-
Filters met lasermarkering: de perfecte dosis komt
overeen met de bovenste lijn van de markering;
-
Filters met reliëfmarkering: de perfecte dosis komt
overeen met de reliëflijn;
•
Controleer of de koffie na het aanstampen het correc-
te niveau heeft. Mogelijk moet de knop (B2) meerdere
keren geregeld worden voordat de perfecte dosis wordt
gevonden.
•
Als de afgegeven koffie te sterk of te slap is en de dosis in
de filterzeef is perfect, stel dan een fijnere of grovere maal-
graad in (zie "4.1 Fase 1 - Malen (grinding)"). Als de koffie
te sterk is (te langzame afgifte), dan moet de maalgraad
grover zijn. Als de koffie te slap is (te snelle afgifte), dan
moet de maalgraad fijner zijn.
•
De barista adviseert: Verwijder de filterhouder terwijl u
de hendel van de koffiestamper (A20) omlaag houdt, om
een perfecte afwerking van de koffiedosis te verkrijgen.
•
In geval van gebruik van voorgemalen koffie:
-
vul de filterzeef met voorgemalen koffie;
-
draai de knop naar
-
breng de filterhouder aan op de uitgang van de
koffiemolen;
-
verplaats de hendel van de koffiestamper omlaag.
4.3 Fase 3 - Afgifte (brewing)
1. Selecteer de temperatuur (afb. 20) (zie "De temperatuur
het de koffieafgifte").
2. Selecteer de gewenste drank (afb. 21).
3. Druk op OK (B5) om de afgifte te starten (afb. 11) (voor-
infusie en infusie). De koffieafgifte wordt automatisch
onderbroken.
De temperatuur het de koffieafgifte
De temperatuur van het water wordt gedurende het gehele
bereidingsproces gecontroleerd om stabiliteit ervan tijdens de
extractiefase te garanderen. De Specialista Prestigio biedt 3
infusietemperaturen* die overeenkomen met een bereik tussen
92°C en 96°C.
Afhankelijk van het soort en het brandingsniveau van de koffie-
bonen worden verschillende temperaturen aanbevolen: Robus-
ta-bonen vereisen een lage temperatuur, terwijl Arabica-bonen
een hoge temperatuur behoeven. Hetzelfde geldt voor donker
gebrande koffiebonen of voor pas gebrande bonen.
Temperatuurni-
Overeenkomstig
veau
lampje
MIN
;
Brandingsniveau
Donker
MED
MAX
*
Deze temperatuur verwijst naar het water in het thermo-
block. Het betreft dus niet de temperatuur van de drank in
het kopje of de temperatuur gemeten bij de afgifte van de
drank uit de tuitjes van de filterhouder.
5. BEREIDING MELKDRANKEN
5.1 Melk opschuimen
1. Vul de melkkan (C10) met de te verwarmen/op te schui-
men hoeveelheid melk; houd er rekening mee dat het vo-
lume van de melk 2 of 3 keer zal toenemen (afb. 22). Voor
rijker en gladder schuim wordt aangeraden om volle koe-
melk op koelkasttemperatuur te gebruiken (ongeveer 5°C).
2. Voor het opschuimen van de melk, moet het stoompijpje
(A6) op het oppervlak van de melk steunen: op deze manier
zal de lucht zich mengen met de melk en de stoom.
3. Houd het stoompijpje op het oppervlak van de melk en
let op niet te veel lucht te mengen om grote luchtbellen
te voorkomen.
4. Dompel het stoompijpje onder het oppervlak van de melk:
op deze manier ontstaat er een draaikolk. Draai de stoom-
knop dicht na het bereiken van de gewenste temperatuur
en wacht tot de stoomafgifte volledig stopt alvorens de
melkkan weg te nemen.
De barista adviseert:
•
Geef de voorkeur aan verse melk. Gebruik altijd verse
melk op koelkasttemperatuur.
•
Voor optimale resultaten wordt aangeraden om de melk-
kan altijd in de koelkast te bewaren.
•
Volle melk geeft de beste resultaten. Het resultaat en de
textuur van het schuim variëren afhankelijk van de ge-
bruikte koemelk of plantaardige drank.
62
Medium-donker
Licht - medium