Opbouw en werking van de spuitbomen
Werken met eenzijdig uitgeklapte spuitboom
Spuithoogte instellen
84
Toegelaten is het werken met eenzijdig uitgeklapte spuitboom
•
alleen met vergrendelde trillingsdemping.
•
alleen, indien de andere zij-arm als pakket uit de transportstand
is geklapt (Super-S-spuitbomen).
•
alleen voor het kortstondig passeren van hindernissen (boom,
stroommast etc.).
•
vergrendel de trillingsdemping voor u de spuitboom eenzijdig in-
resp. uitklapt.
Bij niet vergrendelde trillingsdemping kan de spuitboom naar één
kant uitslaan. Als de uitgeklapte spuitboomarm op de bodem
slaat, kan dit beschadigingen aan de spuitboom tot gevolg heb-
ben.
•
Verlaag tijdens het spuiten duidelijk uw rijsnelheid; daarmee
voorkomt u dat de spuit bij vergrendelde trillingsdemping gaat
schommelen en de spuitboom met de grond in contact komt. Bij
een onrustige spuitboombeweging is een gelijkmatige dwarsver-
deling niet meer verzekerd.
WAARSCHUWING
Gevaar voor bekneld raken en stoten voor personen kan ont-
staan als deze bij het optillen of neerlaten via de hoogteverstel-
ling door de spuitbomen worden gegrepen!
Stuur personen uit de gevarenzone van de machine voordat de spuit-
bomen via de hoogteverstelling worden opgelicht of neergelaten.
1. Stuur personen weg uit de gevarenzone van de machine.
2. Spuithoogte conform de spuittabel instellen via
•
Tractorregeleenheid geel,
•
Bedieningsterminal (bij Profi-systeem).
Lijn de spuitbomen altijd parallel uit t.o.v. de bodem, want alleen dan
wordt de voorgeschreven spuithoogte bij elke spuitdop bereikt.
UF02 BAG0184.3 08.19