratie. Het apparaat als printer gebruiken Om dit apparaat als printer te gebruiken, zijn er twee soorten verbindingen mogelijk: •...
CHV114 Voorbereiden voor afdrukken via een netwerk 1. Sluit het apparaat aan op het netwerk. Voor meer informatie, zie Pag. 84 "Het apparaat aansluiten via de Ethernet-interface". 2. Geef de netwerkinstellingen op, zoals het IP-adres van het apparaat. Voor meer informatie, zie Pag. 86 "Netwerkinstellingen voor Ethernet en draadloos LAN". 3.
Het apparaat als kopieerapparaat gebruiken In dit gedeelte worden een aantal handige functies van dit apparaat beschreven als het apparaat als kopieerapparaat gebruikt wordt. Kopieën vergroten of verkleinen Dit apparaat heeft vergroot- en verkleinfuncties die op kopieertaken toepasbaar zijn. CKN004 1.
Voor meer informatie, zie Pag. 170 "2-zijdig". Voorbereiden voor het kopiëren van meerdere afbeeldingen 1. Configureer de [2-z/comb]-instelling als de kopieermodus is ingeschakeld. Zie voor details Pag. 171 "Enkelzijdig combineren" en Pag. 172 "2-zijdig Combineren". Beide zijden van een identificatiebewijs op één zijde van papier kopiëren U kunt de voor- en achterkant van een identificatiebewijs of een ander klein document kopiëren op één zijde van een vel.
Het apparaat als scanner gebruiken Er zijn twee manieren om te scannen: vanaf de computer (TWAIN-scannen) en vanaf het bedieningspaneel. Scannen vanaf de computer Als u met TWAIN scant, kunt u het apparaat vanaf uw computer bedienen en originelen direct naar uw computer scannen.
Voorbereiden voor scannen vanaf een computer met een USB-verbinding 1. Sluit het apparaat aan op een computer met een USB-kabel. Voor meer informatie, zie Pag. 77 "Het apparaat aansluiten". 2. Installeer het scannerstuurprogramma op uw computer. Zie voor details Pag. 75 "De verbindingsmethode bevestigen", Pag. 79 "Snelinstallatie" en Pag.
1. Sluit het apparaat aan op het netwerk. Voor meer informatie, zie Pag. 84 "Het apparaat aansluiten via de Ethernet-interface". 2. Geef de netwerkinstellingen op, zoals het IP-adres van het apparaat. Voor meer informatie, zie Pag. 86 "Netwerkinstellingen voor Ethernet en draadloos LAN". 3.
CHV120 1. Sluit het apparaat aan op het netwerk. Voor meer informatie, zie Pag. 84 "Het apparaat aansluiten via de Ethernet-interface". 2. Geef de netwerkinstellingen op, zoals het IP-adres van het apparaat. Voor meer informatie, zie Pag. 86 "Netwerkinstellingen voor Ethernet en draadloos LAN". 3.
Gebruik als faxapparaat NL CHV130 1. Het apparaat op een telefoonlijn aansluiten Voor meer informatie, zie Pag. 109 "Aansluiten op een telefoonlijn (uitsluitend SG 3110SFNw)". 2. Configureer de netwerkinstellingen voor de telefoon. Voor meer informatie, zie Pag. 107 "Instellingen configureren voor een telefoonnetwerk (uitsluitend SG 3110SFNw)".
Voor meer informatie, zie Pag. 109 "Aansluiten op een telefoonlijn (uitsluitend SG 3110SFNw)". 2. Selecteer de ontvangstmodus van de fax. Voor meer informatie, zie Pag. 222 "Ontvangstmodus selecteren". Faxen versturen vaaf een computer (LAN-fax) U kunt een document rechtstreeks vanaf een computer via dit apparaat naar een ander faxapparaat sturen, zonder het document te hoeven afdrukken.
1. Informatie over dit product In dit hoofdstuk worden de namen en functies van de onderdelen en opties van het apparaat besproken. Overzicht van alle apparaatonderdelen Vooraanzicht CHV140 1. Scanglasplaat Originelen die in de ADF worden geplaatst, worden hier gescand. 2.
Pagina 36
1. Informatie over dit product 7. Papiergeleider Verhoog de papiergeleider om te voorkomen dat originelen van A4- of Letter-formaat van het apparaat vallen. 8. Externe telefoonaansluiting (uitsluitend SG 3110SFNw) Sluit een externe telefoon aan. 9. G3 (analoog) lijninterfaceconnector (uitsluitend SG 3110SFNw) Sluit een telefoonlijn aan.
Overzicht van alle apparaatonderdelen Achteraanzicht CHV141 1. USB-poort Poort voor het aansluiten van de USB2.0-interfacekabel. 2. Ethernet-poort Poort voor het aansluiten van de 100BASE-TX- of 10BASE-T-kabel. 3. Draadloze LAN-kabel Sluit deze aan op de Ethernet-poort als u toegang tot het apparaat wilt krijgen via draadloos LAN. 4.
Pagina 38
1. Informatie over dit product Vooraanzicht CHV160 Achteraanzicht CHV161 1. Lade 2 en 3 Wanneer u wilt afdrukken op papier dat groter is dan A4-formaat of Letter-formaat trekt u de uitvoerklep uit. Als u twee papierinvoereenheden op elkaar hebt bevestigd, is de bovenste eenheid Lade 2 en de onderste eenheid Lade 3.
Overzicht van alle apparaatonderdelen Duplexeenheid Met deze eenheid kan het apparaat automatisch dubbelzijdige afdrukken maken. CHU045 1. Knop voor het paneel van de duplexeenheid Druk op deze knop om de klep van de duplexeenheid te openen. 2. Paneel van de duplexeenheid Open deze klep om vastgelopen papier uit de duplexeenheid te verwijderen.
Pagina 40
1. Informatie over dit product CHU046 1. Knoppen voor het bevestigen en verwijderen van de multi-handinvoerlade Druk hierop voordat u de multi-handinvoerlade bevestigt of om de lade te ontgrendelen voordat u deze verwijdert. 2. Verlengstuk handinvoerlade Trek deze klep uit afhankelijk van het papierformaat. 3.
Bedieningspaneel Bedieningspaneel De bedieningspanelen die in de afbeeldingen worden weergegeven in deze handleiding komen niet geheel overeen met het bedieningspaneel van de SG 3100SNw. De afbeeldingen tonen namelijk de bedieningspanelen van SG 3110SFNw. 13 14 NL CHV008 1. Snelkiestoetsen Druk hierop om een scan- of faxbestemming te selecteren via de als snelkeuze opgeslagen invoer in het adresboek.
Pagina 42
1. Informatie over dit product 7. [Scanner]-knop Druk hierop om naar de scannermodus te gaan. De knoppen blijven branden zolang het apparaat zich in de scannermodus bevindt. 8. [Kopieerapparaat]-knop Druk hierop om naar de kopieermodus over te schakelen. De knop blijft branden zolang het apparaat zich in de kopieermodus bevindt.
Bedieningspaneel 20. Selectietoetsen Druk op de toets die overeenkomt met een item dat in de onderste regel van het scherm wordt getoond om deze te selecteren. 21. Waarschuwingsindicator Dit lampje blijft rood branden bij één van de volgende omstandigheden: • Inkt raakt op •...
1. Informatie over dit product • Voor meer informatie over de pictogrammen op dit scherm, zie Pag. 44 "Weergegeven pictogrammen op het scherm". Gebruikersinstellingen Om het menu weer te geven, drukt u op de [Gebruikersinstellingen]-knop. NL CHV051 Kopiëren Gereed [ 10 0 %] 2- z / c o mb S o r t e re n Fu n c t i e...
Pagina 45
Bedieningspaneel Scanner Gereed 10 0 % P l a at s o ri g ., g e ef be s t . o p Tot . 0 H a n dm . O pt ie s CHV005 1. Huidige status of mededelingen Toont de huidige status of meldingen.
1. Informatie over dit product • U kunt de Status Monitor ook gebruiken om te controleren wanneer elke printcartridge en de inktopvangeenheid moeten worden vervangen. Zie Pag. 378 "Verbruiksartikelen controleren". Fax (uitsluitend SG 3110SFNw) Gereed(Geh.verz) 10 0 % P l a at s o ri g ., g e ef be s t . o p Tot .
Pagina 47
Bedieningspaneel Pictogram Beschrijving Er wordt op het apparaat ingelogd met beheerdersrechten. (Er wordt niets weergegeven.) Weergavegebied van andere items Pictogram Beschrijving Er wordt een hiërarchie van instellingen voor het weergegeven item gegeven. Er worden meerdere pagina's gegeven voor het configuratiescherm. Laden 1, 2 en 3 beschikken over voldoende papier.
1. Informatie over dit product Pictogram Beschrijving U kunt tussen de fax- en internetfaxmodi schakelen. Selecteer dit item om de bestemming in te voeren van Scannen naar map. De modus Scannen naar USB is ingeschakeld als er een USB- geheugenkaart in het apparaat wordt gestoken. U kunt tussen de modi Scannen naar e-mail en Scannen naar map schakelen.
Bedieningspaneel De modus wijzigen U kunt schakelen tussen de kopieer-, scan- en faxmodi door op de relevante knoppen te drukken. Als u dit doet, brandt de knop die u hebt ingedrukt. Op het bedieningspaneel wordt het beginscherm van de geselecteerde modus weergegeven. Kopieerapparaat Gereed [1 00 % ]...
Pagina 50
1. Informatie over dit product • U kunt tijdens de beginsetup niet tussen modi schakelen. • Om een functie uit te voeren via het bedieningspaneel drukt u eerst op de functieknop om het juiste functiescherm weer te geven. • Als u op een [Programmeren]-knop drukt, wordt het geprogrammeerde item dat overeenkomt met de selectieknop weergegeven.
Eenheden en opties bevestigen en verwijderen Eenheden en opties bevestigen en verwijderen • Hieronder volgt een waarschuwing over de plastic zak die onderdeel is van het inpakmateriaal van het apparaat. • Houd de plastic materialen (zakken, etc.) die met dit apparaat zijn meegeleverd, te allen tijde uit de buurt van baby's en kleine kinderen.
Pagina 52
1. Informatie over dit product Stel de bevestigingsonderdelen van het apparaat en de papierinvoereenheid die op elkaar moeten worden bevestigd op één lijn op en laat het apparaat op de papierinvoereenheid zakken. CHV098 Pak het apparaat aan beide zijkanten in het midden vast. Til het apparaat langzaam op en wees voorzichtig.
Eenheden en opties bevestigen en verwijderen Verwijder het apparaat en plaats het op een stabiele ondergrond in de buurt. Verwijder vervolgens de papierinvoereenheid van de plek waar het apparaat was neergezet. CHV099 Pak het apparaat aan beide zijkanten in het midden vast. Til het apparaat langzaam op en wees voorzichtig.
Pagina 54
1. Informatie over dit product CHU072 • Druk op de vergrendelknoppen voor het bevestigen en verwijderen van de duplexeenheid om de duplexeenheid te ontgrendelen wanneer u deze wilt verwijderen. Druk niet op de vergrendelknoppen wanneer u de eenheid plaatst. De duplexeenheid bevestigen Druk op de [Aan/uit]-knop totdat het apparaat uit gaat en haal dan de stekker uit het stopcontact.
Eenheden en opties bevestigen en verwijderen Druk op de vergrendelknoppen aan weerskanten van de duplexeenheid en verwijder de eenheid. CHV104 De multi-handinvoer bevestigen en verwijderen In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u de multi-handinvoer kunt bevestigen en verwijderen. • Plaats het apparaat niet op een wankele of schuine ondergrond. U kunt immers lichamelijk letsel oplopen als het apparaat omvalt.
Pagina 56
1. Informatie over dit product Bevestig de multi-handinvoer terwijl u op de knoppen aan weerszijden drukt. Vervolgens duwt u de multi-handinvoer er helemaal in. CHV105 Zorg dat u de klepjes weer in de oorspronkelijke posities terugzet. Als de tabs niet naar hun oorspronkelijke posities kunnen worden teruggezet, druk de lade dan naar binnen en trek deze tegelijkertijd aan de linkerbovenkant omhoog.
Pagina 57
Eenheden en opties bevestigen en verwijderen Verwijder al het papier uit de handinvoer. Duw de verlenging van de multi-handinvoer terug als deze is uitgetrokken. Druk op de knoppen aan weerszijden van de multi-handinvoer om de eenheid te verwijderen. CHV106...
1. Informatie over dit product Het apparaat aan-/uitzetten • Zet het apparaat uit door de [Aan/uit]-knop op het bedieningspaneel ingedrukt te houden. Als u de stekker uit het stopcontact haalt, kan het inktgebruik voor onderhoud toenemen. Stroomvoorziening • [Stroom]-knop (rechterkant van het bedieningspaneel) Druk hierop om het apparaat aan te zetten.
Het apparaat aan-/uitzetten Als het apparaat opwarmt, knippert de [Stroom]-knop en wordt het bericht "Initializing..." weergegeven. Als het apparaat kan afdrukken, wordt het bericht "Gereed" weergegeven. • Als het apparaat niet inschakelt als u op de [Aan/uit]-knop drukt, controleer dan of de stekker op de juiste wijze in het stopcontact is gestoken.
Pagina 60
1. Informatie over dit product • Er een origineel in de ADF is geplaatst • De rechtervoorklep wordt geopend • Er een firmware-update wordt ontvangen • Er een afdrukverzoek op afstand (afdrukken via de printfunctie of het afdrukken van een ontvangen fax) wordt ontvangen •...
2. Voorbereiden voor afdrukken In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u het apparaat installeert en instelt. Installatieprocedure In dit gedeelte worden de noodzakelijke handelingen voor afdrukken beschreven. Installeer het apparaat en stel deze in door de stappen in de aangegeven volgorde uit te voeren. Stap Handeling Referentie voor meer informatie...
2. Voorbereiden voor afdrukken De computer en installatieplek controleren De plaats waar u het apparaat neerzet moet met zorg worden gekozen, omdat de omgevingscondities een grote invloed hebben op de prestaties van het apparaat. De plek waar het apparaat moet worden geplaatst •...
Pagina 63
De computer en installatieplek controleren • radio's, televisies of andere elektronische systemen • ruimten met hoge/lage temperaturen of een hoge/lage luchtvochtigheid • luchtbevochtigingsapparaten • oliekachels en ammonia-uitstotende apparaten (zoals diazo-kopieerapparaten) Kies een vlak, stabiel oppervlak om het apparaat te installeren. •...
2. Voorbereiden voor afdrukken CHV033 a. 59 cm b. 10 cm c. 45 cm d. 3 cm e. 13 cm * Als de multi-handinvoer is bevestigd, dient de vrije ruimte 30 cm te zijn. De stroombron controleren • Gebruik geen andere stroombronnen dan degene die overeenkomen met de getoonde specificaties.
De computer en installatieplek controleren • Het aanraken van de punten van de stekker met een metalen voorwerp kan resulteren in brand en/of elektrische schokken. • Het is gevaarlijk om de netsnoerstekker vast te pakken met natte handen. Als u het wel aanraakt, kunt u een elektrische schok krijgen.
Pagina 66
2. Voorbereiden voor afdrukken 50 MB of meer vrije ruimte op de harde schijf • Om dit apparaat te kunnen gebruiken, moet uw computer ten minste over de hoeveelheid geheugen beschikken die noodzakelijk is om het besturingssysteem ervan uit te voeren.
De meegeleverde items controleren en het apparaat uitpakken De meegeleverde items controleren en het apparaat uitpakken • Hieronder volgt een waarschuwing over de plastic zak die onderdeel is van het inpakmateriaal van het apparaat. • Houd de plastic materialen (zakken, etc.) die met dit apparaat zijn meegeleverd, te allen tijde uit de buurt van baby's en kleine kinderen.
Pagina 68
2. Voorbereiden voor afdrukken • Veiligheidsinformatie • Starthandleiding voor scanner en fax • Cd-rom Verwijder de beschermende verpakking. Verwijder de plastic zak. Til het apparaat op en verplaats het naar de plek waar u het apparaat wilt neerzetten. Pak het apparaat met behulp van de grepen aan beide zijkanten aan de onderkant vast, zoals wordt afgebeeld.
De printcartridges plaatsen De printcartridges plaatsen • Bewaar inkt en inktcartridges buiten bereik van kinderen. • Als er inkt in uw ogen komt, moet u dit direct uitspoelen onder stromend water. Raadpleeg indien nodig een arts. • Bij doorslikken van inkt moet u met een sterke zoutoplossing braken opwekken. Raadpleeg onmiddellijk een arts.
Pagina 70
2. Voorbereiden voor afdrukken Verwijder de verpakking van de printcartridges. Raak de inkttoevoerpoorten of siliconen onderlaag van printcartridges niet aan. Open het rechter voorpaneel. CHV077 Controleer de richting van elke cartridge en plaats ze vervolgens voorzichtig. CHV078 Plaats de cartridges in de volgende volgorde vanaf links: zwart, cyaan, magenta en geel. Duw elk cartridge op zijn plaats.
Het netsnoer aansluiten en het apparaat aanzetten Het netsnoer aansluiten en het apparaat aanzetten Voordat u het apparaat op een computer aansluit, steekt u het netsnoer in het stopcontact en zet u het apparaat aan. • Gebruik geen andere stroombronnen dan degene die overeenkomen met de getoonde specificaties in deze handleiding.
Pagina 72
2. Voorbereiden voor afdrukken • Zorg ervoor dat de stekker van het snoer goed in het stopcontact zit. Gedeeltelijk ingestoken stekkers zorgen voor een instabiele aansluiting die kan leiden tot een onveilige ophoping van warmte. • Wanneer u de stekker uit het stopcontact haalt, trek dan aan de stekker, niet aan het snoer. Als u aan het snoer trekt, kunt u het netsnoer beschadigen.
Pagina 73
Het netsnoer aansluiten en het apparaat aanzetten Druk op de toets [Power]. CHV050 Het apparaat voert inkt naar de printkoppen. Gebruik het apparaat gedurende zes minuten niet tot het bericht "Gereed" wordt weergegeven. Haal de stekker niet uit het stopcontact als er inkt wordt toegevoerd. Mogelijk hoort u een klikgeluid tijdens het vullen van de printkoppen.
2. Voorbereiden voor afdrukken Eerste setup Als u het apparaat voor de eerste keer aanzet, zal er een menu worden weergegeven op het display waarin u de instellingen die hieronder staan, kunt configureren. In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de eerste setup kunt voltooien.
Eerste setup 6. Druk op [ ] of [ ] om [Faxinformatie programmeren] weer te geven, en druk vervolgens op [OK]. 7. Druk op [ ] of [ ] om [Eigen faxnummer] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]- knop.
Pagina 76
2. Voorbereiden voor afdrukken Jaar, maand, dag • Tijd Uur, minuut, seconde Tijdnotatie: 24 uur 1. Druk op de toets [Gebruikersinstellingen]. 2. Druk op [Inloggen]. 3. Voer het log-inwachtwoord in en druk vervolgens op de knop [OK]. 4. Druk op [ ] of [ ] om [Systeeminstel.] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]-knop. 5.
Als het apparaat op een netwerk is aangesloten, installeer dan de noodzakelijke software door de meegeleverde cd-rom in uw computer te plaatsen en dan op [Netwerk snelinstallatie], [PCL/RPCS Raster printerstuurprogramma's] (SG 3110SFNw), [Printerstuurprogramma] (SG 3100SNw), [TWAIN/WIA-netwerkstuurprogramma] of [LAN-fax netwerkstuurprogramma] te klikken. Zie Pag.
Pagina 78
Geïnstalleerde software Snelinstallatie voor Netwerk Printerstuurprogramma PCL/RPCS Raster printerstuurprogramma's Printerstuurprogramma (SG 3110SFNw) Printer Driver (SG 3100SNw) TWAIN/WIA-stuurprogramma TWAIN-stuurprogramma LAN-faxstuurprogramma (SG 3110SFNw) LAN-faxstuurprogramma • Met een netwerkverbinding kunt u de Windows-printerpoort gebruiken om afdruktaken direct naar de printer te versturen (peer-to-peer overdracht) of het apparaat gebruiken als een netwerkprinter en afdruktaken vanaf een clientcomputer via een afdrukserver naar het apparaat versturen.
In dit onderdeel wordt uitgelegd hoe u het apparaat via een USB-kabel op een computer aansluit en hoe u de software installeert met [Snelinstallatie voor USB], [PCL/RPCS Raster printerstuurprogramma's] (SG 3110SFNw), [Printerstuurprogramma] (SG 3100SNw), [TWAIN/WIA- stuurprogramma] en [LAN-faxstuurprogramma] (SG 3110SFNw).
Pagina 80
2. Voorbereiden voor afdrukken CHV076 Zorg dat het apparaat is uitgeschakeld. Zet de computer aan. Sluit alle toepassingen die momenteel worden uitgevoerd. Als de wizard "Nieuwe hardware toevoegen" wordt weergegeven, klikt u op [Annuleren] en zet u het apparaat uit. Open het ADF-paneel.
De computer aansluiten en de software installeren (USB-verbinding) Verwijder het zegel van de USB-poort, sluit de zeskantige plug van de USB-kabel (type B) aan op de poort en druk deze stevig aan. CHV107 Sluit het klepje van de poort. Plaats de rechthoekige connector (type A) van de USB-kabel stevig in de USB-ingang van de computer.
De printerstuurprogramma's installeren In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u alleen het printerstuurprogramma kunt installeren wanneer het apparaat via USB met een computer is verbonden. Het model SG 3100SNw biedt geen ondersteuning voor het PCL-printerstuurprogramma. Als u het printerstuurprogramma heeft geïnstalleerd door [Snelinstallatie voor USB] uit te voeren, hoeft u het niet nogmaals te installeren.
Pagina 83
De computer aansluiten en de software installeren (USB-verbinding) CHV076 Plaats de cd-rom in het cd-romstation van de computer. Sluit alle andere toepassingen die momenteel worden uitgevoerd. Selecteer een taal voor de interface en klik vervolgens op [OK]. Klik op [PCL/RPCS Raster printerstuurprogramma's] of [Printer driver]. Lees de volledige licentieovereenkomst zorgvuldig door.
2. Voorbereiden voor afdrukken De printer delen In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u de printer kunt delen op een netwerk door deze via USB aan te sluiten. Als u de printer wilt delen, geeft u de instellingen om de printer te delen op de computer waarop deze is aangesloten op, zodat de computer als afdrukserver dient.
Pagina 85
De computer aansluiten en de software installeren (USB-verbinding) Klik op [Geavanceerde instellingen voor delen wijzigen]. In Windows XP of Windows Server 2008 klikt u op [LAN-verbinding] om dit item te markeren en vervolgens klikt u in het menu [Bestand] op [Eigenschappen] en gaat u naar stap 6. In Windows Vista klikt u in het gedeelte [Delen en verkennen] op [Uit] of [Aan] naast [Printer delen] en gaat u naar stap 6.
2. Voorbereiden voor afdrukken De computer aansluiten en de software installeren (netwerkverbinding) Nadat u de hardware hebt ingesteld en een proefafdruk hebt gemaakt, sluit u het apparaat aan op uw computer. In dit onderdeel wordt uitgelegd hoe het apparaat op een computer kan worden aangesloten via ethernet of een draadloos LAN en hoe u de volgende items kunt gebruiken: [Netwerksnelinstallatie], [PCL/RPCS Raster printerstuurprogramma's] (SG 3110SFNw), [Printerstuurprogramma] (SG 3100SNw), [TWAIN/WIA-stuurprogramma] en [LAN-faxstuurprogramma] (SG 3110SFNw).
Pagina 87
De computer aansluiten en de software installeren (netwerkverbinding) Open het klepje van de poort. CHV257 Trek de draadloos LAN-kabel eruit en plaats vervolgens de ethernetkabel in de poort. CHV128 Berg de draadloze LAN-kabel op de daarvoor bestemde plek op. CHV162 Sluit het andere einde van de kabel aan op het netwerk van het apparaat, bijvoorbeeld een hub.
2. Voorbereiden voor afdrukken CHV009 1. Indicatielampje (groen) Brandt als het apparaat goed is aangesloten op het netwerk. 2. Indicatielampje (geel) Brandt wanneer het apparaat gegevens via het netwerk verzendt of ontvangt. Sluit het klepje van de poort. Sluit de klep van de ADF en druk deze stevig omlaag tot deze vastklikt. Netwerkinstellingen voor Ethernet en draadloos LAN Pas de volgende netwerkinstellingen toe in overeenstemming met de netwerkinterface die u gebruikt.
De computer aansluiten en de software installeren (netwerkverbinding) Naam instelling Waarde DDNS Configuratie Actief SNMPv3 comm. toestaan Codering/Cleartext SSL-/TLS-communicatie toestaan Cijfertekst/Cleartext Auto. e-mailmelding Inactief In het volgende voorbeeld wordt uitgelegd hoe u een IPv4-adres kunt toewijzen. Druk op de toets [Gebruikersinstellingen]. Druk op [Inloggen].
2. Voorbereiden voor afdrukken • De Ad-hoc modus wordt niet ondersteund. • Ethernet en draadloos LAN kunnen niet tegelijkertijd worden gebruikt. • Als u van LAN via Ethernet wil overschakelen naar draadloos LAN, moet u eerst de kabel voor draadloos LAN op de Ethernetkaart aansluiten. Anders kan draadloos LAN niet worden gebruikt.
De computer aansluiten en de software installeren (netwerkverbinding) Selecteer [Drukknopmethode] of [PIN-methode] die van toepassing is op de netwerkverbinding via de toegangspunten die u kunt gebruiken. Geef deze instellingen op aan de hand van uw besturingssysteem. Voor informatie over de configuratie en functies van het toegangspunt met draadloos LAN of de router die in gebruik is, raadpleegt u de handleiding die met het apparaat is meegeleverd.
Pagina 92
2. Voorbereiden voor afdrukken Als de verbinding succesvol is, wordt "Verbinding met AP gelukt. " weergegeven. Als de verbinding mislukt is, wordt "Verbinding met AP is mislukt. " weergegeven. Als dit het geval is, gaat u terug naar stap 9. Als het probleem zich blijft voordoen, controleert u of het toegangspunt juist werkt.
Pagina 93
De computer aansluiten en de software installeren (netwerkverbinding) PIN-methode: Verbind. Voer de PIN van het apparaat in op de internetpagina van het toegangspunt. Zie voor meer informatie de handleiding die met het toegangspunt van het draadloos LAN is meegeleverd. Voer WPS (PIN-systeem) uit vanaf de webpagina van het toegangspunt. Druk op [Verbinding maken].
2. Voorbereiden voor afdrukken Druk op [SSID]. Als al een SSID is ingesteld, kunt u de huidige SSID-instelling controleren. Voer de tekens in en druk vervolgens op de [OK]-knop. De tekens die kunnen worden gebruikt zijn ASCII 0x20-0x7e (32 tekens). De SSID kan ook worden ingesteld met behulp van een Web Image Monitor.
De computer aansluiten en de software installeren (netwerkverbinding) Druk op [ ] of [ ] om [IEEE 802.11] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]-knop. Druk op [ ] of [ ] om [Gedet. inst.] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]-knop. Druk op [ ] of [ ] om [WPA] weer te geven en druk vervolgens op [OK].
2. Voorbereiden voor afdrukken Voer het coderingswachtwoord in en druk op [OK]. • Als u [WPA-EAP] bij [Encryption] hebt geselecteerd, of [WPA2 (AES)] bij [WPA], geef dan [EAP Type] op. • Als u de verificatieserver gebruikt, geef dan [EAP Type], [EAP User ID], [RADIUS User Name] en [RADIUS User Password] op om de beveiliging uit te breiden.
De computer aansluiten en de software installeren (netwerkverbinding) • Het installatieprogramma wordt automatisch gestart (Auto Run) als u de cd-rom plaatst. Het is mogelijk dat 'Automatisch afspelen' met bepaalde instellingen van het besturingssysteem niet werkt. Is dit het geval, dubbelklik dan op "SETUP.EXE" in de hoofdmap van de cd-rom of klik op [Run SETUP.EXE] in het dialoogvenster [AutoPlay].
2. Voorbereiden voor afdrukken Besturingssysteem Beschikbare poorten SmartDeviceMonitor for Client-poort Windows XP Standaard TCP/IP-poort Windows Server 2003/2003 R2 Internetpoort LPR-poort Als een netwerkprinter gebruiken Deze printer kan als de Windows-netwerkprinter worden gebruikt. Zie Pag. 103 "De printer als Windows-netwerkprinter gebruiken". CHV154 Standaard TCP/IP-poort gebruiken In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u het printerstuurprogramma (TCP/IP) kunt installeren en de...
Pagina 99
Selecteer het programma dat u wilt gebruiken en klik op [Volgende >]. (SG 3110SFNw) Klik op [Sluit aan op een printerpoort of LAN] en klik vervolgens op [Volgende >]. (SG 3100SNw) • Als u automatisch naar printers wilt zoeken, selecteert u [Automatisch naar printers zoeken] en volgt u de instructies van de wizard.
Selecteer het programma dat u wilt gebruiken en klik op [Volgende >]. (SG 3110SFNw) Klik op [Sluit aan op een printerpoort of LAN] en klik vervolgens op [Volgende >]. (SG 3100SNw) • Als u automatisch naar printers wilt zoeken, selecteert u [Automatisch naar printers zoeken] en volgt u de instructies van de wizard.
De computer aansluiten en de software installeren (netwerkverbinding) Geef aan of u de Status Monitor wel of niet automatisch wilt openen en klik daarna op [Volgende >]. Klik op [Voltooien]. Als er een dialoogvenster wordt weergegeven waarin wordt gevraagd of u de computer opnieuw wilt opstarten, selecteert u [Ja, nu opnieuw opstarten.] en klikt u op [Voltooien].
Pagina 102
2. Voorbereiden voor afdrukken Klik op [Volgende]. Klik op [Heb schijf...]. Plaats de cd-rom in het cd-romstation van de computer. Klik op [Sluiten] als het dialoogvenster [Automatisch afspelen] wordt geopend. Klik op [Bladeren...] en specificeer vervolgens een locatie voor het printerstuurprogramma.
De computer aansluiten en de software installeren (netwerkverbinding) Klik op [Stuurprogramma's zoeken en installeren (aanbevolen)]. Als het dialoogvenster [Regeling gebruikersaccount] wordt weergegeven, klikt u op [Doorgaan]. Klik op [Op mijn computer naar stuurprogramma's zoeken (geavanceerd)]. Plaats de cd-rom in het cd-romstation van de computer. Klik op [Sluiten] als het dialoogvenster [Automatisch afspelen] wordt geopend.
Pagina 104
Selecteer het programma dat u wilt gebruiken en klik op [Volgende >]. (SG 3110SFNw) Klik op [Sluit aan op een printerpoort of LAN] en klik vervolgens op [Volgende >]. (SG 3100SNw) • Als u automatisch naar printers wilt zoeken, selecteert u [Automatisch naar printers zoeken] en volgt u de instructies van de wizard.
Pagina 105
Selecteer het programma dat u wilt gebruiken en klik op [Volgende >]. (SG 3110SFNw) Klik op [Sluit aan op een printerpoort of LAN] en klik vervolgens op [Volgende >]. (SG 3100SNw) • Als u automatisch naar printers wilt zoeken, selecteert u [Automatisch naar printers zoeken] en...
Pagina 106
2. Voorbereiden voor afdrukken • Als u naar het IP-adres van een printer wilt zoeken, selecteert u [Zoeken naar printers op IP- adres] en volgt u de instructies van de wizard. • Als u niet naar een printer wilt zoeken, selecteert u [Do not search]. In dit voorbeeld is [Do not search] geselecteerd.
De computer aansluiten en de software installeren (netwerkverbinding) Andere stuurprogramma's installeren De TWAIN Driver installeren Volg de onderstaande procedure om alleen het TWAIN-stuurprogramma te installeren. Om de TWAIN- scanfunctie te gebruiken, dient u het TWAIN-stuurprogramma op de clientcomputer te installeren. •...
Pagina 108
2. Voorbereiden voor afdrukken Het LAN-fax-stuurprogramma installeren (uitsluitend SG 3110SFNw) Volg de onderstaande procedure om alleen het LAN-faxstuurprogramma te installeren. • Voor Windows XP/Vista/7 en Windows Server 2003/2003 R2/2008/2008 R2 meldt u zich aan als een beheerder (een gebruiker met beheerdersrechten). •...
Instellingen configureren voor een telefoonnetwerk (uitsluitend SG 3110SFNw) Instellingen configureren voor een telefoonnetwerk (uitsluitend SG 3110SFNw) Het type telefoonlijn selecteren Selecteer het telefoonlijntype volgens uw telefoonlijndienst. Er zijn twee types: kiezen met toon of kiezen met puls. Deze functie is in sommige regio's niet beschikbaar. Druk op de toets [Gebruikersinstellingen].
2. Voorbereiden voor afdrukken Druk op [ ] of [ ] om [Lijn/Buitenlijn] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]- knop. Druk op [ ] of [ ] om [Lijn] of [Buitenlijn] weer te geven en druk op [OK]. Druk op de toets [Escape].
Aansluiten op een telefoonlijn (uitsluitend SG 3110SFNw) Aansluiten op een telefoonlijn (uitsluitend SG 3110SFNw) U kunt het apparaat direct aansluiten op het algemeen gebruikte telefoonnetwerk (PSTN) of via een telefooncentrale die voor een bedrijf gebruikt wordt (PBX). U kunt ook een externe telefoon aansluiten om dezelfde telefoonlijn te gebruiken voor gesprekken. (voornamelijk in Noord-Amerika) •...
Pagina 112
2. Voorbereiden voor afdrukken Verwijder het paneel voor de kabels. CHV109 Sluit een telefoonlijnsnoer aan op LINE. CHV110 Als u een externe telefoon gebruikt, sluit de telefoon dan aan op TEL. CHV111...
Pagina 113
Aansluiten op een telefoonlijn (uitsluitend SG 3110SFNw) Duw het telefoonlijnsnoer door de opening in de klep. CHV112 Plaats de klep terug op zijn plek. CHV109 Sluit de klep van de ADF en druk deze stevig omlaag tot deze vastklikt. • Nadat u het apparaat op de telefoonlijn hebt aangesloten, kunt u de instellingen voor het telefoonnetwerk en de faxontvangstmodus configureren.
Pagina 114
2. Voorbereiden voor afdrukken • Voor meer informatie over [Faxinformatie programmeren], zie Pag. 280 "Faxeigenschappen (uitsluitend SG 3110SFNw)".
De Gebruikershandleiding installeren en openen De Gebruikershandleiding installeren en openen Volg de onderstaande procedure om de Gebruikershandleiding te installeren. Plaats de cd-rom in het cd-romstation van de computer. Sluit alle andere toepassingen die momenteel worden uitgevoerd. Het installatieprogramma wordt automatisch gestart (Auto Run) als u de cd-rom plaatst. Het is mogelijk dat 'Automatisch afspelen' met bepaalde instellingen van het besturingssysteem niet werkt.
2. Voorbereiden voor afdrukken • Als een niet-aangeraden webbrowser wordt gebruikt, kan alleen de vereenvoudigde handleiding worden weergegeven. • Afhankelijk van het besturingssysteem van uw computer, is de HTML-handleiding die u kiest een van de volgende: • Standaardversie • Vereenvoudigde versie •...
Pagina 117
De Gebruikershandleiding installeren en openen Is dit het geval, dubbelklik dan op "SETUP.EXE" in de hoofdmap van de cd-rom of klik op [Run SETUP.EXE] in het dialoogvenster [AutoPlay]. Selecteer een taal voor de interface en klik vervolgens op [OK]. Klik op [HTML-handleidingen lezen]. De internetbrowser wordt geopend en vervolgens wordt de Gebruikershandleiding weergegeven.
2. Voorbereiden voor afdrukken Hulpprogramma's downloaden Deze sectie geeft uitleg over de hulpprogramma's voor dit apparaat (software). SmartDeviceMonitor for Client Met SmartDeviceMonitor for Client kunt u allerlei gegevens beheren en afdrukken, zoals bestanden die zijn gemaakt met een toepassing, afbeeldingen die zijn gescand met een scanner en bestaande afbeeldingen als één document.
Paper (Papier) Paper (Papier) In dit gedeelte worden de beschikbare papiertypen beschreven en wordt uitgelegd hoe u papier plaatst. Te gebruiken papierformaten en hoeveelheden Lade 1 Type Grootte Papiercapaciteit Normaal papier / normaal A4 (210 × 297 mm) Lade: 250 vellen inkjetpapier A5 (148 ×...
Pagina 120
2. Voorbereiden voor afdrukken Type Grootte Papiercapaciteit Normaal papier / normaal Aangepaste papierformaten Lade: 250 vellen inkjetpapier (voornamelijk in Europa en Uitvoer: 100 vellen Azië) Verticaal: 139,7 - 297,0 mm (5,50- 11,69 inch) Horizontaal: 88 – 216 mm (3,47- 8,50 inch) (voornamelijk in Noord- Amerika) Verticaal: 139,7 - 356,0 mm...
Pagina 121
Paper (Papier) Lade 2/Lade 3 Type Grootte Papiercapaciteit Normaal papier / normaal A4 (210 × 297 mm) Lade: 250 vellen inkjetpapier A5 (148 × 210 mm) Uitvoer: 100 vellen A6 (105 × 148 mm) B5 JIS (182 × 257 mm) Letter (8 "...
Pagina 122
2. Voorbereiden voor afdrukken Handinvoer Type Grootte Papiercapaciteit Normaal papier / normaal A4 (210 × 297 mm) Lade: 100 vellen inkjetpapier A5 (148 × 210 mm) Uitvoer: 100 vellen A6 (105 × 148 mm) B5 JIS (182 × 257 mm) Letter (8 "...
Paper (Papier) Geschikte papierformaten voor dubbelzijdig afdrukken Type Grootte Normaal papier / normaal inkjetpapier A4 (210 × 297 mm) A5 (148 × 210 mm) A6 (105 × 148 mm) B5 JIS (182 × 257 mm) Letter (8 " × 11") ×...
Pagina 124
2. Voorbereiden voor afdrukken CHU023 • Voordat u enveloppen plaatst, moet u zorgen dat de randen niet gekreukt zijn. Strijk daarom met een pen of een vergelijkbaar object over de randen. CHU024 Ongeschikt papier • gekreukt, gevouwen of beschadigd • golvend aan de uiteinden •...
Paper (Papier) • Zelfs als compatibele papiertypen worden gebruikt, kan de afdrukkwaliteit lager zijn dan gebruikelijk of kunnen papierstoringen optreden als het papier niet op de juiste wijze is bewaard. Aandachtspunten bij het bewaren van papier Als papier onder slechte omstandigheden wordt bewaard, kan zelfs papier dat geschikt is voor afdrukken papierstoringen, een slechte afdrukkwaliteit of storingen van het apparaat veroorzaken.
Pagina 126
2. Voorbereiden voor afdrukken veel inkt gebruiken). Als er inktvlekken verschijnen, stel dan [Afdrukkwaliteit selecteren:] in op [Kwaliteit prioriteit] of [Snelheid prioriteit]. Dit kan de inktvlekken tegenhouden. • Mogelijk laat de roller vlekken achter op afdrukken. • Dubbelzijdig afdrukken wordt niet ondersteund. •...
Pagina 127
Paper (Papier) Wanneer u op enveloppen afdrukt, gelden de volgende beperkingen voor het afdrukgebied. CHU028 a. Uitvoerrichting b. Afdrukbaar gebied c. 8 mm d. 38 mm e. 3 mm...
2. Voorbereiden voor afdrukken Papier plaatsen Plaats papier in de papierlade. • Pas tijdens het bijvullen van papier op dat uw vingers niet vast komen te zitten of dat u ze verwondt. Lade 1-3 Plaats het papier met de te bedrukken zijde naar beneden. In staande richting valt de bovenkant van het document samen met de voorkant van het vel.
Papier plaatsen Afdrukken op enveloppen • Plaats het papier met de afdrukzijde omlaag in lade 1. • Plaats het papier in de handinvoer met de afdrukzijde naar boven. • Voordat u enveloppen plaatst, moet u zorgen dat de randen niet gekreukt zijn. Strijk daarom met een pen of een vergelijkbaar object over de randen.
Pagina 130
2. Voorbereiden voor afdrukken Knijp in de greep van de papiergeleider aan de rechterkant, schuif de papiergeleiders zodat ze aansluiten op het papierformaat dat u wilt plaatsen en druk dan de eindpapiergeleider tot er ruimte tussen zit. CHU098 Plaats het papier met de afdrukzijde omlaag en plaats niet meer papier dan de limietmarkering aangeeft.
Papier plaatsen Duw de lade voorzichtig terug in de printer totdat deze niet verder kan. CHV037 Zorg dat de uitvoerklep is gesloten voordat u lade 1 terugduwt. Trek de verlenging van de uitvoerklep uit. CHV038 De papierlade verlengen om papier te plaatsen Houd het handvat van de lade vast, trek de lade voor de helft naar buiten, til de lade enigszins omhoog ( ) en trek de lade vervolgens verder naar buiten ( ).
Pagina 132
2. Voorbereiden voor afdrukken Controleer of er geen papier in het apparaat is achtergebleven als u de lade eruit hebt getrokken. Verwijder alle resterende papier indien nodig. Schuif beide klepjes naar de buitenkant van de lade en laat dan de vergrendeling los. CHU101 Trek het verlengstuk van de lade uit.
Pagina 133
Papier plaatsen Knijp in de greep van de papiergeleider aan de rechterkant, schuif de papiergeleiders zodat ze aansluiten op het papierformaat dat u wilt plaatsen en druk dan de eindpapiergeleider tot er ruimte tussen zit. CHU104 Plaats het papier met de afdrukzijde omlaag en plaats niet meer papier dan de limietmarkering aangeeft.
2. Voorbereiden voor afdrukken Duw de lade voorzichtig terug in de printer totdat deze niet verder kan. CHV040 Trek de verlenging van de uitvoerklep uit. CHV041 • Gebruik de uitvoerklep niet voor papier van A4-formaat (Letter) of kleiner. Papier in de handinvoer plaatsen In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u A4-vellen in de handinvoer moet plaatsen.
Pagina 135
Papier plaatsen Trek de verlenging van de handinvoerlade uit en pas de positie van de papiergeleider aan zodat deze aansluit op het papier dat u wilt plaatsen. CHV042 Druk op de greep aan de zijkant van de papiergeleider terwijl u de geleider schuift. Pas de positie van de papiergeleider aan voordat u papier plaatst.
2. Voorbereiden voor afdrukken Originelen plaatsen Dit onderdeel geeft uitleg over de soorten originelen die u kunt instellen en hoe u originelen moet plaatsen. Originelen Dit onderdeel geeft uitleg over de soorten originelen die u kunt plaatsen en welke delen van een origineel niet scanbaar zijn.
Pagina 137
Originelen plaatsen • Originelen met een coating, zoals thermisch faxpapier, kunstdrukpapier, aluminiumfolie, carbonpapier of geleidend papier • Originelen met perforatielijnen • Originelen met duimgrepen, etiketten en uitstekende delen • Klevende originelen zoals halfdoorschijnend papier • Dunne, zeer buigzame originelen • Dikke originelen zoals briefkaarten •...
2. Voorbereiden voor afdrukken Marges bij gebruik van de ADF In de kopieermodus In scanmodus In faxmodus Boven 0 ± 3,5 mm (0 ± 0,14 0 ± 3,5 mm (0 ± 0,14 0 ± 3,5 mm (0 ± 0,14 inch) inch) inch) Rechts...
Originelen plaatsen Leg het origineel met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat. Het vel moet in de linkerbovenhoek worden uitgelijnd. CHV088 Laat de ADF zakken. Druk de ADF met uw handen omlaag als u dik, gevouwen of ingebonden originelen gebruikt en de ADF niet geheel dicht kan.
Pagina 140
2. Voorbereiden voor afdrukken Plaats de uitgelijnde originelen met de zijde naar boven maar niet hoger dan de limietmarkering in de ADF. De laatste pagina moet onderaan worden geplaatst. CHV087...
Tekens invoeren Tekens invoeren In dit onderdeel wordt uitgelegd hoe u tekens kunt invoeren met het bedieningspaneel als u de instellingen van het apparaat configureert. Gebruik de toetsen als volgt om tekens in te voeren. Een cijfer invoeren Druk op een cijfertoets. Een teken verwijderen Druk op de toets [Wis/Stop].
3. De printerfunctie gebruiken In dit hoofdstuk wordt uitleg gegeven over het gebruik van de printfuncties. De uitleg hieronder is gebaseerd op RPCS-rasterprinterstuurprogramma's. Het dialoogvenster van het printerstuurprogramma openen Het dialoogvenster [Eigenschappen van printer] openen Klik in het menu [Start] op [Apparaten en printers]. In Windows Vista of Windows Server 2008 klikt u op [Configuratiescherm].
Pagina 144
3. De printerfunctie gebruiken Wijzigingen die hier worden gemaakt, gelden alleen voor deze toepassing. Als u afdrukt via een andere toepassing, wordt deze instelling niet toegepast. Sommige toepassingen kunnen de instellingen van het printerstuurprogramma automatisch wijzigen. De onderstaande procedure is een voorbeeld voor NotePad (meegeleverd met het standaardpakket van Windows).
Instellingen opgeven op het tabblad [Accessoires] Instellingen opgeven op het tabblad [Accessoires] Voorwaarden voor bidirectionele communicatie Als bidirectionele communicatie is ingeschakeld, wordt de apparaatinformatie automatisch naar uw computer verstuurd. U kunt ook de apparaatstatus controleren vanaf uw computer. Als bidirectionele communicatie is ingeschakeld en de optie niet wordt herkend, zet u het apparaat uit en weer aan.
Pagina 146
3. De printerfunctie gebruiken Selecteer de geïnstalleerde opties in het gedeelte [Opties]. Klik op [Instellingen invoerlade wijzigen...]. Selecteer de lade in de lijst [Invoerlade:]. Selecteer het papierformaat in de lijst [Papierformaat:]. Klik op [Invoerlade/pap.form wijzigen]. Klik op [OK]. Klik op [OK] om het dialoogvenster [Eigenschappen van printer] te sluiten. •...
Afdrukken Afdrukken • Als u op glanzend papier wilt afdrukken, dient u elk vel nadat het is afgedrukt uit de uitvoerlade te halen. Plaats papier in de papierlade. Hoe u het papier plaatst, is afhankelijk van het papiertype. Zie Pag. 117 "Te gebruiken papierformaten en hoeveelheden".
3. De printerfunctie gebruiken Afdrukken annuleren Afdruktaken kunnen vanaf een printer of computer worden geannuleerd. Hoe u afdruktaken annuleert, is afhankelijk van de taakstatus van de afdruktaak. Controleer eerst de taakstatus. Een afdruktak annuleren die al naar het apparaat is verzonden Annuleer de afdruktaak met Status Monitor of druk op de [Wis/Stop]-knop.
Pagina 149
Afdrukken annuleren Druk op de toets [Wis/Stop]. CHV052 Druk op [Huidig]. Het bericht "Reset the current job?" wordt op het bedieningspaneel weergegeven. Druk op [Ja]. Alleen de afdruktaak die wordt afgedrukt, wordt geannuleerd. Als er andere afdruktaken in de wachtrij staan, worden deze afgedrukt nadat de huidige afdruktaak is verwijderd.
3. De printerfunctie gebruiken Afdrukken annuleren via de taakbalk Volg de onderstaande procedure om een afdruktaak in de wachtrij te annuleren. Dubbelklik op het printerpictogram in de taakbalk. Selecteer de afdruktaak die u wilt annuleren en klik vervolgens op [Annuleren] in het menu [Document].
Het apparaat gebruiken in combinatie met een Macintosh Het apparaat gebruiken in combinatie met een Macintosh Het apparaat is compatibel met Mac OS X 10.5 Leopard en latere versies. De werkomgeving voor het printerstuurprogramma hangt af van de gebruikte toepassing. OS X Server wordt niet ondersteund.
Pagina 152
3. De printerfunctie gebruiken Klik op [Install]. Klik op [Change Install Location...] om te bepalen waar het bestand moet worden geïnstalleerd. Voer de naam en het wachtwoord van de beheerder in en klik op [OK]. Klik [Close]. De printer toevoegen via een USB-verbinding met behulp van [Print & Fax Preferences] •...
Het apparaat gebruiken in combinatie met een Macintosh Klik op [Default] en selecteer vervolgens de printer. Zorg ervoor dat [Kind] is ingesteld op [Bonjour]. Zorg ervoor dat de productnaam verschijnt in het veld [Name] en klik vervolgens op [Add]. Als u een optie wilt gebruiken, selecteert u de optie in [Installable Options] en klikt u vervolgens op [Continue].
3. De printerfunctie gebruiken Dialoogvenster [Printer Properties] op Macintosh In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe het dialoogvenster 'Printer Properties' eruit ziet en hoe u het opent. De methode voor het openen van het dialoogvenster [Printer Properties] op een Macintosh hangt af van de toepassing die u gebruikt.
Het apparaat gebruiken in combinatie met een Macintosh De [Maintenance Utility] weergeven op een Macintosh In het [Apple]-menu klikt u op [System Preferences...] en vervolgens klikt u op [Print & Fax]. Selecteer de printer die u wilt gebruiken en klik op [Open Print Queue...]. Als u een netwerkprinter wilt gebruiken, selecteert u het IP-adres of de hostnaam van de printer.
3. De printerfunctie gebruiken Selecteer indien nodig de papierlade bij de [Paper Feed]-instellingen. Geef de kleur- en printermodus op bij de [Setup]-instellingen. Als u [Inkjet Plain Paper] selecteert, drukt het apparaat alleen enkelzijdig af. Om dubbelzijdig af te drukken, selecteert u [Plain]. Geef indien nodig andere printerinstellingen op.
Het apparaat gebruiken in combinatie met een Macintosh Help-functie openen op een Macintosh De Help-functie is nuttig om te leren wat u met de verschillende instellingen kunt doen en hoe u ze instelt. De Help-functie van het printerstuurprogramma openen vanuit het dialoogvenster [Print] Open het dialoogvenster [Print].
Pagina 158
3. De printerfunctie gebruiken Mac OS X 10.6 or later\RPCS_R Systeemvereisten voor de printerstuurprogramma's • Computer PowerPC G4 of hoger/op Intel gebaseerd Macintosh • Besturingssystemen Mac OS X 10.5 Leopard of hoger • Beeldresolutie Minimaal SVGA 800 × 600 pixels •...
Rechtstreeks afdrukken van een digitale camera (PictBridge) (uitsluitend SG 3110SFNw) Rechtstreeks afdrukken van een digitale camera (PictBridge) (uitsluitend SG 3110SFNw) U kunt een digitale camera die geschikt is voor PictBridge met een USB-kabel aansluiten op dit apparaat. Hiermee kunt u rechtstreeks met de digitale camera gemaakte foto's afdrukken. •...
3. De printerfunctie gebruiken Sluit de USB-kabel aan en sluit het andere uiteinde van de kabel aan op uw digitale camera. CHV085 Als uw digitale camera op de juiste wijze op het apparaat is aangesloten, wordt "PictBridge Sett." op het paneeldisplay van het apparaat weergegeven. Selecteer op uw digitale camera de afbeeldingen die u wilt afdrukken en geef de afdrukinstellingen op.
Rechtstreeks afdrukken van een digitale camera (PictBridge) (uitsluitend SG 3110SFNw) • Datum afdrukken • Bestandsnaam afdrukken • Formaat • Afdrukformaat afbeelding • Meerdere pagina's op 1 vel combineren • Afdrukkwaliteit • Specificatie papiertype • Dit apparaat ondersteunt de volgende functies niet: •...
Pagina 162
3. De printerfunctie gebruiken CKN097 De stippellijn geeft het trimgebied gespecificeerd op de camera aan. Formaat Gebruik deze functie om op papier af te drukken van het formaat dat op de digitale camera is gespecificeerd. Naam papierformaat Werkelijk formaat L (3,5 × 5 inch) 127 mm ×...
Rechtstreeks afdrukken van een digitale camera (PictBridge) (uitsluitend SG 3110SFNw) Afdrukformaat afbeelding Gebruik deze functie om afbeeldingen af te drukken van het formaat dat op de digitale camera is gespecificeerd. De stippellijn geeft de formaatgrootte zoals opgegeven in de camera aan. U kunt de volgende afdrukformaten voor de afbeelding opgeven: Vast formaat •...
3. De printerfunctie gebruiken Specificatie papiertype Met deze functie wordt de informatie over het papiertype van het apparaat naar de digitale camera verzonden. De namen van de papiertypen die op het scherm van de digitale camera worden weergegeven, verschillen van de namen die op het apparaat worden weergegeven. Gebruik de onderstaande tabel om te zien welke papiertypes met elkaar overeenstemmen.
Pagina 165
Rechtstreeks afdrukken van een digitale camera (PictBridge) (uitsluitend SG 3110SFNw) Probleem Oorzaak Oplossing PictBridge is niet beschikbaar. Er is een probleem met de USB- Gebruik de volgende aansluiting of de instellingen procedure om de aansluiting en van PictBridge. de instellingen te controleren: 1.
4. De kopieerfunctie gebruiken In dit hoofdstuk wordt uitleg gegeven over het gebruik van de kopieerfuncties. Basisbewerkingen in kopieermodus In dit gedeelte wordt de basisprocedure voor het maken van kopieën uitgelegd. Druk op de toets [Kopieerapparaat]. NL CHV053 Controleer of "Gereed" wordt weergegeven op het scherm. Plaats het origineel op de glasplaat of in de ADF.
4. De kopieerfunctie gebruiken • Het maximum aantal kopieën is 99. • U kunt de papierlade voor de huidige taak wijzigen door op [ ] of [ ] te drukken. • U kunt de papierlade voor het afdrukken van kopieën selecteren bij [Pap.lade prior: Kop.app] onder [Papierlade-instellingen].
Pagina 169
Basisbewerkingen in kopieermodus Tijdens het scannen van het origineel Als het kopiëren geannuleerd wordt terwijl het apparaat het origineel aan het scannen is, wordt het kopiëren direct geannuleerd en wordt er niks afgedrukt. Als het origineel in de ADF is geplaatst, stopt het scannen nadat de huidige pagina is ingevoerd. Tijdens het afdrukken Als het kopiëren wordt geannuleerd tijdens het afdrukken, wordt het kopieerproces geannuleerd nadat de huidige pagina is afgedrukt.
4. De kopieerfunctie gebruiken Vergrote en verkleinde kopieën maken In dit onderdeel wordt uitgelegd hoe u de verkleining of vergroting voor de huidige taak kunt opgeven. Schalen Er zijn twee manieren om de schaalverhouding in te stellen: gebruik een vooraf opgegeven verhouding of geef handmatig een aangepaste verhouding op.
Pagina 171
Vergrote en verkleinde kopieën maken 129% (HLT 155% (HLT 400% • Aangepaste verhouding CKN007 25% tot 400% in stappen van 1%. Druk op de toets [Kopieerapparaat]. Druk op de [Verkleinen/Vergroten]-knop. NL CHV055 Druk op [R/E]. Druk op [Verklein] of [Vergroot] en druk vervolgens op [ ] of [ ] om de gewenste verkleining of vergroting te selecteren en druk vervolgens op de [OK]-knop.
4. De kopieerfunctie gebruiken Dubbelzijdig of gecombineerd kopiëren In dit onderdeel wordt uitgelegd hoe u de instellingen voor dubbelzijdige en gecombineerde kopieën kunt configureren. 2-zijdig In dit onderdeel wordt uitgelegd hoe u het apparaat instelt om dubbelzijdige kopieën te maken door enkelzijdige documenten op de voor- en achterkant van elk vel te kopiëren.
Dubbelzijdig of gecombineerd kopiëren Plaats uw originelen en druk vervolgens op de [B&W Start]- of [Color Start]-knop. Als u de glasplaat of SADF-modus gebruikt, druk dan op [ ] als alle originelen gescand zijn. • Als u deze functie wilt gebruiken bij papier met een aangepast formaat, neem dan contact op met uw verkoop- of onderhoudsvertegenwoordiger.
4. De kopieerfunctie gebruiken 2-zijdig Combineren In dit onderdeel wordt uitgelegd hoe u de kopieermodus tweezijdig combineren voor de huidige taak configureert. Vier 1-zijdige pagina's combineren op twee zijden Hiermee worden vier 1-zijdige originelen op één vel met twee pagina's per zijde gekopieerd. Druk op de toets [Kopieerapparaat].
Beide zijden van een identificatiebewijs op één zijde van papier kopiëren Beide zijden van een identificatiebewijs op één zijde van papier kopiëren In dit onderdeel wordt uitgelegd hoe u de voor- en achterkant van een identificatiebewijs of een ander klein document kunt kopiëren op één zijde van een vel papier. Als u op papier van A4-formaat kopieert, kunt u documenten kopiëren die kleiner zijn dan A5-formaat.
Pagina 176
4. De kopieerfunctie gebruiken Zorg ervoor dat de kant die moet worden gescand naar beneden ligt als u het origineel op de glasplaat legt. NL CHV193 Plaats het indentificatiebewijs binnen het aangegeven gebied. CHV400 Druk op de knop [B&W Start] of [Color Start]. Er wordt een bericht op het display weergegeven waarin u wordt gevraagd het origineel op de glasplaat te plaatsen met de te scannen zijde naar boven.
Documenten sorteren Documenten sorteren In dit onderdeel wordt uitgelegd hoe u de sorteerfunctie kunt gebruiken om kopieën in oplopende volgorde in setjes te verzamelen. CKN018 Druk op de toets [Kopieerapparaat]. Druk op [Sorteren]. Voer het aantal te kopiëren sets in met de cijfertoetsen. Plaats uw originelen en druk vervolgens op de [B&W Start]- of [Color Start]-knop.
4. De kopieerfunctie gebruiken De scaninstellingen opgeven In dit onderdeel wordt uitgelegd hoe u de afbeeldingsbelichting en -kwaliteit voor de huidige taak kunt instellen. Beeldbelichting aanpassen In dit onderdeel wordt beschreven hoe u de afbeeldingsbelichting voor de huidige taak aanpast. Er zijn vijf afbeeldingsbelichtingsniveaus.
Pagina 179
De scaninstellingen opgeven Foto Voor foto's of afbeeldingen. Druk op de toets [Kopieerapparaat]. Druk op de [Afb.kwaliteit]-knop. NL CHV058 Druk op [ ] of [ ] om [Origineeltype] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]- knop. Druk op [ ] of [ ] om het gewenste documenttype te selecteren en druk vervolgens op de [OK]-knop.
4. De kopieerfunctie gebruiken De resolutie opgeven In dit onderdeel wordt uitgelegd hoe u de resolutie-instellingen voor het kopiëren instelt. Als de kopieerfunctie is ingeschakeld, hangen de resolutie-instellingen die kunnen worden opgegeven af van het papiertype. Als u een resolutie-instelling opgeeft die niet gebruikt kan worden, gebruikt het apparaat bij het afdrukken de [Standaard]-modus.
Instellingen voor afdrukkwaliteit en papieruitvoer opgeven Instellingen voor afdrukkwaliteit en papieruitvoer opgeven In dit onderdeel wordt uitgelegd hoe u de instellingen voor afdrukkwaliteit en papieruitvoer opgeeft. Origineelformaat Het is mogelijk het origineelformaat op te geven. • Same as Tray Paper •...
4. De kopieerfunctie gebruiken Druk op [ ]. CHV068 Druk op [ ] of [ ] om het menu weer te geven en druk vervolgens op de [OK]-knop. Wijzig instellingen door de aanwijzingen op het scherm te volgen en vervolgens op de [OK]-toets te drukken.
Instellingen voor afdrukkwaliteit en papieruitvoer opgeven Druk op [OK]. Contrast Druk op de toets [Kopieerapparaat]. Druk op [ ]. Druk op [ ] of [ ] om [Kleur/Kwaliteit] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]- knop. Druk op [ ] of [ ] om [Kop.kwaliteit] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]- knop.
5. De scanfunctie gebruiken In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u de scannerfuncties gebruikt. Scannen via het bedieningspaneel Als u vanaf het bedieningspaneel scant, kunt u gescande bestanden via e-mail (Scannen naar e-mail) versturen naar een FTP-server (Scannen naar FTP), de gedeelde map van een computer op een netwerk of naar een netwerk (Scannen naar map) of naar een verwisselbaar geheugenapparaat (Scannen naar USB).
5. De scanfunctie gebruiken Plaats het origineel op de glasplaat of in de ADF. Voor meer informatie over het plaatsen van originelen, zie Pag. 136 "Originelen plaatsen". Druk op de knop [Adresboek]. NL CHV062 Zoek naar de gewenste bestemming door op [ ][ ] te drukken om door het adresboek te bladeren en druk vervolgens op de [OK]-knop.
Scannen via het bedieningspaneel • [Adresboek]-knop Druk op de [Adresboek]-knop om een bestemming op te geven die in het adresboek van het apparaat is geregistreerd. • [Pauze/Redial]-knop Druk hierop om de laatst gebruikte bestemming op te geven als de bestemming voor de huidige taak.
5. De scanfunctie gebruiken De [Pauze/Redial]-knop gebruiken U kunt de recentste bestemming opgeven als de bestemming voor de huidige taak. NL CHV064 • Om een andere bestemming toe te voegen, drukt u op [Best.tv.] en voert u vervolgens een e- mailadres of mappad in.
Pagina 189
Scannen via het bedieningspaneel Plaats uw USB-geheugenkaart in de USB-geheugenkaartpoort. CHV086 Het bericht "Scan to USB memory" wordt op het scherm weergegeven. Druk op de [Scanner]-knop. Plaats het origineel op de glasplaat of in de ADF. Druk op de knop [B&W Start] of [Color Start]. Om in kleur te scannen, stelt u [Origineeltype] in op [Kleur: Tekst/foto] in [Opties].
5. De scanfunctie gebruiken Scaninstellingen opgeven In dit onderdeel wordt beschreven hoe u het scanformaat, de afbeeldingsbelichting en de resolutie voor de huidige taak kunt instellen. Het scanformaat opgeven aan de hand van het formaat van het origineel In dit onderdeel wordt beschreven hoe u het scanformaat kunt opgeven aan de hand van het huidige origineel.
Scaninstellingen opgeven Er zijn vijf afbeeldingsbelichtingsniveaus. Hoe hoger het belichtingsniveau, hoe donkerder de gescande afbeelding. Druk op de [Scanner]-knop. Druk op de toets [Dichtheid]. NL CHV057 Druk op [Lichter] of [Donkerd.] om het gewenste belichtingsniveau te selecteren en druk vervolgens op de [OK]-knop. •...
5. De scanfunctie gebruiken Druk op de scrolltoetsen om [150 dpi], [300 dpi] of [600 dpi] te selecteren en druk vervolgens op de [OK]-knop. U kunt [600 dpi] alleen selecteren als het origineeltype is ingesteld op zwart-wit. De afzender van de e-mail opgeven In deze paragraaf wordt uitgelegd hoe u de e-mailafzender kunt opgeven.
Scaninstellingen opgeven Druk op [ ] of [ ] om de richting van het origineel te selecteren en druk vervolgens op de [OK]-knop. Bijgevoegde onderwerp opgeven Geef een onderwerpsregel op voor het gescande document. Druk op de [Scanner]-knop. Druk op [Opties]. Druk op [ ] of [ ] om [Onderwerp bijvoegen] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]-knop.
5. De scanfunctie gebruiken Bestandsnaam opgeven Het is mogelijk een bestandsnaam voor het gescande bestand op te geven. Druk op de [Scanner]-knop. Druk op [Opties]. Druk op [ ] of [ ] om [Bestandsnaam] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]- knop.
Scannen vanaf een computer Scannen vanaf een computer Met scannen vanaf een computer (TWAIN-scannen) kunt u het apparaat bedienen vanaf uw computer en originelen rechtstreeks naar uw computer scannen. TWAIN-scannen is beschikbaar bij zowel USB- als netwerkverbindingen. Het apparaat ondersteunt WIA-scannen, een aanvullende methode om originelen van uw computer te scannen.
Pagina 196
5. De scanfunctie gebruiken De procedure kan afwijken afhankelijk van de versie van Presto! PageManager. Voor meer informatie raadpleegt u de handleiding voor Presto! PageManager. Plaats het origineel op de glasplaat of in de ADF. Ga naar [Alle programma's] in het Windows [Start]-menu, ga naar [Presto! PageManager X.XX] aan en klik vervolgens op [Presto! PageManager X.XX].
Pagina 197
Scannen vanaf een computer CHV001 1. Knoppen • Scan Klik hierop om te beginnen met scannen. • Voorvertoning Klik hierop om een voorvertoning van een gescande afbeelding weer te geven. • Sluiten Klik hierop om de gebruikersinterface van het TWAIN-stuurprogramma te sluiten. •...
Pagina 198
5. De scanfunctie gebruiken • Contrast: Geef het contrast op. • Color Type: Selecteer de kleur die u wilt gebruiken en kies daarbij uit: [BW], [Foto], [Grayscale] of [Kleur]. • Gammacurve: Pas de omtreklijnen van de afbeelding aan. • Save/Delete Area... Selecteer dit item om de instellingen voor [Original Size:] en [Scanning Area:] op te slaan of te verwijderen.
6. De faxfunctie gebruiken (alleen SG 3110SFNw) In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u de faxfuncties gebruikt. Een fax versturen In dit onderdeel worden de verzendingsmodi en de basisbewerkingen voor het versturen van een fax beschreven. • U wordt geadviseerd om de ontvanger op de hoogte te stellen wanneer u per fax belangrijke documenten gaat verzenden.
6. De faxfunctie gebruiken (alleen SG 3110SFNw) Druk op [ ] of [ ] om[Geh./Dir. verz.] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]- knop. Druk op [ ] of [ ] om [Geheugenverzending] of [Directe verzending] te selecteren en druk vervolgens op de [OK]-knop.
Pagina 201
Een fax versturen Plaats het origineel op de glasplaat of in de ADF. Als het papier in de ADF is vastgelopen, is de vastgelopen pagina niet juist gescand. Voor meer informatie over het verwijderen van vastgelopen papier in de ADF, zie Pag. 370 "Vastgelopen papier in de automatische documentinvoer verwijderen".
6. De faxfunctie gebruiken (alleen SG 3110SFNw) • Als het apparaat in de modus Geheugenverzending staat, kan het geheugen van het apparaat vol raken tijdens het scannen van de originelen. In dit geval vraagt het scherm u om de verzending te annuleren of om alleen de pagina's te versturen die succesvol zijn gescand.
Een fax versturen Druk op de [Direct kiezen]-knop. NL CHV067 Voer het faxnummer in met de cijfertoetsen. Druk op [Toon]. Voer het nummer in dat u via toonkiezen wilt kiezen met behulp van de cijfertoetsen. Druk op de toets [Zwart-wit starten]. Verzending begint.
6. De faxfunctie gebruiken (alleen SG 3110SFNw) 3. Druk op [ ] of [ ] om [Taakinfo.] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]-knop. 4. Druk op [ ] of [ ] om [Contr/Stop verz.bestand] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]-knop.
Een fax versturen NL CHV063 • U kunt de geregistreerde namen en faxnummers nakijken door een overzicht af te drukken. Voor meer informatie over het afdrukken van de bestemmingslijst, zie Pag. 431 "Afdruklijst". De bestemming opgeven met de [Adresboek]-knop In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u een bestemming selecteert die in het adresboek van het apparaat is geregistreerd.
6. De faxfunctie gebruiken (alleen SG 3110SFNw) • U kunt de geregistreerde namen en faxnummers nakijken door een overzicht af te drukken. Voor meer informatie over het afdrukken van de bestemmingslijst, zie Pag. 431 "Afdruklijst". De bestemming opgeven met de functie opnieuw proberen U kunt maximaal 10 recente bestemmingen als de bestemming voor de huidige taak opgeven.
Een fax versturen • Om alle bestemmingen te wissen, drukt u op de [Wis/Stop]-knop. Druk op [Best.tv.]. Druk op [ ] of [ ] om de lijst te zien met de bestemmingen die tot dusver zijn toegevoegd. Ga terug naar stap 2 om meer bestemmingen toe te voegen. •...
6. De faxfunctie gebruiken (alleen SG 3110SFNw) "Di-kz" wordt op het scherm weergegeven. Geef de bestemming op met de cijfertoetsen. Wanneer u zich vergist, drukt u op de [Wis/Stop]-toets en probeert u het opnieuw. Als u een hoge toon hoort, druk dan op de toets [Zwart-wit starten]. Druk op [Verz.mod] en druk vervolgens op de [B&W Start]-knop.
Een fax versturen Druk op [ ] of [ ] om [Op specifiek tijdstip verzenden] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]-knop. Om de instelling te annuleren, selecteert u [Uit], en drukt u vervolgens op de [OK]-toets. Voer met behulp van de cijfertoetsen de tijd in (24-uursnotatie) en druk vervolgens op de [OK]-toets.
6. De faxfunctie gebruiken (alleen SG 3110SFNw) Faxkoptekst afdrukken Als [Faxkoptekst afdr.] is ingesteld op "Aan", wordt de registreerde naam op het papier van de ontvanger afgedrukt. In sommige gevallen wilt u misschien een fax zonder koptekst versturen. Schakel hiervoor de faxkoptekst uit. Druk op de [Fax]-knop.
Pagina 211
Een fax versturen Druk op de toets [Escape]. Voer het faxnummer van een bestemming in. Druk op [SUB Code]. Voer een SUB-code in en druk vervolgens op de [OK]-knop. Wanneer u zich vergist, drukt u op de [Wis/Stop]-knop. Indien een wachtwoord vereist is, voert u de SID-code in met de cijfertoetsen en drukt u vervolgens op de [OK]-knop.
6. De faxfunctie gebruiken (alleen SG 3110SFNw) • U kunt cijfers, en spaties invoeren. • De SEP-code wordt afgedrukt op lijsten en rapporten. Scaninstellingen opgeven In dit onderdeel wordt beschreven hoe u de afbeeldingsbelichting en resolutie voor de huidige taak kunt instellen.
Pagina 213
Een fax versturen • De "Foto"-resolutie is niet beschikbaar voor internetfaxen. Faxen worden gestuurd met een "Detail"- resolutie als de "Foto"-resolutie is opgegeven. • Als u [Standaard], [Detail] of [Fijn] hebt geselecteerd, wordt de afbeeldingsbelichting automatisch aangepast bij het sturen van een fax.
6. De faxfunctie gebruiken (alleen SG 3110SFNw) De faxfunctie gebruiken vanaf een computer (LAN-fax) In dit onderdeel wordt beschreven hoe u de faxfunctie van het apparaat kunt gebruiken op een computer. U kunt een document rechtstreeks vanaf een computer via dit apparaat naar een ander faxapparaat sturen, zonder het document te hoeven afdrukken.
De faxfunctie gebruiken vanaf een computer (LAN-fax) Herhaal deze stap om meer bestemmingen toe te voegen. Als u een voorblad wilt toevoegen, selecteert u [Een voorblad bijvoegen] op het tabblad [Verzendopties]. Voor meer informatie, zie Pag. 219 "Een faxvoorblad bewerken". Klik op [Send] (Verzenden).
Pagina 216
6. De faxfunctie gebruiken (alleen SG 3110SFNw) Selecteer het LAN-faxstuurprogramma als de printer en klik dan op een knop zoals [Geavanceerde opties] of [Afdrukvoorkeuren...] om de eigenschappen van het printerstuurprogramma te openen. Het dialoogvenster met eigenschappen van het LAN-faxstuurprogramma wordt weergegeven. Klik op het tabblad [Instellingen].
De faxfunctie gebruiken vanaf een computer (LAN-fax) 4. Resolutie: Stelt resoluties in. • Standaard Selecteer deze optie voor een document met tekens van normale grootte. • Detail Selecteer deze optie voor een document met kleine letters. • Fijn Selecteer deze instelling als u een hoge afbeeldingskwaliteit wilt. 5.
6. De faxfunctie gebruiken (alleen SG 3110SFNw) Het LAN-faxadresboek openen In dit onderdeel wordt beschreven hoe u het LAN-fax-adresboek opent. Het is mogelijk het LAN-fax-adresboek vanuit een document te openen. Voor meer informatie, zie Pag. 212 "Basisbewerkingen voor het versturen van faxen vanaf een computer". •...
De faxfunctie gebruiken vanaf een computer (LAN-fax) Als u een bestemming hebt gewijzigd, verschijnt een melding ter bevestiging. U kunt de wijzigingen opslaan door op [Ja] te klikken. Als u de wijzigingen niet wilt opslaan en wilt stoppen met bewerken, klikt u op [Nee]. Om naar het bewerkingsdisplay terug te gaan, klikt u op [Annuleren].
6. De faxfunctie gebruiken (alleen SG 3110SFNw) Om naar het bewerkingsdisplay terug te gaan, klikt u op [Annuleren]. Groepen bewerken In dit gedeelte wordt beschreven hoe u geregistreerde groepen bewerkt. Open het LAN-fax-adresboek. Klik op [New/Open...] en selecteer het CSV-bestand met de te bewerken adreslijst. Klik op [Group].
De faxfunctie gebruiken vanaf een computer (LAN-fax) Gegevens importeren voor het LAN-fax-adresboek In dit onderdeel wordt beschreven hoe u gegevens voor het LAN-fax-adresboek importeert. Gegevens voor het LAN-fax-adresboek kunnen geïmporteerd worden in een bestand in CSV-formaat (Comma Separated Values). • In de volgende procedure wordt Windows 7 ter illustratie gebruikt. Als u een ander besturingsprogramma gebruikt, kan de procedure enigszins anders zijn.
Pagina 222
6. De faxfunctie gebruiken (alleen SG 3110SFNw) CHV002 1. Select Cover Sheet Selecteer een stijl voor het voorblad om een fax met een voorblad te versturen. 2. Insert Image Geef een bitmap-afbeelding op die u op het voorblad wilt afdrukken. •...
Pagina 223
De faxfunctie gebruiken vanaf een computer (LAN-fax) 4. Knoppen • OK Klik op [OK] als u de configuratie van de instellingen voor het voorblad hebt voltooid. • Cancel (Annuleren) Klik op [Annuleren] om de instellingen te annuleren. • Help Klik hierop om Help weer te geven. 5.
6. De faxfunctie gebruiken (alleen SG 3110SFNw) Een fax ontvangen In dit onderdeel worden de functies omschreven voor het ontvangen van een fax. • Als u een belangrijke fax ontvangt, is het raadzaam om de ontvangst te bevestigen aan de afzender.
Een fax ontvangen Neem de hoorn van de externe lijn van de haak om de oproep te beantwoorden. Er start een normale telefoonoproep. Wanneer u een faxtoon hoort, drukt u op de toets [Fax] en vervolgens op de toets [B&W Start].
6. De faxfunctie gebruiken (alleen SG 3110SFNw) Druk in het dialoogvenster voor bevestiging op [Afsluit.]. Het apparaat controleert op nieuwe e-mails en downloadt deze indien nodig. Druk op de toets [Escape]. • Als het ontvangen van e-mail mislukt, zal er een e-mail met een foutmelding naar de oorspronkelijke afzender worden gestuurd.
In dit hoofdstuk worden de menu-items voor het instellen en aanpassen van de apparaatinstellingen uitgelegd. Instellingen opgeven met het bedieningspaneel *1 Verschijnt niet bij gebruik van SG 3100SNw. Teller Hier kunt u zien hoeveel vellen u hebt afgedrukt. Menu Totaal kleur B&W Total...
Pagina 228
7. Instellingenmenu's van het apparaat Menu Pap.invoertest Condens verwijd Inktopvangeenheid Standaarden herstellen Zie Pag. 232 "Onderhoud". Systeeminstell. U kunt de systeeminstellingen configureren. Menu Algemene toepassingen Papierlade-instellingen Timerinstellingen Interface instellingen Bestand doorzenden Beheerderstoepass. Zie Pag. 244 "Systeeminstellingen". Printereigensch. U kunt de printereigenschappen configureren. Menu Lijst/Testafdruk I/O time-out...
Pagina 229
Instellingen opgeven met het bedieningspaneel Menu Autom. belichting prioriteit Type Origineel Automatische ladewisseling Oproepen bij taakeinde Reproductieverhouding Verk/Verg priorit. Inst. Aut. bel. acht.gr Kopieerformaat fout weergeven Zie Pag. 273 "Kopieereigenschappen". Scannereigenschappen U kunt de scannereigenschappen configureren. Menu Scaninstellingen Bestemmingslijstinstellingen Verzendinstellingen Zie Pag.
Pagina 230
7. Instellingenmenu's van het apparaat Zie Pag. 280 "Faxeigenschappen (uitsluitend SG 3110SFNw)". Taal Hier kunt u bepalen in welke taal het menu wordt weergegeven. Menu Engels (UK) Frans Duits Italiaans Spaans Nederlands Noors Deens Zweeds Pools Portugees Hongaars Tsjechisch Fins Zie Pag.
Instellingen opgeven met het bedieningspaneel Menu Gebruikerscode verwijderen Zie Pag. 298 "Gebruikerscode". De standaardinstellingen in het Gebruikersinstellingenmenu wijzigen • Om de standaardinstellingen in het Gebruikersinstellingenmenu te wijzigen, dient u op het apparaat in te loggen. Druk op de toets [Gebruikersinstellingen]. NL CHV051 Druk op [ ] of [ ] om het menu te selecteren en druk vervolgens op de [OK]-knop.
7. Instellingenmenu's van het apparaat • Druk tegelijkertijd op zowel [Gebruikersinstellingen] als [ ] in het Gebruikersinstellingenmenu en druk vervolgens op [Ja]. Nu kunt u de instellingen die zijn opgegeven in [Systeeminstel.] en [Onderhoud] terug naar hun standaardwaarden kunt resetten. (dit geldt niet voor waarden die zijn opgegeven voor "Set Date", "Set Time"...
Teller Teller U kunt de cijfers van de teller van het apparaat controleren en afdrukken. Tonen Als u [Teller] selecteert, kunt u het aantal afgedrukte pagina's in de volgende categorieën bekijken. • Totaal kleur Deze teller geeft het totale aantal vellen aan dat in kleur is afgedrukt. •...
7. Instellingenmenu's van het apparaat Onderhoud Met behulp van het menu [Onderhoud] kunt u apparaatonderhoudsinstellingen opgeven voor het aanpassen van instellingen, zoals gradatie en dichtheid. Controle spuitpatroon Controleer of de spuitkoppen verstopt zijn door een testpatroon af te drukken. Als er problemen met de spuitkop optreden, kunnen de printspuitkoppen verstopt raken en wordt de inkt niet goed uitgespoten.
Onderhoud Pap.invoertest U kunt een vel papier laten uitwerpen zonder er iets op af te drukken. Condens verwijd Als u vocht aan de binnenkant van het apparaat wilt verwijderen, kunt u drie vellen papier laten uitwerpen zonder er iets op af te drukken. Inktopvangeenheid Hier kunt u de beschikbare capaciteit van de inktopvangeenheid controleren.
7. Instellingenmenu's van het apparaat Met dit testpatroon kunt u de printerkoppen controleren op verstoppingen en het cijfer van de printerkop vaststellen. Het cijfer dat boven elke kleur in het testpatroon verschijnt, is het nummer van de printkop. De printerkop voor zwart en cyaan is [Kop 1]. De printkop voor geel en magenta is [Kop 2].
Onderhoud Wanneer de inktcartridge leeg is, dient u deze te vervangen in plaats van de printerkoppen schoon te maken. Nadat een inktcartridge is vervangen, worden de koppen automatisch schoongemaakt. • Zet het apparaat niet uit tijdens het schoonmaken van de printkoppen. Als de printer tijdens het schoonmaken van de printkoppen wordt uitgeschakeld, begint u opnieuw.
7. Instellingenmenu's van het apparaat Druk op [Ja]. Het schoonmaken van de printkoppen begint. Druk op [Afsluiten]. Printerkoppen spoelen Volg de onderstaande procedure om de printkoppen grondig schoon te maken. Omdat het spoelen van de kop meer inkt verbruikt dan het schoonmaken van de kop, kunt u dit het beste alleen doen als de printkop niet grondig genoeg kan worden schoongemaakt door de koppen schoonmaken uit te voeren.
Pagina 239
Onderhoud Om de aanpassing te controleren, drukt u testpatronen af met de toegepaste instellingen "Hoge snelheid", "Standaard" en "Hoge kwaliteit", "Envelop". Als er meerdere lijnen in het testpatroon zijn, controleer dan de aanpassingswaarden voor elke lijn en pas de printkoppositie aan. Als de aanpassingswaarde op "0" staat, is aanpassing niet nodig. Pas alle lijnen aan tot hun aanpassingswaarden op "0"...
Pagina 240
7. Instellingenmenu's van het apparaat Om de aanpassingswaarde te bepalen, selecteert u het vak dat het lichtst is (dus het vak dat bijna wit is). U kunt ook het vakje selecteren waar de intervallijnen elkaar overlappen om één kleur te vormen. CHU017 Gecombineerde lijnen in twee kleuren vormen vakjes en afhankelijk van de overlapping van de lijnen zit er (witte) ruimte tussen de lijnen die wel afgedrukt zijn en donkerder lijken.
Onderhoud Elke verticale lijn bestaat uit een bovenstuk en een onderstuk. Als de printkop verkeerd is geplaatst, wordt de verticale lijn als twee aparte lijnen weergegeven, zodat de lijn verkeerd lijkt uitgelijnd. • Als u de aanpassingswaarde nog steeds niet kunt bepalen, bekijk dan waar het vak is dat zich tussen twee vakken bevindt die symmetrische lijnen vormen.
Pagina 242
7. Instellingenmenu's van het apparaat Druk op [ ] of [ ] om [Registratie] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]-knop. Druk op [ ] of [ ] om een papierlade te selecteren en druk vervolgens op de [OK]-knop. Druk op de knop [B&W Start] of [Color Start].
Onderhoud Druk op [Aanpas.]. Druk op [ ] of [ ] om de aanpaswaarden in te voeren (-4,0 tot +4,0) bij [Hoofd Scan] van stap 9 en druk vervolgens op de [OK]-knop. Druk op [ ] of [ ] om de aanpaswaarden in te voeren (-4,0 tot +4,0) bij [Sub Scan] van stap 10 en druk vervolgens op de [OK]-knop.
7. Instellingenmenu's van het apparaat zijn gebroken. Wanneer het vierkantje "+2" het meest lichtgrijze vierkantje is en de horizontale lijnen "+6" in tegengestelde richting onderbroken zijn, ligt de optimale aanpassingswaarde tussen "+3" en "+5". Controleer na de aanpassing het resultaat van de aanpassing. CFT162 Druk op [Aanpas.].
Pagina 245
Onderhoud Druk op [ ] of [ ] om [Condens verwijd] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]- knop. Er worden drie vellen papier door de printer doorgevoerd zonder er iets op af te drukken. Zet het apparaat uit en weer aan. Als de foutmelding niet opnieuw wordt weergegeven, is de binnenkant van het apparaat droog.
Als de [Pan.toets toon]-instelling is ingesteld op [Uit], klinkt er geen geluidssignaal, ongeacht de [Opwarmsignaal]-instelling. Functieprioriteit Stel de modus in die moet worden weergegeven nadat de aan-/uitschakelaar of de modus Reset systeem is ingeschakeld. SG 3100SNw • Kopieerapparaat • Printer • Scanner SG 3110SFNw...
Systeeminstellingen • Printer • Scanner • Fax Standaardinstelling: [Kopieerapparaat] Displaycontrast U kunt de helderheid van het display bijstellen. Standaardinstelling: [0] (medium). Toetsherhaling U kunt herhaling van een bewerking in- of uitschakelen als een toets op het bedieningspaneel voortdurend wordt ingedrukt. •...
Pagina 248
7. Instellingenmenu's van het apparaat Pap.form: Lade 1 Selecteer het formaat van het papier dat in papierlade 1 is geplaatst. De papierformaten die u kunt instellen voor lade 1 zijn als volgt: (voornamelijk in Europa en Azië) A4 , A5 , A6 , B5 JIS , 8 ×...
Pagina 249
Systeeminstellingen × 11 ] U kunt een aangepast formaat opgeven tussen 105,0 - 216,0 mm (4,14 - 8,50 inch) horizontaal en tussen 148,0 - 356,0 mm (5,83 - 14,00 inch) verticaal. Pap.form: Handinv (als de multi-handinvoerlade is bevestigd.) Selecteer het formaat van het papier dat in de handinvoerlade is geplaatst. De papierformaten die u in de handinvoer kunt plaatsen, zijn: A4 , A5 , A6 , B5 JIS , 8 ×...
Pagina 250
7. Instellingenmenu's van het apparaat Pap.lade prior: Kop.app Hier kunt u de lade opgeven van waaruit papier voor uitvoer moet worden aangevoerd. • Lade1 • Lade 2 (als de papierinvoereenheid is bevestigd.) • Lade 3 (als de papierinvoereenheid is bevestigd.) •...
Systeeminstellingen • Als u het papierformaat wilt instellen op A5 of B6 JIS , neem dan contact op met uw verkoop- of onderhoudsvertegenwoordiger. Timerinstell. Dit gedeelte beschrijft de gebruikersinstellingen in het menu [Timerinstell.] onder [Systeeminstel.]. Timer autom. stroom uit Nadat er een bepaalde tijd is verstreken na de laatst voltooide opdracht, wordt het apparaat automatisch uitgeschakeld om energie te besparen.
7. Instellingenmenu's van het apparaat Autom. resettijd Printer Geef de tijd op die moet verstrijken voordat de printerfunctie wordt gereset. Met de cijfertoetsen kunt u een tijd tussen 10 en 999 seconden opgeven. Standaardinstelling: [Aan], [60 sec. ] Autom. resettijd Scanner Geef de tijd op die moet verstrijken voordat de scannerfunctie wordt gereset.
Pagina 253
Systeeminstellingen • Specificeren Standaardinstelling: [Autom. verkrijgen (DHCP)] Wanneer u [Specificeren] selecteert, voert u het IPv4-adres en subnetmasker als "xxx.xxx.xxx.xxx" in ("x" geeft een getal aan). Wanneer u [Specificeren] selecteert, dient u ervoor te zorgen dat het IPv4-adres anders is dan dat van andere apparaten in het netwerk.
Pagina 254
7. Instellingenmenu's van het apparaat DDNS Configuratie Geef de DDNS-instellingen op. Standaardinstelling: [Actief] Domeinnaam Geef de domeinnaam op. Nadat u deze instelling hebt gewijzigd, zet u het apparaat uit en weer aan. • Automatisch verkrijgen(DHCP) • Specificeren Standaardinstelling: [Autom. verkrijgen (DHCP)] Wanneer u [Specificeer] selecteert, moet u de domeinnaam invoeren met maximaal 63 tekens.
Pagina 255
Systeeminstellingen Apparaatinstellingen Instellingen van het aan te sluiten apparaat Automatisch selecteren Automatisch selecteren, 10Mbps Half Duplex, 100Mbps Half Duplex 10Mbps volledig duplex 100Mbps volledig duplex 10Mbps half duplex Automatisch selecteren, 10Mbps Half Duplex 100Mbps volledig duplex 100Mbps volledig duplex 100Mbps half duplex Automatisch selecteren, 100Mbps Half Duplex *1 Voorwaarden zijn afhankelijk van het netwerk.
Pagina 256
7. Instellingenmenu's van het apparaat Standaardinstelling: [Inactief] Hostnaam Hier kunt u de hostnaam opgeven. Voer de hostnaam in met maximaal 63 tekens. U kunt geen hostnaam invoeren die met een koppelteken begint of eindigt. U kunt geen printernaam invoeren die begint met "RNP" of "rnp". Apparaatnaam Hier kunt u de apparaatnaam opgeven.
Pagina 257
Systeeminstellingen Selecteer [Passphrase] of [Hex]. • Passphrase • Hex Standaardinstelling: [Passphrase] • Pre-shared Key Voer de vooraf gedeelde sleutel in het formaat in dat geselecteerd is in [Pre-shared Key Format]. Als u [Passphrase] in [Pre-shared Key Format] hebt geselecteerd, voer dan 8 tot 63 letters of cijfers in.
7. Instellingenmenu's van het apparaat • RADIUS User Password Geef het wachtwoord op om toegang tot de RADIUS-server te krijgen. • Gebruikerswachtwoord Voer het wachtwoord voor PEAP-verificatie in. • Landcode Netwerk Setup • PBC Method WPS kan worden uitgevoerd door configuratie van druktoetsen (PBC, push-button configuration).
Systeeminstellingen Druk op [ ] of [ ] om [Interface-instell.] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]- knop. Druk op [ ] of [ ] om [Interface-inst. afdrk] te selecteren en druk vervolgens op de [OK]- knop. Druk op de toets [Zwart-wit starten]. De configuratiepagina wordt afgedrukt.
Pagina 260
7. Instellingenmenu's van het apparaat Voer de gebruikersnaam en het wachtwoord voor het e-mailadres van de beheerder in bij gebruik van internetfax. • Gebruikersnaam Voer de gebruikersnaam in met maximaal 20 tekens. Spaties mogen niet worden ingevoerd. Afhankelijk van het SMTP-servertype, moet "domein" worden opgegeven.
Systeeminstellingen POP3 instel. Specificeer de POP3-servernaam voor het ontvangen van e-mail. De opgegeven POP3-servernaam wordt gebruikt voor [Pop voor SMTP]. • Servernaam Als DNS wordt gebruikt, voer dan de hostnaam in. Als DNS niet wordt gebruikt, voer dan het IPv4-adres van de POP3-server in. Voer de POP3-servernaam in met maximaal 127 tekens.
7. Instellingenmenu's van het apparaat • Alleen fouten Standaardinstelling: [Uit] Stand. Gebr.naam/WW(Verz.) Geef de gebruikersnaam en het wachtwoord op voor het direct verzenden van scanbestanden naar een gedeelde map op een Windows-computer of naar een FTP-server. • SMB gebruikersnaam U kunt maximaal 20 tekens invoeren. •...
Systeeminstellingen • E-mailadres Voer een e-mailadres in met maximaal 64 tekens. • Gebruiker Voer de gebruikersnaam in met maximaal 20 tekens. • Wachtwoord Voer een wachtwoord in dat uit maximaal 20 tekens bestaat. • Niet ontvangen Standaardinstelling: [Niet ontvangen] • Om de standaardinstellingen te wijzigen, raadpleegt u Pag. 229 "De standaardinstellingen in het Gebruikersinstellingenmenu wijzigen".
Pagina 264
7. Instellingenmenu's van het apparaat • Coverage 0 Geeft een afdrukdekkingsgraad aan van tussen de 0 en 5%. • Coverage 5 Geeft een afdrukdekkingsgraad aan van tussen de 5 en 20%. • Coverage 20 Geeft een afdrukdekkingsgraad aan van 20% of hoger. •...
Pagina 265
Systeeminstellingen 7692 / 888 = 8,7% Dekkingscijfers zijn op één cijfer achter de komma afgerond. • De tellerstand van ("Printer: Kleur" en "Printer: Z&W") die worden weergegeven in [Teller weergeven/afdrukken] en het totale aantal dat in [Teller weergeven/afdrukken] wordt weergegeven, zijn verschillend. De waarden die de totale teller weergeeft, bestaan uit de aantallen afgedrukte pagina's, testpatronen, systeemconfiguratiepagina's of tellerafdrukken, dus kunnen de waarden hoger zijn dan die in het menu [Teller].
Pagina 266
7. Instellingenmenu's van het apparaat Namen die in het adresboek zijn geregistreerd, kunnen in een groep worden geplaatst. • Verwijderen U kunt een naam uit het adresboek verwijderen. • Standaarden herstellen U kunt de standaardinstelling herstellen. • Adresboek back-uppen/herstellen U kunt op een externe opslagplaats een reservekopie maken van het adresboek van het apparaat of de reservekopie vanuit de externe opslagplaats terugzetten.
Systeeminstellingen U kunt een groep uit het adresboek verwijderen. U kunt ook groepen in het adresboek registreren en beheren met Web Image Monitor. LDAP Serv progr/wijz/verw Programmeer de LDAP-server om rechtstreeks e-mailbestemmingen op te zoeken in het adresboek van de LDAP-server. Deze functie is mogelijk wanneer u scanbestanden verzendt per e-mail met de scanner- of faxfunctie.
7. Instellingenmenu's van het apparaat USB snelheid U kunt de instellingen opgegeven die gerelateerd zijn aan communicatie wanneer de computer en het apparaat via USB zijn verbonden. Normaal gesproken hoeft u deze instellingen niet te wijzigen. Nadat u deze instelling heeft gewijzigd, schakelt u het apparaat uit en weer aan. •...
Systeeminstellingen Standaardinstelling: [Uit] Als u [Aan] selecteert, kunt u het wachtwoord opgeven dat vereist is om in te kunnen loggen. Geef het wachtwoord op en gebruik daarvoor vier tot acht cijfers. Het standwaardwachtwoord is blanco. Change Login PW Geef het log-inwachtwoord op om toegang tot de systeeminstellingen te krijgen. Wijzig het wachtwoord en maak daarbij gebruik van een wachtwoord met zes cijfers.
7. Instellingenmenu's van het apparaat Printereigenschappen In dit onderdeel worden de [Printereigensch.]-instellingen beschreven. Printereigensch.-menu In dit onderdeel worden de gebruikersinstellingen beschreven in het menu [Printereigensch.]. Lijst-/proefafd U kunt lijsten met de apparaatconfiguratie en andere informatie afdrukken. • Configuratiepagina U kunt de huidige configuratiewaarden van het apparaat afdrukken. •...
Pagina 271
Printereigenschappen Form Lines U kunt het aantal regels aangeven per pagina tussen 5 en 128. Standaardinstelling: (voornamelijk in Europa en Azië) [64] (voornamelijk in Noord-Amerika) [60] Font Source Hiermee kunt u de opslaglocatie van het standaardlettertype instellen. • Resident • RAM Standaardinstelling: [Resident] Wanneer u [RAM] selecteert, kunt u alleen lettertypen selecteren die zijn gedownload naar het RAM-geheugen van de printer.
Pagina 272
7. Instellingenmenu's van het apparaat Pifont, Legal, ISO 4, ISO 6, ISO 11, ISO 15, ISO 17, ISO 21, ISO 60, ISO 69, Win 3. Standaardinstelling: [PC-8] Courier font U kunt een courier-lettertype selecteren. • Standaard • Donker Standaardinstelling: [Standaard] Ext.
Pagina 273
Printereigenschappen Automatische ladekeuze Het is mogelijk op te geven of de papierlade automatisch geselecteerd dient te worden. Standaardinstelling: [Uit] Foutrapp. afdr. Kies dit om een foutrapport af te drukken wanneer een printer- of geheugenfout optreedt. Standaardinstelling: [Uit] Afbeeldingsdichtheid U kunt de belichting van de afdrukkleur instellen. •...
7. Instellingenmenu's van het apparaat Papiersoort U kunt de standaardpapiersooort kiezen. [Normaal papier], [Inkjet Normaal Papier], [Glanzend papier], [Inkjet Brfkrt], [Briefkaart], [Envelop], [Dik papier] Standaardinstelling: [Normaal papier] Voorbedrukt papier U kunt dit inschakelen om af te drukken op voorbedrukt of voorgeperforeerd papier. Standaardinstelling: [Uit] Kleurmodus U kunt de standaard kleurmodus kiezen.
Kopieereigenschappen Kopieereigenschappen In dit onderdeel worden de [Kop.eigensch.]-instellingen beschreven. Kop.eigensch.-menu In dit onderdeel worden de gebruikersinstellingen van het [Kop.eigensch.]-menu beschreven. Autom. belichting prioriteit U kunt opgeven of de automatische belichting "Aan" of "Uit" moet staan als het apparaat wordt ingeschakeld of als de huidige modusinstelling gewist wordt. "Autom. belichting prioriteit" kan alleen worden gebruikt als kopiëren in zwart-witmodus is ingesteld en "Origineeltype"...
Pagina 276
7. Instellingenmenu's van het apparaat (voornamelijk in Europa en Azië) 50% (A4 61% (A4 B6JIS) 71% (A4 A5, A5 82% (B5JIS 100% 115% (B5JIS 122% (A5 B5JIS, A6 B6JIs) 141% (A5 A4, A6 200% (A6 400% (voornamelijk in Noord-Amerika) 50% (A4 73 % 85 % 100%...
Pagina 277
Kopieereigenschappen Kopieerformaatfout weergeven Met deze functie kan de printer gebruikers waarschuwen als het papier in de lade niet overeenkomt met het opgegeven papierformaat in het menu [Instellingen papierlade]. Als u [Uit] selecteert, wordt het afdrukken voortgezet zonder foutmelding, zelfs wanneer het papierformaat niet overeenkomt.
7. Instellingenmenu's van het apparaat Scannereigenschappen In dit onderdeel worden de [Scannereigensch.]-instellingen beschreven. Scannereigensch.-menu In dit onderdeel worden de gebruikersinstellingen in het [Scannereigensch.]-menu beschreven. Scaninstell. In dit onderdeel worden de gebruikersinstellingen op het tabblad [Scaninstell.] onder [Scannereigensch.] beschreven. Next Orig.:Exposure Glass Als u uw originelen wilt verdelen, ze apart met de glasplaat wilt scannen en daarna wilt verzenden als één enkele afdruktaak, selecteer dan [Constante wachtrij], [Uit] of [Wachttijd inst] als wachtstatus.
Scannereigenschappen worden gebruikt als scannen in de zwart-witmodus is ingesteld en "Origineeltype" is ingesteld op "Tekst". Standaardinstelling: [Aan] Aut. bel. acht.gr(Kl.) De kenmerken van het papiertype, bijvoorbeeld niet-witheid zoals bij een krant of transparante originelen, kunnen worden gereduceerd door de scanbelichting aan te passen. Standaardinstelling: [3] (medium) Bestemmingslijstinstellingen In dit onderdeel worden de gebruikersinstellingen op het tabblad [Destination List Settings] onder...
Pagina 280
7. Instellingenmenu's van het apparaat Compressie (Z&W) Selecteer of zwart/wit-scanbestanden al dan niet moeten worden gecomprimeerd. Standaardinstelling: [Aan] De effectieve tijd die nodig is voor de bestandsoverdracht, is afhankelijk van de grootte van het bestand en van de belasting van het netwerk. Compr.(Grijs/Kleur) Selecteer of scanbestanden met verschillende niveaus (grijswaarden / kleur) al dan niet moeten worden gecomprimeerd.
Pagina 281
Scannereigenschappen Als [Aan] geselecteerd is, geeft u de groottelimiet (128-4096 KB) in met de cijfertoetsen. Als de e-mailgrootte is beperkt voor de SMTP-server in gebruik, geef deze instelling dan ook op. E-mail splitsen&verz Deze functie is alleen mogelijk als [Aan] geselecteerd is voor [Max. e-mailform.]. Geef op of een afbeelding die groter is dan de bij [Max.
7. Instellingenmenu's van het apparaat Faxeigenschappen (uitsluitend SG 3110SFNw) In dit onderdeel worden de [Faxeigensch.]-instellingen beschreven. Faxeigensch.-menu Dit onderdeel beschrijft de gebruikerstools in het [Faxeigensch.]-menu. Algemene inst./Aanpassen In dit onderdeel worden de gebruikersinstellingen beschreven in het [Algemene inst./Aanpassen]-menu onder [Faxeigensch.]. Geluidsvolume aanpassen Pas het volume van het apparaat aan als direct kiezen actief is of tijdens directe verzending.
Faxeigenschappen (uitsluitend SG 3110SFNw) U kunt een ontgrendeltijd opgeven van 1 en 15 minuten. Ontvangstinstellingen In dit onderdeel worden de gebruikersinstellingen beschreven in het [Ontvangstinstellingen]-menu onder [Faxeigensch.]. Ontvangstmodus omschakelen Geef de methode voor het ontvangen van faxdocumenten op. • Handmatige ontvangst •...
7. Instellingenmenu's van het apparaat Standaardinstelling: [Aan] Papierlade Hier kunt u de lade opgeven van waaruit papier voor uitvoer moet worden aangevoerd. • Lade1 • Lade 2 • Lade 3 • Handinvoer • Automatisch selecteren Standaardinstelling: [Lade 1] E-mailinstellingen In dit onderdeel worden de gebruikersinstellingen in het menu [E-mailinstell.] onder [Faxeigensch.] beschreven.
Faxeigenschappen (uitsluitend SG 3110SFNw) • Verznd pag: Totaal aantal verzonden pagina's. • Ontvan. pag: Totaal aantal ontvangen pagina's. Geh.beveiliging Als u Geh.beveiliging inschakelt, worden ontvangen documenten opgeslagen in het geheugen en niet automatisch afgedrukt. Om dit document af te drukken, voert u de geheugenbeveiliging-ID in. Een gebruiker zonder de ID kan het document niet afdrukken.
Pagina 286
7. Instellingenmenu's van het apparaat U kunt draaischijf- of druktoetslijnen selecteren. De beschikbare telefoontypes zijn afhankelijk van het land waarin het apparaat gebruikt zal worden. • Pulstoon • Tel. kiessch.(10PPS) Standaardinstelling: [Druktoetstelefoon] Voor meer informatie over het opgeven van deze instelling, zie Pag. 107 "Instellingen configureren voor een telefoonnetwerk (uitsluitend SG 3110SFNw)".
Faxeigenschappen (uitsluitend SG 3110SFNw) Land/regio In dit onderdeel worden de gebruikersinstellingen beschreven in het menu [Land/regio] onder [Faxeigensch.]. Land/regio Selecteer hier het land/de regio waarin het apparaat wordt gebruikt. De volgende instellingen worden automatisch gewijzigd aan de hand van het land dat of de regio die u selecteert: •...
Pagina 288
7. Instellingenmenu's van het apparaat Lijst parameterinstellingen Parameterinstellingen staan hieronder in het overzicht. Verandere Functie Kiestoon detecteren Bellen zonder de Bellen na de indien u gebeld wordt detectie detectie Kiestoon detecteren Bellen zonder de Bellen na de indien u gebeld wordt detectie detectie (Vóór het bellen van...
Faxeigenschappen (uitsluitend SG 3110SFNw) Druk op [ ] of [ ] om [Parameterinstelling] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]-knop. Druk op [ ] of [ ] om [Parameterinstelling] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]-knop. Als u een instelling voor de uitgangspositie wilt opgeven, selecteer dan [Uitgangspositie].
Pagina 290
7. Instellingenmenu's van het apparaat Wijzig geen andere schakelaars dan die zijn opgegeven. Verand Item eren 3,2,1 Afdrukbelichting 000: Normale belichting 001: De lichtste dichtheid 010: De donkerste dichtheid 101: Lichtere dichtheid 110: Donkerder dichtheid Resolutie 00: Standaardinstelling 01: Detail 10: Fijn Automatische belichting Type origineel...
Adresboek Adresboek In dit gedeelte worden de adresboekinstellingen beschreven. Het registreren van informatie in het adresboek, zoals de namen van gebruikers en hun e-mailadressen, maakt het mogelijk deze gemakkelijk te beheren. Wij raden u aan om regelmatig een reservekopie te maken van uw adresboek. •...
7. Instellingenmenu's van het apparaat Druk op [ ] of [ ] om [Systeeminstel.] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]- knop. Druk op [ ] of [ ] om [Beheerderstoepassingen] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]-knop.
Adresboek Druk op [Afsluiten]. De SEB-code programmeren Druk op [Opties]. Druk op [ ] of [ ] om [SEP Code] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]-knop. Voer de SEP-code in met de cijfertoetsen en druk vervolgens op de [OK]-knop. Voer het wachtwoord met de cijfertoetsen in en druk dan op de [OK]-knop.
7. Instellingenmenu's van het apparaat Voer de naam in en druk daarna op de [OK]-toets. U kunt een naam van maximaal 20 tekens invoeren. Druk op [Bestm.]. Druk op [ ] of [ ] om [E-mailinstell.] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]-knop. U kunt een e-mailadres van maximaal 64 tekens invoeren.
Pagina 295
Adresboek Druk op [ ] of [ ] om [Beheerderstoepassingen] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]-knop. Druk op [ ] of [ ] om [Adresboekbeheer] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]- knop. Druk op [ ] of [ ] om [Programmeren/Wijzigen] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]-knop.
7. Instellingenmenu's van het apparaat Druk op [Com.test] om te controleren of het pad goed is ingesteld. Als de verbindingstest mislukt, controleer dan de instellingen en probeer het opnieuw. Druk op [Afsluiten]. Druk op de toets [Escape]. Druk op [Afsluiten]. Druk op [OK].
Pagina 297
Adresboek Selecteer met de scroll toetsen een clientcomputer en druk vervolgens op de [OK]-toets. Hieronder worden de gedeelde mappen weergegeven. U kunt op [Omhoog] drukken om van niveau te wisselen. Selecteer met de scroll toetsen de map die u wilt registreren en druk vervolgens op [Toep.].
Pagina 298
7. Instellingenmenu's van het apparaat Als u het pad wilt wijzigen, voer dan het nieuwe pad in en druk [OK]. U kunt een absoluut pad invoeren met deze indeling: "/gebruiker/home/gebruikersnaam"; of een relatief pad met deze indeling: "directory/subdirectory". U kunt het pad invoeren met maximaal 128 tekens. Indien u het pad leeg laat, wordt aangenomen dat de login-directory de huidige werkende directory is.
Taal Taal In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u de taal selecteert waarin de instellingen en berichten op het bedieningspaneel worden weergegeven. Druk op de toets [Gebruikersinstellingen]. Druk op [ ] of [ ] om [Taal] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]-knop. Druk op [ ] of [ ] om de taal te selecteren en druk daarna op de [OK]-knop.
7. Instellingenmenu's van het apparaat Gebruikerscode Als u een gebruikerscode registreert, kunt u gebruikers en beschikbare functies met een code beperken. Als een gebruikerscode actief is, dient u de gebruikercode in het printerstuurprogramma op te geven. Voor meer informatie over het opgeven van een gebruikerscode in het printerstuurprogramma, raadpleegt u de helpfunctie van het printerstuurprogramma.
Gebruikerscode • Gebruikerscode wijzigen • Rechten wijzigen Gebruikerscode verwijderen U kunt een gebruikerscode verwijderen. • Selecteren voor verwijdering • Alle gebruikerscodes verwijderen Gebruikerscodeverificatie opgeven Druk op de toets [Gebruikersinstellingen]. Druk op [Inloggen]. Voer het log-inwachtwoord in en druk vervolgens op de knop [OK]. Druk op [ ] of [ ] om [Gebruikerscode] weer te geven en druk vervolgens op [OK].
Pagina 302
7. Instellingenmenu's van het apparaat...
8. Toezicht houden op het apparaat en het apparaat configureren In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u het apparaat controleert en configureert. De Status Monitor gebruiken Met behulp van de Status Monitor kunt u de status van afdruktaken, foutmeldingen, de hoeveelheid resterende inkt en andere informatie over de apparaatstatus controleren.
8. Toezicht houden op het apparaat en het apparaat configureren Web Image Monitor gebruiken De volgende bewerkingen kunnen op afstand vanaf een clientcomputer worden uitgevoerd met Web Image Monitor. • De apparaatstatus of de instellingen weergeven • Apparaatinstellingen invoeren • Instellingen voor meldingen via e-mail opgeven •...
Web Image Monitor gebruiken De startpagina weergeven In dit gedeelte wordt de startpagina besproken en wordt uitgelegd hoe u Web Image Monitor kunt weergeven. Start de internetbrowser. Voer "http://(IP-adres van het apparaat of hostnaam)/" in op de adresbalk. Wanneer u SSL, een protocol voor gecodeerde communicatie, instelt in een omgeving waarin serververificatie wordt gebruikt, voer dan "https://(IP-adres of hostnaam van het apparaat)/"...
8. Toezicht houden op het apparaat en het apparaat configureren 6. Help U kunt de Help-functie raadplegen om de inhoud van Help-bestanden te bekijken. 7. Algemeen gebied Hier wordt de inhoud weergegeven van het item dat in het menugedeelte is geselecteerd. •...
Web Image Monitor gebruiken CHV265 1. Home De tabbladen [Status], [Apparaatinformatie] en [Teller] worden weergegeven. Meer informatie over het tabbladmenu vindt u in het werkgedeelte. 2. Adresboek Hier kunt u de instellingen voor het adresboek opgeven. 3. Programmafunctie registreren Hier kunt u vaak gebruikte taakinstellingen opslaan. 4.
8. Toezicht houden op het apparaat en het apparaat configureren Lijst met instellingen U kunt de volgende instellingen opgeven op elke pagina van Web Image Monitor. Gebied [Apparaatinstellingen] • Pagina [Systeem] Hier kunt u [Device Name] en [Location] opgeven. • Pagina [Datum/Tijd] Hier kunt u de volgende items opgeven: [Datum instellen], [Tijd instellen], [SNTP-instelling], [SNTP-serveradres], [SNTP-poortnr.], [SNTP-pollinginterval], [Tijdzone], [Zomertijd instellen], [Zomertijd instellen (Start)], [Zomertijd instellen (Einde)] en [Tijdverschil].
Pagina 309
Web Image Monitor gebruiken Hier kunt u [Network], [MAC Address] en [Ethernet Speed] opgeven. • Pagina [Draadloze LAN-instellingen] • [Status] Hier kunt u de volgende items controleren: [Product-ID], [Versie], [Band], [Kanaalnummer], [BSSID], [MAC-adres], [Huidige status], [Verzonden pakketten], [Ontvangen pakketten], [Status simpele setup], [Signaalsterkte] en [Verz.status]. •...
Pagina 310
8. Toezicht houden op het apparaat en het apparaat configureren Hier kunt u de volgende items opgeven [DHCPv6-lite/full], [Staatloos adres], [DUID], [IAID] en [Optie update interval]. • Pagina [Bonjour] Hier kunt u opgeven of u IPv4 en IPv6 wilt in- of uitschakelen wanneer u [Bonjour] gebruikt. •...
Pagina 311
Web Image Monitor gebruiken Hier kunt u de volgende items opgeven [Account (beheerder)], [Verificatiewachtwoord (beheerder)], [Coderingswachtwoord (beheerder)] en [Toegangstype (beheerder)]. • Pagina [Fabrieksinstellingen herstellen] Hier kunt u de apparaatconfiguratie terugzetten naar de fabrieksinstellingen. Gedeelte [Beveiliging] • Pagina [Toegangscontrole] • [IPv4] U kunt maximaal vijf toegangscontrolebereiken instellen.
8. Toezicht houden op het apparaat en het apparaat configureren Melden van apparaatstatus via e-mail U kunt via e-mail een melding ontvangen over de status van het apparaat, bijvoorbeeld als het papier in het apparaat op is of als papier is vastgelopen. De e-mail met de melding over de apparaatstatus wordt verzonden naar het e-mailadres dat van tevoren als bestemming is opgegeven.
Pagina 313
Web Image Monitor gebruiken De meldingen over de printerstatus opgeven die via e-mail moeten worden verzonden Op de pagina [E-mail] kunt u de basisinstellingen en verificatie-instellingen opgeven voor het verzenden van e-mails. Hier kunt u [Auto Email Notification] in- of uitschakelen. "E-mailadres beheerder" wordt in het e- mailbericht weergegeven.
Pagina 314
8. Toezicht houden op het apparaat en het apparaat configureren Door POP voor SMTP te gebruiken, kunt u zich aanmelden bij een SMTP-server die POP voor SMTP ondersteunt. U kunt opgeven of u POP before SMTP wilt gebruiken en de POP-servernaam, het POP- poortnummer, de POP-gebruikersnaam en het POP-wachtwoord opgeven.
Web Image Monitor gebruiken Standaardinstelling: Blanco • [Fax e-mailwachtwoord] Voer het wachtwoord in met maximaal 20 tekens. Standaardinstelling: Blanco Automatische e-mailmelding: foutmelding via e-mail: groep 1-4 Hier kunt u opgeven of u deze functie wilt in- of uitschakelen. [Groepsnaam] Voer de groepsnaam in met maximaal 20 tekens. Standaardinstelling: Blanco [E-mailtaal] Hier kunt u de taal instellen voor e-mails.
Pagina 316
8. Toezicht houden op het apparaat en het apparaat configureren • Melden binnen:(minuten) Standaardinstelling: [0 minuten] [Inkt is op] • [Melden bij fout:] Standaardinstelling: [Gebeuren] • Melden binnen:(minuten) Standaardinstelling: [0 minuten] [Ink Almost Empty] • [Melden bij fout:] Standaardinstelling: [Gebeuren] •...
Pagina 317
Web Image Monitor gebruiken [Paper Size Error] • [Melden bij fout:] Standaardinstelling: [Gebeuren] • Melden binnen:(minuten) Standaardinstelling: [0 minuten] [Paper Type Error] • [Melden bij fout:] Standaardinstelling: [Gebeuren] • Melden binnen:(minuten) Standaardinstelling: [0 minuten] [Paper Size/Paper Type Error] • [Melden bij fout:] Standaardinstelling: [Gebeuren] •...
8. Toezicht houden op het apparaat en het apparaat configureren • Melden binnen:(minuten) Standaardinstelling: [0 minuten] Automatische e-mailmelding: melding van tellerinformatie Hier kunt u opgeven of u deze functie wilt in- of uitschakelen. [E-mailtaal] Hier kunt u de taal instellen voor e-mails. Standaardinstelling: [English] [Onderwerp] Voer een wachtwoord in dat uit maximaal 32 tekens bestaat.
Web Image Monitor gebruiken Over de Help-functie van Web Image Monitor U kunt de Help-functie weergeven voor de bewerkingen die u via de Web Image Monitor kunt uitvoeren. Start de internetbrowser. Voer "http://(IP-adres van het apparaat of hostnaam)/" in op de adresbalk. Klik op De startpagina van de Help-functie wordt weergegeven.
8. Toezicht houden op het apparaat en het apparaat configureren Device Setting Utility gebruiken Als u Device Setting Utility gebruikt, kunt u de apparaatinstellingen bekijken en wijzigen. • Om Device Setting Utility te kunnen gebruiken, dient het apparaat via een USB-verbinding op de clientcomputer te zijn aangesloten.
Device Setting Utility gebruiken • Open File klik hierop om het huidige configuratiebestand te wijzigen. • USB Connect Klik hierop om de apparaatinstellingen weer te geven en te wijzigen. De procedure wordt als voorbeeld gebruikt voor het weergeven en wijzigen van de apparaatinstellingen met behulp van "USB Connect".
8. Toezicht houden op het apparaat en het apparaat configureren Sets met opgegeven instellingen registreren Met het Device Setting Utility kunt u sets met opgegeven instellingen registreren. Klik in het menu [Start] op [Alle programma's]. Klik op [Device Setting for productnaam]. Klik op [USB Connect].
SNMP SNMP De Ethernet-interface omvat de SNMP-agent (Simple Network Management Protocol) voor UDP. Met behulp van de SNMP-manager kunt u printergegevens verkrijgen. De standaard community-naam is "public". Met behulp van deze community-naam kunt u MIB- gegevens verkrijgen. Ondersteuning van MIB SNMPv1/v2c/SNMPv3 •...
8. Toezicht houden op het apparaat en het apparaat configureren Een rapport afdrukken om de instellingen, de status en het communicatielogboek van het apparaat te controleren In dit onderdeel wordt uitgelegd hoe u een rapport kunt afdrukken met informatie over de instellingen of status van het apparaat en de communicatie.
Een rapport afdrukken om de instellingen, de status en het communicatielogboek van het apparaat te controleren Bestemmingslijst De lijst met bestemmingen die in het adresboek van het apparaat zijn opgeslagen, wordt weergegeven. U kunt de volgende informatie controleren: • (Registr.nr) Het registratienummer van de bestemming wordt weergegeven.
8. Toezicht houden op het apparaat en het apparaat configureren • Bestemming De naam van de bestemming wordt weergegeven. • Modus De modus die voor een faxcommunicatie is aangenomen, wordt weergegeven. • Verz.tijd/Ontv.tijd De duur van de verzending van het bestand wordt weergegeven. Als een verzending langer dan 99 minuten en 59 seconden duurt, wordt "**** seconden"...
Een rapport afdrukken om de instellingen, de status en het communicatielogboek van het apparaat te controleren Het totaal aantal gefaxte pagina's wordt weergegeven. Als het totaal aantal pagina's 999 overschrijdt, wordt "*** pagina's" weergegeven. • Resultaat "OK" of "Fout" wordt weergegeven als de verzendstatus. •...
8. Toezicht houden op het apparaat en het apparaat configureren • E. 4) Geen faxaansluiting De ontvanger heeft de oproep beantwoord, maar de faxcommunicatie is mislukt. • E. 5) Max. e-mailformaat overschreden De verzending van een internetfax werd gestoord vanwege een probleem met het maximale e-mailformaat op het apparaat.
Een rapport afdrukken om de instellingen, de status en het communicatielogboek van het apparaat te controleren De naam van de bestemming wordt weergegeven. • Resultaat Als een communicatie op de normale wijze wordt voltooid, wordt "OK" weergegeven. Als een communicatie mislukt, wordt er een foutmelding weergegeven. Lijst verzendbestanden Er wordt een lijst van faxrijen weergegeven.
8. Toezicht houden op het apparaat en het apparaat configureren De lijst afdrukken Het is mogelijk lijsten handmatig af te drukken. De procedure wordt uitgelegd met het afdrukken van logboeken als voorbeeld. Voor informatie over het afdrukken van andere lijsten en rapporten raadpleegt u Pag. 431 "Afdruklijst". Druk op de [Fax]-knop.
Het communicatieresultaat bekijken Het communicatieresultaat bekijken U kunt het communicatieresultaat op het scherm controleren. Druk op de [Fax]-knop. Druk op [TX modus]. Druk op [ ] of [ ] om [Taakinfo.] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]-knop. Druk op [ ] of [ ] om [Status verz.bestnd] of [Status ontv.bestand] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]-knop.
Pagina 332
8. Toezicht houden op het apparaat en het apparaat configureren...
9. Onderhoud In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u het apparaat onderhoudt en bedient. Een inktcartridge vervangen De resterende hoeveelheid inkt controleren Volg de onderstaande procedure om met behulp van de Status Monitor of de indicatielampjes voor het vervangen van de cartridge te controleren wanneer inktcartridges moeten worden vervangen. Het resterende inktniveau controleren op het display U kunt het niveau van de resterende inkt controleren door het pictogram te bekijken dat boven het indicatielampje voor het vervangen van de cartridge verschijnt.
9. Onderhoud Open het dialoogvenster [Eigenschappen van printer]. Zie Pag. 141 "Het dialoogvenster van het printerstuurprogramma openen". Klik op het tabblad [Onderhoud]. Klik op [Status Monitor weergeven]. Controleer de status van de cartridge. • U kunt opgeven of de Status Monitor een melding moet verzenden als de inkt bijna op is. Hiervoor opent u het dialoogvenster van het printerstuurprogramma, klikt u op [Instellingen statusmonitor] op het tabblad [Onderhoud] en vinkt u het selectievakje [Cartridge vervanging melden] aan.
Pagina 335
Een inktcartridge vervangen • Wanneer u de printcartridge vervangt, moet u erop letten dat u uw hand niet in de buurt houdt van de plek waar de printcartridge wordt geplaatst. Als er inkt in contact komt met uw handen, wast u ze grondig met zeep en water. •...
9. Onderhoud Duw elke cartridge op zijn plaats. CHV081 Sluit het rechter voorpaneel. CHV079 Hoe moet u met inktcartridges omgaan? Hier worden belangrijke punten uitgelegd over hoe u dient om te gaan met inktcartridges. • Hieronder volgt een waarschuwing over de plastic zak die onderdeel is van het inpakmateriaal van het apparaat.
Informatie over inktcartridges • Inktcartridges voldoen aan de veiligheidsspecificaties van de fabrikant. Gebruik authentieke Ricoh inktcartridges om zeker te zijn van de veiligheid en betrouwbaarheid van de inktcartridges. • Wanneer u het apparaat voor de eerste keer gebruikt, plaatst u de inktcartridges die met het apparaat zijn meegeleverd.
Pagina 338
9. Onderhoud Hoe moet u inktcartridges bewaren? • Bewaar inktcartridges bij een temperatuur tussen -30 en +43°C. Inktverbruik • Ter bescherming van de printkoppen en om de afdrukkwaliteit te garanderen, voert het apparaat periodiek onderhoud uit en maakt deze de printerkoppen schoon wanneer deze wordt aangezet en voorafgaand aan het afdrukken.
Een inktopvangeenheid vervangen Een inktopvangeenheid vervangen Het inktafvalniveau controleren Volg de onderstaande procedure om met behulp van de Status Monitor of het indicatielampje voor inktafval te controleren wanneer de inktopvangeenheid moet worden vervangen. Het inktafvalniveau controleren via het display U kunt het inktafvalniveau bekijken door naar het pictogram te kijken dat boven het indicatielampje voor inktafval wordt weergegeven.
9. Onderhoud Klik op het tabblad [Onderhoud]. Klik op [Status Monitor weergeven]. Controleer de status van de inktopvangeenheid. Een inktopvangeenheid vervangen • Hieronder volgt een waarschuwing over de plastic zak die onderdeel is van het inpakmateriaal van het apparaat. • Houd plastic materiaal (zakjes, handschoenen, enz.) die met dit apparaat zijn meegeleverd te allen tijde buiten bereik van baby's en kleine kinderen.
Pagina 341
Een inktopvangeenheid vervangen • Zorg ervoor dat u de inktopvangeenheid niet laat vallen. • Zorg er voor dat u de inktopvangeenheid niet laat vallen als u deze in de meegeleverde plastic zak opbergt. De zak kan scheuren, waardoor inkt wordt gemorst. •...
Pagina 342
9. Onderhoud Plaats de inktopvangeenheid in de meegeleverde plastic zak. CHU047 Plaats de nieuwe inktopvangeenheid. CHV083 Laat de inktopvangeenheid voorzichtig in het apparaat glijden, tot u deze hoort klikken. CHV084 Sluit het rechter voorpaneel.
Het apparaat schoonmaken Het apparaat schoonmaken Maak de buitenkant regelmatig schoon om het apparaat in goede conditie te houden. • Het apparaat weegt ongeveer 15,3 kg. • Verwijder geen panelen of schroeven, behalve als dat uitdrukkelijk in deze handleiding staat aangegeven.
9. Onderhoud • Zorg ervoor dat u het netsnoer ten minste een keer per jaar uit het stopcontact haalt. • De binnenste draden van het netsnoer blootliggen, gebroken zijn, enz. • De coating van het netsnoer een barst of deuk heeft. •...
Het apparaat schoonmaken De ADF schoonmaken De volgende procedure beschrijft hoe u de ADF moet schoonmaken. Open de ADF. Zorg ervoor dat u de invoerlade niet aanraakt bij het optillen van de ADF, anders kan de lade beschadigd raken. Maak de delen die met pijlen worden aangegeven schoon met een zachte, vochtige doek en wrijf dezelfde delen met een droge doek na zodat er geen vocht achterblijft.
9. Onderhoud Het apparaat verplaatsen Hier worden de aandachtspunten besproken beschreven voor als u de printer over een korte of lange afstand verplaatst. Verplaatsen over een korte afstand Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht om het apparaat over een korte afstand te verplaatsen, bijvoorbeeld als u een optionele lade wilt bevestigen of als u het apparaat binnen dezelfde ruimte wilt verplaatsen.
Het apparaat verplaatsen Til het apparaat op en verplaats het naar de plek waar u het apparaat wilt neerzetten. CHV097 Pak het apparaat met behulp van de grepen aan beide zijkanten aan de onderkant vast, zoals wordt afgebeeld. Til het apparaat op en draag het langzaam en voorzichtig naar de nieuwe plek. •...
9. Onderhoud Het apparaat afvoeren Neem contact op met een erkende dealer als u dit apparaat wilt laten afvoeren. Wanneer u het apparaat zelf afvoert, dient u zich te houden aan de lokale afvalvoorschriften van uw gemeente.
Als u het apparaat een lange tijd niet gaat gebruiken Als u het apparaat een lange tijd niet gaat gebruiken Als het apparaat een tijd lang niet zal worden gebruikt, zet u het apparaat uit, verwijdert u de USB- kabel en haalt u de stekker uit het stopcontact. Als de printer na een lange periode van inactiviteit weer wordt aangezet, wordt er veel inkt verbruikt voor onderhoud en het schoonmaken van de printerkop.
10. Problemen oplossen In dit hoofdstuk worden oplossingsprocedures uitgelegd voor problemen die te maken hebben met alle functies van dit apparaat. Het bevat tevens instructies over wat u kunt doen als er papier vastloopt. De software kan niet worden geïnstalleerd In dit gedeelte wordt beschreven hoe u problemen met het installeren van software kunt oplossen in verschillende omgevingen.
10. Problemen oplossen Snelinstallatie voor USB Mogelijk is de cd-rom niet op de juiste wijze geplaatst. Controleer of de cd-rom op de juiste wijze is geplaatst. Controleer ook of de cd-rom niet is beschadigd en of het cd-romstation naar behoren werkt. Mogelijk is het netsnoer of de USB-kabel niet goed bevestigd.
De software kan niet worden geïnstalleerd Snelinstallatie voor Netwerk Mogelijk is de cd-rom niet op de juiste wijze geplaatst. Controleer of de cd-rom op de juiste wijze is geplaatst. Controleer ook of de cd-rom niet is beschadigd en of het cd-romstation naar behoren werkt. Mogelijk is het netsnoer of de ethernetkabel niet op de juiste wijze aangesloten.
10. Problemen oplossen een cd-rom, slaat u het printerstuurprogramma rechtstreeks op de harde schijf op en installeert u het daarna. • Voeg de printer toe zonder het installatieprogramma te gebruiken. In het menu [Start] klikt u op [Apparaten en printers], op [Printer toevoegen] en vervolgens installeert u het printerstuurprogramma aan de hand van de instructies.
Als testafdrukken mislukken Als testafdrukken mislukken In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u problemen met testafdrukken kunt oplossen. Mogelijk is het netsnoer of de USB- of ethernetkabel niet op de juiste wijze bevestigd. Controleer of het netsnoer en de USB- of ethernetkabel op de juiste wijze zijn bevestigd. Mogelijk is de poortaansluiting niet op de juiste wijze ingesteld.
10. Problemen oplossen De software verwijderen Als software onjuist of onvolledig is geïnstalleerd, moet u deze verwijderen en daarna opnieuw installeren. • Voordat u de installatie van software ongedaan maakt of apparaten verwijdert, schakelt u alle andere printers die via USB op uw computer zijn aangesloten uit of verwijdert u de USB-kabel naar de printers.
Pagina 357
De software verwijderen Selecteer een willekeurige printer en klik vervolgens op [Eigenschappen van afdrukserver]. In Windows XP/Vista of Windows Server 2003/2003 R2/2008 klikt u op [Eigenschappen voor server] in het menu [Bestand]. Klik op het tabblad [Stuurprogramma's]. Selecteer [Printernaam] in [Geïnstalleerde printerstuurprogramma's:] en klik vervolgens op [Verwijderen].
10. Problemen oplossen • Download het meest recente stuurprogramma van de website van de fabrikant om het printerstuurprogramma te updaten. Apparaten verwijderen Als Windows automatisch een USB-verbinding tot stand brengt vanwege een onbevoegd apparaat, kunt u het apparaat en soortgelijke apparaten verwijderen. Zorg dat u geen apparaten verwijdert die u nodig hebt.
Pagina 359
De software verwijderen Wijs naar de geïnstalleerde [Naam product] en klik vervolgens op [Uninstall User Guide]. Volg de instructies die verschijnen om de Gebruikershandleiding te verwijderen. De Gebruikershandleiding verwijderen met behulp van de functie [Software] Houd de [Aan/uit]-knop een seconde vast. Klik in het menu [Start] op [Configuratiescherm].
10. Problemen oplossen Het afdrukken start niet Controleer het volgende als het afdrukken niet wordt gestart: Controleer de voeding van het apparaat. • De [Aan/uit]-knop brandt niet. Zet het apparaat aan. Zie Pag. 56 "Het apparaat aan-/uitzetten". • Het aan/uit-indicatielampje brandt niet of knippert, ondanks dat er op de [Aan/uit]-knop is gedrukt.
Pagina 361
Het afdrukken start niet • De versie van het printerstuurprogramma controleren in Macintosh 1. In het menu [Apple] klikt u op [System Preferences...]. 2. Klik op [Print & Fax]. 3. Selecteer de gewenste printer uit de printerlijst en klik vervolgens op [Option and Supply]. 4.
10. Problemen oplossen Papier wordt niet ingevoerd of normaal afgeleverd Als het apparaat werkt maar het papier niet wordt ingevoerd of papier telkens vastloopt, controleer dan het apparaat en het papier. Het papier wordt niet soepel doorgevoerd. • De papiergeleiders zijn niet op de juiste wijze afgesteld. De papiergeleiders van de papierlade zijn niet goed afgesteld op het geplaatste papier.
Pagina 363
Papier wordt niet ingevoerd of normaal afgeleverd Hoewel een papierstoring is opgelost, wordt papier niet doorgevoerd. Als er een papierstoring optreedt, verwijder de papierstoring dan en druk vervolgens op [Form Feed]. Zie Pag. 362 "[FormFeed] gebruiken om vastgelopen papier te verwijderen". Lade 2 en 3 kunnen niet worden geselecteerd.
10. Problemen oplossen Papierstoring In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u vastgelopen papier verwijdert. • Pas op dat u geen inkt in uw kleding krijgt bij het verwijderen van vastzittend papier of bij het vervangen van inktcartridges. Indien er inkt op uw kleding terecht komt, was de vlek dan met koud water.
Papierstoring Verwijder het vastgelopen papier. CHV043 Het afdrukken begint. • Ga door met het verwijderen van vastgelopen papier op basis van de weergegeven foutmeldingen tot er geen meldingen meer worden weergegeven. Zie Pag. 362 "Papierstoring". • Als er regelmatig papierstoringen optreden, raadpleegt u Pag. 360 "Papier wordt niet ingevoerd of normaal afgeleverd".
Pagina 366
10. Problemen oplossen Open de uitvoerplank en verwijder het vastgelopen papier. CHV044 Als u het vastgelopen papier niet kunt verwijderen of als het papier moeilijk te verwijderen is, is het papier mogelijk aan de binnenkant van het apparaat vastgelopen. Bekijk het papier zorgvuldig en verwijder het.
Papierstoring • Ga door met het verwijderen van vastgelopen papier op basis van de weergegeven foutmeldingen tot er geen meldingen meer worden weergegeven. Zie Pag. 362 "Papierstoring". • Als er regelmatig papierstoringen optreden, raadpleegt u Pag. 360 "Papier wordt niet ingevoerd of normaal afgeleverd".
Pagina 368
10. Problemen oplossen Verwijder het vastgelopen papier. CHV073 Duw lade 2 en 3 voorzichtig terug in het apparaat totdat deze niet verder kan. CHV074 Het afdrukken begint. Nadat het afdrukken is hervat, wordt mogelijk blanco papier afgeleverd. • Ga door met het verwijderen van vastgelopen papier op basis van de weergegeven foutmeldingen tot er geen meldingen meer worden weergegeven.
Papierstoring Vastgelopen papier uit de multi-handinvoer verwijderen Verwijder al het papier uit de handinvoer. CHV046 Verwijder het vastgelopen papier. CHV047 Plaats papier in de handinvoer met de afdrukzijde omhoog en zonder het maximale aantal vellen te overschrijden. CHV035 Het afdrukken begint. Nadat het afdrukken is hervat, wordt mogelijk blanco papier afgeleverd.
10. Problemen oplossen Verwijder de multi-handinvoer. Zie Pag. 53 "De multi-handinvoer bevestigen en verwijderen". Verwijder het vastgelopen papier via de achterzijde van het apparaat. CHV144 Bevestig de multi-handinvoer opnieuw. Zie Pag. 53 "De multi-handinvoer bevestigen en verwijderen". Plaats papier in de handinvoer met de afdrukzijde omhoog en zonder het maximale aantal vellen te overschrijden.
Pagina 371
Papierstoring 1. Getande rubberband 2. Inktbuizen 3. Papierpersgedeelte 4. Invoerriem Open de scannereenheid. CHV048 Verwijder het vastgelopen papier via de opening van de scannereenheid. CHV049 Als de printerkop halverwege stopt, verplaatst u deze naar het andere eind. Sluit de scannereenheid. CHV071 Het afdrukken begint.
10. Problemen oplossen Nadat het afdrukken is hervat, wordt mogelijk blanco papier afgeleverd. Druk het testpatroon voor spuitkopcontrole af om te controleren of er geen verstoppingen in de spuitkoppen van de printerkop zitten. Zie Pag. 233 "Controle spuitpatroon". • Ga door met het verwijderen van vastgelopen papier op basis van de weergegeven foutmeldingen tot er geen meldingen meer worden weergegeven.
Papierstoring Sluit het ADF-paneel. CHV092 Druk op de knop [B&W Start] of [Color Start]. Het afdrukken begint. Nadat het afdrukken is hervat, wordt mogelijk blanco papier afgeleverd. • Als u het vastgelopen papier hebt verwijderd, wordt het bericht "Plaats XX originelen in ADF en druk op [Hervat.].
10. Problemen oplossen Verwijder de duplexeenheid en verwijder het vastgelopen papier. Zie Pag. 372 "De klep van de duplexeenheid openen om vastgelopen papier te verwijderen". • Ga door met het verwijderen van vastgelopen papier op basis van de weergegeven foutmeldingen tot er geen meldingen meer worden weergegeven.
Papierstoring Sluit de klep van de duplexeenheid. CHV127 Het afdrukken begint. Nadat het afdrukken is hervat, wordt mogelijk blanco papier afgeleverd. • Ga door met het verwijderen van vastgelopen papier op basis van de weergegeven foutmeldingen tot er geen meldingen meer worden weergegeven. Zie Pag. 362 "Papierstoring". •...
10. Problemen oplossen • Ga door met het verwijderen van vastgelopen papier op basis van de weergegeven foutmeldingen tot er geen meldingen meer worden weergegeven. Zie Pag. 362 "Papierstoring". • Als er regelmatig papierstoringen optreden, raadpleegt u Pag. 360 "Papier wordt niet ingevoerd of normaal afgeleverd".
Pagina 377
Papierstoring Verwijder het vastgelopen papier. CHV148 Sluit het achterpaneel. CHV149 Zorg dat u de klepjes weer in de oorspronkelijke posities terugzet. Het afdrukken begint. Nadat het afdrukken is hervat, wordt mogelijk blanco papier afgeleverd. • Ga door met het verwijderen van vastgelopen papier op basis van de weergegeven foutmeldingen tot er geen meldingen meer worden weergegeven.
10. Problemen oplossen Afdrukresultaten voldoen niet aan de verwachting Als de afdrukkwaliteit slecht is, controleert u de instellingen van het apparaat en het printerstuurprogramma op problemen. Als er geen problemen lijken te zijn, controleert u de printercartridge of andere verbruiksartikelen. Voor informatie over het behandelen van papier raadpleegt u Pag.
Pagina 379
Afdrukresultaten voldoen niet aan de verwachting Is het apparaat lange tijd niet gebruikt? Mogelijk is de inkt droog of zitten de spuitkoppen van de printerkoppen verstopt. Druk het testpatroon voor spuitkopcontrole af en maak de printerkoppen schoon, indien nodig. Zie Pag. 233 "Controle spuitpatroon", Pag. 234 "Printerkoppen schoonmaken". Zijn de printerkoppen op één lijn gebracht? Onscherpe afdrukken of afdrukken met dubbele lijnen wijzen erop dat de printerkoppen zich op een onjuiste positie bevinden.
Wordt er een authentieke inktcartridge gebruikt? Als u een andere cartridge gebruikt dan een inktcartridge van Ricoh of een cartridge die is hervuld met inkt, gaat de afdrukkwaliteit achteruit en treedt er mogelijk een storing op in het apparaat. Gebruik een authentiek inktcartridge van Ricoh.
Printerproblemen Printerproblemen In dit onderdeel worden de waarschijnlijke oorzaken van en mogelijke oplossingen voor problemen met betrekking tot de printerfunctie uitgelegd. De kleuren komen niet overeen met de getoonde afbeelding Als er verschillen zijn tussen de kleuren van de afdrukresultaten en de weergegeven afbeelding, moet u uzelf de volgende vragen stellen: Is de tint van de kleuren aangepast? Aangezien afgedrukte kleuren en schermkleuren via verschillende methodes worden geproduceerd, kan...
10. Problemen oplossen De posities komen niet overeen met de weergegeven afbeelding Als de positie van afgedrukte items niet overeenkomt met de positie van weergegeven afbeeldingen, moet u uzelf de volgende vragen stellen: Zijn de instellingen voor de paginalay-out gedefinieerd? Controleer of er instellingen voor de paginalay-out zijn gedefinieerd in de toepassing.
Pagina 383
Printerproblemen • Op het tabblad [Uitgebreide Instelling] selecteert u [Afdrukkwaliteit] en vervolgens [Fotografisch], [Tekst] of [Dunne lijnen] bij [Dithering:]. • Op het tabblad [Uitgebreide Instelling] selecteert u [Stuurprg-opties] en vinkt u het selectievakje [Spoolgegevens in EMF-indeling] aan. • Op het tabblad [Uitgebreide Instelling] selecteert u [Afdrukkwaliteit] en verwijdert u de vinkjes uit de selectievakjes [Foto's aanpassen] en [Afbeeldingen met lage resolutie vloeiend maken].
10. Problemen oplossen • Op het tabblad [Uitgebreide Instelling] selecteert u [Stuurprg-opties] en vinkt u het selectievakje [Spoolgegevens in EMF-indeling] aan. • Op het tabblad [Uitgebreide Instelling] selecteert u [Afdrukkwaliteit] en verwijdert u de vinkjes uit de selectievakjes [Foto's aanpassen] en [Afbeeldingen met lage resolutie vloeiend maken]. •...
Kopieerproblemen Kopieerproblemen In dit onderdeel worden waarschijnlijke oorzaken en mogelijke oplossingen beschreven voor problemen met de kopieerfunctie. Problemen met de kopieerfunctie Kopieën bevinden zich niet in de juiste volgorde. U heeft de originelen niet in de juiste volgorde geplaatst. Als u een origineel dat uit meerdere pagina's bestaat met de ADF wilt kopiëren, dient de eerste pagina bovenop te liggen.
Pagina 386
10. Problemen oplossen Bij elke kopie is hetzelfde gebied vuil. De glasplaat, het scanglas of de ADF is vuil. Maak deze schoon. Zie Pag. 341 "Het apparaat schoonmaken". De kopieën zijn vuil. • De beeldbelichting is te hoog. Pas de belichting aan. Zie Pag. 176 "Beeldbelichting aanpassen". •...
Scanproblemen Scanproblemen In dit onderdeel worden waarschijnlijke oorzaken van en mogelijke oplossingen voor problemen met de scannerfunctie uitgelegd. Problemen met de scannerfunctie In dit onderdeel worden oorzaken en oplossingen van ongewenste scanresultaten uitgelegd. Het apparaat begint niet met scannen. De ADF of de ADF-klep staat open. Als de ADF of ADF-klep open staat, kunt u niet scannen met de ADF.
10. Problemen oplossen Faxproblemen In dit onderdeel worden de waarschijnlijke oorzaken van en mogelijke oplossingen voor problemen met faxfuncties uitgelegd. Problemen met de faxfunctie In dit onderdeel worden de waarschijnlijke oorzaken van en mogelijke oplossingen voor problemen met betrekking tot verzending en ontvangst uitgelegd. Verzending is mogelijk, maar ontvangst niet.
Faxproblemen Afdrukresultaten zijn niet voldoende (faxfunctie) In dit onderdeel worden de waarschijnlijke oorzaken van en mogelijke oplossingen voor problemen uitgelegd met betrekking tot faxen die niet op de juiste wijze kunnen worden afgedrukt. De achtergrond van ontvangen afbeeldingen lijkt vuil./Afbeeldingen aan de achterkant van de pagina komen tevoorschijn.
10. Problemen oplossen Foutmeldingen en statusberichten op het display In dit gedeelte wordt uitgelegd wat de berichten betekenen die op het display worden weergegeven en wat u moet doen wanneer een bepaald bericht wordt weergegeven. Afhankelijk van de instellingen voor "Auto Continue" die zijn opgegeven bij de beheerdertoepassingen, worden sommige van de volgende berichten mogelijk niet weergegeven.
Pagina 391
Foutmeldingen en statusberichten op het display #### server. Het apparaat kan geen verbinding krijgen met de FTP-, LDAP-, POP3-, SMB- of SMTP-server. Neem contact op met de beheerder. Cannot obtain IP address from #### server. Het apparaat kan geen IP-adres ophalen van de FTP-, LDAP-, POP3- of SMTP-server. Neem contact op met de beheerder.
Pagina 392
10. Problemen oplossen Zie Pag. 210 "De resolutie opgeven". • Verminder het aantal originelen. Exceeded max. number of registrations. Het aantal cijfers in de ingevoerde faxbestemming is groter dan de maximumgrens. Controleer of de ingevoerde faxbestemming juist is. Failed to Connect: #### Server Een verbinding met de FTP-, LDAP-, POP3-, SMB- of SMTP-server of het USB-geheugen is mislukt.
Pagina 393
Foutmeldingen en statusberichten op het display Ink collctr. unit is full. Replace ink collctr. unit. De inktopvangeenheid is vol. Vervang de inktopvangeenheid. Zie Pag. 337 "Een inktopvangeenheid vervangen". Ink collector unit is not set. Set ink collector unit correctly. De inktopvangeenheid is niet op de juiste wijze geplaatst. Plaats de inktopvangeenheid op de juiste wijze.
Pagina 394
10. Problemen oplossen No destination is programmed in the specified number. U hebt op een snelkiestoets gedrukt, maar er is geen bestemming onder die toets geregistreerd. U kunt sneller faxen door bestemmingen onder snelkiestoetsen te registreren. Zie Pag. 202 "De faxbestemming opgeven". Original Misfeed Remove paper then press Start key.
Pagina 395
Foutmeldingen en statusberichten op het display Zie Pag. 371 "Papierstoring in de duplexeenheid". Paper Misfeed: Guide Board Remove paper. Er is een papierstoring opgetreden in de achterklep of de duplexeenheid. Open de klep van de duplexeenheid of koppel de duplexeenheid los en verwijder het vastgelopen papier.
Pagina 396
10. Problemen oplossen Plaats papier met het opgegeven formaat in de papierlade en wijzig overeenkomstig het papierformaat in het papierinvoermenu. U kunt ook op [Form Feed] drukken, een lade die papier bevat van het geselecteerde formaat selecteren en dan afdrukken. Zie Pag.
Pagina 397
Foutmeldingen en statusberichten op het display U kunt ook op [Form Feed] drukken, een lade selecteren die papier bevat van de geselecteerde soort en dan afdrukken. Zie Pag. 401 "Papiertype/papiergrootte komt niet overeen (Lade 1)", Pag. 401 "Papiertype/ papiergrootte komt niet overeen (lade 2/3)", Pag. 401 "Papiertype/papiergrootte komt niet overeen (handinvoer)".
Pagina 398
10. Problemen oplossen Als deze melding verschijnt, neem dan contact op met uw verkoop- of servicemedewerker. Set ink cartridge correctly. Er is geen inktcartridge geplaatst. Plaats de printcartridge op de juiste wijze. Zie Pag. 403 "Klep open / Inktcartridge(s) niet gedetecteerd". Set original(s) on ADF to use SADF Copy function.
Pagina 399
Foutmeldingen en statusberichten op het display now. Please wait... De temperatuur is abnormaal hoog. Wacht tot het apparaat zich aan de kamertemperatuur heeft aangepast. Zie Pag. 408 "Buiten temperatuurbereik voor afdrukken". Temperature is too low. Cannot use the machine. Turn power off then on. De temperatuur is abnormaal laag.
Pagina 400
10. Problemen oplossen See instructions in front cover to replace ink cartridge. Er is een gebruikte printcartridge geplaatst. Vervang de printcartridge met de aangegeven kleur door een nieuwe. Zie Pag. 331 "Een inktcartridge vervangen". Used ink collector unit. Set a new ink collector unit.
Foutmeldingen in de Status Monitor Foutmeldingen in de Status Monitor Als er een fout optreedt in het apparaat, geeft de Status Monitor een foutmelding weer. Klik op [Gebruikershandleiding...] om de pagina weer te geven die overeenkomt met de fout en waar meer informatie wordt weergegeven over hoe u het probleem kunt oplossen.
10. Problemen oplossen Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van het apparaat en klik vervolgens op [Eigenschappen van printer]. In Windows Vista/XP of Windows Server 2003/2003 R2/2008 klikt u met de rechtermuisknop op het apparaatpictogram en klikt u vervolgens op [Eigenschappen]. Klik op het tabblad [Poorten].
Foutmeldingen in de Status Monitor Zie Pag. 126 "Papier plaatsen". • Bevestig de multi-handinvoer op de juiste manier. Zie Pag. 53 "De multi-handinvoer bevestigen en verwijderen". • Annuleer de afdruktaak. Zie Pag. 146 "Afdrukken annuleren". Papiertype/papiergrootte komt niet overeen (Lade 1) Er is papier met een verkeerd formaat of type in lade 1 geplaatst.
10. Problemen oplossen Zie Pag. 245 "Papierlade-instellingen". • Druk af met behulp van de Form Feed-knop. Druk op [Form Feed], selecteer een lade die papier bevat van het geselecteerde formaat of type en druk vervolgens af. • Annuleer de afdruktaak. Zie Pag.
Foutmeldingen in de Status Monitor Klep van de duplexeenheid CHV127 Als u de klep van de duplexeenheid wilt openen, dient u de multi-handinvoer te verwijderen. Als u de klep van de duplexeenheid hebt gesloten, dient u de multi-handinvoer weer terug te plaatsen. Als de multi-handinvoer op de printer is bevestigd, zet u de printer uit en verwijdert u de multi- handinvoer.
Pagina 406
10. Problemen oplossen Als de klep open is: Sluit het rechter voorpaneel. CHV079 Als de inktcartridges niet zijn geïnstalleerd of niet op de juiste wijze zijn geïnstalleerd: Open het rechter voorpaneel. CHV077 Duw de cartridge er helemaal in. CHV081...
Foutmeldingen in de Status Monitor Sluit het rechter voorpaneel. CHV079 • Als de fout zich blijft voordoen, verwijdert u de inktcartridge en installeert u deze opnieuw. Doe dit maar één keer. • Als er een probleem is met de inktcartridge, probeert u een nieuwe cartridge te installeren. •...
10. Problemen oplossen • Als u het apparaat uitschakelt en vervolgens weer inschakelt, stuurt het apparaat de inkt uit de inktcartridge naar het apparaat. Tijdens deze procedure kan de inkt in de inktcartridge opraken. • De hoeveelheid resterende inkt die wordt getoond in de aanduiding voor het vervangen van een inktcartridge is slechts ter indicatie en kan anders zijn dan de werkelijke hoeveelheid.
Pagina 409
Foutmeldingen in de Status Monitor Plaats de inktopvangeenheid op de juiste wijze. Open het rechter voorpaneel. CHV077 Bevestig de inktopvangeenheid door erop te duwen totdat deze vastklikt. Zorg dat er geen inkt morst. CHV084 Sluit het rechter voorpaneel. CHV079 Als deze melding verschijnt, neem dan contact op met uw verkoop- of servicemedewerker.
10. Problemen oplossen Inktopvangeenheid bijna vol De inktopvangeenheid is bijna vol. Zorg dat u een nieuwe inktopvangeenheid bij de hand hebt. • Als een inktcartridge bijna leeg is terwijl de inktopvangeenheid bijna vol is, gaat het waarschuwingslampje knipperen en verschijnt er een bericht op het display dat u informeert over het lage inktniveau in de cartridge.
Foutmeldingen in de Status Monitor • Voor meer informatie over de omstandigheden waaronder de printer kan worden gebruikt (omgevingstemperatuur en vochtigheid), raadpleegt u Pag. 60 "De computer en installatieplek controleren". Printerfout Er heeft zich een fout voorgedaan in het apparaat. Zet het apparaat uit en vervolgens weer aan.
11. Bijlage De firmware bijwerken Controleer de versie van de firmware. Als dit niet de nieuwste versie is, kunt u de firmware bijwerken. Als u de firmware wilt updaten, download dan de nieuwste firmware vanaf de website van de fabrikant en installeer deze firmware.
11. Bijlage Het stuurprogramma bijwerken Als dit niet de nieuwste versie is, kunt u het stuurprogramma updaten. U kunt de nieuwste versie via het internet downloaden. Gebruik de volgende stappen om de versie te controleren van het stuurprogramma dat nu gebruikt wordt.
Het stuurprogramma bijwerken Klik op [OK]. De versie van het huidige LAN-faxstuurprogramma controleren (uitsluitend SG 3110SFNw) Klik in het menu [Start] op [Apparaten en printers]. In Windows XP klikt u op [Printers en faxapparaten]. In Windows Vista of Windows Server 2008 klikt u op [Configuratiescherm]. Klik op [Hardware en geluiden] en vervolgens op [Printers].
11. Bijlage Software op de cd-rom Bestanden Hieronder volgt een lijst met de bestanden die op de cd-rom staan. • RPCS-rasterprinterstuurprogramma voor Windows XP/Vista/7 en Windows Server 2003/2003 R2/2008/2008 R2 • PCL 5c-printerstuurprogramma voor Windows XP/Vista/7 en Windows Server 2003/2003 R2/2008/2008 R2 •...
Software op de cd-rom Windows XP/Vista/7 of Windows Server 2003/2003 R2/2008/2008 R2 • Beeldresolutie Minimaal SVGA 800 × 600 pixels • Met een clusteringsconfiguratie kunt u het printerstuurprogramma niet automatisch laten uitvoeren. • Zie de Help-functie van het printerstuurprogramma voor meer informatie over het gebruik van het printerstuurprogramma.
11. Bijlage • De printerstuurprogramma's ondersteunen geen clusteringstechnologie onder Windows Server 2003/2003 R2/2008/2008 R2. • Zie de Help-functie van het printerstuurprogramma voor meer informatie over het gebruik van het printerstuurprogramma. TWAIN-stuurprogramma In dit onderdeel worden het bestandspad en de systeemvereisten van het TWAIN-stuurprogramma vermeld.
11. Bijlage Handleidingen In dit gedeelte wordt de locatie van de handleidingen vermeld. Bestandslocatie De handleidingen bevinden zich in de volgende mappen op de meegeleverde cd-rom. MANUAL_HTML...
Elektromagnetische interferentie Elektromagnetische interferentie Als er een ander elektronisch apparaat naast het apparaat wordt geplaatst, zullen beide apparaten elkaar negatief beïnvloeden. In het geval van een televisie of radio, kan er geluid worden geproduceerd. Wanneer dit gebeurt, doe dan het volgende: •...
11. Bijlage Specificaties Algemene functie Spuitkoppen Zwart: 192 spuitkoppen Cyaan, magenta en kleur: 192 spuitkoppen per kleur Papierformaten (voornamelijk in Europa en Azië) A4 , A5 , A6 , B5 JIS Letter (8 × 11) , 5 × 8 , Executive (7 ×...
Pagina 423
(voornamelijk in Noord-Amerika) 100 - 120 V: 60 Hz 1,2 A (indien volledig uitgerust) Stroomverbruik Gemiddeld stroomverbruik tijdens het afdrukken: (voornamelijk in Europa en Azië) • SG 3100SNw 29,7 W (exclusief opties) • SG 3110SFNw 29,5 W (exclusief opties) (voornamelijk in Noord-Amerika) •...
11. Bijlage Het energieverbruik kan variëren afhankelijk van de staat en de omgeving van het apparaat. Geschikte besturingsomgeving Temperatuur: 10 - 32 °C Vochtigheid: 15 - 80% relatieve vochtigheid (maximale natteboltemperatuur: 25°C) Het afdrukken stopt mogelijk om het apparaat te beschermen tegen omstandigheden die buiten de hierboven limieten vallen.
(voornamelijk in Noord-Amerika) 2412 - 2462 MHz (1 - 11 kanalen) • Transmissiemodus: Infrastructuurmodus Printertaal SG 3100SNw: RPCS-raster SG 3110SFNw: RPCS-raster, PCL, PictBridge Functie Kopieerapparaat Verkl./Vergr. • Kopieën kunnen als volgt worden verkleind of vergroot: (voornamelijk in Europa en Azië)
Specificaties 129%: HLT 100% 93%:- 85%: - 73%: - 65%: - 50%: LT • Zoomverhouding: 25 tot 400% Sorteren Het is mogelijk bestanden te scannen om daar vervolgens een bepaald aantal kopieën van te maken in dezelfde volgorde als waarin de bestanden zijn opgeslagen. Duplex U kunt de volgende soorten kopieerpapier niet gebruiken met deze functie: •...
Pagina 428
11. Bijlage Plaats originelen in de ingang van de documentinvoer en lijn ze dan uit met behulp van het referentiepunt in het midden. Scansnelheid • Mono 300 × 300 dpi: 11,6 ipm 600 × 300 dpi: 5,8 ipm 600 × 600 dpi: 3,2 ipm •...
Pagina 429
/ FTP / map / USB. Aantal pagina's dat kan worden Scantype Scanformaat Resolutie opgeslagen Zwart-wit 300 dpi SG 3100SNw: 4 SG 3110SFNw: 9 Kleur 300 dpi SG 3100SNw: 1 SG 3110SFNw: 2 Grijs 300 dpi SG 3100SNw: 2...
Afdruklijst Afdruklijst In dit onderdeel worden de afdrukken vermeld die vanaf het bedieningspaneel van het apparaat beschikbaar zijn. • De afdrukken met een sterretje kunnen alleen worden afgedrukt door op de [B&W Start]-knop te drukken, en niet via de [Color Start]-knop. Afdruk Afdrukmethode Papierlade...
Pagina 434
11. Bijlage Afdruk Afdrukmethode Papierlade Grootte Type Bestemmingslijst [Gebruikersinstellingen] Lade 1 Norma [Systeeminstel.] A4 of Letter [Beheerderstoepassingen] [Adresboek: Lijst afdruk.] A4, Legal of [Bestemmingslijst] Letter Groepslijst [Gebruikersinstellingen] Lade 1 A4 of Letter Norma [Systeeminstel.] [Beheerderstoepassingen] [Adresboek: Lijst afdruk.] [Groep bestemmingslijst] Lijst met interface- [Gebruikersinstellingen] Lade 1...
Pagina 435
Afdruklijst Afdruk Afdrukmethode Papierlade Grootte Type Lijst [Gebruikersinstellingen] Lade 1 A4 of Letter Norma parameterinstellin [Faxeigensch.] [Beheerderstoepassingen] [Parameterinstelling] [Lijst parameterinst.] Lijst met tellers [Gebruikersinstellingen] Lade 1 Norma [Systeeminstel.] A4 of Letter [Beheerderstoepassingen] [Teller weergeven/afdrukken] [Afdruk.] A4, Legal of Letter...
11. Bijlage Beschikbare tekens Faxnummer Aantal keer toets indrukken Toets Pauze Kiestoon NL CHV165 E-mailadres/gebruikersnaam/wachtwoord, etc. Aantal keer toets indrukken Cijfertoets NL CHV166...
Pagina 437
Beschikbare tekens Mappad Aantal keer toets indrukken Cijfertoets NL CHV167 Naam: Engels (UK) Aantal keer toets indrukken Cijfertoets NL CHV168 Naam: Overige talen Aantal keer toets indrukken Cijfertoets NL CHV169...
11. Bijlage Bestandsnaam: Engels (UK) Aantal keer toets indrukken Cijfertoets NL CHV170 Bestandsnaam: Overige talen Aantal keer toets indrukken Cijfertoets NL CHV171 Instellingen voor draadloze verbinding: ID/gebruikersnaam/sleutel (indien geen hexadecimaal getal) Aantal keer toets indrukken Cijfertoets NL CHV172...
Beschikbare tekens Draadloze instellingen: Gebruikerswachtwoord Aantal keer toets indrukken Cijfertoets NL CHV173 Instellingen voor draadloze verbinding: sleutel (hexadecimaal getal) Aantal keer toets indrukken Cijfertoets NL CHV174 SMTP-/POP3-/FTP-/LDAP-serveradres, etc. Aantal keer toets indrukken Cijfertoets NL CHV175...
Aanbevolen verbruiksartikelen Aanbevolen verbruiksartikelen De verbruiksartikelen die voor dit apparaat door ons worden aanbevolen zijn al eerder in de handleiding vermeld. Schaf de noodzakelijke verbruiksartikelen aan voordat uw voorraad op is. Neem contact op met uw verkoop- of servicevertegenwoordiger voor meer informatie over verbruiksartikelen.
11. Bijlage Als u Windows Terminal Service/Citrix Presentation Server/Citrix XenApp gebruikt Hieronder wordt beschreven hoe u Windows Terminal Service/Citrix Presentation Server/Citrix XenApp kunt gebruiken. Besturingsomgeving De volgende besturingssystemen en Citrix Presentation Server/Citrix XenApp versies worden ondersteund. Citrix Presentation Server 4.5/ Citrix XenApp 5.0/6.0 •...
Pagina 443
Als u Windows Terminal Service/Citrix Presentation Server/Citrix XenApp gebruikt afdrukken of kunnen er fouten optreden tijdens het afdrukken, afhankelijk van de datasnelheid. Citrix Presentation Server/Citrix XenApp [Replicatie printerstuurprogramma] Met [Printerstuurprogrammadistributie] kunt u printerstuurprogramma´s bezorgen bij alle servers in een serverfarm. Wij raden u met klem aan om deze functie eerst te testen in uw netwerkomgeving voordat u de functie voor uw werk gaat gebruiken.
11. Bijlage Copyrights Dit onderdeel bevat copyright-informatie voor de softwaretoepassingen die door dit product worden gebruikt. Als u de copyright-informatie wilt bekijken van de softwaretoepassingen die gebruikt worden door de draadloze LAN-eenheid, raadpleeg dan de meegeleverde cd-rom "OSS (Wireless LAN)". De copyright-informatie voor deze softwaretoepassingen behelzen GPLv2, LGPLv2.1, BSD-licenties, de OpenSSL-licentie en Original SSLeay-licentie.
11. Bijlage Authors Name List All product names mentioned herein are trademarks of their respective owners. The following notices are required to satisfy the license terms of the software that we have mentioned in this document: • This product includes software developed by the University of California, Berkeley and its contributors.
Copyrights newlib The newlib subdirectory is a collection of software from several sources. Each file may have its own copyright/license that is embedded in the source file. Unless otherwise noted in the body of the source file(s), the following copyright notices will apply to the contents of the newlib subdirectory: (1) Red Hat Incorporated Copyright (c) 1994-2009 Red Hat, Inc.
Pagina 448
11. Bijlage The author of this software is David M. Gay. Copyright (c) 1991 by AT&T. Permission to use, copy, modify, and distribute this software for any purpose without fee is hereby granted, provided that this entire notice is included in all copies of any software which is or includes a copy or modification of this software and in all copies of the supporting documentation for such software.
Pagina 449
Copyrights 29K Support Products Mail Stop 573 5900 E. Ben White Blvd. Austin, TX 78741 800-292-9263 (5) C. W. Sandmann Copyright (C) 1993 C. W. Sandmann This file may be freely distributed as long as the author's name remains. (6) Eric Backus (C) Copyright 1992 Eric Backus This software may be used freely so long as this copyright notice is left intact.
Pagina 450
11. Bijlage The authors hereby grant permission to use, copy, modify, distribute, and license this software and its documentation for any purpose, provided that existing copyright notices are retained in all copies and that this notice is included verbatim in any distributions. No written agreement, license, or royalty fee is required for any of the authorized uses.
Pagina 451
Copyrights SuperH, Inc. 405 River Oaks Parkway San Jose CA 95134 (13) Royal Institute of Technology Copyright (c) 1999 Kungliga Tekniska Högskolan (Royal Institute of Technology, Stockholm, Sweden). All rights reserved. Redistribution and use in source and binary forms, with or without modification, are permitted provided that the following conditions are met: 1.
Pagina 452
11. Bijlage THIS SOFTWARE IS PROVIDED BY THE AUTHOR AND CONTRIBUTORS ``AS IS'' AND ANY EXPRESS OR IMPLIED WARRANTIES, INCLUDING, BUT NOT LIMITED TO, THE IMPLIED WARRANTIES OF MERCHANTABILITY AND FITNESS FOR A PARTICULAR PURPOSE ARE DISCLAIMED. IN NO EVENT SHALL THE AUTHOR OR CONTRIBUTORS BE LIABLE FOR ANY DIRECT, INDIRECT, INCIDENTAL, SPECIAL, EXEMPLARY, OR CONSEQUENTIAL DAMAGES (INCLUDING, BUT NOT LIMITED TO, PROCUREMENT OF SUBSTITUTE GOODS OR SERVICES;...
Pagina 453
Copyrights THIS SOFTWARE IS PROVIDED BY THE AUTHOR AND CONTRIBUTORS ``AS IS'' AND ANY EXPRESS OR IMPLIED WARRANTIES, INCLUDING, BUT NOT LIMITED TO, THE IMPLIED WARRANTIES OF MERCHANTABILITY AND FITNESS FOR A PARTICULAR PURPOSE ARE DISCLAIMED. IN NO EVENT SHALL THE AUTHOR OR CONTRIBUTORS BE LIABLE FOR ANY DIRECT, INDIRECT, INCIDENTAL, SPECIAL, EXEMPLARY, OR CONSEQUENTIAL DAMAGES (INCLUDING, BUT NOT LIMITED TO, PROCUREMENT OF SUBSTITUTE GOODS OR SERVICES;...
Pagina 454
11. Bijlage OR OTHERWISE) ARISING IN ANY WAY OUT OF THE USE OF THIS SOFTWARE, EVEN IF ADVISED OF THE POSSIBILITY OF SUCH DAMAGE. (19) Todd C. Miller Copyright (c) 1998 Todd C. Miller <Todd. Miller@courtesan. com> All rights reserved. Redistribution and use in source and binary forms, with or without modification, are permitted provided that the following conditions are met: 1.
Pagina 455
Copyrights The GNU C Library is distributed in the hope that it will be useful, but WITHOUT ANY WARRANTY; without even the implied warranty of MERCHANTABILITY or FITNESS FOR A PARTICULAR PURPOSE. See the GNU Lesser General Public License for more details. You should have received a copy of the GNU Lesser General Public License along with the GNU C Library;...
Pagina 456
11. Bijlage Hewlett-Packard Company makes no representations about the suitability of this software for any purpose. (25) Henry Spencer (only *-linux targets) Copyright 1992, 1993, 1994 Henry Spencer. All rights reserved. This software is not subject to any license of the American Telephone and Telegraph Company or of the Regents of the University of California.
Pagina 457
Copyrights Redistribution and use in source and binary forms, with or without modification, are permitted provided that the following conditions are met: 1. Redistributions of source code must retain the above copyright notice, this list of conditions and the following disclaimer. 2.
Pagina 458
11. Bijlage International Business Machines Corporation, Sony Computer Entertainment, Incorporated, Toshiba Corporation, All rights reserved. Redistribution and use in source and binary forms, with or without modification, are permitted provided that the following conditions are met: * Redistributions of source code must retain the above copyright notice, this list of conditions and the following disclaimer.
Pagina 459
Copyrights OR SERVICES; LOSS OF USE, DATA, OR PROFITS; OR BUSINESS INTERRUPTION) HOWEVER CAUSED AND ON ANY THEORY OF LIABILITY, WHETHER IN CONTRACT, STRICT LIABILITY, OR TORT (INCLUDING NEGLIGENCE OR OTHERWISE) ARISING IN ANY WAY OUT OF THE USE OF THIS SOFTWARE, EVEN IF ADVISED OF THE POSSIBILITY OF SUCH DAMAGE.
Pagina 460
11. Bijlage SHALL THE REGENTS OR CONTRIBUTORS BE LIABLE FOR ANY DIRECT, INDIRECT, INCIDENTAL, SPECIAL, EXEMPLARY, OR CONSEQUENTIAL DAMAGES (INCLUDING, BUT NOT LIMITED TO, PROCUREMENT OF SUBSTITUTE GOODS OR SERVICES; LOSS OF USE, DATA, OR PROFITS; OR BUSINESS INTERRUPTION) HOWEVER CAUSED AND ON ANY THEORY OF LIABILITY, WHETHER IN CONTRACT, STRICT LIABILITY, OR TORT (INCLUDING NEGLIGENCE OR OTHERWISE) ARISING IN ANY WAY OUT OF THE USE OF THIS SOFTWARE, EVEN IF ADVISED OF THE POSSIBILITY OF SUCH DAMAGE.
Pagina 461
Copyrights DISCLAIMED. IN NO EVENT SHALL THE AUTHOR OR CONTRIBUTORS BE LIABLE FOR ANY DIRECT, INDIRECT, INCIDENTAL, SPECIAL, EXEMPLARY, OR CONSEQUENTIAL DAMAGES (INCLUDING, BUT NOT LIMITED TO, PROCUREMENT OF SUBSTITUTE GOODS OR SERVICES; LOSS OF USE, DATA, OR PROFITS; OR BUSINESS INTERRUPTION) HOWEVER CAUSED AND ON ANY THEORY OF LIABILITY, WHETHER IN CONTRACT, STRICT LIABILITY, OR TORT (INCLUDING NEGLIGENCE OR OTHERWISE) ARISING IN ANY WAY OUT OF THE USE OF THIS SOFTWARE, EVEN IF ADVISED OF THE POSSIBILITY OF SUCH DAMAGE.
11. Bijlage 3. Neither the name of Xilinx nor the names of its contributors may be used to endorse or promote products derived from this software without specific prior written permission. THIS SOFTWARE IS PROVIDED BY THE COPYRIGHT HOLDER AND CONTRIBUTORS "AS IS" AND ANY EXPRESS OR IMPLIED WARRANTIES, INCLUDING, BUT NOT LIMITED TO, THE IMPLIED WARRANTIES OF MERCHANTABILITY AND FITNESS FOR A PARTICULAR PURPOSE ARE DISCLAIMED.
Pagina 463
Copyrights "This product includes software developed by the OpenSSL Project for use in the OpenSSL Toolkit (http://www.openssl.org/)" THIS SOFTWARE IS PROVIDED BY THE OpenSSL PROJECT ``AS IS'' AND ANY EXPRESSED OR IMPLIED WARRANTIES, INCLUDING, BUT NOT LIMITED TO, THE IMPLIED WARRANTIES OF MERCHANTABILITY AND FITNESS FOR A PARTICULAR PURPOSE ARE DISCLAIMED.
11. Bijlage The word 'cryptographic' can be left out if the routines from the library being used are not cryptographic related :-). 4. If you include any Windows specific code (or a derivative thereof) from the apps directory (application code) you must include an acknowledgement: "This product includes software written by Tim Hudson (tjh@cryptsoft.com)"...
Handelsmerken Handelsmerken Apple, AppleTalk, Bonjour, ColorSync, Leopard, Macintosh, Mac OS, Power Mac, Safari en TrueType zijn gedeponeerde handelsmerken van Apple Inc. in de Verenigde Staten en andere landen. Citrix, Citrix Presentation Server en Citrix XenApp zijn geregistreerde handelsmerken of handelsmerken van Citrix Systems, Inc.
Pagina 466
11. Bijlage ® ® Microsoft Windows 7 Home Premium ® ® Microsoft Windows 7 Professional ® ® Microsoft Windows 7 Ultimate ® ® Microsoft Windows 7 Enterprise • De productnamen van Windows Server 2003 zijn als volgt: ® ® Microsoft Windows Server 2003 Standard Edition ®...
Pagina 468
E-mailinstellingen..........Geheugenbeveiliging......... E-mailopslag op server........Geheugenbeveiligings-ID programmeren..Een fax ontvangen..........Geheugenontvangst........... Een FTP-map registreren........Geluidsvolume aanpassen......... Een inktcartridge vervangen...... Glasplaat..........331, 332 33, 136, 342 Een inktopvangeenheid vervangen....Groep (LAN-fax)..........Een SMB-map registreren........Groep programmeren/wijzigen/verwijderen. Eerste setup............Eigenschappen van het LAN-faxstuurprogramma.. Handinvoer............
Pagina 469
Kopieerfunctie............Opwarmsignaal..........Koppositie aanpassen........ Orientation............232, 236 Origineelformaat..........Origineeltype..........176, 273 Lade 1..............Originelen............Lade 2..............Originelen plaatsen........134, 136 Lade 3..............LAN Type............. LAN-fax..........Pan.toets toon............31, 212, 213 Land/regio............Paneel van de duplexeenheid......Land/regio, instellingen........Papierformaat: Handinvoer........ LDAP zoeken............Papierformaat: Lade 1.......