10.3
Alarm- / storingsmeldingen
10.3.1
Berichten
10.3.2
Foutmeldingsniveaus
Alarmsignaal
Storing
ACS2000 DFE UM
Wanneer er een storing optreedt in de aandrijving of in de apparatuur die
gecontroleerd wordt door de aandrijving (bijv. hoofdschakelaar, transfor-
mator, koelsysteem), zal het CDP-bedieningspaneel een overeenkomstige
alarm- of storingsmelding weergeven en brandt de alarm- / storingslamp op
de deur van het bedieningscompartiment:
■
Storing: permanent licht
■
Alarm: flitsend licht
1 L ->
600,0 rpm
ACS2000
FAULT
***
***
MCB CloseControl
Fig. 10-2
Alarm- / storingsidentificatie
Het bericht kan worden opgeslagen en bekeken in de storingsgeschie-
denis van de aandrijving wanneer een pc met DriveWindow, DriveDebug
of DriveMonitor verbonden is met de aandrijving. De storingsgeschiedenis
kan ook worden opgeroepen op het CDP-bedieningspaneel.
Twee foutmeldingsniveaus worden gebruikt in de aandrijving:
Een alarm schakelt de aandrijving niet uit. Een aanhoudende alarmtoe-
stand kan echter vaak leiden tot een storing als de reden voor het alarm
niet opgelost wordt. Een alarm kan niet handmatig worden gereset. De
alarmmelding wordt van het scherm verwijderd zodra de alarmtoestand is
verholpen.
Een storing schakelt de aandrijving uit. Het type uitschakeling is afhankelijk
van de oorzaak van de storing.
3BHS360367 ZAB NL1 Rev. F
Voeding AAN
Voeding UIT
Discharging
Charging
(Ontladen)
(Opladen)
0
I
Storing
Alarmsignaal
Aardingsschakelaar ontgrendeld
Noodreset
Noodstop
147