Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Vaste Instelling: Capture-Bereik; Capture-Bereik; Capture-Bereik-Instellingen; Instellingen Die Veranderd Kunnen Worden Via Het - Dräger Polytron 5000 Series Gebruiksaanwijzing

Inhoudsopgave

Advertenties

15.2 Vaste instelling: capture-bereik

15.2.1 Capture-bereik

In het capture-bereik worden meetfluctuaties weggelaten.
Meetfluctuaties zijn geringe variaties in de gemeten waarden
(zoals signaalruis, variaties in concentratie). Die variaties
wijzigen de overgedragen of afgebeelde waarde niet.
Gemeten waarden binnen dit bereik worden weergegeven
met de capture-waarde. Gemeten waarden buiten het
capture-bereik worden weergegeven met de actueel gemeten
waarde.
Capture-waarde (offset)
De capture-waarde wordt constant weergegeven, zolang de
gemeten waarde tussen de boven- en onderlimiet van de
capture-waarde blijft.
Bovenlimiet van de capture-waarde
De bovenlimiet van de capture-waarde markeert de
bovenlimiet van het bereik waarin de capture-waarde wordt
weergegeven.
Onderlimiet van de capture-waarde
De onderlimiet van de capture-waarde markeert de
onderlimiet van het bereik waarin de capture-waarde wordt
weergegeven.

15.2.2 Capture-bereik-instellingen

Voor Polytron 5xx0 transmitters kan het capture-bereik niet
worden gewijzigd. Dit wordt vooraf ingesteld door de sensor.
Het capture-bereik kan worden gedeactiveerd met de Dräger
PolySoft PC-software.
Laag
Polytron 5100
Afhankelijk van de sensor
EC
Polytron 5200
-5 % LEL
DD/DQ
Polytron 5200
-0,5 % LEL
LC
Polytron 5310 IR -3 % LEL
Polytron 7000 IR
Type 334
methaan
-750 ppm
propaan
-315 ppm
ethyleen
-405 ppm
Polytron IR 7000
Type 340
methaan
-750 ppm
propaan
-85 ppm
Polytron IR 7200 -220 ppm
Dräger Polytron
Capture-
Bovenste
waarde
0 % LEL
2 % LEL
0 % LEL
0,2 % LEL
0 % LEL
2 % LEL
0
750 ppm
0
315 ppm
0
405 ppm
0
750 ppm
0
85 ppm
340 ppm
200 ppm
®
5000-serie
15.3 Instellingen die veranderd kunnen
worden via het menu

15.3.1 Polytron 5xx0

Menu
Fabrieksinstelling Bereik
Relais actief bij
Actief bij alarm
alarm / Geen
alarm
A1 alarm: richting
Stijgend (dalend
voor DrägerSen-
sor O
A2 alarm: richting
Stijgend
A1 vergrendelmo-
Niet-vergrendelend Vergrendeld / Niet-
dus
A2 vergrendelmo-
Vergrendelend
dus
A1 bevestigings-
Bevestigbaar
modus
A2 bevestigings-
Niet-bevestigbaar
modus
Normaal gebruik
Onder spanning
A1 relais
Normaal gebruik
A2 relais
Wachtwoord
0 0 0 0 (geen
wachtwoordbeveili-
ging)
LCD instelling
Aan
Onderhoudssig-
stationair
naal (CAL-set)
Foutrelais pulse-
dynamisch
rend of stationair
(FAIL - FREQ)

15.4 Sensor-specifieke waarden

Zie het gegevensblad van de sensor voor verdere
specificaties.
®
15.4.1 Polytron
5100 EC
Menu
Fabrieksinstel-
ling
A1 alarm
Afhankelijk van de sensor
A2 alarm
Afhankelijk van de sensor
Standaard farieksinstellingen
Aan / Uit
Dalend / Stijgend
)
2
vergrendeld
Bevestigbaar /
Nietbevestigbaar /
Voorafbevestig-
baar
Onder spanning /
Niet onder span-
ning
Aan / Uit
dynamisch/statio-
nair
dynamisch/statio-
nair
Bereik
nl

Advertenties

Hoofdstukken

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave