Download Print deze pagina
Sew Eurodrive DR 56 Series Technische Handleiding
Sew Eurodrive DR 56 Series Technische Handleiding

Sew Eurodrive DR 56 Series Technische Handleiding

Draaistroommotoren

Advertenties

*26870959_0321*
Aandrijftechniek \ Aandrijfautomatisering \ Systeemintegratie \ Services
Technische handleiding
Draaistroommotoren
DR.. 56 – 315
Uitvoer 03/2021
26870959/NL

Advertenties

loading

Samenvatting van Inhoud voor Sew Eurodrive DR 56 Series

  • Pagina 1 *26870959_0321* Aandrijftechniek \ Aandrijfautomatisering \ Systeemintegratie \ Services Technische handleiding Draaistroommotoren DR.. 56 – 315 Uitvoer 03/2021 26870959/NL...
  • Pagina 2 SEW-EURODRIVE—Driving the world...
  • Pagina 3 Inhoudsopgave Inhoudsopgave Algemene aanwijzingen ......................  6 Gebruik van de documentatie .................. 6 Opbouw van de waarschuwingen ................... 6 Garantieaanspraken ....................... 8 Productnamen en merken.................... 8 Auteursrechtelijke opmerking.................. 8 Andere relevante documentatie .................. 8 Veiligheidsaanwijzingen ......................  9 Inleidende opmerkingen.................... 9 Verplichtingen van de gebruiker .................. 9 Doelgroep ........................ 10 Reglementair gebruik.................... 10 Transport/opslag ...................... 11 Opstelling/montage ....................... 12 Elektrische werkzaamheden .................. 13...
  • Pagina 4 Inhoudsopgave Aanwijzingen voor de bedrading................... 68 Bijzonderheden tijdens bedrijf met frequentieregelaar.......... 69 Uitwendige aarding aan de klemmenkast, NF-aarding .......... 71 Verbetering van de aarding (EMC), HF-aarding ............ 72 Bijzonderheden bij het schakelbedrijf ................ 76 Bijzonderheden bij torsiemotoren en hoogpolige motoren.......... 76 Aanwijzingen voor het aansluiten van de motor ............ 77 5.10 Motor aansluiten via klemmenbord ................ 78 5.11...
  • Pagina 5 Inhoudsopgave Klantenservice ...................... 273 Bijlage ............................   274 10.1 Schema's ........................ 274 10.2 Hulpklemmen ...................... 290 Adreslijst ..........................  291 Trefwoordenindex.........................   303 Technische handleiding – Draaistroommotoren...
  • Pagina 6 Algemene aanwijzingen Gebruik van de documentatie Algemene aanwijzingen Gebruik van de documentatie Deze documentatie is de oorspronkelijke technische handleiding. Deze documentatie maakt deel uit van het product. De documentatie is bedoeld voor iedereen die werkzaamheden aan het product uitvoert. Stel de documentatie in leesbare toestand ter beschikking. Zorg ervoor dat personen die verantwoordelijk zijn voor de installatie en de werking en personen die zelfstandig aan het product werken, de documentatie helemaal hebben gelezen en begrepen.
  • Pagina 7 Algemene aanwijzingen Opbouw van de waarschuwingen Betekenis van de gevarensymbolen De gevarensymbolen die bij de waarschuwingen staan, betekenen het volgende: Gevarensymbool Betekenis Algemeen gevaarlijk punt Waarschuwing voor gevaarlijke elektrische spanning Waarschuwing voor hete oppervlakken Waarschuwing voor automatische start 1.2.3 Opbouw van de geïntegreerde waarschuwingen De geïntegreerde waarschuwingen zijn direct in de handelingsinstructies vóór de ge- vaarlijke handeling ingebed.
  • Pagina 8 Algemene aanwijzingen Garantieaanspraken Garantieaanspraken Let op de informatie in deze documentatie. Dit is de voorwaarde voor het storingsvrije bedrijf en de honorering van eventuele garantieaanspraken. Lees voor u met het pro- duct gaat werken, eerst de documentatie! Productnamen en merken De in deze documentatie vermelde productnamen zijn merken of gedeponeerde han- delsmerken van de desbetreffende houders.
  • Pagina 9 Veiligheidsaanwijzingen Inleidende opmerkingen Veiligheidsaanwijzingen Inleidende opmerkingen De volgende fundamentele veiligheidsaanwijzingen dienen om lichamelijk letsel en materiële schade te voorkomen en hebben in de eerste plaats betrekking op het ge- bruik van de producten die hierboven zijn beschreven. Wanneer u bovendien andere componenten gebruikt, moeten ook de waarschuwings- en veiligheidsaanwijzingen daarvan in acht worden genomen.
  • Pagina 10 Veiligheidsaanwijzingen Doelgroep Doelgroep Vakmensen op het Alle mechanische werkzaamheden mogen alleen worden uitgevoerd door geschoold gebied van me- personeel met een geschikte opleiding. Geschoolde vakmensen zijn volgens deze do- chanische werk- cumentatie personen die vertrouwd zijn met de opbouw, de mechanische installatie, zaamheden het verhelpen van storingen en het onderhoud van het product en personen die aan onderstaande kwalificaties voldoen:...
  • Pagina 11 Veiligheidsaanwijzingen Transport/opslag Transport/opslag Controleer de levering direct na ontvangst op transportschade. Breng het transportbe- drijf direct op de hoogte van transportschade. Wanneer het product beschadigd is mag het niet gemonteerd, geïnstalleerd en in bedrijf gesteld worden. De oogbouten zijn uitsluitend bedoeld voor de massa (gewicht) van de motor zonder reductor.
  • Pagina 12 Veiligheidsaanwijzingen Opstelling/montage Opstelling/montage Let tijdens de montage op onderstaande punten: • Zorg voor een vlakke opslag, goede voet- en flensmontage en exacte uitlijning bij rechtstreekse koppeling. • Voorkom door de montage veroorzaakte resonanties met de draaifrequentie en de dubbele netfrequentie. •...
  • Pagina 13 Veiligheidsaanwijzingen Elektrische werkzaamheden Elektrische werkzaamheden 2.7.1 Elektrische werkzaamheden veilig uitvoeren Om in het kader van installatie of onderhoud elektrische werkzaamheden veilig uit te voeren, moet u op de volgende aanwijzingen letten: • Elektrische werkzaamheden mogen uitsluitend worden uitgevoerd door elektri- ciens.
  • Pagina 14 Veiligheidsaanwijzingen Inbedrijfstelling/bedrijf Inbedrijfstelling/bedrijf Gevaar voor verbranding: de oppervlaktetemperatuur van het product kan tijdens het bedrijf meer dan 60°C bedragen! Raak het product niet aan als het in bedrijf is. Laat het product goed afkoelen voordat u het aanraakt. Stel de bewakings- en beveiligingsvoorzieningen van de installatie of de machine ook tijdens het proefdraaien niet buiten bedrijf.
  • Pagina 15 Opbouw van de motor Schematische opbouw Opbouw van de motor Schematische opbouw De onderstaande afbeeldingen zijn schematische tekeningen. Al naar gelang bouw- grootte en uitvoering zijn afwijkingen mogelijk. Technische handleiding – Draaistroommotoren...
  • Pagina 16 Opbouw van de motor Schematische opbouw motoren DR..56 Schematische opbouw motoren DR..56 [123] [132] [131] [22] [230] [115] [113] [117] [216] [116] [118] [106] [35] [13] [42] [30] [1480] [41] [1449] [1450] [1451] [108] [109] [16] [392] [12] [100] [103] [36] [44] [11]...
  • Pagina 17 Opbouw van de motor Schematische opbouw motoren DR..63 Schematische opbouw motoren DR..63 [123] [132] [131] [707] [705] [706] [113] [117] [22] [116] [115] [19] [120] [230] [216] [156] [13] [100] [103] [106] [107] [35] [30] [42] [41] [392] [109] [108] [16] [1480] [12]...
  • Pagina 18 Opbouw van de motor Schematische opbouw motoren DR..71 – 132S Schematische opbouw motoren DR..71 – 132S [132] [123] [131] [156] [119] [117] [113] [118] [115] [262] [116] [112] [134] [111] [129] [707] [705] [103] [100] [706] [35] [30] [42] [22] [41] [106] [32]...
  • Pagina 19 Opbouw van de motor Schematische opbouw motoren DR..132M – 180 Schematische opbouw motoren DR..132M – 180 [117] [137] [262] [219] [616] [118] [123] [132] [116] [131] [128] [119] [140] [156] [139] [112] [111] [134] [113] [129] [115] [390] [109] [108] [24] [12] [707]...
  • Pagina 20 Opbouw van de motor Schematische opbouw motoren DR..200 – 225 Schematische opbouw motoren DR..200 – 225 [117] [137] [219] [262] [123] [118] [616] [116] [132] [131] [156] [129] [119] [134] [112] [128] [111] [140] [139] [113] [109] [390] [108] [115] [24] [15] [105]...
  • Pagina 21 Opbouw van de motor Schematische opbouw motoren DR..250 – 280 Schematische opbouw motoren DR..250 – 280 [137] [262] [616] [156] [219] [118] [123] [116] [132] [117] [131] [119] [112] [139] [140] [128] [111] [159] [160] [161] [19] [113] [129] [134] [22] [115] [1453]...
  • Pagina 22 Opbouw van de motor Schematische opbouw motoren DR..315 Schematische opbouw motoren DR..315 [452] [634] [633] [123] [151] [132] [454] [131] [117] [219] [128] [119] [118] [156] [140] [116] [112] [139] [111] [607] [134] [113] [129] [115] [109] [108] [707] [24] [706] [716] [705]...
  • Pagina 23 Opbouw van de motor Typeplaatje Typeplaatje 3.9.1 Typeplaatje motor DRN.. De onderstaande afbeelding geeft een voorbeeld van een typeplaatje weer: DRN90L4/FF 01.7430446301.0001.17 Inverter duty VPWM 3~IEC60034 r/min 1461 230/400 Δ/Y 1.5 S1 5.9/3.4 Cosφ 0.74 IP 54 η100% η75% η50% Th.Kl 130(B) 85.6%...
  • Pagina 24 Opbouw van de motor Typeplaatje 3.9.2 Typeplaatje Global-motor DRN.. DRN90L4/FF 1808089014 0001 3~IEC60034 1461 220-230Δ/380-420Y IP54 r/min TEFC 1.5 S1 6 IE3 P.F. Nom.Eff% 1.5 S1 5 IE3 P.F. Nom.Eff% 1767 254-266Δ/440-460Y r/min K.V.A.-Code 130(B) NEMA A 300-1800rpm S.F. Design FF165 D200 24X50 AMB C°...
  • Pagina 25 Opbouw van de motor Typeplaatje UA.TR-kenmerk voor bevestiging van het naleven van het technische re- glement van het land Oekraïne. Motoren met deze markering mogen overeenkomstig VO 640/2009 alleen EU REGULATION 640/2009 USE WITH VARIABLE met een frequentieregelaar (VSD = Variable Speed Drive) worden gebruikt. SPEED DRIVE ONLY! BIS-certificering Bevestiging van het aanhouden van de Indische norm IS 12615.
  • Pagina 26 Opbouw van de motor Typeplaatje 3.9.4 Serienummer De onderstaande tabel geeft een voorbeeld weer van de opbouw van een serienum- mer: Voorbeeld: 01. 12212343  01. 0001. 18 Verkooporganisatie 12212343 Ordernummer (8 cijfers) Orderregel (2 cijfers) 0001 Aantal (4 cijfers) Laatste cijfer van het bouwjaar (2 cijfers) Technische handleiding –...
  • Pagina 27 Opbouw van de motor Typeaanduiding 3.10 Typeaanduiding In onderstaande tabel wordt de opbouw van een typeaanduiding van een motor weer- gegeven: DRN132M4/BE11/HR/FI/TF Productfamilie Afkorting voor het kenmerken van de productielijn 132M Bouwgrootte Aantal polen /BE11 Handremlichter Aandrijfoptie Thermische motorbeveiliging 3.10.1 Aanduiding van de motoren Aanduiding DR2S..
  • Pagina 28 Opbouw van de motor Mogelijke uitvoeringen en opties 3.11 Mogelijke uitvoeringen en opties 3.11.1 Uitgaande zijde Afkorting in type- Beschrijving aanduiding IEC-voetmotor /F.A, /F.B Universele uitvoering pootjes (/F.A = los meegeleverde motorpootjes, /F.B = af fabriek ge- monteerde motorpootjes) IEC-flensmotor met doorgangsboringen IEC-flensmotor met doorgangsboringen en IEC-pootjes IEC-flensmotor met schroefdraad IEC-flensmotor met schroefdraad en IEC-pootjes...
  • Pagina 29 Opbouw van de motor Mogelijke uitvoeringen en opties 3.11.4 Ventilatie Afkorting in type- Beschrijving aanduiding Zonder Ventilatorkap van kunststof Zonder Ventilatorkap van plaatstaal Ventilatorkap met geluidsreductie Regendak voor de ventilatorkap Onafhankelijk aangedreven ventilator Aluminium ventilator Extra slingermassa (zware ventilator) Niet geventileerd (zonder ventilator) Niet geventileerd (gesloten B-kant) 3.11.5 IP-beschermingsgraden...
  • Pagina 30 Opbouw van de motor Mogelijke uitvoeringen en opties 3.11.8 Klemmenkast en stator Afkorting in type- Beschrijving aanduiding Zonder Aluminium klemmenkast Zonder Gietijzeren klemmenkast Zonder Gietijzeren klemmenkast met verbindingsstuk Zonder Klemmenkast – gegoten aanzetstuk Zonder Stilstandsverwarming Condenswaterboring 3.11.9 Oppervlaktebescherming en corrosiewering Afkorting in type- Beschrijving aanduiding...
  • Pagina 31 Opbouw van de motor Mogelijke uitvoeringen en opties 3.11.12 Inbouw-encoder Afkorting in type- Beschrijving aanduiding /EI7C Incrementele inbouw-encoder met HTL-interface, 24 perioden /EI76 Incrementele inbouw-encoder met HTL-interface en 6/2/1 pe- /EI72 riode(n) /EI71 /EI8R Incrementele inbouw-encoder met TTL-interface en 1024 peri- oden (4096 incrementen) /EI8C Incrementele inbouw-encoder met HTL-interface en 1024 pe-...
  • Pagina 32 Opbouw van de motor Mogelijke uitvoeringen en opties Afkorting in type- Beschrijving aanduiding /AS7W Absolute aanbouw-encoder met sinus/cosinus- en RS485-in- /AG7W terface (Multi-Turn) /AV7W /AS7Y /AG7Y Absolute aanbouw-encoder met sinus/cosinus- en SSI-interfa- ce (multi-turn) /AV7Y /AH7Y /ES7C /EG7C Aanbouw-encoder met HTL-interface /EV7C /EH7C /EH7T...
  • Pagina 33 Opbouw van de motor Mogelijke uitvoeringen en opties 3.11.16 Connector Afkorting in type- Beschrijving aanduiding Geïntegreerde connector met klemmenblok in het bovendeel van de klemmenkast /ISU Geïntegreerde connector zonder klemmenblok in het boven- deel van de klemmenkast ® /ASE. Aangebouwde connector Han  10ES aan de klemmenkast met vergrendeling met één beugel (veerdrukklemcontacten aan de motorzijde)
  • Pagina 34 Opbouw van de motor Mogelijke uitvoeringen en opties 3.11.18 Andere motoruitvoeringen Afkorting in type- Beschrijving aanduiding Zonder Ontwerp van de motor volgens aanbeveling VE01 van het VIK (Verband der Industriellen Energie- und Kraftwirtschaft e.V.) Technische handleiding – Draaistroommotoren...
  • Pagina 35 Opbouw van de motor Functionele veiligheid 3.12 Functionele veiligheid Motoren van SEW‑EURODRIVE zijn op aanvraag verkrijgbaar met functioneel veilige motoropties. Deze zijn ontworpen voor de realisatie van veiligheidsfuncties. SEW‑EURODRIVE duidt een functioneel veilige motoroptie op de aandrijving aan met een FS-Logo en een 2-cijferig nummer op het motortypeplaatje. Het nummer geeft aan welke componenten van de aandrijving op de veiligheid gericht zijn uitgevoerd.
  • Pagina 36 Mechanische installatie Voordat u begint Mechanische installatie Voordat u begint AANWIJZING Neem tijdens de mechanische installatie de veiligheidsaanwijzingen in hoofdstuk 2 van deze documentatie in acht. AANWIJZING Zorg ervoor dat de montage overeenkomstig de uitvoering c.q. de gegevens op het typeplaatje is uitgevoerd! Controleer vóór de montage of aan de volgende voorwaarden is voldaan: •...
  • Pagina 37 Mechanische installatie Voorbereiding na een langere opslag Voorbereiding na een langere opslag Bij een langere opslagtijd kan afhankelijk van de duur en de omgevingsvoorwaarden corrosie, veroudering van smeermiddelen, afbrokkelen van afdichtelementen en vochtopname in isolatiematerialen optreden. Aandrijvingen die voor de mechanische installatie langer dan 9 maanden zijn opgesla- gen, moeten worden onderworpen aan de volgende beschreven maatregelen.
  • Pagina 38 Mechanische installatie Voorbereiding na een langere opslag 4.2.2 Isolatieweerstand meten De isolatieweerstand (zie onderstaande afbeelding) is sterk afhankelijk van de tempe- ratuur. Als de gemeten weerstand, afhankelijk van de omgevingstemperatuur, in het gedeelte boven de grenskarakteristiek, dan is er voldoende isolatieweerstand. Als de waarde onder de grenskarakteristiek ligt, moet de motor gedroogd worden.
  • Pagina 39 Mechanische installatie Voorbereiding na een langere opslag 4.2.3 Motor drogen Verwarm de motor met warme lucht of met behulp van de scheidingstransformator om deze te drogen. AANWIJZING De motoren van bouwgrootte 56 en de motoren DR..J mogen uitsluitend met warme lucht worden gedroogd.
  • Pagina 40 Mechanische installatie Voorbereiding na een langere opslag Wikkelingen in serie schakelen: Volgens schema R76 W2 W3 U2 U3 V2 V3 T5 T8 T6 T9 T4 T7 2343047179 Motorklemmenbord Transformator Wikkelingen in serie schakelen: Schema C13 3955447819 Transformator Wikkelingen in serie schakelen: Schema A13 27511350155 Transformator Technische handleiding –...
  • Pagina 41 Mechanische installatie Aanwijzingen voor het opstellen van de motor Aanwijzingen voor het opstellen van de motor VOORZICHTIG Scherpe randen door open spiebaan. Snijwonden. • Plaats de spie in de spiebaan. • Trek een beschermslang over de as. LET OP Door een ondeskundige montage kunnen de aandrijvingen en de eventueel aange- bouwde componenten beschadigd raken.
  • Pagina 42 Mechanische installatie Aanwijzingen voor het opstellen van de motor 4.3.1 Montage van de motor met aluminium pootjes Gebruik voor de bevestiging van motoren met aluminium pootjes vlakke sluitringen een buitendiameter die overeenkomt met de dubbele schroefdiameter (bijv. DIN EN ISO 7090). De schroeven moeten overeenkomen met sterkteklasse 8.8 tot maximaal 10.9.
  • Pagina 43 Mechanische installatie Toleranties bij montagewerkzaamheden Toleranties bij montagewerkzaamheden Aseinde Flens Diametertolerantie overeenkomstig Centerrandtolerantie overeenkomstig EN 50347 EN 50347 • ISO j6 bij Ø ≤ 250 mm • ISO j6 bij Ø ≤ 28 mm • ISO h6 bij Ø ≥ 300 mm • ISO k6 bij Ø ≥ 38 mm tot ≤ 48 mm •...
  • Pagina 44 Mechanische installatie Encoderaanbouwvoorziening Encoderaanbouwvoorziening Wanneer aandrijving met een encoderaanbouwvoorziening is besteld, levert SEW‑EURODRIVE de aandrijving met de meegeleverde koppeling. Wanneer geen gebruik wordt gemaakt van een encoder mag de koppeling niet worden gemonteerd. 4.6.1 Encoderaanbouwvoorziening XV../EV.. op motoren DR..71 – 225 Wanneer de encoderaanbouwvoorziening XV..
  • Pagina 45 Mechanische installatie Encoderaanbouwvoorziening Encoderaanbouwvoorziening XV../EV.. op motoren DR..71 – 225 monteren 1. Demonteer de afdekkap [361] of eventueel de onafhankelijk aangedreven ventila- tor. 2. Bij XV2A, XV3A en XV4A: Demonteer de tussenflens [225]. 3. Schroef de koppeling [D] met de schroef [C] in de boring van het aseinde. 4.
  • Pagina 46 Mechanische installatie Encoderaanbouwvoorziening 4.6.2 Encoderaanbouwvoorziening XV../EV.. op motoren DR..250 – 280 Wanneer de encoderaanbouwvoorziening XV../EV.. is besteld, worden de koppeling [233] en de encoderaanbouwvoorziening [A] met de motor meegeleverd en bij de klant gemonteerd. Onderstaande afbeelding geeft als voorbeeld de montage van de koppeling weer: [35] [1458] [233]...
  • Pagina 47 Mechanische installatie Encoderaanbouwvoorziening Encoderaanbouwvoorziening XV../EV.. op motoren DR..250 – 280 monteren 1. Demonteer de afdekkap [361] of eventueel de onafhankelijk aangedreven ventila- tor. 2. Steek de encoderaanbouwvoorziening [A] in de boring van de rotor. 3. Draai de schroef [1458] aan. 4.
  • Pagina 48 Mechanische installatie Klemmenkast Klemmenkast 4.7.1 Klemmenkast draaien Onderstaande afbeelding geeft de opbouw van de klemmenkast uitgevoerd met klem- menbord weer: [123] [131] [629]/[632] [119] [111] 9007206616947979 [111] Afdichting Klem [119] Zeskantbouten [629]/ Schroeven onderbouw klemmenkast (4 x) [632] [123] Zeskantbouten klemmenkastdeksel (4 x) [131] Afdichting Ga als volgt te werk om de klemmenkast te draaien:...
  • Pagina 49 Mechanische installatie Klemmenkast 10. Plaats het onderste gedeelte van de onderbouw van de klemmenkast. 11. Haal de schroeven [119] van de onderbouw klemmenkast aan met het overeen- komstige aanhaalmoment. 12. Raadpleeg het hoofdstuk "Bijlage" (→ 2 274) voor de volgorde van de hulpklem- 13.
  • Pagina 50 Mechanische installatie Klemmenkast 4.7.2 Klemmenkast met NPT-schroefdraad Kabelwartels kunnen in klemmenkasten met NPT-schroefdraad niet in alle gevallen tot de aanslag (O-ring) worden ingeschroefd. 14949925387 Voor toepassingen in natte omgevingen adviseert SEW‑EURODRIVE het gebruik van metrieke wartels. Technische handleiding – Draaistroommotoren...
  • Pagina 51 Mechanische installatie Klemmenkast 4.7.3 Knock-out openbreken Om kabels in de klemmenkast te kunnen invoeren, moet u de voorbereide knock-outs openbreken. ü Benodigd gereedschap: schroevendraaier of beitel. 1. LET OP! Beschadigingen in klemmenkast of brokstukken in het binnenste van de motor. Mogelijke materiële schade. Knock-out voorzichtig openbreken. Breek de knock-out [K] met een beitel of schroevendraaier open.
  • Pagina 52 Mechanische installatie Motorpootjes achteraf monteren of ombouwen Motorpootjes achteraf monteren of ombouwen 4.8.1 Motoren DR..71 – 132S De onderstaande afbeelding geeft een motor met de optie /F.A (achteraf te monteren poot) weer. 22845053579 ü De contactvlakken van poot [90] en stator [16] zijn gelakt. 1.
  • Pagina 53 Mechanische installatie Motorpootjes achteraf monteren of ombouwen 4. Verwijder de lak van de contactvlakken van de pootjes [90]. 5. Breng na het verwijderen van de lak een dunne laag corrosiewerend middel op de contactvlakken aan. 6. Schroef de pootjes [90] met de schroeven [94] en schijven [91] vast aan de motor. Draai de schroeven daarbij kruiselings aan.
  • Pagina 54 Mechanische installatie Motorpootjes achteraf monteren of ombouwen 4.8.2 Motoren DR..250 – 315 Onderstaande afbeelding geeft een motor met de optie /F.A (achteraf te monteren pootjes) weer. [16] [90] [1457] 18014406536422539 [16] Stator [1457] Draadpen [90] Pootje De lak van de gemarkeerde oppervlakken verwijderen ü...
  • Pagina 55 Mechanische installatie Motorpootjes achteraf monteren of ombouwen 3. Verwijder de lak van de contactvlakken van de stator [16] waarop de pootjes moe- ten worden geschroefd. ð Bouwgrootte 225 – 280: 8 samenhangende vlakken ð Bouwgrootte 315: 12 samenhangende vlakken 4. Breng na het verwijderen van de lak een dunne laag corrosiewerend middel op de contactvlakken aan.
  • Pagina 56 Mechanische installatie Motorpootjes achteraf monteren of ombouwen Aanhaalmomenten Motor Schroef Aanhaalmoment DR..225 230 Nm DR..250 – 315 464 Nm 4.8.3 Motoren DR..250 – 315, DRN..225 – 315 De onderstaande afbeelding geeft een motor met de optie /F.A (achteraf te monteren pootjes) weer. [16] [90] [1457] 18014406536422539 [16]...
  • Pagina 57 Mechanische installatie Motorpootjes achteraf monteren of ombouwen 0° 270° 180° 9007211165643403 2. Schroef de draadpennen [1457] uit de gaten waar de schroeven [94] van de poot- jes moeten worden ingeschroefd. ð Bouwgrootte 250 – 280: 8 draadpennen ð Bouwgrootte 315: 12 draadpennen 3.
  • Pagina 58 Mechanische installatie Motorpootjes achteraf monteren of ombouwen Let bij het ombouwen van de motorpootjes naar een andere positie op de volgende punten: • Controleer de schroeven [94] na het uitdraaien op schade aan de schroefdraad enz. • Verwijder de oude microcapsules. •...
  • Pagina 59 Mechanische installatie Directe aanbouw van een motor op een reductor Directe aanbouw van een motor op een reductor AANWIJZING ® Zet alle rondsels op de motor- of aandrijfas vast met Loctite 649, ook als een extra borgring aanwezig is. Als het rondsel reeds op de as is bevestigd, begint u met het reinigen van de afdich- tingsvlakken (stap 6).
  • Pagina 60 Mechanische installatie Directe aanbouw van een motor op een reductor ® 10. Verwijder maximaal 60  minuten na het inschroeven eventueel overtollig Loctite (zie de volgende grafiek) van het afdichtingsvlak. 22347379211 Afdichten van het flensoppervlak AANWIJZING Breng op nauwe plekken en bij de reductoren R97, R107, R127, F97 en F107 het af- dichtingsmiddel altijd vlak aan.
  • Pagina 61 Mechanische installatie Directe aanbouw van een motor op een reductor 4.9.1 Aanhaalmomenten Schroef/moer Aanhaalmoment 11.3 27.3 ® 4.9.2 Keuze en toepassing van Loctite Afdichtmid- Toepassing Geschiktheid Hoeveel- Artikel- heid bind- nummer middel ® Loctite  649 Voegmiddel voor Alle reductoren 50 ml 09120998 rondsel Alle reductoren be-...
  • Pagina 62 Mechanische installatie Opties 4.10 Opties 4.10.1 Handremlichter /HR, /HF De optie handremlichter /HR, /HF is voor een aantal remgrootten af fabriek voorgeïn- stalleerd en ingesteld. Wanneer de aandrijving af fabriek niet is voorzien van een handremlichter en u wilt deze naderhand monteren, moet u de aanwijzingen in het hoofdstuk "De handremlichter /HR, /HF achteraf monteren" (→ 2 213) in acht nemen.
  • Pagina 63 Mechanische installatie Opties Handremlichter /HF vrijgeven met rem BE05 – BE122 Ga als volgt te werk: 1. Draai de draadpen er zo ver uit dat de lengtespeling bij de handremlichter weer compleet aanwezig is, zie hoofdstuk "De handremlichter /HR, /HF achteraf monte- ren" (→ 2 213).
  • Pagina 64 Mechanische installatie Opties 4.10.2 Aanbouwinrichting voor meetnippel Afhankelijk van de bestelgegevens levert SEW‑EURODRIVE de aandrijvingen als volgt: • met draadgat • met draadgat en bijgevoegde meetnippels voor trillingsmetingen De volgende afbeelding toont een voorbeeld van een motor met draadgaten en ge- plaatste meetnippels [445] en [446]: [446] [445]...
  • Pagina 65 Mechanische installatie Opties 4.10.3 2e aseinde met optionele afdekking SEW-EURODRIVE levert motoren met de optie 2e aseinde /2W met een ingeschoven spie die voor het transport is geborgd. WAARSCHUWING Niet-geborgde spie die uit de spiebaan wordt geslingerd. Dodelijk of ernstig lichamelijk letsel door rondvliegende onderdelen. •...
  • Pagina 66 Mechanische installatie Opties Maten Motoren DR.. DR..63 DR..63 /BE DR..71 91.5 DR..71 /BE DR..80 95.5 DR..80 /BE 94.5 DR..90 88.5 DR..90 /BE DR..100 87.5 DR..100 /BE DR..112 – 132S DR..112 – 132S /BE 120.5 DR..132M/L DR..132M/L /BE DR..160 – 180 DR..160 – 180 /BE DR..200 –...
  • Pagina 67 Elektrische installatie Algemene aanwijzingen Elektrische installatie Algemene aanwijzingen WAARSCHUWING Elektrische schok door onjuiste installatie. Dodelijk of ernstig lichamelijk letsel. • Gebruik voor het schakelen van de motor schakelcontacten van gebruikscatego- rie AC-3 volgens EN 60947-4-1. • Gebruik voor het schakelen van de rem schakelcontacten, die, afhankelijk van de soort en de uitvoering, overeenkomen met onderstaande gebruikscategorieën: –...
  • Pagina 68 Elektrische installatie Aansluitschema’s en bezettingsschema's gebruiken Aansluitschema’s en bezettingsschema's gebruiken De motor wordt aangesloten overeenkomstig de bij de motor meegeleverde schakel- schema's. De geldige schakelschema's kunt u gratis bij SEW-EURODRIVE bestellen. AANWIJZING Als dit aansluitschema ontbreekt, mag de motor niet aangesloten en in bedrijf gesteld worden.
  • Pagina 69 Elektrische installatie Bijzonderheden tijdens bedrijf met frequentieregelaar Bijzonderheden tijdens bedrijf met frequentieregelaar Bij motoren die op een frequentieregelaar zijn aangesloten, moeten de desbetreffende aansluitvoorschriften van de regelaarfabrikant worden aangehouden. Volg altijd de in- structies in de technische handleiding van de frequentieregelaar op. 5.4.1 Motoren met frequentieregelaars van SEW-EURODRIVE Energiezuinige motoren van SEW‑EURODRIVE in standaarduitvoering zijn in principe...
  • Pagina 70 Elektrische installatie Bijzonderheden tijdens bedrijf met frequentieregelaar 5.4.2 Motor met een regelaar die niet van SEW-EURODRIVE is De werking van motoren van SEW-EURODRIVE in combinatie met frequentierege- laars van andere fabrikanten is toegestaan als de hieronder weergegeven im- pulsspanningen op de motorklemmen niet worden overschreden. [µs] 9007203235332235 Toegestane impulsspanning voor motoren DR.., DRN..
  • Pagina 71 Elektrische installatie Uitwendige aarding aan de klemmenkast, NF-aarding Uitwendige aarding aan de klemmenkast, NF-aarding Naast de interne aansluiting van de aardleiding kan de NF-aarding ook aan de buiten- kant van de klemmenkast worden aangebracht. De montage hiervan is niet standaard. De NF-aarding kan af fabriek compleet voorgemonteerd worden besteld.
  • Pagina 72 Elektrische installatie Verbetering van de aarding (EMC), HF-aarding Verbetering van de aarding (EMC), HF-aarding Voor een betere aarding met een lage impedantie bij hoge frequenties worden de on- derstaande aansluitingen met tegen corrosie beschermde verbindingselementen aan- bevolen. De HF-aarding is niet standaard gemonteerd. De optie HF-aarding kan worden gecombineerd met de NF-aarding op de klemmen- kast.
  • Pagina 73 Elektrische installatie Verbetering van de aarding (EMC), HF-aarding 5.6.2 Motoren DR..71 – 80 met HF(+NF)-aarding 8026768011 Gebruik van de voorgegoten boring Aardingsband (niet bij de levering in- in de statorbehuizing begrepen) Waaierschijf Zelftappende bout DIN 7500 M6 × 16, aanhaalmoment 10 Nm Schijf ISO 7093 5.6.3 Motoren DR..90 met HF(+NF)-aarding...
  • Pagina 74 Elektrische installatie Verbetering van de aarding (EMC), HF-aarding 5.6.4 Motoren DR..100LS met HF(+NF)-aarding 18014402064551947 Gebruik van de voorgegoten boring Aardingsband (niet bij de levering in- in de statorbehuizing begrepen) Waaierschijf Zelftappende bout DIN 7500 M6 × 16, aanhaalmoment 10 Nm Schijf ISO 7093 5.6.5 Motoren DR..100LM –...
  • Pagina 75 Elektrische installatie Verbetering van de aarding (EMC), HF-aarding 5.6.6 Motoren DR..132M – 315 met HF(+NF)-aarding 18014402076409099 Gebruik van het schroefdraadgat in de klemmenkast Waaierschijf DIN 6798 Schijf ISO 7089/ISO 7090 Aardingsband (niet bij de levering inbegrepen) • Zeskantbout ISO 4017 M8 x 18 (bij aluminium klemmenkasten van de motoren DR..160 –...
  • Pagina 76 Elektrische installatie Bijzonderheden bij het schakelbedrijf Bijzonderheden bij het schakelbedrijf Bij het schakelbedrijf van de motoren moeten mogelijke storingen in het schakelappa- raat door passende bedradingen worden uitgesloten. De richtlijn EN 60204 (Elektri- sche uitrusting van machines) stelt dat de motorwikkeling moet worden ontstoord ter beveiliging van numerieke of plc-besturingen.
  • Pagina 77 Elektrische installatie Aanwijzingen voor het aansluiten van de motor Aanwijzingen voor het aansluiten van de motor AANWIJZING Houd u absoluut aan het geldige aansluitschema! Als dit document ontbreekt, mag de motor niet aangesloten of in bedrijf worden gesteld. De geldige schakelschema's kunt u gratis bij SEW-EURODRIVE bestellen.
  • Pagina 78 Elektrische installatie Motor aansluiten via klemmenbord 5.10 Motor aansluiten via klemmenbord 5.10.1 Volgens schema R13 Plaats van de klemmenbruggen bij W-schakeling 27021598003155723 Plaats van de klemmenbruggen bij m-schakeling Motoren DR..63 – 80 Motoren DR..250 – 315 (enkelzijdige voeding): (dubbelzijdige voeding): 9007199493672075 9007199734852747 Klemmenbrug...
  • Pagina 79 Elektrische installatie Motor aansluiten via klemmenbord Plaats van de klemmenbruggen bij m-schakeling Motoren DR..71 – 280, DRN63 – 280, Motoren DR../DRN250 – 315 DR2..63 – 80 (dubbelzijdige voeding): (enkelzijdige voeding): 9007199493672075 9007199734852747 Klemmenbrug Klemmenbord Aansluitbout Aansluiting bij de klant Flensmoer Aansluiting bij de klant met gedeelde aan- sluitkabel AANWIJZING...
  • Pagina 80 Elektrische installatie Motor aansluiten via klemmenbord 5.10.2 Volgens schema R76 Plaats van de klemmenbruggen bij W-schakeling 2319075083 Plaats van de klemmenbruggen bij WW-schakeling 9007201591100811 Klemmenbrug Klemmenbord Aansluitbout Aansluiting bij de klant Flensmoer AANWIJZING Om van een hoge naar een lage spanning om te kunnen schakelen moet de klembe- vestiging van drie wikkelingafleiders worden veranderd: De kabels met de aanduidingen U3 (T7), V3 (T8) en W3 (T9) moeten opnieuw wor- den aangesloten.
  • Pagina 81 Elektrische installatie Motor aansluiten via klemmenbord 5.10.3 Volgens schema R72 Plaats van de klemmenbruggen bij m-schakeling 18014400828555147 Plaats van de klemmenbruggen bij m-schakeling Motoren DR..63 – 280 Motoren DR..250 – 315 (enkelzijdige voeding): (dubbelzijdige voeding): 18014400845874315 9007208157343883 Klemmenbrug Plaatje met bedradingsschema Aansluitbout Geleider 1 Flensmoer...
  • Pagina 82 Elektrische installatie Motor aansluiten via klemmenbord 5.10.4 Uitvoeringen van de aansluiting via het klemmenbord Afhankelijk van de elektrische uitvoering worden er verschillende soorten motoren ge- leverd en aangesloten. Monteer de klemmenbruggen volgens het schema en schroef deze stevig vast. Let op de in de volgende tabellen vermelde aanhaalmomenten. Motoren DR..63 Aansluit- Aanhaalmoment...
  • Pagina 83 Elektrische installatie Motor aansluiten via klemmenbord Motoren DR..180 – 225 Aansluit- Aanhaalmoment Aansluiting Uitvoering Aansluittype Omvang van de le- PE-aansluit- PE-uitvoe- bout zeskantmoer klant vering bout ring Ø Doorsnede Ø 6.0 Nm ≤ 70 mm Ringkabel- Aansluitmateriaal schoen inbegrepen 10 Nm ≤ 95 mm Ringkabelschoen Aansluitmateriaal in- begrepen 15.5 Nm...
  • Pagina 84 Elektrische installatie Motor aansluiten via klemmenbord Uitvoering 1a M4: > 2.5 mm M5: > 2.5 mm 36028797107830923 Externe aansluiting Klemmenbrug Aansluitbout Aansluitschijf Flensmoer Wikkelingaansluiting met Stocko-aansluitklem Technische handleiding – Draaistroommotoren...
  • Pagina 85 Elektrische installatie Motor aansluiten via klemmenbord Uitvoering 1b 18014398598346763 Externe aansluiting met ringkabel- [4] Klemmenbrug schoen bijv. volgens DIN 46237 of DIN 46234 Aansluitbout [5] Aansluitschijf Flensmoer [6] Wikkelingaansluiting met Stocko- aansluitklem Uitvoering 2 9007199440180363 Klemmenbord Onderste moer Flensmoer Aansluitschijf Klemmenbrug Wikkelingaansluiting Externe aansluiting met ringkabelschoen bijv.
  • Pagina 86 Elektrische installatie Motor aansluiten via klemmenbord Uitvoering 3 9007199454382091 Externe aansluiting met ringkabel- [5] Klemmenbrug schoen bijv. volgens DIN 46237 of DIN 46234 Aansluitbout [6] Onderste moer Bovenste moer [7] Wikkelingaansluiting met ringkabel- schoen Vlakke sluitring [8] Waaierschijf Uitvoering 4 18014399649088651 Klemmenkast Veerring...
  • Pagina 87 Elektrische installatie Motor aansluiten via klemmenbord Uitvoering 5 1139608587 Zeskantmoer Waaierschijf Schijf Tapeind PE-geleider op kabelschoen Klemmenkast Uitvoering 6 22297412747 Klemmenkast Klembeugel Basisplaat Platkopschroef PE-geleider Technische handleiding – Draaistroommotoren...
  • Pagina 88 Elektrische installatie Motor aansluiten via stekerverbinding 5.11 Motor aansluiten via stekerverbinding 5.11.1 Connector IS/ISU 1009070219 Het onderdeel van de optie connector /IS, /ISU is af fabriek compleet bedraad, inclu- sief de extra voorzieningen zoals de remaansturing. Het bovenste deel van de optie connector /IS wordt meegeleverd en moet volgens het schema worden aangesloten.
  • Pagina 89 Elektrische installatie Motor aansluiten via stekerverbinding Aansluiting bovenste deel stekerverbinding • Bouten van de behuizingsdeksel losdraaien: – behuizingsdeksel verwijderen • Bouten van het bovenste deel van de stekerverbinding losdraaien: – bovenste deel van de stekerverbinding uit de deksel halen • Mantel van de aansluitkabel verwijderen: –...
  • Pagina 90 Elektrische installatie Motor aansluiten via stekerverbinding Remaansturing BSR – wisselbrug aanpassen Voor W-bedrijf: Knip aan de W-zijde van de wisselbrug volgens onderstaande afbeelding alleen het blanke metalen deel van de gemarkeerde tand horizontaal af – aanraakbeveiliging! 9007200053520139 Voor m-bedrijf: Knip aan de m-zijde van de wisselbrug volgens onderstaande afbeelding de twee ge- markeerde tanden horizontaal geheel af.
  • Pagina 91 Elektrische installatie Motor aansluiten via stekerverbinding Steker inbouwen Het behuizingsdeksel van de IS-connector kan, afhankelijk van de gewenste positie van de voedingskabel, op het onderste deel van de behuizing worden vastgeschroefd. Het hieronder weergegeven bovenste deel van de connector moet eerst, overeenkom- stig de positie van het onderste deel van de connector, in de behuizingsdeksel worden gemonteerd: 1.
  • Pagina 92 Elektrische installatie Motor aansluiten via stekerverbinding Inbouwpositie bovenste deel van stekerverbinding in behuizingsdeksel 9007200053526155 Technische handleiding – Draaistroommotoren...
  • Pagina 93 Elektrische installatie Motor aansluiten via stekerverbinding 5.11.2 Connectoren AB.., AD.., AM.., AK.., AC.., AS.. 1009065611 Technische handleiding – Draaistroommotoren...
  • Pagina 94 Elektrische installatie Motor aansluiten via klemmenbord 5.12 Motor aansluiten via klemmenbord 5.12.1 Volgens schema R10 1. Sluit de motor volgens het meegeleverde schakelschema aan. 2. Controleer de maximale kabeldoorsnede. ð 2.5 mm star ð 2.5 mm flexibel ð 1.5 mm flexibel met adereindhuls 3.
  • Pagina 95 Elektrische installatie Motor aansluiten via klemmenbord 5.12.2 Volgens schema R12 1. Sluit de motor volgens het meegeleverde schakelschema aan. 2. Controleer de maximale kabeldoorsnede. ð 2.5 mm star ð 2.5 mm flexibel ð 1.5 mm flexibel met adereindhuls 3. De gestripte lengte moet 8 - 9 mm bedragen. 4.
  • Pagina 96 Elektrische installatie Motor aansluiten via klemmenbord 5.12.3 Volgens schema C13 met klemmenbord /KCC 1. Sluit de motor volgens het meegeleverde schakelschema aan. 2. Controleer de maximale kabeldoorsnede. ð 4 mm star ð 4 mm flexibel ð 2.5 mm flexibel met adereindhuls 3. Controleer de wikkelinguitlopers in de klemmenkast en haal deze eventueel aan. 4.
  • Pagina 97 Elektrische installatie Motor aansluiten via klemmenbord 5.12.4 Volgens schema C12 met klemmenbord /KC1 1. Sluit de motor volgens het meegeleverde schakelschema aan. 2. Controleer de maximale kabeldoorsnede. ð 2.5 mm star ð 2.5 mm flexibel ð 1.5 mm flexibel met adereindhuls 3. De gestripte lengte moet 8 - 9 mm bedragen. Plaats van de afleidingen bij W-schakeling 18014399512138379 Plaats van de afleidingen bij m-schakeling...
  • Pagina 98 Elektrische installatie Rem aansluiten 5.13 Rem aansluiten De remmen BE.. worden door gelijkspanning geactiveerd en elektrisch gelicht. De rem valt mechanisch in zodra de voedingsspanning is uitgeschakeld. WAARSCHUWING Vertraagd invallen of ongewild openen van de rem door verkeerd aansturen c.q. aansluiten.
  • Pagina 99 Elektrische installatie Rem aansluiten 5.13.2 Betrouwbare remaansturingen AANWIJZING De onderstaande opgaven hebben betrekking op motoren die bedoeld zijn voor een omgevingstemperatuur van -20°C tot +40°C en in de thermische klassen 130 (B) of 155 (F) zijn uitgevoerd. Afhankelijk van de omvang van de opties van de motor kun- nen afwijkingen ontstaan.
  • Pagina 100 Elektrische installatie Rem aansluiten Op de meegeleverde schakelschema’s is de manier van uitschakelen door middel van een symbool aangegeven. WAARSCHUWING Vertraagd invallen of ongewild open blijven staan van de rem door verkeerd aanstu- ren c.q. aansluiten. Dodelijk of ernstig letsel, bijv. door vallende hefvoorziening of een verlengde naloop. •...
  • Pagina 101 Elektrische installatie Rem aansluiten 5.13.5 Schakelvoorzieningen Op grond van de belasting door de hoge stroomsterkte tijdens het schakelen van de rem (inductieve belasting), moeten voor het schakelen van de rem in ieder geval ge- schikte magneetschakelaars c.q. schakelcontacten worden gebruikt, om een correcte functie van de rem te kunnen realiseren.
  • Pagina 102 Elektrische installatie Rem aansluiten 5.13.7 Beveiliging tegen schade door te hoge spanning en kortsluiting Om een beveiliging tegen schade door een te hoge spanning (bijv. door kortsluiting) te kunnen realiseren, moet een voldoende zware zekering in de voedingskabels worden aangebracht. Zie daarvoor ook de configuratiegegevens in de catalogus en neem contact op met SEW-EURODRIVE.
  • Pagina 103 Elektrische installatie Rem aansluiten 5.13.8 Diagnose-eenheid /DUE voor de functie- en slijtagebewaking aansluiten De diagnose-eenheid /DUE (Diagnostic Unit Eddy Current) is een contactloos meet- systeem voor de functie- en slijtagebewaking van de rem en de continue meting van de actuele luchtspleet. Het meetsysteem bestaat uit: •...
  • Pagina 104 Elektrische installatie Rem aansluiten De diagnose-eenheid /DUE is bij aflevering af fabriek voorgeïnstalleerd, gekalibreerd en de voor de remmen toelaatbare slijtagegrenzen zijn ingesteld. Bij service- of onder- houdswerkzaamheden zoals het vervangen van sensoren of van de analyse-elektroni- ca moet de diagnose-eenheid opnieuw worden gekalibreerd. De kalibratie kan direct vanuit de analyse-elektronica (op de klemmenkast) of alternatief vanuit de overkoepe- lende besturing plaatsvinden.
  • Pagina 105 Elektrische installatie Rem aansluiten AANWIJZING Als de kalibratie-ingangen ZERO en/of INF op een PLC of besturing naar buiten wor- den gevoerd, dan moeten deze daar bij normaal bedrijf continu met AGND worden verbonden, om de inkoppeling van EMC-storingen in de kalibratie-toevoerleidingen te vermijden.
  • Pagina 106 Elektrische installatie Rem aansluiten Benaming van de componenten Het systeem bestaat uit een sensor en een eenkanaals analyse-eenheid. De functie- bewaking van de rem is met een digitaal signaal (maakcontact) gerealiseerd. Het be- reiken van de slijtagegrenzen wordt met een binaire uitgang (verbreekcontact) aange- geven.
  • Pagina 107 Elektrische installatie Rem aansluiten Klem Aanduiding Beschrijving DC 24 V 24 V DC-voeding De betekenis van de LED's is als volgt: LED's Aanduiding Beschrijving Groen [2] FCT1 De rem is open. De elektromagneet is actief. De anker- schijf ligt tegen het spoelhuis aan. Rood [2] WEAR1 De actuele luchtspleet van de rem heeft de vooraf inge-...
  • Pagina 108 Elektrische installatie Encoder aansluiten 5.14 Encoder aansluiten 5.14.1 Overzicht aanbouwencoders Raadpleeg de aansluitschema's voor aanwijzingen met betrekking tot het aansluiten van de aanbouw-encoders: Enco- Motoren Type enco- Aanbouwwijze Voeding Signaal Schema V DC EK8S DR..71 – 315 Incremen- Asgecentreerd 7 – 30 1 V sin/cos 63083078 teel EK8C...
  • Pagina 109 Elektrische installatie Encoder aansluiten Enco- Motoren Type enco- Aanbouwwijze Voeding Signaal Schema V DC EG7C DR..160 – 280 Incremen- Asgecentreerd 4.5 – 30 HTL/TTL (RS422) 68179 xx08 DRN132M – 280 teel AG7W DR..160 – 280 Absolute Asgecentreerd 7 – 30 1 V sin/cos+ 68181xx08 DRN132M – 280 waarde RS485 AG7Y...
  • Pagina 110 Elektrische installatie Encoder aansluiten Encoder Klemgedeelte in mm Aanhaalmoment in Nm .S7., .V7., .G7. met SW20 5 – 10 1) Voor kabels van SEW-EURODRIVE met een diameter van 8.5 – 9 mm, 5 kabelparen, afgeschermd, PU- mantel. Voor afwijkende kabels of bedrijf onder sterke trillingen moeten aangepaste aanhaalmomenten worden toegepast.
  • Pagina 111 Elektrische installatie Encoder aansluiten 5.14.3 Elektrische aansluiting van conische encoders EK8., AK8., EV8. AV8. [619] [220] [1164] [42] [1889] [1900] [1927] [1902] [22] [35] [232] [34] [33] [170/361] [1901] 9007227774284811 Technische handleiding – Draaistroommotoren...
  • Pagina 112 Elektrische installatie Encoder aansluiten [1929] [619] [220] [1899] [1897] [1898] [1898] [1897] [42] [1164] [1889] [1891] [35] [1900] [1927] [1902] [22] [1896] [1895] [1895] [232] [34] [33] [361] [1901] 9007227788914699 De geïntegreerde encoderconnector (onderdelen 1164 en 619) kan in 90°-stappen worden gedraaid om een variabele kabeluitgang van het aansluitdeksel [619] mogelijk te maken.
  • Pagina 113 Elektrische installatie Encoder aansluiten 4. Schroef de schroeven [E] via de boringen in de aansluitdeksel [619] in de boringen in de aansluitadapter [1164]. ð Zet de schroeven  [E] vast met een middelvast borgmiddel. Aanhaalmoment 2.5 Nm. 5. Draai de kabelwartel vast. Aanhaalmoment zie vorige tabel. 6.
  • Pagina 114 Elektrische installatie Opties 5.15 Opties De opties worden overeenkomstig de bij de motor meegeleverde schakelschema's aangesloten. De geldende schema's kunt u gratis bij SEW‑EURODRIVE bestellen. AANWIJZING Als dit aansluitschema ontbreekt, mogen de opties niet aangesloten en in bedrijf ge- steld worden. 5.15.1 Temperatuurvoelers /TF LET OP...
  • Pagina 115 Elektrische installatie Opties Hieronder is de karakteristiek van de /TF in relatie tot de nominale schakeltemperatuur (hier T genoemd) weergegeven. R [Ω] 4000 1330 5470153483 5.15.2 Wikkelingthermostaten /TH De thermostaten zijn standaard in serie geschakeld en openen wanneer de toelaatba- re wikkelingtemperatuur wordt overschreden.
  • Pagina 116 Elektrische installatie Opties 5.15.3 Temperatuurmeting /PT (PT100) LET OP Beschadiging van de isolatie van de temperatuurmeting en de motorwikkeling door overmatige zelfverwarming van de temperatuurmeting. Mogelijke beschadiging van het aandrijfsysteem. • De stroom in de stroomkring mag niet meer dan 3 mA bedragen. •...
  • Pagina 117 Elektrische installatie Opties 5.15.4 Temperatuurregistratie /PK (PT1000) LET OP Beschadiging van de isolatie van de temperatuurmeting en de motorwikkeling door overmatige zelfverwarming van de temperatuurmeting. Mogelijke beschadiging van het aandrijfsysteem. • De stroom in de stroomkring mag niet meer dan 3 mA bedragen. •...
  • Pagina 118 Elektrische installatie Opties 5.15.5 Onafhankelijk aangedreven ventilator /V • Aansluiting in de eigen klemmenkast • Max. aansluitdoorsnede 3 × 1.5 mm (3 × AWG 15) • Kabelwartel M16 x 1.5 Motoren Bedrijfsmodus/aanslui- Frequentie Spanning ting DR..71 – 132 1 ~ AC 100 – 127 3 ~ AC W DR..71 – 132 175 – 220...
  • Pagina 119 Elektrische installatie Opties 5.15.6 Geschakelde voeding UWU52A In de uitvoering van de onafhankelijk aangedreven ventilator V voor 24 V DC is boven- dien de geschakelde voeding UWU52A inbegrepen, indien besteld. Onder vermelding van het artikelnummer kan deze ook na ontvangst van de order nog bij SEW‑EURODRIVE worden besteld.
  • Pagina 120 Elektrische installatie Opties 5.15.7 Overzicht aanbouwencoders Raadpleeg de aansluitschema's voor aanwijzingen met betrekking tot het aansluiten van de aanbouw-encoders: Enco- Motoren Type enco- Aanbouwwijze Voeding Signaal Schema V DC ES7S DRN80 – Incremen- Asgecentreerd 7 – 30 1 V sin/cos 68180xx08 132S teel ES7R DRN80 –...
  • Pagina 121 Elektrische installatie Opties Enco- Motoren Type enco- Aanbouwwijze Voeding Signaal Schema V DC EK8S DR..71 – 315 Incremen- Asgecentreerd 7 – 30 1 V sin/cos 63278995 teel EK8C DR..71 – 315 Incremen- Asgecentreerd 4.5 – 30 HTL/TTL (RS422) 63279010 teel EK8R DR..71 – 315 Incremen- Asgecentreerd 7 – 30 TTL (RS422) 63279029 teel AK8W DR..71 – 315 Absolute...
  • Pagina 122 Elektrische installatie Opties 5.15.8 Overzicht en optische statusmeldingen van de inbouw-encoder AANWIJZING Het schema bevat aanwijzingen voor de aansluiting van de inbouw-encoder. • Raadpleeg bij aansluiting over de klemmenstrook de informatie in het hoofdstuk "Schema's" (→ 2 274). • Raadpleeg bij aansluiting van inbouw-encoder EI7. met een M12-steker het mee- geleverde schema.
  • Pagina 123 Elektrische installatie Opties EI7. B – optische terugmeldingen De encoders EI7. gebruiken twee DUO-LEDs (elk rood en groen) voor de optische te- rugmelding van de bedrijfstoestand. LED H1 (aan de kabeluitgang van de encoder) – Status en fout De groene LED geeft de status resp. de configuratie van de encoder aan. Deze heeft een knipperende uitvoering.
  • Pagina 124 Elektrische installatie Opties EI8. – optische terugmeldingen De inbouw-encoders EI8 melden hun bedrijfstoestand optisch via een dubbele LED. LED-lichtpatroon Betekenis Encoder niet gevoed of defect Groen continu Encoder in bedrijf, geen fout Rood/oranje, continu of knippe- Encoder meldt zelfdiagnose-informatie of een fout. rend De inhoud is afhankelijk van het kleurpatroon en de frequentie.
  • Pagina 125 Elektrische installatie Opties 5.15.9 Stilstandsverwarming /Hx Om een uitgeschakelde motor te beschermen tegen bevriezing (blokkade van de ro- tor) of condensatie (vorming van condenswater in de motor), kan de motor optioneel worden uitgerust met een stilstandsverwarming. De stilstandsverwarming bestaat uit bandverwarmingen die in de wikkelkop zitten en van spanning worden voorzien als de motor uitgeschakeld is.
  • Pagina 126 Inbedrijfstelling Algemene aanwijzingen Inbedrijfstelling Algemene aanwijzingen WAARSCHUWING Elektrische schok door onjuiste installatie. Dodelijk of ernstig lichamelijk letsel. • Gebruik voor het schakelen van de motor schakelcontacten van gebruikscatego- rie AC-3 overeenkomstig EN 60947-4-1. • Houd u bij door regelaar gevoede motoren aan de desbetreffende bekabelings- aanwijzingen in de technische handleiding van de frequentieregelaar.
  • Pagina 127 Inbedrijfstelling Vóór de inbedrijfstelling Vóór de inbedrijfstelling Controleer voor de inbedrijfstelling de volgende punten: • De aandrijving is onbeschadigd en niet geblokkeerd. • Eventueel aanwezige transportbeveiligingen zijn verwijderd. • Na een langere opslagtijd dan 9 maanden worden de maatregelen conform hoofd- stuk "Voorbereiding na een langere opslag" (→ 2 37) uitgevoerd.
  • Pagina 128 Inspectie/onderhoud Inspectie/onderhoud WAARSCHUWING Gevaar voor letsel door onbedoeld opstarten van de aandrijving. Dodelijk of ernstig lichamelijk letsel. • Voordat met de werkzaamheden wordt begonnen moeten de motor en alle aan- gesloten opties spanningsloos worden geschakeld. • Beveilig de motor tegen onbedoeld inschakelen. VOORZICHTIG Inademen, inslikken van remslijpsel bij het openen van de rem.
  • Pagina 129 Inspectie/onderhoud Controleer voor het opnieuw in gebruik nemen van de motor of de voorschriften zijn nageleefd. Bevestig deze naleving door een markering op de motor of door het opstel- len van een keuringsrapport. Voer na alle onderhouds- en reparatiewerkzaamheden altijd een veiligheids- en func- tiecontrole uit (thermische motorbeveiliging).
  • Pagina 130 Inspectie/onderhoud Inspectie- en onderhoudsintervallen Inspectie- en onderhoudsintervallen De onderstaande tabel geeft de inspectie- en onderhoudsintervallen weer: Apparaat/onder- Tijdsinterval Vereiste actie? deel Rem BE02 • Bij gebruik als stoprem: Rem inspecteren • Dikte van de remschijf meten Minimaal alle 3.000 bedrijfsuren •...
  • Pagina 131 Inspectie/onderhoud Inspectie- en onderhoudsintervallen Als de motorruimte tijdens de inspectie of het onderhoud wordt geopend, moet deze voor het sluiten eerst worden gereinigd. Technische handleiding – Draaistroommotoren...
  • Pagina 132 Inspectie/onderhoud Lagersmering Lagersmering 7.2.1 Lagersmering motoren DR..56 – 315 In de standaarduitvoering zijn de lagers voorzien van een levensduursmering. 7.2.2 Lagersmering motoren DR..255 – 315 met nasmeerinrichting /NS Motoren met de nominale maten 225, 250, 280 en 315 kunnen met een nasmeervoor- ziening zijn uitgerust.
  • Pagina 133 Inspectie/onderhoud Versterkte lagering Nasmeringstermijn Neem de nasmeertermijn van de lagers onder de onderstaande omstandigheden con- form de opgaven in de tabel in acht: • Omgevingstemperatuur: -20 °C tot +40 °C • Nominaal toerental, dat overeenkomt met dat van een 4-polige draaistroommotor •...
  • Pagina 134 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem WAARSCHUWING Gevaar voor letsel door onbedoeld opstarten van de aandrijving. Dodelijk of ernstig lichamelijk letsel. • Voordat met de werkzaamheden wordt begonnen moeten de motor en alle aan- gesloten opties spanningsloos worden geschakeld.
  • Pagina 135 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem Hernieuwde montage ü De rechthoekige markering op de ventilatorkap [2] moet in de richting van de klemmenkast [1] wijzen. 1. Schuif de vergrendelnokken van de ventilatorkap gelijkmatig over de nokken tot deze vastklikken.
  • Pagina 136 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem 7.4.2 Inbouw-encoder DR..56 – 71 demonteren en monteren De kunststof ventilator [2] van de motoren DR..56 – 71 is met een clipsysteem beves- tigd. 23761871115 Ventilator demonteren Om de kunststof ventilator te demonteren gaat u als volgt te werk: ü...
  • Pagina 137 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem Hernieuwde montage ü Benodigd gereedschap: 1 hamer, 1 inslaggereedschap. 1. Plaats de ventilator met de voorcentrering in het midden van de as. 2. Monteer de ventilator met het vlakke inslaggereedschap en de hamer op de as. Plaats het inslaggereedschap niet op de vergrendelnok.
  • Pagina 138 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem 7.4.3 Encoders van de motoren DR..80 – 132S verwijderen De onderstaande afbeelding geeft als voorbeeld de demontage van de encoder ES7. weer: [362] [B] [G] [619] [220] [35] [34] [361] 9007201837842187 [34] Plaatschroef Bevestigingsbouten koppelsteun...
  • Pagina 139 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem Hermontage 1. Smeer de encodertappen eventueel in met een pasta tegen passingsroest, bijv. ® NOCO -FLUID. 2. Hang het expansieanker [362] aan de koppelsteun van de encoder. 3. Schuif de encoder tot aan de aanslag in de boring van het aseinde. 4.
  • Pagina 140 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem 7.4.4 Encoders van de motoren DR..132M – 280 demonteren Onderstaande afbeelding geeft de demontage aan de hand van de encoder EG7. weer: [715] [35] [220] [706] [232] [619] [657] [707] [361] [34] 18014400901307275 Rotor...
  • Pagina 141 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem Hermontage 1. Smeer de encodertappen eventueel in met een pasta tegen passingsroest, bijv. ® NOCO -FLUID. 2. Schuif de encoder tot aan de aanslag in de boring van het aseinde. 3. Trek de centrale bevestigingsschroef [B] met gemonteerde tandveerring [G] aan. ð...
  • Pagina 142 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem 7.4.5 Encoders van de motoren DR..132M – 315 met optie onafhankelijk aangedreven ventilator / V demonteren Onderstaande afbeelding geeft de demontage aan de hand van de encoder EG7. weer: [934] [220] [935] [232] [936]...
  • Pagina 143 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem Hernieuwde montage 1. Smeer de encodertappen eventueel in met een pasta tegen passingsroest, bijv. ® NOCO -FLUID. 2. Schuif de encoder tot aan de aanslag in de boring van het aseinde. 3.
  • Pagina 144 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem 7.4.6 Encoders van de motoren DR..315 demonteren De volgende afbeelding laat de demontage aan de hand van de encoder EH7. en AH7. zien: [734] [220] [659] [35] [657] EH7. AH7. [748] [220] 18014398917111435 [35]...
  • Pagina 145 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem Hermontage 1. Schuif de encoder tot aan de aanslag in de boring van het aseinde. 2. Trek de centrale bevestigingsschroef [B] aan. ð EH7.: Aanhaalmoment 3 Nm ð AH7.: Aanhaalmoment 2 Nm 3. Ga afhankelijk van de encoder als volgt te werk: ð...
  • Pagina 146 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem 7.4.7 Encoder met encoderaanbouwvoorziening XV../EV../AV.. van motoren DR..71 – 225 (de-)monteren De onderstaande afbeelding geeft de demontage weer aan de hand van een andere encoder: [220] [269] [22] [361] / [170] [212] [225] [251] [232] 9007202887906699...
  • Pagina 147 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem 7.4.8 Encoder met encoderaanbouwvoorziening XV../EV../AV.. van motoren DR..250 – 280 (de-)monteren De onderstaande afbeelding geeft de demontage weer aan de hand van een andere encoder: [35] [1458] [233] [225] [226] [220] [251] [232] [269] [361] [1496]...
  • Pagina 148 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem 4. Om de ventilatorkap [35] te demonteren, draait u de schroeven [22] los. 5. Om de encoderaanbouwvoorziening [A] los te halen, draait u de schroef [1458] los. ð Als de encoderaanbouwvoorziening erg vast zit: Schroef een draadpen M6 (lengte 20 –...
  • Pagina 149 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem [1486] [35] [935] 9007207498780299 Technische handleiding – Draaistroommotoren...
  • Pagina 150 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem 7.4.9 Encoder met encoderaanbouwvoorziening EV../AV../XV.. van de motoren DR..250 – 280 met optie onafhankelijk aangedreven ventilator /V (de-)monteren De onderstaande afbeelding geeft de demontage weer aan de hand van een andere encoder: [934] [936] [226] [220] [251]...
  • Pagina 151 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem 5. Maak de encoder [220] los van de encoderaanbouwvoorziening [A] resp. de tus- senflens [225]. 6. Om de encoderaanbouwvoorziening [A] los te halen, draait u de schroeven [1458] en [936] los. De koppelsteun [935] en schroeven [1463] kunnen op de encoder- aanbouwvoorziening [A] blijven zitten.
  • Pagina 152 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem EV..-, AV..- en XV..-encoder demonteren 1. Om de onafhankelijk aangedreven ventilator [170] te demonteren, draait u de schroeven [22] los. 2. Trek de kabeltule [269] met encoderkabel uit de onafhankelijk aangedreven venti- lator [170].
  • Pagina 153 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem 7.4.10 Holle-asencoder van de encoderaanbouwvoorziening XH.A van de motoren DR..71 – 225 (de-)monteren De onderstaande afbeelding geeft de demontage weer aan de hand van een andere encoder: Encoderaanbouw met encoderaanbouwvoorziening XH1A Encoderaanbouw met encoderaanbouwvoorziening XH7A en XH8A [269]...
  • Pagina 154 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem Holle-asencoder van de aanbouwvoorziening XH7A en XH8A demonteren 1. Demonteer de afdekkap [361] of eventueel de onafhankelijk aangedreven ventila- tor. 2. Draai schroef [E] van de klemring [F] los. 3. Verwijder de schroeven van de koppelsteun [D]. 4.
  • Pagina 155 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem 7.4.11 Encoderaanbouwinrichting EK8A De encoderaanbouwinrichting EK8A... Inhoud van het • Schroeven [232] voor bevestiging van de koppelsteun van de encoder [220] zakje met acces- • Vanaf bouwgrootte DRN180: Isolatiekoppeling [1891] soires [1634] Encoderaanbouwinrichting EK8A monteren 1.
  • Pagina 156 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem 7.4.12 Conische encoder van motoren DR..71 – 132S demonteren en monteren [619] [220] [1164] [42] [1889] [1900] [1927] [1902] [22] [35] [232] [34] [33] [170/361] [1901] 9007227774284811 Rotor [1889] Koppelsteun [22] Schroef (zeskant) [1900] Kabelhouder...
  • Pagina 157 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem 5. Trek de afdekkap [361] van de motor. Schuif daarbij de aansluitadapter [1164] uit de uitsparing. 6. Draai de schroeven [232] eruit. 7. Draai de schroeven [22] eruit. 8. Trek de ventilatorkap  [35] over de encoder  [220]. Voer de aansluitadapter  [1164] met de signaalkabel door de uitsparing van de ventilatorkap [35].
  • Pagina 158 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem 10. Plaats de afdekkap [361] op de ventilatorkap [35]. ð De ingegoten pijl in onderdeel [C] van de aansluitadapter [1164] geeft de rich- ting aan van de latere kabeluitvoer van het aansluitdeksel [619]. ð Als u de richting van de kabeluitvoer wilt veranderen: Draai de schroeven  [D] eruit.
  • Pagina 159 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem Encoder EK8./AK8. met de optie onafhankelijk aangedreven ventilator monteren 1. Reinig de conus van de encoder [220] en de rotor [1]. 2. Verwijder de centrale afsluitschroef [A]. 3. Steek de encoder [220] in de conische boring van de rotor [1]. 4.
  • Pagina 160 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem 15. Bevestig de onafhankelijk aangedreven ventilator met de schroeven [34] en schij- ven [33]. ð Aanhaalmoment 2 Nm 16. Schuif de aansluitadapter [1164] in de uitsparing van de afdekkap [361], tot aan het van de motor afgekeerde uiteinde van de uitsparing van de onafhankelijk aan- gedreven ventilator [170].
  • Pagina 161 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem 7.4.13 Conische encoder van motoren DR..132M – 315 demonteren en monteren [1929] [619] [220] [1899] [1897] [1898] [1898] [1897] [42] [1164] [1889] [1891] [35] [1900] [1927] [1902] [22] [1896] [1895] [1895] [232] [34] [33]...
  • Pagina 162 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem [619] [1929] [1925] [934] [936] [937] [1898] [1897] [1164] [1893] [1892] [1310] [220] [232] [1891] [935] [1889] [1900] [1927] [1902] [22] [170] [1901] 18014427053575691 Rotor [1892] Steunplaat [22] Schroef (zeskant) [1893] Schroef (kruiskop) [33] Schijf...
  • Pagina 163 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem 8. Trek de ventilatorkap  [35] over de encoder  [220]. Voer de aansluitadapter  [1164] met de signaalkabel door de uitsparing van de ventilatorkap [35]. 9. Draai de centrale afsluitschroef [A] uit de encoder [220]. 10.
  • Pagina 164 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem 11. Schroef de schroeven [232] door de steunring/tussenring [1895] of het rooster van de ventilatorkap [35] in de moeren van de koppelsteun [1889]. ð Let op dat de signaalkabel lang genoeg is zodat de aansluitadapter [1164] in de uitsparing van de afdekkap [361] kan worden ingeschoven.
  • Pagina 165 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem 10. Draai de centrale bevestigingsschroef van de encoder [220] los. ð Als de centrale bevestigingsschroef van de encoder [220] niet los gaat, houd dan tegen op het sleutelvlak SW10 van de encoderas. 11.
  • Pagina 166 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem 13. Draai de draadpen [1927] los om de kabelhouder [1900] te draaien. 14. Draai de draadpen [1927] aan om de kabelhouder [1900] vast te zetten. ð Aanhaalmoment 1.8 Nm 15. Om de koppelsteunen  [1889] van de encoder te bevestigen, draait u de schroe- ven [232] in de boringen van de koppelsteunen [935].
  • Pagina 167 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem 7.4.14 Encoder EV8./AV8. met koppeling van motoren DR..71 – 225 demonteren en monteren Encoder EV8./AV8. met koppeling demonteren 1. Draai de schroeven [E] eruit. 2. Neem het aansluitdeksel [619] van de aansluitadapter [1164] af. 3.
  • Pagina 168 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem ð Let op dat de signaalkabel lang genoeg is zodat de aansluitadapter [1164] in de uitsparing van de afdekkap [361] kan worden ingeschoven. 13. Schuif de aansluitadapter [1164] in de uitsparing van de afdekkap ventilator [361]. De standaarduitlijning van de uitsparing wijst in de richting van de klemmenkast.
  • Pagina 169 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem Encoder EV8./AV8. met koppeling en optie onafhankelijk aangedreven ventilator monteren 1. Verwijder de centrale afsluitschroef [A]. 2. Als de afsluitplaat [646] beschikbaar is: Draai de schroeven [232] uit en neem de afsluitplaat [646] eraf.
  • Pagina 170 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem 18. Bevestig de onafhankelijk aangedreven ventilator [170] met de schroeven [22] op de flenskap [212] van de motor. ð DR..71 – 132S: Aanhaalmoment 3.3 Nm ð DR..132M – L: Aanhaalmoment 11.3 Nm ð DR..160 – 225: Aanhaalmoment 27.3 Nm 19.
  • Pagina 171 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem 7.4.15 Encoder EV8./AV8. met koppeling van motoren DR..250 – 280 demonteren en monteren [1499] [1458] [251] [232] [619] [1164] [22] [35] [1495] [233] [226] [225] [1888] [1889] [1900] [1927] [1902] [33] [170/361] [22/34] [1901]...
  • Pagina 172 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem 3. Draai de schroeven [D] in het onderdeel [C] los. ð Draai de schroeven [D] er slechts zover uit dat de aansluitadapter [1164] in de uitsparing van de afdekkap [361] kan worden verschoven. 4. Draai de schroeven [34] eruit. 5.
  • Pagina 173 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem 10. Schroef de schroeven [1888] los om de koppelsteun [1889] van de encoder te ver- wijderen. 11. Verwijder de centrale afsluitschroef [A]. 12. Steek de encoder [220] in de koppelingshelft met de conische opening [233]. 13.
  • Pagina 174 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem 3. Draai de schroeven [D] in het onderdeel [C] los. ð Draai de schroeven [D] er slechts zover uit dat de aansluitadapter [1164] in de uitsparing van de onafhankelijk aangedreven ventilator  [170] kan worden ver- schoven.
  • Pagina 175 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem 9. Draai schroef [226] in om de tussenflens [225] op de encoderaanbouwinrichting [1499] te bevestigen. ð Aanhaalmoment 3.3 Nm 10. Schroef de schroeven [1888] los om de koppelsteun [1889] van de encoder te ver- wijderen.
  • Pagina 176 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem 25. Bevestig de aansluitadapter [1164] door de schroeven [D] aan te draaien. ð Aanhaalmoment 2 Nm 26. Plaats het aansluitdeksel [619] op de aansluitadapter [1164]. 27. Schroef de schroeven [E] via de boringen in de aansluitdeksel [619] in de boringen in de aansluitadapter [1164].
  • Pagina 177 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem 7.4.16 Inbouw-encoder EI8. demonteren en monteren Voor de montage van de inbouw-encoder EI8. is een centreerring nodig. U kunt de centreerring onder het volgende artikelnummer bestellen: Motor Inbouw-encoder Artikelnummer DR..71 – 132S Centreerring EI8.
  • Pagina 178 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem 1. Demonteer eventueel de onafhankelijk aangedreven ventilator. 2. Om de ventilatorkap [35] te demonteren, draait u de schroeven [22] los. 3. Draai de radiale klemschroef [1160] los: ð DR..71 – 100: M3 met cilinderkop ð...
  • Pagina 179 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem 12. Om de afstand van 1 mm van de encodermodule [1517] tot de poolring in te stel- len, legt u een voelermaat in de daarvoor bedoelde gleuf [A]. [36] [1517] 28744408843 13.
  • Pagina 180 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem 22. Breng de afdekking van de aansluiteenheid [1522] aan. 23. Controleer de optische terugmelding van de status-LED van de encodermodule [1517]. ð LED brandt groen: De encodermodule [1517] is correct ingebouwd en u kunt doorgaan met de montage.
  • Pagina 181 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem 3. LET OP!  Schade aan de stekker. Mogelijke materiële schade. Pas niet teveel kracht toe bij het lostrekken van de stekker. Trek de tule [1526] met encoderkabel door de knock-out [K]. ð...
  • Pagina 182 Inspectie/onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem 17. Sluit afscherming encoderkabel eventueel temperatuurvoeler /TF op de klemschroef aan. 28759196427 18. Steek de klemschroef met de aansluitzijde naar buiten op een van de beide pen- aansluitingen [1] van de printplaat. 19.
  • Pagina 183 Inspectie/onderhoud Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden motor DR..56 – 315 Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden motor DR..56 – 315 De in de volgende beschrijvingen genoemde positienummers vindt u in het hoofdstuk "Opbouw van de motor" (→ 2 15). 7.5.1 Stappen inspectie motoren DR..56 – 315 1. Maak vóór aanvang van de werkzaamheden de motor en alle aangesloten opties spanningsloos en borg de motor tegen onbedoeld inschakelen.
  • Pagina 184 Inspectie/onderhoud Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden motor DR..56 – 315 • Zo niet, ga dan verder met stap 9. • Als er vocht zichtbaar is, ga dan verder met stap 7. • Als er reductorolie zichtbaar is, moet de motor in de werkplaats worden gerepa- reerd 7.
  • Pagina 185 Inspectie/onderhoud Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden remmotoren DR..56 – 315 Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden remmotoren DR..56 – 315 7.6.1 Schematische opbouw remmotoren DR2..56 [35] [22] [36] [51] [550] [392] [41] [13] [70] [62] [71] 26860872715 [13] Cilinderschroef [41] Compensatieplaat [71] Spie [22] Zeskantbout [51] Handremlichter (/HR) [392] Afdichting [35] Ventilatorkap [62]...
  • Pagina 186 Inspectie/onderhoud Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden remmotoren DR..56 – 315 7.6.2 Schematische opbouw remmotoren DR..63 – 80 [35] [22] [32] [51] [64] [53] [19] [550] [901] [42] [62] [70] [46] [71] [36] [57] [58] [95] DRN63, DR2..63 BE03 [390] [900] [550] [901] [42] [392] [13] [51] [64]...
  • Pagina 187 Inspectie/onderhoud Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden remmotoren DR..56 – 315 7.6.3 Basisopbouw remmotor DR..90 – 132S [46] [71] [42] [70] [157] [47] [95] [59] [53] [64] [51] [36] [32] [56] [57] [58] [35] [22] [55] [901] [62] [550] [900] 18014398689463947 Motor [56] Tapeind [71] Spie [22] Zeskantbout...
  • Pagina 188 Inspectie/onderhoud Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden remmotoren DR..56 – 315 7.6.4 Schematische opbouw remmotoren DR..132M – 315 [46] [42] [71] [901] [31] [53] [64] [51] [36] [32] [22] [35] [55] [550] [900] [157] [95] [57] [58] [698] [47] [56] BE11-62 [390] [418] [70] [58] [1453] BE120/122 [57]...
  • Pagina 189 Inspectie/onderhoud Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden remmotoren DR..56 – 315 7.6.5 Stappen inspectie remmotoren DR..63 – 315 1. Maak vóór aanvang van de werkzaamheden de motor en alle aangesloten opties spanningsloos en borg de motor tegen onbedoeld inschakelen. 2. Bij motorreductoren: demonteer motor reductor. Rondsel en slingerschijf [107] demonteren.
  • Pagina 190 Inspectie/onderhoud Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden remmotoren DR..56 – 315 – bescherm vooral de askeerringzitting, alvorens deze te demonteren, bijvoor- beeld door middel van plakband of een beschermhuls tegen beschadigin- gen. 8. Stator ca. 3 tot 4 cm lostrekken. 9. Visuele controle: Zit er vocht of reductorolie in de statorruimte? •...
  • Pagina 191 Inspectie/onderhoud Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden remmotoren DR..56 – 315 • Schroef de stator [16] en de flens [7] met schroeven [15] vast. Let op: bescherm de wikkelkop tegen beschadiging! • Draai alvorens het remlagerschild te monteren eerst een madeschroef M8 (ca. 200 mm) lang in de afdichtingsringflens [21]. •...
  • Pagina 192 Inspectie/onderhoud Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden remmotoren DR..56 – 315 21. Indien aanwezig: sensoren van de optie /DUE monteren en de nulwaarde opnieuw kalibreren. Zie het hoofdstuk Achteraf inbouwen diagnose-eenheid /DUE voor de functie- en slijtagebewaking. 22. Ventilatorwiel [36] en ventilatorkap [35] en beschikbare accessoires monteren. 23.
  • Pagina 193 Inspectie/onderhoud Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden remmotoren DR..56 – 315 7.6.6 Schematische opbouw rem BE02 [750] [60] [54] [68] [73] [42] 26860869131 [42] Remlagerschild [68] Remvoering [54] Spoelhuis compleet [73] Remplaat [60] Cilinderschroef [750] Rem voorgemonteerd Technische handleiding – Draaistroommotoren...
  • Pagina 194 Inspectie/onderhoud Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden remmotoren DR..56 – 315 7.6.7 Schematische opbouw rem BE03 [54] [718] [49] [68] [73] [47] [56] [50/276] 22473863947 [47] Afdichtelement [54] Spoelhuis compleet [73] Remplaat [49] Ankerschijf [56] Tapeind [276] Remveer [50] Remveer [68] Remschijf compleet [718] Dempingsplaat Technische handleiding –...
  • Pagina 195 Inspectie/onderhoud Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden remmotoren DR..56 – 315 7.6.8 Schematische opbouw remmen BE05 – 2 [73] [42] [67] [65] [718] [54] [60] [61] [68] [49] [50]/[276] [66] 27021598292600715 [42] Remlagerschild [61] Zeskantmoer [73] Niro-plaatwerk [49] Ankerschijf [65] Drukring [276] Remveer (blauw) [50] Remveer (normaal) [66] Afdichtband...
  • Pagina 196 Inspectie/onderhoud Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden remmotoren DR..56 – 315 7.6.9 Schematische opbouw remmen BE05 – 20 [702] [73] [67] [65] [718] [63] [54] [60] [61] [66] [69] [68] [49] [50]/[276]/[1312] 36028797193166603 [49] Ankerschijf [65] Drukring [276] Remveer (blauw) [50] Remveer (normaal) [66] Afdichtband [702] Wrijvingsring [54]...
  • Pagina 197 Inspectie/onderhoud Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden remmotoren DR..56 – 315 7.6.10 Schematische opbouw remmen BE30, 60, 120 [702] [69] [67] [68] [49] [54] [60] [28] [61] [63] [50]/[276] [66] 18234907019 [28] Afsluitkap [61] Zeskantmoer [69] Ringveer [49] Ankerschijf [63] Poolplaat [276] Remveer (blauw) [50] Remveer (normaal) [66] Afdichtband...
  • Pagina 198 Inspectie/onderhoud Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden remmotoren DR..56 – 315 7.6.11 Schematische opbouw remmen BE32, 62, 122 [702] [67] [69b] [68b] [50] / [276] [60] [61] [52] [69a] [68a] [49] [63] [54] [28] [66] 18234909451 [28] Afsluitkap [61] Zeskantmoer [69a] Ringveer [49] Ankerschijf [63] Poolplaat [69b] Ringveer [50]...
  • Pagina 199 Inspectie/onderhoud Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden remmotoren DR..56 – 315 7.6.12 Slijtage van rem BE02 meten De luchtspleet van rem BE02 kan achteraf niet worden ingesteld. Controleer bij het onderhoud de dikte van de remschijf. Vervangen van individuele delen van de rem is niet toegelaten. ü...
  • Pagina 200 Inspectie/onderhoud Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden remmotoren DR..56 – 315 7.6.13 Slijtage van rem BE03 meten De luchtspleet van rem BE03 kan niet achteraf worden ingesteld. Controleer tijdens het onderhoud de naaf van de ankerschijf. Vervangen van individuele delen van de rem is niet toegelaten. ü...
  • Pagina 201 Inspectie/onderhoud Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden remmotoren DR..56 – 315 7.6.14 Luchtspleet van de remmen BE05 – 122 instellen 1. Maak vóór aanvang van de werkzaamheden de motor en alle aangesloten opties spanningsloos en borg de motor tegen onbedoeld inschakelen. 2. Demonteren: • demonteer, indien aanwezig, de onafhankelijk aangedreven ventilator en de encoder, zie het hoofdstuk "Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem" (→ 2 134).
  • Pagina 202 Inspectie/onderhoud Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden remmotoren DR..56 – 315 • BE30 – 122: trek de zeskantmoeren [61] verder aan tot de luchtspleet 0,05 – 0,1 mm groter is dan de gewenste instelwaarde (zie voor de instelwaarden het hoofdstuk "Remarbeid, luchtspleet, dikte remschoen" (→ 2 231)). Zo is bijvoor- beeld voor een gewenste luchtspleet van 0.4 mm een instelwaarde van 0.45 –...
  • Pagina 203 Inspectie/onderhoud Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden remmotoren DR..56 – 315 7.6.15 Remschijf van de remmen BE05 – 122 vervangen Controleer bij het vervangen van de remschijf naast de in de kolom "Rem BE" ge- noemde remelementen, hoofdstuk "Inspectie- onderhoudsinterval- len" (→ 2 130), ook de zeskantmoeren [61] op slijtage. De zeskantmoeren [61] moe- ten bij het vervangen van de remschijf altijd worden vervangen.
  • Pagina 204 Inspectie/onderhoud Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden remmotoren DR..56 – 315 WAARSCHUWING Ontbrekende remwerking door verkeerd ingestelde lengtespeling "s". Dodelijk of ernstig lichamelijk letsel. • Ervoor zorgen dat de lengtespeling "s" correct is ingesteld, zodat bij slijtage van de remvoering de ankerschijf kan opschuiven. 12. Breng de afdichtband [66] aan en monteer de gedemonteerde onderdelen weer. AANWIJZING Na vervanging van de remschijf wordt het maximale remkoppel pas na enkele scha- kelingen bereikt.
  • Pagina 205 Inspectie/onderhoud Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden remmotoren DR..56 – 315 7.6.17 Remveren vervangen bij rem BE05 – 122 1. Maak vóór aanvang van de werkzaamheden de motor en alle aangesloten opties spanningsloos en borg de motor tegen onbedoeld inschakelen. 2. Demonteren: • demonteer, indien aanwezig, de onafhankelijk aangedreven ventilator en de encoder, zie het hoofdstuk "Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem" (→ 2 134).
  • Pagina 206 Inspectie/onderhoud Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden remmotoren DR..56 – 315 7.6.18 Spoelhuis vervangen bij remmen BE05 – 122 1. Maak vóór aanvang van de werkzaamheden de motor en alle aangesloten opties spanningsloos en borg de motor tegen onbedoeld inschakelen. 2. Demonteren: • demonteer, indien aanwezig, de onafhankelijk aangedreven ventilator en de encoder, zie het hoofdstuk "Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem" (→ 2 134).
  • Pagina 207 Inspectie/onderhoud Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden remmotoren DR..56 – 315 7.6.19 Remmen vervangen BE02 bij motoren DR..56 ü De motor en alle aangesloten opties zijn stroomloos geschakeld. ü De motor is beveiligd tegen ongewenst inschakelen. 1. Demonteer de volgende onderdelen: ð demonteer, indien aanwezig, de onafhankelijk aangedreven ventilator en de encoder, zie het hoofdstuk "Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem" (→ 2 134).
  • Pagina 208 Inspectie/onderhoud Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden remmotoren DR..56 – 315 7.6.20 Remmen vervangen BE03 bij motoren DR..63 – 71 ü De motor en alle aangesloten opties zijn stroomloos geschakeld. ü De motor is beveiligd tegen ongewenst inschakelen. 1. Demonteer de volgende onderdelen: ð demonteer, indien aanwezig, de onafhankelijk aangedreven ventilator en de encoder, zie het hoofdstuk "Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem" (→ 2 134).
  • Pagina 209 Inspectie/onderhoud Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden remmotoren DR..56 – 315 7.6.21 Remmen vervangen BE05 – 2 bij motoren DR..71 – 80 ü De motor en alle aangesloten opties zijn stroomloos geschakeld. ü De motor is beveiligd tegen ongewenst inschakelen. 1. Demonteer de volgende onderdelen: ð...
  • Pagina 210 Inspectie/onderhoud Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden remmotoren DR..56 – 315 7.6.22 Remmen vervangen BE05 – 62 bij motoren DR..90 – 225 ü De motor en alle aangesloten opties zijn stroomloos geschakeld. ü De motor is beveiligd tegen ongewenst inschakelen. 1. Demonteer de volgende onderdelen: ð...
  • Pagina 211 Inspectie/onderhoud Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden remmotoren DR..56 – 315   GEVAAR!  Ontbrekende remwerking door verkeerd ingestelde lengtespeling "s". Dodelijk of ernstig lichamelijk letsel. Ervoor zorgen dat de lengtespeling "s" correct is ingesteld, zodat bij slijtage van de remvoering de ankerschijf kan op- schuiven. Optie handremlichter: met stelmoeren de lengtespeling "s"...
  • Pagina 212 Inspectie/onderhoud Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden remmotoren DR..56 – 315 7.6.23 Remmen vervangen BE60 – 122 bij motoren DR..250 – 315 ü De motor en alle aangesloten opties zijn stroomloos geschakeld. ü De motor is beveiligd tegen ongewenst inschakelen. 1. Demonteer de volgende onderdelen: ð...
  • Pagina 213 Inspectie/onderhoud Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden remmotoren DR..56 – 315 7.6.24 De handremlichter /HR, /HF achteraf monteren AANWIJZING Bij remmen BE02 kan de handremlichter alleen door een volledige vervanging van de rem achteraf worden ingebouwd. ü De motor en alle aangesloten opties zijn stroomloos geschakeld. ü...
  • Pagina 214 Inspectie/onderhoud Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden remmotoren DR..56 – 315 Lengtespeling s BE05, BE1, BE2, BE11, BE20, BE30, BE32, BE60, BE62, BE120, BE122 4. Monteer de gedemonteerde onderdelen van de motor. Technische handleiding – Draaistroommotoren...
  • Pagina 215 Inspectie/onderhoud Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden diagnose-eenheid /DUE Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden diagnose-eenheid /DUE 7.7.1 Schematische opbouw van de diagnose-eenheid /DUE [1757] [378] [1758] [379] [112] [1727] [49] [718] [54] [1153] [1154] [1151] 18014412787670027 [49] Ankerschijf voor /DUE (vanaf BE20) [1151] Afstandssensor [54] Spoelhuis compleet voor /DUE [1153] Veer (BE20 –...
  • Pagina 216 Inspectie/onderhoud Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden diagnose-eenheid /DUE 7.7.3 Achteraf inbouwen van de diagnose-eenheid /DUE voor de functie- en slijtagebewaking Benaming De componentenbenaming van de analyse-eenheid vindt u in het hoofdstuk "Bena- ming van de componenten" (→ 2 106). Voorwaarden De diagnose-eenheid /DUE kan bij motoren van de bouwgroottelen 80 - 315 met rem- men BE1 –...
  • Pagina 217 Inspectie/onderhoud Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden diagnose-eenheid /DUE Analyse-eenheid instellen en monteren ü De motor en alle aangesloten opties zijn stroomloos geschakeld. ü De motor is beveiligd tegen ongewenst inschakelen. 1. Stel de slijtagegrens in met de DIP-switches. 2. Schroef analyse-eenheid klemmenkast overleg SEW‑EURODRIVE. 3.
  • Pagina 218 Inspectie/onderhoud Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden diagnose-eenheid /DUE (BN) (BK) (WH) 18014412038672651 [A] Rem [4k] Analoge uitgang slijtage 1 (luchts- pleet) [B] Wervelstroomsensor [5k] Binaire uitgang functie 1 (maakcon- tact) [C] Analyse-eenheid [6k] Binaire uitgang slijtage 1 (verbreek- contact) [7k] Ingang kalibratie nulwaarde [4s] Aansluiting sensor A1 (bruine ka- [8k] Ingang kalibratie oneindig-waarde bel)
  • Pagina 219 Inspectie/onderhoud Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden diagnose-eenheid /DUE AANWIJZING Als van de fabrieksinstelling moet worden afgeweken, moet de slijtagepuntinstelling worden gewijzigd. Zie het hoofdstuk "Analyse-eenheid" (→ 2 216). Aansluiting van de sensor 4k 5k 6k 7k 8k 9k 10k 11k 4s 5s6s DUE-1K-00 21195609 9007214229800843 [1] Sensor rem De aansluitingsdoorsnede van de sensor bedraagt 0.14 mm .
  • Pagina 220 Inspectie/onderhoud Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden diagnose-eenheid /DUE Uitgangssignalen voor de functie- en slijtagebewaking De diagnose-eenheid /DUE stelt voor de gebruiker een analoog signaal (4 – 20 mA, DIN IEC 60381‑1) voor de actuele luchtspleet van de rem beschikbaar. [mA] [mA] 13,6 13,6 x [mm] x [mm] U [V] U [V] U [V] U [V]...
  • Pagina 221 Inspectie/onderhoud Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden diagnose-eenheid /DUE Oneindig-waarde kalibreren Voordat de sensor in de rem kan worden gemonteerd, moet de elektronica op de daadwerkelijke kabellengte worden gekalibreerd. Bij de kalibratie van de oneindig- waarde wordt de elektronica aangepast aan de kabellengte sensor. De elektronica wordt opnieuw ingesteld en eerdere instellingen gaan verloren.
  • Pagina 222 Inspectie/onderhoud Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden diagnose-eenheid /DUE Inbouw van de sensor Na de kalibratie kan de wervelstroomsensor in het spoelhuis van de rem worden ge- bouwd. Let er bij de montage van de sensor op dat de sensorkop zonder kracht in de trapboring kan worden geplaatst. De montage gebeurt eerst door het onderste gedeelte van de kabelwartel.
  • Pagina 223 Inspectie/onderhoud Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden diagnose-eenheid /DUE Kabelgeleiding Vermijd botsingen tussen kabel en ventilator. Bevestig de kabel hiervoor eventueel met kabelbinders aan de meegeleverde bandklem [157] van de rem. Nulwaarde kalibreren Bij de kalibratie van de nulwaarde wordt de actuele luchtspleet bij gelichte (open) rem in de analyse-eenheid opgeslagen.
  • Pagina 224 Inspectie/onderhoud Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden diagnose-eenheid /DUE Toestandsmelding van de analyse-eenheid Sensor Kalibratie LED's en uitgangen Toestand ZERO Groen Rood WEAR Omhoog Gemon- – – 3.6 – Rem open, geen slijtage teerd 5.6 mA Dicht Gemon- – – 6 – 20 mA Rem dicht, geen slijtage teerd Dicht Gemon-...
  • Pagina 225 Inspectie/onderhoud Blokkeerrichting wijzigen bij motoren met terugloopblokkering Blokkeerrichting wijzigen bij motoren met terugloopblokkering 7.8.1 Schematische opbouw motoren DR..71 – 80 met terugloopblokkering [71] [44] [392] [42] [48] [74] [75] [77] [36] [35] [78] [41] [62] [37] [32] 18014399652340235 Motor met remrotor [48] Afstandsring (alleen DR../DRN/ DR2..80) [32]...
  • Pagina 226 Inspectie/onderhoud Blokkeerrichting wijzigen bij motoren met terugloopblokkering 7.8.2 Schematische opbouw motoren DR..63 – 315 met terugloopblokkering [392] [42] [71] [30] [48] [74] [62] [703] [37] [32] [78] [55] [901] [376] [1406] [702] [36] [35] [390] [1607] 18014399652338315 Motor [74] Terugloopblokkering [30] Afdichtingsring (DR../ [78] Informatieplaatje voor de draairichting DRN250-315)
  • Pagina 227 Inspectie/onderhoud Blokkeerrichting wijzigen bij motoren met terugloopblokkering 7.8.3 Blokkeerrichting wijzigen Ga als volgt te werk om de blokkeerrichting te wijzigen: ü De motor en alle aangesloten opties zijn stroomloos geschakeld. ü De motor is beveiligd tegen ongewenst inschakelen. 1. Demonteer de volgende onderdelen: ð...
  • Pagina 228 Technische gegevens Remkoppels Technische gegevens Remkoppels De onderstaande tabel bevat de mogelijke remkoppelcombinaties voor de verschillen- de bouwgroottelen van de remmen BE05 – 122. Voor de remmen BE02 en BE03 zijn de remkoppels van elke rem vooraf ingesteld op de fabriek en deze kunnen niet wor- den veranderd.
  • Pagina 229 Technische gegevens Remkoppels Artikelnummer Instellingen remkoppels dempingsplaat Remkoppel Soort en aantal remveren Bestelnummer van de remve- [718] poolplaat [63] normaal [50] blauw [276] wit [1312] normaal blauw/wit BE20 – – – 13743228 13742485 – – – – – – – 13749307 –...
  • Pagina 230 Technische gegevens Remkoppels 8.1.1 Indelingen van de remveren In de onderstaande tabel staan de indelingen van de remveren: BE05 – 11: 6 veren 3 + 3 veren 4 + 2 veren 2 + 2 veren 4 veren 3 veren BE20: 6 veren 4 + 2 veren 3 + 3 veren...
  • Pagina 231 Technische gegevens Remarbeid, luchtspleet, dikte remschoen Remarbeid, luchtspleet, dikte remschoen Bij gebruik van de rem in combinatie met een veiligheidsencoder of bij uitvoering van de rem als veiligheidsrem worden de waarden voor de maximale luchtspleet en de re- marbeid tot aan het onderhoud kleiner. De nieuwe waarden zijn opgenomen in de aanvullingen op de technische handleiding voor veiligheidsencoders en veiligheids- remmen.
  • Pagina 232 Technische gegevens Bedrijfsstromen Bedrijfsstromen 8.3.1 Algemene informatie ter bepaling van de bedrijfsstromen De tabellen in dit hoofdstuk geven de bedrijfsstromen weer van de remmen BE.. bij verschillende spanningen. De acceleratiestroom I (= inschakelstroom) stroomt gedurende korte tijd (ca. 160 ms bij BE02 –...
  • Pagina 233 Technische gegevens Bedrijfsstromen 8.3.3 Rem BE02, BE03, BE05, BE1, BE2 BE02 BE03 BE05, BE1 Nominaal vermogen remspoel in Verhouding inschakelstroom ESV Nominale spanning (bereik no- BE02 BE03 BE05, BE1 minale spanning) U V AC V DC A AC A DC A AC A DC A AC...
  • Pagina 234 Technische gegevens Bedrijfsstromen 8.3.4 Rem BE5, BE11, BE20, BE30, BE32, BE60, BE62 BE11 BE20 BE30, BE32 BE60, BE62 Nominaal vermogen remspoel in Verhouding inschakelstroom ESV Nominale spanning (bereik no- BE11 BE20 BE30, BE32 BE60, BE62 minale spanning) U V AC V DC A AC A AC...
  • Pagina 235 Technische gegevens Bedrijfsstromen 8.3.5 Rem BE120, BE122 BE120, BE122 Nominaal vermogen remspoel in Verhouding inschakelstroom ESV Nominale spanning (bereik no- BE120, BE122 minale spanning) U V AC A AC 230 (218 – 243) 1.45 254 (244 – 273) 1.30 290 (274 – 306) 1.16 360 (344 –...
  • Pagina 236 Technische gegevens Weerstanden Weerstanden De weergegeven waarden gelden voor het standaard temperatuurbereik van -20 tot +40 °C. Bij een andere temperatuurbereik, vooral bij aandrijvingen met goedgekeurde temperaturen boven +60 °C of ongeventileerde aandrijvingen kunnen door de gemodi- ficeerde wikkelingsconfiguraties afwijkende weerstanden ontstaan. U kunt deze waar- den desgewenst opvragen bij SEW‑EURODRIVE.
  • Pagina 237 Technische gegevens Weerstanden 8.4.2 Rem BE02, BE03, BE05, BE1, BE2 BE02 BE03 BE05, BE1 Nominaal vermogen remspoel in W Verhouding inschakelstroom ESV Nominale spanning (bereik nominale BE02 BE03 BE05, BE1 spanning) U V AC V DC 60 (57 – 63) 4.85 14.8 3.60...
  • Pagina 238 Technische gegevens Weerstanden 8.4.3 Rem BE5, BE11, BE20, BE30, BE32, BE60, BE62 BE11 BE20 BE30, BE32 BE60, BE62 Nominaal vermo- gen remspoel in W Verhouding inscha- kelstroom ESV Nominale span- BE11 BE20 BE30, BE32 BE60, BE62 ning (bereik nomi- nale spanning) V AC 60 (57 – 63) 2.20...
  • Pagina 239 Technische gegevens Weerstanden 8.4.4 Weerstandsmeting BE120, BE122 In de volgende afbeelding ziet u de weerstandsmeting bij de BMP 3.1. Versnellingswikkeling rood Deelspoel Weerstand versnellingswikkeling bij 20 °C in Ω blauw Weerstand deelspoel bij 20 °C in Ω Nominale spanning (nominale spanningsbereik) AANWIJZING Om de weerstand van deelspoel R of versnellingswikkeling R te meten maakt u de...
  • Pagina 240 Technische gegevens Remaansturing Remaansturing De weergegeven combinatiemogelijkheid geldt voor aandrijvingen in de isolatieklasse B resp. F en standaard temperatuurbereiken van -20 °C tot +40 °C. Welke remaansturing aan uw aandrijving is toegewezen, kunt u aflezen op het type- plaatje van de motor. AANWIJZING Afhankelijk van de betreffende aandrijfconfiguratie (bijv.
  • Pagina 241 Technische gegevens Remaansturing BE02 BE03 met BE03 BE05 DRN63 BSR.. BG 1.2 + SR10 • • − − − − BG 2.4 + SR10 • • − − − − BGE1.5 + SR10 − − • • • − BGE 1.4 + SR −...
  • Pagina 242 Technische gegevens Remaansturing BE11 BE20 BE30, BE32 BE60, BE62 BE120, BE122 BSR.. BG 1.2 + SR10 − − − − − − BG 2.4 + SR10 − − − − − − BGE1.5 + SR10 − − − − − −...
  • Pagina 243 Technische gegevens Remaansturing 8.5.2 Motorklemmenkast De volgende tabellen geven de technische gegevens van de remaansturingen voor in- bouw in de klemmenkast weer. De verschillende behuizingen hebben verschillende kleuren (= kleurcode) om ze gemakkelijker te kunnen onderscheiden. BG.. Enkelzijdige gelijkrichter zonder elektronische omschakeling. Type Nominale span- Nominale uit-...
  • Pagina 244 Technische gegevens Remaansturing Type Nominale span- Nominale uit- Artikelnummer Kleurcode ning gangsstroom BGE1.5 + SR11 150 – 500 V AC 1.0 A DC 08253854 diepzwart 08267618 grijs BGE1.5 + SR15 150 – 500 V AC 1.0 A DC 08253854 diepzwart 08267626 grijs BG1.2 + SR10 90 –...
  • Pagina 245 Technische gegevens Remaansturing BSG.. Elektronische omschakeling. Type Nominale span- Nominale uit- Artikelnummer Kleurcode ning gangsstroom 24 V DC 5.0 A DC 08254591 helderwit BMP.. Eenfasegelijkrichter met elektronische omschakeling en geïntegreerd spanningsrelais voor de gelijkstroomzijdige uitschakeling. Type Nominale span- Nominale uit- Artikelnummer Kleurcode ning gangsstroom BMP3.1...
  • Pagina 246 Technische gegevens Remaansturing 8.5.3 Schakelkast De volgende tabellen geven de technische gegevens van de remaansturingen voor in- bouw in de schakelkast weer. De verschillende behuizingen hebben verschillende kleuren (= kleurcode) om ze gemakkelijker te kunnen onderscheiden. BMS.. Enkelzijdige gelijkrichter zonder elektronische omschakeling. Type Nominale span- Nominale uit-...
  • Pagina 247 Technische gegevens Remaansturing Type Nominale span- Nominale uit- Artikelnummer Kleurcode ning gangsstroom BMP3.1 230 – 575 V AC 2.8 A DC 08295077 – BMK.. Eenfasegelijkrichter met elektronische omschakeling, 24 V DC-stuuringang en gelijk- stroomzijdige schakeling. Type Nominale span- Nominale uit- Artikelnummer Kleurcode ning gangsstroom BMK1.4...
  • Pagina 248 Technische gegevens Goedgekeurde wentellagers Goedgekeurde wentellagers 8.6.1 Wentellagers voor motoren DR..56 – 280 Motoren A-lager B-lager Draaistroommotor Motorreductor Draaistroommotor Remmotor DR..56 – 6302-2Z-C3 6002-2Z-C3 6002-2RS-C3 DR..63 6202-2Z-C3 6303-2Z-C3 6203-2Z-C3 6203-2Z-C3 DR..71 6204-2Z-C3 6203-2Z-C3 DR..80 6205-2Z-C3 6304-2Z-C3 6304-2Z-C3 6304-2RS-C3 DR..90 6305-2Z-C3 6205-2Z-C3 6205-2RS-C3 IEC28X60: 6306...
  • Pagina 249 Technische gegevens Goedgekeurde wentellagers 8.6.2 Wentellagers voor motoren DR..315, DRN315 Motoren A-lager B-lager Draaistroommotor Motorreductor Draaistroommotor Motorreductor DR..315S 6319-C3 6319-C3 6319-C3 6319-C3 DR..315M DR..315L 6319-C3 6322-C3 6319-C3 6322-C3 DR..315H 8.6.3 Wentellagers voor motoren DR..250 – 315 met versterkte lagering /ERF Motoren A-lager B-lager...
  • Pagina 250 Technische gegevens Smeermiddeltabellen Smeermiddeltabellen 8.7.1 Smeermiddelentabel voor wentellagers AANWIJZING Het gebruik van verkeerde lagervetten kan tot beschadiging van de lagers leiden. Motoren met gesloten lagers De lagers zijn als gesloten lager 2Z of 2RS uitgevoerd en kunnen niet worden nage- smeerd.
  • Pagina 251 Technische gegevens Smeermiddeltabellen 8.7.2 Bestelgegevens voor smeermiddelen, corrosiewerende middelen en afdichtmiddelen De smeermiddelen en corrosiewerende middelen en afdichtmiddelen kunnen recht- streeks bij SEW‑EURODRIVE worden besteld onder opgave van de volgende bestel- nummers. Gebruik Fabrikant Type Hoe- Bestelnummer veel- heid Smeermiddel voor wentel- Mobil Polyrex EM 400 g...
  • Pagina 252 Technische gegevens Encoder Encoder 8.8.1 Incrementele encoder E.7S – sin/cos Encoder ES7S EV7S EG7S EH7S Voedingsspanning 7 V – 30 V DC Max. stroomverbruik 140 mA Max. impulsfrequentie 150 kHz 180 kHz Incrementele banen, perioden A, B 1024 (10 Bit) per omwenteling Positioneringsresolutie, incre- A, B menten per omwenteling Uitgangsamplitude high 1 V...
  • Pagina 253 Technische gegevens Encoder 8.8.2 Incrementele encoder E.7R – TTL (RS422), 9 V ≤ U ≤ 30 V Encoder ES7R EV7R EG7R EH7R Voedingsspanning 7 V – 30 V DC 10 V – 30 V DC Max. stroomverbruik 160 mA 140 mA Max. impulsfrequentie 120 kHz 300 kHz Incrementele banen, perioden A, B 1024 (10 Bit) per omwenteling...
  • Pagina 254 Technische gegevens Encoder 8.8.3 Incrementele encoder E.7C – HTL Encoder ES7C EV7C EG7C EH7C Voedingsspanning 4.75 V – 30 V DC 10 V – 30 V DC Max. stroomverbruik 240 mA 225 mA Max. impulsfrequentie 120 kHz 300 kHz Incrementele banen, perioden A, B 1024 (10 Bit) per omwenteling Positioneringsresolutie, incre- A, B 4096 (12 Bit)
  • Pagina 255 Technische gegevens Encoder 8.8.4 Incrementele encoder E.7T – TTL (RS422) bij U = 5 V Encoder EH7T Voedingsspanning DC 5 V Max. stroomverbruik 140 mA Max. impulsfrequentie f Incrementele banen, perioden per om- A, B 1024 (10 Bit) wenteling Positioneringsresolutie, incrementen per A, B 4096 (12 Bit) omwenteling Uitgangsamplitude...
  • Pagina 256 Technische gegevens Encoder 8.8.5 Incrementele encoder E.8. Encoder EK8S EK8R EK8C EV8S EV8R EV8C Voedingsspanning 7 V – 30 V DC 4.75 V – 30 V DC Voedingsspanning 7 V – 30 V DC – B_FS bij toepassingen voor functio- nele veiligheid Maximaal stroomverbruik, 100 mA (bij U  = 7 V) zonder belasting Max.
  • Pagina 257 Technische gegevens Encoder Encoder EK8S EK8R EK8C EV8S EV8R EV8C Trillingsbestendigheid con- ≤ 100 g (t = 6 ms, 18 impulsen) form EN 60068-2-27 –1 Maximaal toerental 6000 min Maximale kabellengte 100 m 300 m 100 m Duur tot foutmelding ≤ 25 ms – (gedeactiveerde uitgangen) Activeringstijd van de interne ≤ 200 ms – diagnose van de encoder na inschakeling Beschermingsgraad volgens...
  • Pagina 258 Technische gegevens Encoder HTL/TTL-signalen en relatie met fase A (K1) A K1 180° 360° 90° B (K2) B K2 90° C (K0) C K0 1369276939 Technische handleiding – Draaistroommotoren...
  • Pagina 259 Technische gegevens Encoder 8.8.6 Incrementele encoder EI7., EI8. Encoder EI71 EI8R EI8C EI72 EI76 EI7C Voedingsspanning 9 V – 30 V DC 7 V – 30 V DC Voedingsspanning 19.2 V – 30 V DC – B_FS bij FS-toepassingen Max. stroomverbruik, onbelast 120 mA 100 mA Max. impulsfrequentie 1.44 kHz 102.4 kHz pulse_max Draairichting A voor B kijkend in richting motoraandrijfas en draaiing rechtsom Incrementele sporen, perio-...
  • Pagina 260 Technische gegevens Encoder Encoder EI71 EI8R EI8C EI72 EI76 EI7C Duur tot foutmelding – – (uitgangen gedeactiveerd) Activeringstijd van encoder in- – – terne diagnose na het inscha- kelen Beschermingsgraad volgens IP66 EN 60529 Opstellingshoogte ≤ 4000 m boven NHN Corrosiewering, oppervlakte- KS, OS1 – OS4, OSG bescherming Aansluiting Bouwgrootte 63:...
  • Pagina 261 Technische gegevens Encoder 8.8.7 Multiturn absolute encoder A.7Y – SSI (Multiturn) + sin/cos of TTL (RS422) Encoder AS7Y AV7Y AG7Y AH7Y Voedingsspanning 7 V – 30 V DC 9 V – 30 V DC Max. stroomverbruik 140 mA 150 mA Max. impulsfrequentie 200 kHz 120 kHz limiet Incrementele banen, perioden A, B 2048 (11 Bit) per omwenteling...
  • Pagina 262 Technische gegevens Encoder 8.8.8 Multiturn absolute encoder A.7W – RS485 (Multiturn) + sin/cos Encoder AS7W AV7W AG7W Voedingsspanning 7 V – 30 V DC Max. stroomverbruik 150 mA Max. impulsfrequentie 200 kHz Incrementele banen, perioden A, B 2048 (11 Bit) per omwenteling – Uitgangsamplitude per baan 1 V high Signaaluitgang...
  • Pagina 263 Technische gegevens Encoder 8.8.9 Multiturn absolute encoder A.8. Encoder AK8Y AK8W AK8H AV8Y AV8W AV8H 1)2) Voedingsspanning 7 V – 30 V DC 7 V – 12 V DC Voedingsspanning 7 V – 30 V DC – B_FS voor FS-toepassingen Max. stroomverbruik, onbelast 100 mA (bij U  = 7 V) 80 mA Max.
  • Pagina 264 Technische gegevens Encoder Encoder AK8Y AK8W AK8H AV8Y AV8W AV8H 1)2) Impulspauzetijd 12 – 30 µs – Trillingsbestendigheid con- ≤ 10 g (f > 18.5 Hz) form EN 60068-2-6 Trillingsbestendigheid con- ≤ 100 g (t = 6 ms, 18 impulsen) form EN 60068-2-27 –1 Maximaal toerental 6000 min Maximale kabellengte 100 m ® Duur tot foutmelding ≤...
  • Pagina 265 Technische gegevens Encoder sin/cos-signalen en relatie met fase (V1-V2) (V1-V2) (V1-V2) 28352869387 HTL/TTL-signalen en relatie met fase A (K1) A K1 180° 360° 90° B (K2) B K2 90° C (K0) C K0 1369276939 Technische handleiding – Draaistroommotoren...
  • Pagina 266 Technische gegevens Diagnose-eenheid /DUE Diagnose-eenheid /DUE Sensoren Ø 6 mm Ø 8 mm DUE-d6-00 DUE-d8-00 Meetbereik (MB) Beschermingsklasse IP66 IP66 Bedrijfstemperatuur -50 tot +150 °C -50 tot +150 °C (sensor en kabel) Analyse-eenheid DUE-1K-00 Artikelnummer 21195609 Signaaluitgangen (1 kanaal) OUT1: 4 – 20 mA FCT1: 24 V DC (150 mA) WEAR1: 24 V DC (150 mA) Stroomverbruik Max.
  • Pagina 267 Technische gegevens Karakteristieke veiligheidswaarden 8.10 Karakteristieke veiligheidswaarden 8.10.1 Karakteristieke veiligheidswaarden voor rem BE.. De in de volgende tabel opgegeven waarden gelden voor de rem BE.. binnen het standaardbereik. Karakteristieke veiligheidswaarden volgens EN ISO 13849-1 Klasse Categorie B Systeemstructuur 1-kanaals (cat. B) MTTF -waarde Berekening via waarde B...
  • Pagina 268 Bedrijfsstoring Algemene aanwijzingen Bedrijfsstoring Algemene aanwijzingen WAARSCHUWING Gevaar voor letsel door onbedoeld opstarten van de aandrijving. Dodelijk of ernstig lichamelijk letsel. • Voordat met de werkzaamheden wordt begonnen moeten de motor en alle aan- gesloten opties spanningsloos worden geschakeld. • Beveilig de motor tegen onbedoeld inschakelen.
  • Pagina 269 Bedrijfsstoring Storingen aan de motor Storingen aan de motor Storing Mogelijke oorzaak Maatregel Motor start niet op Voedingskabel onderbroken Aansluitingen en (tussen-)aansluitklemmen controleren en, indien nodig, corrigeren Rem komt niet los Zie het hoofdstuk "Storingen aan de rem" Zekering voedingskabel doorge- Zekering vervangen brand Motorbeveiliging(sschakelaar) is...
  • Pagina 270 Bedrijfsstoring Storingen aan de motor Storing Mogelijke oorzaak Maatregel Zekeringen branden Kortsluiting in de voedingskabel Kortsluiting opheffen door of motorbeveili- naar de motor ging schakelt meteen Voedingskabels verkeerd aange- Schakeling corrigeren; sloten op het schakelschema letten Kortsluiting in de motor Storing in de werkplaats laten verhelpen Massasluiting bij de motor Storing in de werkplaats laten verhelpen...
  • Pagina 271 Bedrijfsstoring Storingen aan de rem Storingen aan de rem Storing Mogelijke oorzaak Maatregel Rem komt niet los Verkeerde spanning op de remaan- De juiste spanning gebruiken; remspanningsspe- sturing cificatie op het typeplaatje Remaansturing is uitgevallen Remaansturing vervangen, weerstanden en isola- tie van de remspoel controleren Schakelapparatuur controleren, eventueel vervan- Maximaal toelaatbare luchtspleet...
  • Pagina 272 Bedrijfsstoring Storingen tijdens bedrijf met frequentieregelaar Storing Mogelijke oorzaak Maatregel Geluid in de buurt Slijtage aan de vertanding van de Configuratie controleren, eventueel remschoen van de rem remschoen of meenemer door vervangen schoksgewijs opstarten Meenemer laten vervangen in de werkplaats Pendelkoppels door onjuist inge- Instelling van de regelaar volgens deze techni- stelde regelaar...
  • Pagina 273 Bedrijfsstoring Als afval afvoeren Als afval afvoeren Voer het product en alle onderdelen gescheiden naar materiaalsoort en conform de nationale voorschriften af. Lever het product in bij een recyclingbedrijf, indien beschik- baar, of neem contact op met een deskundig afvalverwerkingsbedrijf. Indien mogelijk moet u het product scheiden naar de volgende categorieën: •...
  • Pagina 274 Bijlage Schema's Bijlage 10.1 Schema's AANWIJZING De motor mag uitsluitend worden aangesloten volgens het aansluitschema of de be- zettingsplattegrond die bij de motor zijn gevoegd. In het volgende hoofdstuk vindt u een selectie van de gangbare aansluitvarianten. Het juiste aansluitschema kunt u gratis bij SEW-EURODRIVE opvragen.
  • Pagina 275 Bijlage Schema's Ga als volgt te werk om de draairichting om te keren: 1. Vervang de toevoerleidingen L1 - L2. Technische handleiding – Draaistroommotoren...
  • Pagina 276 Bijlage Schema's 10.1.2 Driehoekschakeling bij schema R72 (68192 xx 09) Voor alle motoren met één toerental en directe inschakeling. Driehoekschakeling, dubbeldriehoekschakeling De volgende afbeelding laat de m-schakeling voor hoge spanning en de mm-schake- ling voor lage spanning zien. 9007201560668427 Motorwikkeling Motorklemmenbord Voedingskabels Ga als volgt te werk om de draairichting om te keren: 1.
  • Pagina 277 Bijlage Schema's 10.1.3 Sterschakeling bij schema R76 (68043 xx 06) Voor alle motoren met één toerental en directe inschakeling. Sterschakeling, dubbelsterschakeling De volgende afbeelding laat de W-schakeling voor hoge spanning en de W W-schake- ling voor lage spanning zien. V2 V3 W2 W3 U2 U3 T6 T9 T4 T7...
  • Pagina 278 Bijlage Schema's 10.1.4 Motorbeveiliging met /TF of /TH voor motoren DR..63 – 80 AANWIJZING De weergegeven bezetting van de klemmen dient slechts als voorbeeld. De werkelij- ke bezetting van de klemmen wordt meegeleverd met het schema van de motor. /TF, /TH Op de volgende afbeeldingen ziet u als voorbeeld de aansluiting van de motorbeveili- ging met PTC temperatuurvoeler /TF of de bimetaal-temperatuurbewaking /TH.
  • Pagina 279 Bijlage Schema's 18014398983427083 1e TF/TH 1e TF/TH 2e TF/TH 2e TF/TH – 10.1.5 Motorbeveiliging met /TF of /TH voor motoren DR..315 AANWIJZING De weergegeven bezetting van de klemmen dient slechts als voorbeeld. De werkelij- ke bezetting van de klemmen wordt meegeleverd met het schema van de motor. /TF, /TH Op de volgende afbeeldingen ziet u als voorbeeld de aansluiting van de motorbeveili- ging met PTC temperatuurvoeler /TF of de bimetaal-temperatuurbewaking /TH.
  • Pagina 280 Bijlage Schema's 10.1.6 Inbouw-encoder EI7. B Aansluiting via klemmenstrook Voor de aansluiting is een 10-polige klemmenstrook beschikbaar: 29160248331 Het bereik 1a – 10a is vooraf geconfigureerd door SEW‑EURODRIVE en mag niet worden gewijzigd. Het bereik 1b – 10b is bedoeld voor aanpassing door de klant. Het bereik 1c –...
  • Pagina 281 Bijlage Schema's Aansluiting via M12-stekerverbinding Voor de aansluiting is een 8-polige of 4-polige M12-stekerverbinding beschikbaar. 4-polige M12-stekerverbinding AVSE 8-polige M12-stekerverbinding AVRE • A-geco- Pin 1: • A-geco- Pin 1: deerd deerd Pin 2: Pin 2: • male • male Pin 3: Pin 3: Pin 4: Pin 4:...
  • Pagina 282 Bijlage Schema's 10.1.7 Encoders EK8., AK8., ES7., AS7., EG7., AG7. Neem bij het aansluiten van de encoders de aanwijzingen in hoofdstuk Encoder aan- sluiten in acht: A A B B C C D D AK8W, AK8Y, AK8H EK8C, EK8S, AS7W, AS7Y, EK8R, ES7S,...
  • Pagina 283 Bijlage Schema's 10.1.8 Remaansturing BGE..; BS..; BSG..; BUR.. BG../BGE.. Schema B100 Op de volgende afbeelding ziet u de bedrading van de remgelijkrichters BG.. en BGE.. voor de wisselstroomzijdige uitschakeling en de gelijk- en wisselstroomzijdige uitscha- keling. U AC U AC 242604811 Remspoel BS24/BSG..
  • Pagina 284 Bijlage Schema's LET OP Storingen door verkeerde aansluiting van de rem bij aandrijving frequentieregelaar. Mogelijke beschadiging van het aandrijfsysteem. • Sluit de rem niet op het klemmenbord van de motor aan. Schema B100 De onderstaande afbeelding geeft de bedrading voor de remaansturing BUR.. weer 242608139 Remspoel = UR 11 (42 –...
  • Pagina 285 Bijlage Schema's 10.1.9 Remaansturing BSR.. Remspanning = wikkelingsspanning Remaansturing BSR.. voor bedrijf op netvoeding dat slechts in één richting draait (ba- sisschema R13) Schema R13A/ De witte schakeldraden zijn de uiteinden van een converterlus en dienen voor de inbe- R13B drijfstelling te worden aangesloten op het motorklemmenbord, in plaats van de m- of W-brug, al naar gelang de motorschakeling.
  • Pagina 286 Bijlage Schema's Remspanning = kabelspanning Schema R13C De witte schakeldraden zijn de uiteinden van een converterlus en dienen voor de inbe- drijfstelling te worden aangesloten op het motorklemmenbord, in plaats van de W brug, al naar gelang de motorschakeling. De onderstaande afbeelding geeft de bedrading af fabriek van de remaansturing BSR..
  • Pagina 287 Bijlage Schema's 10.1.10 Remaansturing BMP3.1 in de klemmenkast AANWIJZING Voor de voeding zijn aparte voedingskabels vereist. BMP3.1 Op de volgende afbeelding ziet u de bedrading van de remgelijkrichter BMP3.1 voor de wisselstroomzijdige uitschakeling en de gelijk- en wisselstroomzijdige uitschake- ling. BMP3.1 BMP3.1 9007199620491403...
  • Pagina 288 Bijlage Schema's 10.1.11 Onafhankelijk aangedreven ventilator /V Steinmetz-driehoekschakeling De onderstaande afbeelding geeft de bedrading weer van de onafhankelijk aangedre- ven ventilator /V bij een Steinmetz-driehoekschakeling voor de werking op het eenfa- senet. (T1) (T2) (T3) (T4) (T5) (T6) (T1) (T2) (T3) (T4) (T5)
  • Pagina 289 Bijlage Schema's 24 V DC-aansluiting De onderstaande afbeelding geeft de bedrading weer van de onafhankelijk aangedre- ven ventilator /V bij 24 V DC. DC 24 V 9007201648125067 Onafhankelijk aangedreven ventilator Klemmenstrook Ompoolbeveiligingsdiode LET OP Beschadiging van de onafhankelijk aangedreven ventilator door een verkeerde aan- sluiting.
  • Pagina 290 Bijlage Hulpklemmen 10.2 Hulpklemmen De volgende afbeelding laat de plaats van de hulpklemmen bij de verschillende klem- menkastposities zien. Klemmenkastpositie 2 en X naar voorbeeld X Klemmenkastpositie 1 en 3 naar voorbeeld 3 9007202826949515 1) Als hulpklem 2 niet aanwezig is, kan hulpklem 1 in plaats daarvan op de positie van hulpklem 2 worden gemonteerd. Klemmenkastpositie 1 Klemmenkastpositie X Klemmenkastpositie 2...
  • Pagina 291 Adreslijst Adreslijst Duitsland Hoofdkantoor Bruchsal SEW-EURODRIVE GmbH & Co KG Tel. +49 7251 75-0 Fabriek Ernst-Blickle-Straße 42 Fax +49 7251 75-1970 Verkoop 76646 Bruchsal http://www.sew-eurodrive.de sew@sew-eurodrive.de Fabriek / Industriële Bruchsal SEW-EURODRIVE GmbH & Co KG Tel. +49 7251 75-0 tandwielkast Christian-Pähr-Str.
  • Pagina 292 Zone industrielle dtcparis@usocome.com 2 rue Denis Papin 77390 Verneuil I'Étang Argentinië Assemblage Buenos Aires SEW EURODRIVE ARGENTINA S.A. Tel. +54 3327 4572-84 Verkoop Ruta Panamericana Km 37.5, Lote 35 Fax +54 3327 4572-21 (B1619IEA) Centro Industrial Garín http://www.sew-eurodrive.com.ar Prov. de Buenos Aires sewar@sew-eurodrive.com.ar...
  • Pagina 293 Adreslijst Brazilië Assemblage Rio Claro SEW-EURODRIVE Brasil Ltda. Tel. +55 19 3522-3100 Verkoop Rodovia Washington Luiz, Km 172 Fax +55 19 3524-6653 Service Condomínio Industrial Conpark montadora.rc@sew.com.br Caixa Postal: 327 13501-600 – Rio Claro / SP Joinville SEW-EURODRIVE Brasil Ltda. Jvl / Ind Tel.
  • Pagina 294 Adreslijst China Xi'An SEW-EURODRIVE (Xi'An) Co., Ltd. Tel. +86 29 68686262 No. 12 Jinye 2nd Road Fax +86 29 68686311 Xi'An High-Technology Industrial Development xian@sew-eurodrive.cn Zone Xi'An 710065 Verkoop Hong Kong SEW-EURODRIVE LTD. Tel. +852 36902200 Service Unit No. 801-806, 8th Floor Fax +852 36902211 Hong Leong Industrial Complex contact@sew-eurodrive.hk...
  • Pagina 295 Adreslijst Griekenland Verkoop Athene Christ. Boznos & Son S.A. Tel. +30 2 1042 251-34 12, K. Mavromichali Street Fax +30 2 1042 251-59 P.O. Box 80136 http://www.boznos.gr 18545 Piraeus info@boznos.gr Groot-Brittannië Assemblage Normanton SEW-EURODRIVE Ltd. Tel. +44 1924 893-855 Verkoop DeVilliers Way Fax +44 1924 893-702 Service...
  • Pagina 296 Adreslijst Indonesië Soerabaja PT. TRIAGRI JAYA ABADI Tel. +62 31 5990128 Jl. Sukosemolo No. 63, Galaxi Bumi Permai Fax +62 31 5962666 G6 No. 11 sales@triagri.co.id Surabaya 60111 http://www.triagri.co.id Soerabaja CV. Multi Mas Tel. +62 31 5458589 Jl. Raden Saleh 43A Kav. 18 Fax +62 31 5317220 Surabaya 60174 sianhwa@sby.centrin.net.id...
  • Pagina 297 Adreslijst Libanon Verkoop (Libanon ) Beirut Gabriel Acar & Fils sarl Tel. +961 1 510 532 B. P. 80484 Fax +961 1 494 971 Bourj Hammoud, Beirut ssacar@inco.com.lb Verkoop (Jordanië, Beirut Middle East Drives S.A.L. (offshore) Tel. +961 1 494 786 Koeweit, Saudi-Ara- Sin El Fil.
  • Pagina 298 Nu Guazu No. 642 casi Campo Esperanza Fax +595 21 3285539 Santisima Trinidad sewpy@sew-eurodrive.com.py Asuncion Peru Assemblage Lima SEW EURODRIVE DEL PERU S.A.C. Tel. +51 1 3495280 Verkoop Los Calderos, 120-124 Fax +51 1 3493002 Service Urbanizacion Industrial Vulcano, ATE, Lima http://www.sew-eurodrive.com.pe sewperu@sew-eurodrive.com.pe...
  • Pagina 299 Adreslijst Roemenië Verkoop Bucureşti Sialco Trading SRL Tel. +40 21 230-1328 Service str. Brazilia nr. 36 Fax +40 21 230-7170 011783 Bucuresti http://www.sialco.ro sialco@sialco.ro Rusland Assemblage St. Petersburg ЗАО «СЕВ-ЕВРОДРАЙФ» Tel. +7 812 3332522 / +7 812 5357142 Verkoop 188660, Russia, Leningrad Region, Vsevolo- Fax +7 812 3332523 Service zhsky District, Korabselki, Aleksandra Nevsko-...
  • Pagina 300 Adreslijst Tanzania Verkoop Dar es Salaam SEW-EURODRIVE PTY LIMITED TANZANIA Tel. +255 0 22 277 5780 Plot 52, Regent Estate Fax +255 0 22 277 5788 PO Box 106274 http://www.sew-eurodrive.co.tz Dar Es Salaam info@sew.co.tz Thailand Assemblage Chonburi SEW-EURODRIVE (Thailand) Ltd. Tel.
  • Pagina 301 Adreslijst Vietnam Verkoop Ho Chi Minh- SEW-EURODRIVE PTE. LTD. RO at Ho- Tel. +84 937 299 700 stad chiminh City Floor 8, KV I, Loyal building, 151-151 Bis Vo huytam.phan@sew-eurodrive.com Thi Sau street, ward 6, District 3, Ho Chi Minh City, Vietnam Hanoi MICO LTD...
  • Pagina 302 Adreslijst Zwitserland Assemblage Basel Alfred lmhof A.G. Tel. +41 61 417 1717 Verkoop Jurastrasse 10 Fax +41 61 417 1700 Service 4142 Münchenstein bei Basel http://www.imhof-sew.ch info@imhof-sew.ch Technische handleiding – Draaistroommotoren...
  • Pagina 303 Trefwoordenindex Trefwoordenindex Symbolen Blokkeerrichting wijzigen ........ 225 /V onafhankelijk aangedreven ventilator ...  118 Numeriek Condensafvoergaten ...........  41 Connector 2e aseinde ............ 65 AB.., AD.., AM.., AK.., AC.., AS......  93 IS .............. 88 ISU .............. 88 Aanbouw motor ...........  59 Aanbouw-encoder ........ 108, 120 Aanbouwvoorziening ........
  • Pagina 304 Trefwoordenindex EI7.............. 122 Inspectie remmotor EI8.............. 122 DR.63 – 315 .......... 189 ES7............ 108, 120 Inspectie-intervallen ..........  130 Technische gegevens ........ 252 Intervallen voor inspectie en onderhoud ...  130 Encoder demonteren IS-connector ............ 88 .....  138, 140, 142, 144, 146, 147, 150, 153 Isolatie, versterkte ..........
  • Pagina 305 Trefwoordenindex Motor aansluiten DR..315 ............ 22 Connectoren AB.., AD.., AM.., AK.., AC.., AS.. DR..71 – 132S.......... 18 ...............  93 Opslag Klemmenkast.......... 81 Versterkte .............  133 Via klemmenbord ........ 78, 94 Opslag, langdurig .......... 38 Via stekerverbinding........ 88 Opstelling ............ 12, 41 Motorbeveiliging ........
  • Pagina 306 Trefwoordenindex Remkoppel wijzigen Storing ...............  268 BE05 – 122...........  204 Storingen aan de motor ........ 269 Remkoppels ............ 231 Storingen aan de rem ........ 271 Remmen vervangen Storingen tijdens bedrijf met frequentieregelaar  272 DR..71 – 80 .......... 209 DR.71 – 80, DRN80, DR..80 ...... 207 Technische gegevens ........
  • Pagina 307 Trefwoordenindex Verwarmingsband .......... 125 Opbouw van de thematische...... 6 Voorbereiding voor het onderhoud van motor en Weerstanden .............  236 rem ...............  134 Weerstandsmeting rem ...... 236, 239 Wentellagers .............  248 Wikkelingthermostaten TH ........  115 Waarschuwingen Aanduiding in de documentatie ...... 6 Betekenis gevarensymbolen ......
  • Pagina 312 SEW-EURODRIVE—Driving the world SEW-EURODRIVE GmbH & Co KG Ernst-Blickle-Str. 42 76646 BRUCHSAL GERMANY Tel. +49 7251 75-0 Fax +49 7251 75-1970 sew@sew-eurodrive.com www.sew-eurodrive.com...