Scherpstellen met AF (AF-methode)
De AF-methode selecteren
U kunt een AF-methode selecteren die bij de opnamesituatie en bij
uw onderwerp past. De volgende AF-methoden zijn beschikbaar:
[u(gezicht)+volgen], [FlexiZone - Multi] (pag. 166), [FlexiZone -
Single] (pag. 168) en [Quick-modus] (pag. 172).
Wanneer u nauwkeurig wilt scherpstellen, stelt u de focusinstellingsknop
op het objectief in op <MF>, vergroot u de opname en stelt u handmatig
scherp (pag. 176).
u(gezicht)+volgen: c
De camera detecteert en volgt menselijke gezichten. Indien een gezicht
beweegt, beweegt het AF-punt <p> mee om het gezicht te volgen.
164
Selecteer de AF-methode.
Selecteer op het tabblad [A] de optie
[AF-methode].
Selecteer de gewenste AF-methode
en druk op <0>.
Wanneer het Live view-beeld wordt
weergegeven, drukt u op de knop <Q>
om de AF-methode in het scherm Snel
instellen (pag. 155) te selecteren.
Geef het Live view-beeld weer.
1
Druk op de knop <A>.
Het Live view-beeld wordt op het
LCD-scherm weergegeven.
Selecteer een AF-punt.
2
Wanneer er een gezicht wordt
herkend, wordt het kader <p>
weergegeven over het gezicht
waarop zal worden scherpgesteld.
Wanneer meerdere gezichten worden
herkend, wordt <q> weergegeven.
Gebruik de pijltjestoetsen <Y> en
<Z> om het kader <q> te
verplaatsen naar het gezicht waarop
u wilt scherpstellen.