Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Polytron ® 5200 Cat, 5310 Ir, 57X0 Ir; Weergave Van De Foutcodes - Dräger Polytron 5000 Series Gebruiksaanwijzing

Inhoudsopgave

Advertenties

nl
Onderhoud
1. Stel zo nodig de onderhoudsstroom voor de analoge
interface in.
a. Om de onderhoudsstroom in te stellen, gaat u naar het
menu. De onderhoudsstroom wordt bij toegang tot het
menu automatisch doorgegeven.
2. Vervang de oude sensor door een nieuwe sensor:
a. Draai de stelschroef los (2)
b. Schroef de bajonetring los (3)
c. Plaats de sensor (4) in de opening. Het Dräger logo op
de sensor dient in de richting van de markering van de
behuizing van de sensor (5) gericht te zijn.
d. Bevestig de sensor met de bajonetring (3)
e. Draai de borgmoer aan (2). Verplicht voor Zone 22
installaties.
 De opwarmfase start.
 Het onderhoudssignaal op de 4-20 mA interface houdt
aan tot de sensor is opgewarmd.
Maximale opwarmtijd van een nieuwe sensor: zie de
gebruiksaanwijzing bij de sensor.
3. Indien nodig brengt u het meegeleverde etiket op het
instrument aan met de sensor. Hierdoor kunt u het type
gas van een afstand identificeren, zelfs als de stroom is
uitgevallen.
4. Kalibratie controleren. Kalibreer zo nodig het instrument
(zie "Kalibratie", pagina 78).
5. Controleer de installatievereisten en het instrument op de
SIL-status.
Zie de hoofdstukken "Explosieveilige (Ex d) installatie -
zonder Docking Station" t/m "Installatie van sensoren"
®
11.1.2 Polytron
5200 CAT, 5310 IR, 57x0 IR
Vervangen van de sensor
1. Stel zo nodig de onderhoudsstroom voor de analoge
interface in.
a. Om de onderhoudsstroom in te stellen, gaat u naar het
menu. De onderhoudsstroom wordt bij toegang tot het
menu automatisch doorgegeven.
2. Schakel de spanning op het instrument uit of
declassificeer het gebied volgens de plaatselijke
regelgeving.
3. Draai de borgmoer los en schroef het deksel van het
instrument.
4. Trek de PCB-unit naar buiten.
5. Draai de PCB-unit om en trek de connector los van de
sensor.
6. Schroef de sensor los.
7. Voer de draden van de sensor door de poort met
schroefdraad van de behuizing.
WAARSCHUWING
Explosiegevaar!
De openingen op de behuizing moeten worden afgedicht om
ontsteking van gevaarlijke atmosferen bij een ontsteking in de
behuizing te voorkomen.
► U dient vijf draden te hebben gebruikt om een
explosieveilige toestand te waarborgen.
8. Schroef de sensor in de poort en draai deze aan met het
juiste aanhaalmoment (min. 266 LB IN. / min. 30 Nm)
®
9. Polytron
5200 CAT-specifiek:
Draai de sensordraden in elkaar. Breng zo nodig een
kabelbinder aan om de draden strak op elkaar te houden.
10. Steek de connector van de sensor terug in het
contactpunt.
Afbeelding op uitvouwpa-
gina
G1
stopcontact met de aandui-
ding G2 CAT
stopcontact met de aandui-
ding G2 DSIR
11. Plaats de PCB-eenheid terug in de behuizing.
12. Schroef het deksel terug op zijn plaats tot het goed afsluit
(min. 62 ±17.7 LB IN. / min. 7 ±2 Nm) en draai de
stelschroef weer aan.
13. Voorzie het instrument indien nodig weer van stroom.
 De opwarmfase start.
 Het onderhoudssignaal op de 4-20 mA interface houdt
aan tot de sensor is opgewarmd.
Maximale opwarmtijd van een nieuwe sensor: zie de
gebruiksaanwijzing bij de sensor.
®
14. Polytron
5720 IR-specifiek:
Indien de instellingen van een vervangende sensor
verschillen van de instellingen van het instrument, switcht
het display heen en weer tussen 'Info' en '300'
(configuratiefout), (zie "Probleemoplossing", pagina 81).
15. Kalibratie controleren. Kalibreer zo nodig het instrument
(zie "Kalibratie", pagina 78).
16. Controleer de installatievereisten en het instrument op de
SIL-status.
Zie de hoofdstukken "Explosieveilige (Ex d) installatie -
zonder Docking Station" t/m "Installatie van sensoren".

11.2 Weergave van de foutcodes

Deze functie is niet beschikbaar voor Polytron
®
Polytron
5310 IR.
De foutcodes bestaan uit een locator en een aantal
cijfers/letters gescheiden door een punt (bijv. 16.10 voor
'opwarmtijd 2')
Er zijn twee manieren om foutcodes weer te geven.
● Tik vanuit de meetmodus langer dan 3 seconden op
[OMHOOG].
● Selecteer Diag - scan in het menu en tik op [OK].
Als er geen waarschuwingen of fouten aanwezig zijn,
wordt OK weergegeven.
Als er foutcodes aanwezig zijn, tikt u op [OMLAAG] om
door de foutcodes te scrollen.
Na de laatste foutcode wordt OK weergegeven.
Sensor
PIR 7x00
®
Polytron
57x0 IR
DD/DQ, LC sensor
®
Polytron
5200 CAT
DSIR
®
Polytron
5310 IR
®
5200 CAT en
®
Dräger Polytron
5000-serie

Advertenties

Hoofdstukken

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave