Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Verberg thumbnails Zie ook voor UF 1602:
Inhoudsopgave

Advertenties

10.6

Spuiten

Bijzondere aanwijzingen voor het spuiten
UF02 BAG0184.3 08.19
Raadpleeg hiervoor, afhankelijk van de machineuitrusting, de afzon-
derlijke bedieningshandleiding van de bedieningsterminal en de soft-
ware machinebesturing
Controleer de veldspuit door de afgifte te meten
ο
voor de begin van het seizoen
ο
bij afwijkingen tussen de werkelijk weergegeven spuitdruk
en de volgens de spuittabel vereiste spuitdruk.
Bepaal voor het spuiten de vereiste dosering exact aan de hand
van de gebruiksaanwijzing van de fabrikant van het gewasbe-
schermingsmiddel (zie hiervoor hoofdstuk "Spuitvloeistof aan-
maken", op pagina 129).
ο
Voer de vereiste dosering (gewenste hoeveelheid) voor het
spuiten in de bedieningsterminal in.
Kies het vereiste spuitdoptype voor het spuiten uit de spuittabel
– rekening houdende
ο
met de gewenste rijsnelheid
ο
de vereiste dosering en
ο
het vereiste druppelspectrum (fijn, middel of grof) voor het
uitvoeren van de bespuiting met het in te zetten gewasbe-
schermingsmiddel.
Zie hiervoor hoofdstuk "Spuittabellen voor spleetdoppen,
antidriftoppen, luchtinjectie- en airmixdoppen", op pagina
191.
Kies het vereiste spuitdopformaat voor het spuiten uit de spuit-
tabel – rekening houdende
ο
met de gewenste rijsnelheid
ο
de vereiste dosering en
ο
de gewenste spuitdruk.
Zie hiervoor hoofdstuk "Spuittabellen voor spleetdoppen,
antidriftoppen, luchtinjectie- en airmixdoppen", op pagina
191.
Kies een lage rijsnelheid en een lage spuitdruk om drift te voor-
komen!
Zie hiervoor hoofdstuk "Spuittabellen voor spleetdoppen, antidrif-
toppen, luchtinjectie- en airmixdoppen", op pagina 191.
Werken met de machine
143

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Uf 2002

Inhoudsopgave