BESTUURDERSONDERSTEUNING
||
wenselijk zijn om iets sneller weg te rollen en
alleen de motorrem de snelheidstoename te
laten dempen. U kunt de bedrijfsremingreep
van de cruisecontrol dan tijdelijk uitschakelen.
Doe in dat geval het volgende:
Druk het gaspedaal tot ongeveer halver-
–
wege in en laat het pedaal weer los.
> De cruisecontrol schakelt de automati-
sche remingreep uit en remt vervolgens
alleen op de motor af.
Gerelateerde informatie
Rijhulpsystemen (p. 274)
•
Cruisecontrol kiezen en activeren (p. 290)
•
Cruisecontrol deactiveren (p. 291)
•
Stand-bystand voor cruisecontrol (p. 291)
•
Vastgelegde snelheid instellen voor rij-
•
hulpsystemen (p. 313)
Wisselen tussen cruisecontrol en adap-
•
tieve cruisecontrol* op het middendisplay
(p. 298)
31
Cruise Control
290
Cruisecontrol kiezen en activeren
Om de snelheid te kunnen regelen moet u
31
eerst de cruisecontrol (CC
) kiezen en acti-
veren.
Voor het starten van de cruisecontrol vanuit de
stand-bystand moet de actuele snelheid
30 km/h (20 mph) of hoger zijn.
Druk op de ◀ (1) of ▶ (3) om te bladeren
1.
naar het symbool voor cruisecontrol
(4).
> Het symbool is grijs – de cruisecontrol
staat stand-by.
2. Wanneer de cruisecontrol is gekozen,
moet u voor activering op de stuurknop
(2) drukken.
> Het symbool is wit – de cruisecontrol
wordt gestart en de actuele snelheid
wordt vastgelegd als maximumsnel-
heid. De laagst mogelijke snelheid die u
kunt opslaan is 30 km/h (20 mph).
Laatst opgeslagen snelheid van
cruisecontrol hervatten
Wanneer de cruisecontrol is gekozen,
–
moet u voor activering op de stuurknop
drukken.
> De cruisecontrolaanduidingen op het
bestuurdersdisplay verkleuren van
GRIJS naar WIT en de laatst opgesla-
gen snelheid wordt hervat.
WAARSCHUWING
Wanneer u de snelheid weer hervat met de
stuurknop
, kan er een markante snel-
heidstoename volgen.
Gerelateerde informatie
Cruisecontrol (p. 289)
•
Cruisecontrol deactiveren (p. 291)
•
Stand-bystand voor cruisecontrol (p. 291)
•
* Optie/accessoire.