7
In bedrijf stellen
UF02 BAG0184.3 08.19
Dit hoofdstuk voorziet u van informatie over
•
het in bedrijf stellen van uw machine.
•
de wijze waarop u kunt controleren of u de machine aan uw trac-
tor kunt aansluiten/aankoppelen.
•
Voor het inbedrijfstellen van de machine moet de gebruiker deze
bedieningshandleiding hebben gelezen en begrepen.
•
Raadpleeg het hoofdstuk "Veiligheidsinstructies voor de gebrui-
ker", vanaf blz. 28 bij
ο
aan- en afkoppelen van de machine;
ο
transporteren van de machine;
ο
werken met de machine.
•
De tractor waarop u de machine aankoppelt of waarmee u de
machine transporteert dient daartoe geschikt te zijn!
•
Tractor en machine dienen te voldoen aan de wettelijke ver-
keersvoorschriften.
•
Zowel de eigenaar als bestuurder zijn ervoor verantwoordelijk
dat de machine voldoet aan de nationale verkeersvoorschriften.
WAARSCHUWING
Gevaar voor bekneld raken, scharen, snijden, naar binnen trek-
ken en vastgrijpen bij de hydraulische of elektrische onderdelen.
Blokkeer geen bedieningshendels op de tractor als deze hendels
hydraulische of elektrische functies direct uitvoeren, zoals in- en uit-
klappen, draaien en verschuiven. De beweging moet automatisch
stoppen zodra u de betreffende bedieningshendel bijbehorende re-
gelelement loslaat. Dit geldt niet voor bewegingen van inrichtingen
die
•
continu zijn of
•
automatisch geregeld zijn of
•
voor hun werking een zweefstand of drukstand nodig hebben.
In bedrijf stellen
105