Dist als dagteller gebruiken
1 Kies Dist met de stuurknoppen,
of
.
2 Houd de CLR-knop ca. 1 seconde lang
ingedrukt.
Rechts op het display licht vervolgens een
pijltje op om aan te geven dat de dagteller
actief is.
Bepaalde functie resetten
1 Kies met de stuurknoppen de functie die
u op nul wilt stellen.
• Fuel Ø (de waarde wordt teruggezet naar
10l/100 km)
• Speed Ø
• Trip (Dist gebruikt als dagteller)
2 Houd de CLR-knop ca. 1 seconde lang
ingedrukt.
U hebt de door u geselecteerde functie
daarmee gereset.
Boordcomputer resetten
1 Houd de CLR-knop ingedrukt
(ca. 3 seconden), totdat er een geluids-
signaal klinkt.
De volgende functies worden gereset:
• Fuel Ø (de waarde wordt teruggezet naar
10l/100 km)
• Speed Ø
• D.T.E. (de waarde wordt teruggezet naar
de actieradius met de actuele hoeveel-
heid brandstof bij een brandstofverbruik
van 10l/100 km; bij een lager verbruik is
de actieradius groter)
• Trip (Dist gebruikt als dagteller)
Instrumenten en bediening
Snelheidswaarschuwing
De waarde is standaard ingesteld op
90 km/h. U kunt deze waarde instellen op
een willekeurige waarde tussen
0-250 km/h.
1 Kies Speed W met de stuurknoppen,
of
.
2 Houd de knop SET ingedrukt totdat er
een geluidssignaal klinkt.
3 Kies de snelheid met de stuurknoppen.
4 Sluit af met een druk op de knop SET.
Achteruit/terug met de CLR-knop.
Het woord ON (Aan) rechts op het display
geeft aan dat de snelheidswaarschuwing
actief is.
Als u de ingestelde snelheidslimiet over-
schrijdt, wordt er een geluidssignaal afge-
geven.
Schakel de functie uit met de CLR- knop.
Schakel de functie weer in met de SET-
knop.
95