RUITEN, GLASWERK EN SPIEGELS
Buitenspiegels kantelen (p. 163)
•
Stand opslaan voor stoel en buitenspiegels
•
(p. 178)
Elektrische achterruit- en buitenspiegelver-
•
warming activeren en deactiveren (p. 211)
162
Dimfunctie van spiegels aanpassen
Fel licht van achteren kan hinderlijke reflecties in
de spiegels veroorzaken en u verblinden. Acti-
veer de dimstand, wanneer u de verlichting van
achterliggers als hinderlijk ervaart.
Handmatige dimfunctie
De achteruitkijkspiegel is te dimmen met een
knopje aan de onderzijde van de spiegel.
Hendeltje voor handmatige dimfunctie.
1. Activeer de dimfunctie door het hendeltje
naar u toe te halen.
2. Deactiveer de dimfunctie door het hendeltje
naar de voorruit toe te duwen.
Bij een spiegel met autodimfunctie ontbreekt het
hendeltje voor handmatig dimmen.
Autodimfunctie*
Als het licht dat van achteren in de spiegel valt te
fel is, worden de achteruitkijkspiegel en buiten-
spiegels automatisch gedimd. De autodimfunctie
is tijdens het rijden altijd actief, behalve bij
inschakeling van de achteruitversnelling.
N.B.
Bij aanpassing van het gevoeligheidsniveau
van de autodimfunctie is de wijziging pas na
enige tijd te merken.
De gevoeligheid van de dimfunctie is van invloed
op zowel de achteruitkijkspiegel als de buiten-
spiegels.
Om de gevoeligheid van de dimfunctie te wijzi-
gen:
1. Tik op
Instellingen
op het hoofdscherm van
het middendisplay.
2. Tik op
My Car
Spiegels en
3. Kies onder
Binnenspiegel automatisch
dimmen
voor
Normaal
,
Donker
De achteruitkijkspiegel is voorzien van twee sen-
soren (één aan de voorkant en één aan de ach-
terkant) die samenwerken om hinderlijke lichtin-
val te identificeren en te verhelpen. De sensor
aan de voorkant registreert omgevingslicht, terwijl
de sensor aan de achterkant de koplampen van
achterliggers registreert.
Comfort.
of
Licht
.
* Optie/accessoire.