De cruise control wordt
uitgeschakeld als:
■ Type A
■ Type B
• Het rempedaal wordt ingetrapt.
• Op de toets CANCEL/O op het
stuurwiel wordt gedrukt.
• Op de toets CRUISE /
gedrukt.
Het
controlelampje
CRUISE en het controlelampje
SET zullen UIT gaan.
• De selectiehendel in stand N
(neutraal) wordt gezet.
• Verlagen van de rijsnelheid tot een
snelheid die ongeveer 20 km/h
lager is dan de snelheid die in het
geheugen is opgeslagen
• De rijsnelheid wordt verlaagd tot
een snelheid lager dan ongeveer
30 km/h.
• De
ESC
stabiliteitsregeling) in werking is.
• Er in de modus voor handmatig
schakelen naar de 2e versnelling
wordt teruggeschakeld
i
Informatie
Door bovenstaande handelingen wordt
de werking van de cruise control
onderbroken (het controlelampje SET
OAE056157L
op het instrumentenpaneel gaat uit),
maar het systeem wordt alleen
uitgeschakeld als op de toets CRUISE
/
wordt gedrukt. Beweeg de
selectieschakelaar (RES+) op het
wordt
stuurwiel omhoog om de cruise control
weer in te schakelen. De cruise control
keert terug naar de eerder door u
ingestelde snelheid, tenzij het systeem
is uitgeschakeld doordat op de toets
CRUISE /
(elektronische
is gedrukt.
Terugkeren naar ingestelde
rijsnelheid
■ Type A
■ Type B
Beweeg de selectieschakelaar (1)
omhoog (RES+). Als de rijsnelheid
hoger is dan 30 km/h wordt de
ingestelde
snelheid
aangehouden.
5
OAE056156L
weer
5-83