Elektrische installatie
5
Aansluitschema's en bezettingsschema's gebruiken
5.2
Aansluitschema's en bezettingsschema's gebruiken
5.3
Aanwijzingen voor de bedrading
5.3.1
Beveiliging tegen storingen in de remaansturingen
5.3.2
Beveiliging tegen storingen in de motorbeveiligingsinrichtingen
68
Technische handleiding – Draaistroommotoren
De motor wordt aangesloten overeenkomstig de bij de motor meegeleverde schakel-
schema's. De geldige schakelschema's kunt u gratis bij SEW-EURODRIVE bestellen.
AANWIJZING
Als dit aansluitschema ontbreekt, mag de motor niet aangesloten en in bedrijf gesteld
worden.
Let tijdens de installatie op de veiligheidsaanwijzingen in de hoofdstukken 2 en 5.
Om de remaansturingen tegen storingen te beschermen mogen de remkabels nooit
samen met andere onafgeschermde vermogenskabels met geschakelde stroom wor-
den gelegd. Vermogenskabels met geschakelde stroom zijn vooral:
•
Uitgangskabels van frequentie- en servoversterkers, softstarters en remapparatuur
•
Voedingskabels voor remweerstanden e.d.
Bij motoren die op netvoeding werken en bij het gebruik van de gelijk- en wissel-
stroomzijdige uitschakeling, moet de verbinding tussen remgelijkrichter en externe vei-
ligheidsschakelaar in een separate vermogenskabel gescheiden van de motorspan-
ningstoevoer worden uitgevoerd.
Om motorbeveiligingsvoorzieningen van SEW-EURODRIVE te beveiligen tegen sto-
ring mogen:
•
apart afgeschermde voedingskabels samen met vermogenskabels met geschakel-
de spanning in één kabel worden gelegd.
•
niet-afgeschermde voedingskabels niet gemeenschappelijk met kabels met ge-
schakelde spanning in één kabel worden gelegd.