Niveau
Functies
I
Panoramadak, elektrisch
•
bedienbare ruiten, 12V-aan-
sluitingen in passagiers-
ruimte, Bluetooth, navigatie,
telefoon, interieurventilator en
voorruitwissers zijn te gebrui-
ken.
Elektrisch bedienbare stoelen
•
zijn te verstellen.
12V-aansluitingen* in de
•
bagageruimte zijn te gebrui-
ken.
Het infotainmentsysteem
•
wordt automatisch ingescha-
keld, als dit bij het verlaten
van de auto aanstond.
In deze contactslotstand is het
stroomverbruik belastend voor
de accu.
Niveau
Functies
II
De koplampen worden ont-
•
stoken.
Waarschuwings-/controle-
•
lampjes branden 5 seconden
lang.
Meerdere andere systemen
•
worden geactiveerd. De stoel-
verwarming en achterruitver-
warming zijn echter pas te
activeren na het starten van
de auto.
Deze contactslotstand vergt
veel stroom van de accu en
moet daarom worden verme-
den!
A
Ook geactiveerd bij opening van het portier.
Gerelateerde informatie
Motor starten (p. 406)
•
Stuurwiel verstellen (p. 188)
•
Starthulp met andere accu (p. 458)
•
Contactslotstand kiezen (p. 409)
•
STARTEN EN RIJDEN
Contactslotstand kiezen
Het elektrische systeem van de auto is in ver-
schillende standen te zetten voor gebruik van
verschillende autosystemen.
Contactslotstand kiezen
Positie van de startknop.
Contactslotstand 0 – Vergrendel de auto
•
en bewaar de transpondersleutel binnen in
de auto.
N.B.
Om stand I of II te realiseren zonder dat de
motor wordt gestart moet u bij het selecte-
ren van deze contactslotstanden het rem-
pedaal of bij een auto met een handbak het
koppelingspedaal niet bedienen.
}}
409
* Optie/accessoire.