6. Identificatie
De brandpompgroep kan geïdentificeerd worden door de type-
aanduiding op het typeplaatje. Zie afb. 15.
6.1 Typesleutels
Een uitleg over de typeaanduiding is terug te vinden in de vol-
gende subparagrafen.
6.1.1 Typesleutels van de brandpompgroep
DNF-voorbeeld:
HSEF-voorbeeld:
Fire: Brandblussysteem
Pomptype
DN: End-suction pomp
HSE: Horizontale split-case pomp
F : Deze pomp is goedgekeurd voor
brandbestrijding
Nominale diameter van de persopening
[mm] voor DN
[inch] voor HSE
Afmetingen pomphuis
[cm] voor DN
[inch] voor HSE
Effectieve waaierdiameter [mm]
Aandrijving
D: Dieselmotor
E: Elektrische motor, 50 Hz
F: Elektrische motor, 60 Hz
X: Speciale configuratie
Pompgoedkeuringen
A: FM/UL
B: FM
C: UL
X: Geen goedkeuring
Goedkeuring van de brandpompgroep
X: Geen goedkeuring
Leidingaansluiting
A: ANSI flens
D: DIN flens
Bedieningspaneel
A: Montage op draagframe
F: Voor vloermontage
W: Voor muurmontage
X: Geen bedieningspaneel
Pakkingbus
B: SNEA
C: SNFA
Koppeling
A: Standaard (enkel DNF)
B: Afstandbus (enkel DNF)
C: Andere types
D: Aftakas
Het eerste voorbeeld toont een brandpompgroep met een DNF end-suction pomp aangedreven door een dieselmotor. De pomp met pak-
kingbus met interne spervloeistof heeft een FM-goedkeuring en is "UL listed". De diameter van de DIN flens, aan perszijde, bedraagt
80 mm; de waaierdiameter bedraagt 260 mm. Pomp en motor zijn aangesloten met een afstandbus koppeling. De bediening gebeurt via
een controller op het gemeenschappelijke draagframe.
80
Fire
DN
F
8
Fire
HSE
F
-25
/260
D
A
-15
/323
D
B
X
A
A
B
X
D
A
B
B
C
23