Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Uitvoeren Van Een Gevoeligheidskalibratie; Probleemoplossing; Storingen - Dräger Polytron 5000 Series Gebruiksaanwijzing

Inhoudsopgave

Advertenties

9.4.1 Uitvoeren van een gevoeligheidskalibratie

Voorwaarden:
– Het nulpunt is gekalibreerd.
– De kalibratie is voorbereid.
®
– Polytron
5200 CAT / 5310 IR / 5700 IR - specifiek:
Nulkalibratie is binnen 24 h vóór de start van de
gevoeligheidskalibratie uitgevoerd.
®
– Polytron
5310 IR-specifiek:: De juiste gascategorie wordt
geselecteerd.
Alle instrumenten, uitgezonderd Polytron 57x0 (IR)
Een gevoeligheidskalibratie uitvoeren:
1. Selecteer SPN-Adj en bevestig met [OK].
 Het onderhoudssignaal wordt overgedragen door de
analoge interface, er worden geen alarmen of
foutrelais geschakeld.
 Het display toont de actuele waarde knipperend (bijv.
hockeysticks laag voor bereiksonderschrijding).
2. Kalibratiegas toevoeren.
● Stel de gasstroom in overeenkomstig de gebruikte
sensor (zie "Ga naar het menu, zie 8.3.3 Toegang
krijgen tot het menu", pagina 79)
Voer de kalibratie uit, nadat het testgas gedurende 3
minuten langs de sensor is geleid en de afgebeelde
waarde stabiel is.
3. Gebruik [UP] / [DOWN] om de gewenste waarde in te
stellen.
4. Bevestig met [OK]; het instrument keert dan terug naar het
hoofdmenu.
 De sensorgevoeligheid is gekalibreerd.
5. Sluit de gasstroom en verwijder de kalibratieadapter van
de sensor of koppel de leiding af.
Polytron 57x0 (IR)-specifiek
Een gevoeligheidskalibratie uitvoeren:
1. Selecteer SPN-Adj en bevestig met [OK].
 Het onderhoudssignaal wordt overgedragen door de
analoge interface, er worden geen alarmen of
foutrelais geschakeld.
 Het display wisselt tussen GAS - type en XXX de
actuele gascode voor het kalibratiegas.
2. Controleer de gascode.
● Als de waarde juist is, tikt u op [DOWN].
● Als de waarde onjuist is, tikt u op [OK]. Wijzig de
waarde met behulp van [UP]/[DOWN] (OMHOOG/
OMLAAG) en bevestig met [OK].
 Het display wisselt tussen GAS en unit.
 De actuele waarde wordt onderin het display
weergegeven.
3. Controleer de gaseenheid.
● Als de waarde juist is, tikt u op [DOWN].
● Als de waarde onjuist is, tikt u op [OK]. Wijzig de
waarde met behulp van [UP]/[DOWN] (OMHOOG/
OMLAAG) en bevestig met [OK].
 Het display wisselt tussen GAS, CONC en XXX de
kalibratiewaarde van de vorige kalibratie.
Dräger Polytron
®
5000-serie
4. Controleer de gasconcentratie.
● Als de waarde juist is, tikt u op [DOWN].
● Als de waarde onjuist is, tikt u op [OK]. Wijzig de
waarde met behulp van [UP]/[DOWN] (OMHOOG/
OMLAAG) en bevestig met [OK].
 Het display wisselt tussen lopende streepjes en GAS -
ON.
5. Kalibratiegas toevoeren.
● Stel de gasstroom in overeenkomstig de gebruikte
sensor (zie "Gasflow voor kalibraties", pagina 79)
● Tik op [OK]
 Het display wisselt tussen lopende streepjes, CAL en
XXX en de actuele gaswaarde.
Voer de kalibratie uit, nadat het testgas gedurende 3
minuten langs de sensor is geleid en de afgebeelde
waarde stabiel is.
6. Tik op [OK]
 Als de kalibratie succesvol was, wisselt het display
tussen CAL en OK. Zo niet, wisselt het display tussen
CAL en FAIL.
– Indien [OK] niet binnen ca. 5 minuten wordt bevestigd,
schakelt het instrument in de time-out en het display
wisselt tussen CAL en FAIL.
– Als [UP] wordt aangetikt, wordt de kalibratie
afgebroken. Het instrument keert terug naar het
hoofdmenu.
7. Bevestig met [OK]; het instrument keert dan terug naar het
hoofdmenu.
8. Om terug te keren naar de meetmodus, selecteert u [UP].
9. Sluit de gasstroom en verwijder de kalibratieadapter van
de sensor of koppel de leiding af.
10

Probleemoplossing

10.1 Storingen

Display-
Oorzaak
sequentie
PLS
Sensor aansluiten
CONN
SNR
SNR
Sensor lock
LOCK
CHK
Controleer configu-
CONF
ratie en kalibratie
CAL
Probleemoplossing
Oplossing
Voeding uitschakelen, sen-
sor bevestigen, voeding
weer inschakelen.
De sensor is van een
andere type dan de sensor
die eerder geïnstalleerd
was. Installeer een sensor
van hetzelfde type of tik op
[OK] en blijf dit vijf tellen
lang aanraken om de
nieuwe sensor te accepte-
ren. N.B.: de fabriekinstel-
lingen worden geladen.
Controleer alle configura-
tiewaarden op juistheid.
Tik op [OK] om te bevesti-
gen; controleer alle confi-
guratiewaarden en
controleer de kalibratie.
nl

Advertenties

Hoofdstukken

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave