Veelgebruikte functies registre-
ren op het tabblad [Selecties]
[Invoer selecties]
U kunt veelgebruikte functies registreren op het tab-
blad [Selecties].
U kunt de functies registreren op het tabblad [Selec-
ties] voor elk van de volgende modi:
• Modus voor maken van master
• Afdrukmodus
BWanneer een optioneel apparaat is aange-
sloten, worden bepaalde functies automa-
tisch geregistreerd in [Selecties].
1
Raak [Invoer selecties] aan in het
scherm [Admin.].
Het scherm [Invoer selecties] wordt weergege-
ven.
2
Raak de tab aan voor de modus
waarin u een functie wilt registre-
ren.
3
Raak de functieknop aan die u wilt
registreren.
U kunt ook een knop aanraken waarvoor al een
functie is geregistreerd om een andere functie
te wijzigen.
Hoofdstuk 7 De bedieningsinstellingen opgeven
4
Raak de te registreren functie-
naam aan.
• Raak [E] of [D] aan om de weergave te wijzi-
gen.
• Als u geen functie wilt registreren, raakt u
[Geen invoer] aan.
• U kunt geen functienaam kiezen die al is
geregistreerd.
5
Raak [OK] aan.
Het scherm [Invoer selecties] wordt weergege-
ven.
Als u een andere functieknop wilt registreren,
herhaalt u stap 3 t/m 5.
6
Raak [OK] aan.
Het scherm [Admin.] wordt weergegeven.
145
7