Er kunnen geen opnamen worden gemaakt of opgeslagen.
Controleer of de kaart correct is geplaatst (pag. 32).
Schuif het schrijfbeveiligingsschuifje van de kaart naar de stand voor
schrijven/wissen (pag. 32).
Vervang de kaart als deze vol is of wis overbodige opnamen om ruimte
vrij te maken (pag. 32, 268).
Als u probeert om scherp te stellen in de modus 1-beeld AF terwijl het
focusbevestigingslampje <o> in de zoeker knippert, kan er geen foto
worden gemaakt. Druk de ontspanknop nogmaals half in om opnieuw
scherp te stellen of stel handmatig scherp (pag. 43 en 107).
De kaart kan niet worden gebruikt.
Zie pagina 34 of 343 als er een kaartfout wordt weergegeven.
De opname is niet scherp.
Stel de focusinstellingsknop op het objectief in op <AF> (pag. 40).
Druk voorzichtig op de ontspanknop om bewegingsonscherpte te
voorkomen (pag. 42 en 43).
Als het objectief een Image Stabilizer (beeldstabilisatie) heeft, stelt u
de IS-schakelaar in op <1>.
Bij weinig licht kan de sluitertijd toenemen. Gebruik een kortere
sluitertijd (pag. 114), stel een hogere ISO-snelheid in (pag. 98),
gebruik een flitser (pag. 111) of gebruik een statief.
Ik kan de scherpstelling niet vergrendelen en de compositie
van de opname niet opnieuw bepalen.
Stel het AF-gebruik in op 1-beeld AF. Focusvergrendeling is niet
mogelijk in de modus AI Servo AF of als servo in werking treedt in de
modus AI Focus AF (pag. 103).
Problemen oplossen
333