■
Bedieningssignalen
De alarmknipperlichten knipperen om aan te geven dat de portieren zijn vergren-
deld/ontgrendeld. (Vergrendeld: eenmaal; ontgrendeld: tweemaal)
■
Zoemer portiersloten (auto's met Smart entry-systeem en startknop)
Als een portier of de achterklep niet geheel gesloten is, klinkt gedurende 10
seconden continu een zoemer als geprobeerd wordt de portieren te vergrende-
len. Sluit het portier geheel om de zoemer uit te schakelen en vergrendel de por-
tieren opnieuw.
■
Alarm (indien aanwezig)
Het alarmsysteem wordt ingeschakeld als de afstandsbediening wordt gebruikt
om de portieren te vergrendelen. (Blz. 112)
■
Levensduur batterij van de elektronische sleutel
Auto's zonder Smart entry-systeem en startknop
Als de afstandsbediening niet werkt, kan de batterij leeg zijn. Vervang de bat-
terij indien nodig. (Blz. 418)
Auto's met Smart entry-systeem en startknop
Blz. 36, 418
■
Veiligheidsfunctie
Als er niet binnen 30 seconden na het ontgrendelen van de auto een portier
wordt geopend, zorgt de beveiligingsfunctie ervoor dat de auto weer automatisch
wordt vergrendeld.
■
Als de afstandsbediening niet goed werkt
Auto's zonder Smart entry-systeem en startknop
Vergrendelen en ontgrendelen van de portieren: Gebruik de sleutel.
(Blz. 57)
Auto's met Smart entry-systeem en startknop
Blz. 508
1-2. Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren
1
49