STARTEN EN RIJDEN
Schakelindicator
De schakelindicator op het bestuurdersdisplay
geeft aan welke versnelling er ingeschakeld is in
de handmatige schakelstand en wanneer u voor
optimale zuinigheid beter kunt schakelen.
Voor een milieubewuste rijstijl in de handmatige
schakelstand is het belangrijk om de juiste ver-
snelling te kiezen en tijdig te schakelen.
Bij een automatische versnellingsbak
De schakelindicator toont de actuele versnelling
op het bestuurdersdisplay en geeft met een pijl-
omhoog de geadviseerde opschakeling aan.
Bij een handgeschakelde versnellingsbak
Een pijl-omhoog geeft aan dat geadviseerd wordt
om op te schakelen, terwijl een pijl-omlaag aan-
Geldt voor bepaalde markten.
4
438
geeft dat geadviseerd wordt om terug te schake-
len.
4
Gerelateerde informatie
Schakelstanden van een automatische ver-
•
snellingsbak (p. 434)
Handgeschakelde versnellingsbak (p. 433)
•
Vierwielaandrijving*
Bij vierwielaandrijving, AWD (All Wheel Drive),
worden alle vier de wielen van de auto tegelijk
aangedreven, wat de wegligging verbetert.
Om optimale wegligging te verkrijgen wordt de
aandrijfkracht automatisch verdeeld over de wie-
len met de beste grip. Het systeem berekent
voortdurend het koppel dat op de achterwielen
moet worden overgebracht en kan tot vijftig pro-
cent van het totale motorkoppel naar de achter-
wielen sturen.
De vierwielaandrijving werkt ook stabiliserend bij
hogere snelheden. Bij normaal rijden worden de
voorwielen naar verhouding iets sterker aange-
dreven dan de achterwielen. Bij stilstand is de
vierwielaandrijving altijd ingeschakeld om bij het
optrekken maximale tractie mogelijk te maken.
De eigenschappen van de vierwielaandrijving wis-
selen, al naar gelang de gekozen rijmodus.
Gerelateerde informatie
Rijmodi* (p. 439)
•
Lagesnelheidsregeling* (p. 450)
•
Versnellingsbak (p. 432)
•
* Optie/accessoire.