BESTUURDERSONDERSTEUNING
||
WAARSCHUWING
Dit is geen systeem dat botsingen
•
voorkomt. Als bestuurder bent u er
altijd verantwoordelijk voor om in te
grijpen, mocht het systeem een voor-
liggers niet ontdekken.
De functie reageert niet op voetgan-
•
gers of dieren noch op kleinere voertui-
gen, zoals fietsen of motorfietsen e.d.
Lage aanhangers, tegenliggers, lang-
zaam rijdende en stilstaande voertui-
gen of vaste obstakels worden even-
eens genegeerd.
Gebruik de functie niet in lastige situ-
•
aties zoals in stadsverkeer, op kruisin-
gen, bij gladheid, hevige regen- of
sneeuwval of slecht zicht en evenmin
op weggedeelten met veel water of
natte sneeuw, op bochtige wegen of
op uit- en opritten.
N.B.
De functie maakt gebruik van de gecombi-
neerde camera en radarsensor van de auto
die enkele algemene beperkingen heeft.
45
Afhankelijk van de markt is dit een standaardfunctie of een optie.
Adaptive Cruise Control
46
47
Afhankelijk van de markt is dit een standaardfunctie of een optie.
48
Cruise Control
49
Adaptive Cruise Control
298
Gerelateerde informatie
Adaptieve cruisecontrol* (p. 292)
•
Beperkingen van de gecombineerde
•
camera en radarsensor (p. 329)
Wisselen tussen cruisecontrol en
adaptieve cruisecontrol*
middendisplay
Wanneer de standaardcruisecontrol (CC
gekozen op het bestuurdersdisplay, kunt u
overschakelen op de adaptieve cruisecontrol
(ACC
49
) via het functiescherm van het mid-
dendisplay.
Activeer of deactiveer de
functie met deze knop in het
functiescherm van het mid-
dendisplay.
GROENE knopindicatie – de adaptieve
•
cruisecontrol is gedeactiveerd en de stan-
daardcruisecontrol staat stand-by.
GRIJZE knopindicatie – de standaardcrui-
•
secontrol is gedeactiveerd en de adaptieve
cruisecontrol staat stand-by.
47
op het
48
) is
* Optie/accessoire.