Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Modus Pattern; Patronen Creëren - Basisprocedure; Modus Pattern Play - Yamaha MOTIF ES6 Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Modus Pattern

■ Patronen creëren — basisprocedure
Patronen bestaan uit de volgende drie datatypen:
• MIDI-sequencedata (gecreëerd in de modus Pattern Record, modus Pattern Edit en modus Pattern Job)
• Setupdata (gecreëerd in de modus Pattern Play)
• Mixdata (gecreëerd in de modus Pattern Mixing/modus Mixing Edit en opgeslagen in de modus Pattern Mixing Store)
Sla de mixinstellingen op in de modus Pattern Mixing Store om deze als patroondata te archiveren en schrijf het complete patroon naar de
SmartMedia/het USB-opslagapparaat in de modus File, na het creëren van de data in de boven beschreven modus.
n
Niet-noot-MIDI-events (zoals voicenummer, volume, pan en effectzendniveau) die aan het begin van een patroon nodig zijn, worden niet als MIDI-
OPM.
sequencedata opgenomen, maar worden in plaats daarvan opgeslagen als mixdata.
PAS OP
Omdat patroondata (MIDI-sequencedata, setupdata en mixdata) worden opgenomen in DRAM (blz. 187), zullen deze verloren gaan als het instrument wordt
uitgezet. Zorg ervoor dat u alle patroondata die zijn gecreëerd via de modi Record, Edit, Job en Mixing, wegschrijft naar de SmartMedia/het USB-opslag-
apparaat in de modus File, voordat u het instrument uitzet. Voor details over patroondata wegschrijven, zie blz. 132.

Modus Pattern Play

[F1] PLAY
Trans (transponeren)
MEAS (maat)
[SF1] ARP1 (arpeggio 1) -
[SF5] ARP5 (arpeggio 5)
[F2] GROOVE (Grid Groove=rastergroove)
Net als in de modus Song Play. Zie blz. 221.
[F3] TRACK
[SF1] CHANNEL
[SF2] OUT SW
(uitgangsschakelaar)
[SF3] TR VCE (trackvoice)
[F4] PATCH
Via deze display kunt u een presetfrase of een userfrase (opgenomen in de modus Pattern Record) toewijzen aan elk van de tracks en een patroon creëren dat tot
16 tracks bevat.
n
Met de functie Patch kunt u alleen userfrasen gebruiken die zijn opgenomen op een track van het momenteel geselecteerde patroon. Als u userfrase wilt gebruiken die op
OPM.
tracks van andere patronen zijn opgenomen, gebruik dan de functie Phrase Data Copy, die u selecteert met knop [SF5].
Sectie
Meas (maat)
[SF4] CLEAR
[PATTERN] → Selectie patroon
Raadpleeg blz. 56 in de sectie Beknopte handleiding.
Bepaalt de toetstransponeerinstelling voor het complete patroon, en kan worden aangepast in stappen van halve
noten.
Instellingen: -36 ~ +36
n
Als transponeren op een drumvoice wordt toegepast, kan het zijn dat het resultaat niet muzikaal verantwoord is. Om het
OPM.
juist afspelen van een drumvoice zeker te stellen, stelt u de parameter Note Shift voor de drumvoicepart in op een passen-
de waarde ([PATTERN] → [MIXING] → [EDIT] → Selectie part → [F4] TONE → [SF1] TUNE → NoteShift).
Geeft het huidige maatnummer en de tel aan van het huidige patroon. Tijdens het afspelen verandert deze aanduiding
automatisch overeenkomstig het afspelen van het patroon. U kunt het gewenste maatnummer rechtstreeks invoeren door
het venster Number Input (nummerinvoer) te gebruiken, dat kan worden opgeroepen met de knop [INFORMATION].
U kunt de gewenste arpeggiotypen aan deze knoppen toewijzen en ze op elk willekeurige moment tijdens uw spel
oproepen.
Net als in de modus Song Play. Zie blz. 221.
Net als in de modus Song Play. Zie blz. 222.
Bepaalt of de programmawijzigingsdata die onderdeel is van de frasedata wel of niet moeten werken. Voor de
meeste toepassingen zou dit op 'off' moeten worden ingesteld. Als een frase bijvoorbeeld een voicewijziging (pro-
grammawijzigingsbericht) bevat, maar u wilt niet dat er tijdens de frase van voice wordt veranderd, stelt u dit in op
'off'. Tracks die hier zijn ingesteld op 'off' spelen automatisch terug met het voicenummer dat aan de part in de mo-
dus Mixing is ingesteld.
n
De frasevoice die in de frase is opgenomen, kan worden aangegeven via de display Voice in de modus Pattern Record
OPM.
(blz. 243).
Raadpleeg blz. 113 in de sectie Beknopte handleiding.
Toont de momenteel bewerkte sectie. Voor details over hoe secties te wijzigen, zie blz. 57.
Toont 'maat : tel' voor de huidige afspeelpositie.
Dit wist de frasetoewijzing aan de momenteel geselecteerde track, waardoor de track leeg wordt.
Modus Pattern Play
241
Gebruikershandleiding

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Motif es7Motif es8

Inhoudsopgave