Inhoudsopgave
Advertenties
6.9.3
De kabels verbinden
Controle van de kabelisolatie
ACS2000 DFE UM
Onderstaande afbeelding toont het verschil tussen de bovenste en onderste
kabeldoorvoer, bij het gebruik van EMC-platen.
Bovenste kabelingang
Fig. 6-6
Bovenste en onderste kabelingang met EMC-platen
KENNISGEVING
Risico op vlamoverslag!
Er zullen hoge spanningen aanwezig zijn in de aansluitruimte. Hoge
spanningen kunnen vlamoverslag tussen de elektrische potentiaal van
verschillende geleiders en de elektrische potentiaal van een geleider en
de aarde veroorzaken.
Daarom moet een minimale afstand van 55 mm worden gehouden tussen
een geleider en de aansluitingen van een andere geleider, en tussen een
geleider en aarde.
•
Meet de isolatie van elke kabel alvorens aan te sluiten en controleer
of de resultaten binnen de specificaties van de kabelfabrikant liggen.
•
Verbind de kabels niet zonder de toestemming van het personeel dat
instaat voor de inbedrijfstelling.
3BHS360367 ZAB NL1 Rev. F
Voedingskabel
ingang
Onderste kabelingang
91
Advertenties
Inhoudsopgave
