6.8
Spuitdoppen
(1) Spuitdophouder met bajonetaansluiting
ο
Versie veerelement met schuif
ο
Versie veerelement geschroefd
(2) Membraan. Daalt de druk in de spuitleiding
onder ca. 0,5 bar, dan drukt het veerele-
ment (3) het membraan op de membraan-
zitting (4) in de spuitdophouder. Hierdoor
wordt het nadruppelen bij het uitschakelen
van de spuitdoppen bij een uitgeschakelde
spuitboom vermeden.
(3) Veerelement.
(4) Schuif; houdt het complete membraanklep
in de spuitdophouder
(5) Spuitdopfilter; standaard 50 gaatjes/inch, is
van onderen in de spuitdophouder ge-
plaatst.
(6) Rubberafdichting
(7) Spuitdop met bajonetkap
6.8.1
Meervoudige spuitdoppen
Gunstig is het gebruik van de meervoudige
spuitdoppen bij het gebruik van verschillende
spuitdoptypes.
Door het linksom verdraaien van de meervoudi-
ge spuitdop wordt een andere spuitdop ingezet.
Op de tussenposities is de meervoudige spuit-
dop uitgeschakeld. Hierdoor is het mogelijk om
de werkbreedte van de spuitbomen te verklei-
nen.
Spoel de spuitleidingen voor het ver-
draaien van de meervoudige spuitdop
op een andere spuitdoptype.
UF02 BAG0184.3 08.19
Opbouw en werking van de spuitbomen
97