Klimaatregelingsbediening
De klimaatregelingsfuncties zijn te bedienen
via de fysieke knoppen op de middenconsole,
het middendisplay en de klimaatregelingsbe-
diening achter op de tunnelconsole*.
Fysieke knoppen op middenconsole
Knop voor elektrische achterruitverwar-
ming* en maximale ontwaseming.
Knop voor elektrische achterruit- en bui-
tenspiegelverwarming.
Klimaatveld op middendisplay
Via het klimaatveld zijn de meest voorko-
mende klimaatfuncties te regelen.
3
Bij klimaatregeling met 1 zone zit de regeling rechts van de middelste knop. Bij handmatige klimaatregeling verschijnt een schaalverdeling zonder graadaanduiding in plaats van de ingestelde tempe-
ratuur.
4
Bij klimaatregeling met 1 zone zijn deze knoppen helemaal links c.q. rechts in het klimaatveld.
Klimaatregeling met 2 zones. De klimaatregeling 1
zone verschilt wat de positie van de knoppen betreft.
Temperatuurregeling voor bestuurders- en
3
passagierszone
.
Bediening voor elektrische stoelverwar-
ming* en -ventilatie* voorin plus elektri-
4
sche stuurverwarming*
.
Knop voor toegang tot het klimaatscherm.
De grafische voorstelling op de knop geeft
de geactiveerde klimaatinstellingen weer.
Klimaatveld op middendisplay
Het klimaatscherm is te openen door
op het symbool in het midden van
het klimaatveld te tikken.
Afhankelijk van het uitrustingsniveau is het kli-
maatscherm opgesplitst in meerdere tabbla-
den. U kunt van tabblad wisselen door naar
links/rechts te vegen of op de desbetreffende
rubriek te drukken.
KLIMAAT
}}
203
* Optie/accessoire.