Inhoud
i De transportmodus selecteren................................................ 108
j De zelfontspanner gebruiken .................................................. 110
D De ingebouwde flitser gebruiken .............................................. 111
Opnamefuncties voor gevorderden
4
s: De beweging van het onderwerp vastleggen........................ 114
f: De scherptediepte wijzigen .................................................. 116
Scherptedieptecontrole.............................................................. 118
a: Handmatige belichting ........................................................... 119
q De meetmethode wijzigen ...................................................... 121
Belichtingscompensatie instellen ................................................. 123
Reeksopnamen met automatische belichting (AEB) .................... 125
A De belichting vergrendelen ..................................................... 127
A De flitsbelichting vergrendelen................................................ 128
De helderheid en het contrast automatisch corrigeren (Auto Lighting Optimizer (Auto optimalisatie helderheid))..... 130
Ruisreductie instellen ................................................................... 131
Correctie helderheid randen/Chromatische correctie................... 134
A Opnamekenmerken aanpassen aan uw voorkeuren (Beeldstijl)........ 137
A Favoriete opnamekenmerken vastleggen (Beeldstijl)............... 140
Aanpassen aan de lichtbron (Witbalans)...................................... 142
u De kleurtoon voor de lichtbron aanpassen.............................. 144
Het bereik van reproduceerbare kleuren instellen (Kleurruimte) ........ 146
Spiegel opklappen om bewegingsonscherpte te verminderen..... 147
Opnamen maken met het LCD-scherm (Live view-opnamen) 149
5
A Opnamen maken met het LCD-scherm ................................. 150
Instellingen voor de opnamefunctie.............................................. 155
U Creatieve filters gebruiken ...................................................... 157
A Menufunctie-instellingen ........................................................ 161
Scherpstellen met AF (AF-methode)............................................ 164
x Opnamen maken met de Touch Shutter ................................ 174
MF: Handmatig scherpstellen....................................................... 176
16
113