Inbedrijfstelling
I
5
Inbedrijfstelling MOVIAXIS
0 0
Voorbeeld
168
®
– bedrijf met één motor
Voorbeeld:
Setpoint
1000000
2345000
Na inbedrijfstelling van de motor worden de volgende waarden geschreven naar de
asmodule:
•
Gebruikerseenheid snelheidsteller = 1000
•
Gebruikerseenheid snelheidsnoemer = 1
•
Gebruikerseenheid snelheidsresolutie = 1
•
Acceleratie
Eenheid: 1/(min × s) toerentalverandering per seconde, zonder decimalen
Voorbeeld:
Setpoint
6500000
300000
Nadat de inbedrijfstelling van de motor is doorlopen, worden de volgende waarden
naar de asmodule geschreven:
•
Gebruikerseenheid acceleratieteller = 100
•
Gebruikerseenheid acceleratienoemer = 1
•
Gebruikerseenheid acceleratieresolutie = 1
Spilapplicatie – een roterende beweging wordt in een lineaire beweging omgezet.
Instelling van de gebruikerseenheden:
•
Positie in mm met een cijfer achter de komma (bijv. 25,6 mm)
•
Snelheid in mm/s zonder cijfers achter de komma (bijv. 5 mm/s)
2
•
Acceleratie in mm/s
Snelheid
Weergave in MotionStudio
1000 rpm
2345 rpm
Acceleratie
Weergave in MotionStudio
65000 1/(min × s)
3000 1/(min × s)
met twee cijfers achter de komma (bijv. 10 mm/s
Technische handleiding – Meerassige servoversterkers MOVIAXIS
1000
2345
65000
3000
2
)
®