Advertenties
7.6.21
Remmen vervangen BE05 – 2 bij motoren DR..71 – 80
ü De motor en alle aangesloten opties zijn stroomloos geschakeld.
ü De motor is beveiligd tegen ongewenst inschakelen.
1. Demonteer de volgende onderdelen:
2. Demonteer het klemmenkastdeksel en maak de remkabel van de remaansturing/
3. Draai de schroeven uit en neem de rem, eventueel met remlagerschild, van de
4. Vervang de afdichting [392]. Let op de uitlijning van de afdichting.
5. Indien nodig meenemer [70], spie [71] en borgring [62] vervangen, zie hoofdstuk
6. Voer de remkabel van de nieuwe rem in de klemmenkast in.
7. Plaats de nieuwe rem. Let daarbij op de juiste uitlijning van de kabelaansluiting en
8. Bevestig de rem weer met de schroeven.
9. Maak de as dicht.
10. Vervang de afdichtingsring [95].
11. Smeer de afdichtingslip in met vet, zie het hoofdstuk "Bestelgegevens voor smeer-
12. Bij uitvoeringen met corrosiewering /KS en/of IP56/66 moeten de bandklemmen
13.
14. Optie diagnose-eenheid /DUE: Plaats de sensor [1151] met wartel in spoelhuis
15. Monteer de gedemonteerde onderdelen van de motor.
Inspectie-/onderhoudswerkzaamheden remmotoren DR..56 – 315
ð demonteer, indien aanwezig, de onafhankelijk aangedreven ventilator en de
encoder, zie het hoofdstuk "Voorbereiding voor het onderhoud van motor en
rem" (→ 2 134).
ð Flenskap [212] of ventilatorkap [35], borgring [32/62] en ventilator [36] demon-
teren
aansluitklemmen los. Bevestig eventueel de sleepdraad aan de remkabels.
stator.
ð DR..80: Schroeven [13]
"Stappen inspectie remmotoren DR..63 – 315" (→ 2 189).
de vertanding van de remschijven.
ð Cilinderschroeven [13]
ð Aanhaalmoment 5 Nm
ð Tolerantie ±10 %
middelen, corrosiewerende middelen en afdichtmiddelen" (→ 2 251).
van de gedemonteerde rem op de nieuwe rem [550] worden gemonteerd. Dicht de
tapeinden af met SEW-L-Spezial, zie hoofdstuk "Bestelgegevens voor smeermid-
delen, corrosiewerende middelen en afdichtmiddelen" (→ 2 251).
GEVAAR! Ontbrekende remwerking door verkeerd ingestelde lengtespeling
"s". Dodelijk of ernstig lichamelijk letsel. Ervoor zorgen dat de lengtespeling "s"
correct is ingesteld, zodat bij slijtage van de remvoering de ankerschijf kan op-
schuiven.
Optie handremlichter: met stelmoeren de lengtespeling "s" instellen, zie hoofdstuk
"De handremlichter /HR, /HF achteraf monteren" (→ 2 213).
[54] van de nieuwe rem. Zet de kabel met klem [1152/1153] zo op het spoelhuis
vast dat de sensorleiding niet met het ventilatorwiel [36] in aanraking kan komen.
Kalibreer vervolgens de nulwaarde, zie het hoofdstuk "Nulwaarde kalibre-
ren" (→ 2 223).
Inspectie/onderhoud
Technische handleiding – Draaistroommotoren
7
209
Advertenties
