Dimlicht Indicator Lamp
(indien hiermee uitgerust)
Deze lamp gaat branden als de koplam-
pen voor worden ingeschakeld.
Parkeer (stadslicht)
Controlelampje
Deze lamp gaat branden als de Parkeer
(stadslicht) Controlelampje voor worden
ingeschakeld.
Oliedrukmeter
waarschuwingslamp
Deze waarschuwingslamp geeft aan dat
de motoroliedruk te laag is.
Indien de waarschuwingslamp oplicht tij-
dens het rijden:
1. Rijdt direct naar een veilige parkeer-
plaats en stop de motor.
2. Met de motor uit, controleer het motor-
oliepeil. Indien het niveau laag is, vo-
eg olie toe.
Indien de waarschuwingslamp aan blijft
na het toevoegen van olie of als er geen
olie beschikbaar is, raden we aan om
een erkende HYUNDAI-verdeler te bel-
len.
VOORZICHTIG
Indien de motor niet onmiddellijk is
stopgezet nadat de motoroliedruk
waarschuwingslamp is gaan bran-
den, zal dit leiden tot ernstige (mo-
tor) schade welke mogelijk niet
voor garantie wordt vergoed.
Kenmerken van uw voertuig
VOORZICHTIG
Indien de oliedruk waarschuwings
lamp aan blijft terwijl de motor
draait, kan dit ernstige motorsc-
hade veroorzaken. De oliedruk wa-
arschuwingslamp gaat aan iedere
keer als de oliedruk te laag is. Bij
normale werking gaat de lamp aan
als het contact wordt aangezet en
zodra de motor draait zal de lamp
uitgaan. Indien de oliedruk waar-
schuwings lamp aan blijft terwijl de
motor draait, kan dit ernstige mo-
torschade veroorzaken.
Als dit gebeurt, stop de auto zo
spoedig mogelijk zonder de veilig-
heid uit het oog te verliezen en zet
de motor uit. Controleer het olieni-
veau en controleer op lekkage. In-
dien het olieniveau laag is en er is
geen lekkage kan de motorolie
bijgevuld worden tot het juiste
niveau en de motor opnieuw wor-
den gestart. Als de lamp aan blijft
met een lopende motor, zet deze
dan onmiddelijk af In alle gevallen
waarin de olie lamp aan blijft terwijl
de motor draait, wij aanbevelen het
systeem te worden gecontroleerd
door een erkende HYUNDAI ver-
deler.
4 57