BESTUURDERSONDERSTEUNING
||
WAARSCHUWING
Wanneer Pilot Assist een rijdende voorligger
volgt bij snelheden boven 30 km/h (20 mph)
en het doelvoertuig verruilt voor een stilstaand
voertuig, dan zal Pilot Assist het stilstaande
voertuig negeren en in plaats daarvan acce-
lereren tot de opgeslagen snelheid.
U dient dan zelf in te grijpen en te rem-
•
men.
Automatische stand-bystand bij wijziging van
doelvoertuig
Pilot Assist wordt uitgeschakeld en stand-by
gezet:
wanneer u langzamer rijdt dan 5 km/h
•
(3 mph) en Pilot Assist niet kan registreren
of het doelobject een stilstaand voertuig is of
een ander object, zoals een verkeersdrempel.
wanneer u langzamer rijdt dan 5 km/h
•
(3 mph) en de voorligger afslaat, zodat Pilot
Assist geen voorligger meer heeft om te vol-
gen.
Gerelateerde informatie
Pilot Assist (p. 310)
•
322
Automatische remfunctie van Pilot
Assist
Pilot Assist heeft een speciale remfunctie voor
ritten bij langzaam rijdend verkeer en stilstand.
Remfunctie bij langzaam rijdend
verkeer en stilstand
Na korte stops tot zo'n 3 seconden tijdens filerij-
den of voor verkeerslichten rijdt de auto automa-
tisch verder. Duurt het langer voordat een voorlig-
ger weer gaat rijden, dan wordt de Pilot Assist
stand-by gezet met automatische remfunctie.
Pilot Assist kunt u op een van de volgende
–
manieren heractiveren:
Druk op de stuurknop
•
Trap het gaspedaal in.
•
> Pilot Assist hervat het volgen van de voor-
ligger als deze binnen
ongeveer 6 seconden vooruit begint te rij-
den.
N.B.
Pilot Assist kan de auto maximaal 10 minuten
stilhouden – daarna wordt de parkeerrem
aangezet, waarna de functie wordt uitgescha-
keld.
Om Pilot Assist te kunnen heractiveren moet
u eerst de parkeerrem lossen.
Annulering van automatische remfunctie
In bepaalde situaties wordt het automatisch rem-
men bij stilstand geannuleerd en wordt Pilot
Assist stand-by gezet. Dat betekent dat de rem-
men worden gelost en de auto mogelijk gaat rol-
len – u moet daarom ingrijpen en zelf remmen
om de auto stil te houden.
Dat is mogelijk in de volgende situaties:
u bedient het rempedaal
•
u zet de parkeerrem aan
•
u zet de keuzehendel in de stand P, N of R
•
u Pilot Assist stand-by zet.
•
Automatische activering van
.
parkeerrem
In bepaalde situaties wordt de parkeerrem aan-
gezet om ervoor te zorgen dat de auto blijft stil-
staan.
Dit gebeurt als Pilot Assist de auto staande
houdt met behulp van de bedrijfsrem en:
u het bestuurdersportier opent of de veilig-
•
heidsgordel losmaakt
Pilot Assist de auto langer dan
•
ongeveer 10 minuten staande heeft gehou-
den
de remmen oververhit zijn geraakt
•
u de motor handmatig uitschakelt.
•
Gerelateerde informatie
Pilot Assist (p. 310)
•