Als het instrument stuk lijkt te zijn, stop geluidsverlies optreedt in het instrument, of als er een ongebruikelijke geur dan met het gebruik ervan en laat het nakijken door Yamaha-servicepersoneel. of rook uit het instrument komt, moet u het instrument onmiddellijk uitzetten, de stekker uit het stopcontact halen en het instrument laten nakijken door gekwalificeerd Yamaha-servicepersoneel.
Met het oog op productverbetering kan Yamaha van tijd tot tijd de firmware van het product en de andere bijbehorende software updaten zonder voorafgaande kennisgeving. Wij adviseren u regelmatig onze website te controleren op nieuwe versies en upgrades voor de firmware van de CP1 of de bijbehorende software.
Pagina 6
Welkom Dank u voor het kiezen van de Yamaha CP1 stagepiano. Deze stagepiano is uitgerust met een breed gamma pianovoices, versterkersimulators en effectapparaten die de karakteristieken van klassieke instrumenten getrouw reproduceren. Door deze componenten op de gewenste manier te combineren, kunt u met dit ene instrument gemakkelijk een breed bereik aan pianogeluiden creëren –...
Handige masterkeyboardfunctie (zie pagina 52) Met de masterkeyboardfunctie van de CP1, die speciaal werd ontworpen voor gebruik op een podium, kunt u vier virtuele zones instellen op het toetsenbord en deze toewijzen aan vier verschillende toongenerators, inclusief andere MIDI-instrumenten.
LET OP Controleer of de CP1 is ingesteld op het voltage van het land of de regio waar u zich op dat moment bevindt. Het netsnoer is uitgerust met een aardingspen ter voorkoming van elektrische schokken en beschadiging van het toestel. Wanneer u het toestel aansluit op een stopcontact, verbindt u de aardingsdraad van de adapter met de aardingsschroef.
Audioapparatuur aansluiten Audioapparatuur aansluiten De CP1 is niet uitgerust met ingebouwde luidsprekers. Om te kunnen horen wat u speelt, moet u een stereosysteem of een versterker en luidsprekers aansluiten. U kunt ook een hoofdtelefoon aansluiten op de hoofdtelefoonaansluiting om het geluid rechtstreeks te beluisteren.
FC4- en FC5-voetschakelaars aan te sluiten. LET OP Let bij het loskoppelen van de pedalen van de CP1 op dat u aan de stekkers en niet aan de kabels trekt. LET OP Als de CP1 is opgesteld op een vlak oppervlak, zoals een tafel, en de pedaalstekkers na aansluiting verticaal naar beneden zijn gericht, zoals hieronder getoond, staat de basis van elke stekker onder aanzienlijke spanning door het gebrek aan ruimte, wat kan leiden tot kabelbreuken.
Nadat u alle vereiste aansluitingen hebt gemaakt, zoals hierboven beschreven, zorgt u ervoor dat de draaiknop [MASTER VOLUME] aan de linkerkant van het besturingspaneel van de CP1 en het volume van aangesloten toetsenbordversterkers of luidsprekers met eigen voeding volledig zijn uitgeschakeld (op MIN of 0) en dat alle apparatuur is uitgeschakeld.
De juiste manier om de helderheid van de ingebouwde display van de CP1 aan te passen is als volgt. Druk op de knop [UTILITY] aan de rechterkant van het besturingspaneel van de CP1 om het scherm Utility op te roepen.
Uw stagepiano is voorzien van een aantal speciaal gemaakte demonstratiesongs. Volg de onderstaande procedure om deze songs af te spelen met verschillende CP1-geluiden. Houd de knop [UTILITY] ingedrukt en druk op de knop [FILE] om het scherm Demo Song (demosong) te openen.
U kunt ermee vermogensversterkers of compressors, en het reverbeffect draaien of erop drukken om de parameters in te stellen in- of uitschakelen die de huidige performance vormgeven of de taken uit te voeren. CP1 Gebruikershandleiding...
Pagina 17
Druk op deze knop om het scherm Utility op te roepen. USB-flashgeheugenapparaten kunnen via deze poort & Knop [FILE] (zie pagina 60) worden aangesloten op de CP1. Druk op deze knop om het scherm File op te roepen. CP1 Gebruikershandleiding...
1 [P] (aan/uit)-schakelaar (zie pagina 13) 9 Gebalanceerde [L]- en [R]- uitgangsaansluitingen (zie pagina 11) Gebruik deze knop om de CP1 in en uit te schakelen. Deze XLR-aansluitingen worden gebruikt om 2 [AC IN]-connector (zie pagina 10) gebalanceerde stereosignalen uit te voeren naar mixers en Sluit het netsnoer aan op deze connector.
Het bovenvermelde blok Master Equalizer wordt gebruikt voor het instellen van de EQ-parameters die gelden voor alle performances. Op die manier kunt u de toon van de CP1 afstemmen op de locatie, zodat het geluid altijd perfect is, ongeacht de geselecteerde performance.
Het gedeelte Common Settings (common-instellingen) wordt gebruikt om, behalve de pan-, pitch- en aanslagparameters voor Part 1 en Part 2, voor elke performance een naam, toetsenbordmodus en regelaars in te stellen. Als u de CP1 wilt gebruiken als masterkeyboard waarmee u andere MIDI-apparaten kunt besturen, moet u hier de nodige instellingen opgeven.
Toongenerator Indeling van het performancegeheugen De CP1 kan performances opslaan in drie grote geheugengedeelten, namelijk het vooraf ingestelde performancegeheugen, het gebruikersperformancegeheugen en een extern performancegeheugen. De specifieke rollen van elk van deze geheugengedeelten worden hieronder beschreven. Vooraf ingesteld performancegeheugen Het vooraf ingestelde performancegeheugen kan worden geopend met de knop [PRESET]. In dit geheugen zijn de vooraf ingestelde performances opgeslagen waarmee de CP1 standaard is uitgerust.
Pagina 22
Als de hoofddirectory van het USB-flashgeheugenapparaat al een extern performancegeheugen bevat, hangt de handeling uitgevoerd door de CP1 – zoals hieronder beschreven – af van het feit of het apparaat al eerder werd aangesloten en verwijderd nadat het instrument werd ingeschakeld.
CP1 vastlopen en stoppen met werken. Bovendien mag u een USB-flashgeheugenapparaat nooit verwijderen voordat het volledig softwarematig gekoppeld is of terwijl het door de CP1 wordt gebruikt om data op te slaan of te laden. Data op het flashgeheugenapparaat of het instrument zelf kunnen daardoor beschadigd worden.
Parameterwaarden wijzigen en instellen Elk van de zes knoppen die zich onder de display van de CP1 bevinden, kunnen worden gedraaid of ingedrukt om de toegewezen parameters op het weergegeven scherm te wijzigen en in te stellen. U kunt een knop rechtsom draaien om een waarde te verhogen en linksom om een waarde te verlagen.
Namen instellen U kunt vrij een naam toewijzen aan elke performance die u aanmaakt of wijzigt op de CP1 (zie pagina 51). Bovendien kunt u ook namen opgeven voor files opgeslagen van de CP1 op een USB-flashgeheugenapparaat en voor directory's aangemaakt op deze geheugenapparaten (zie pagina 60).
Het huidige scherm sluiten In elk niveau binnen de schermhiërarchie van de CP1, kunt u op de knop [EXIT] drukken om terug een schermniveau hoger te gaan of terug te keren naar het scherm Performance. Wanneer een scherm Piano, Pre-Amplifier, Modulation Effect of...
Snelstarthandleiding Performances op de CP1 gebruiken Wat de CP1 betreft, wordt elk van de voltooide pianogeluiden die via het toetsenbord kunnen worden afgespeeld een "performance" genoemd. Deze performances kunnen vrij worden geselecteerd in het hoofdscherm Performance. Performances bestaan telkens uit twee verschillende pianoparts – Part 1 en Part 2 – en ze kunnen overlappen voor de volledige lengte van het toetsenbord of worden opgesplitst in twee specifieke zones op basis van de toetsenbordpositie of speelsnelheid.
Het geluid aanpassen met de knoppen 1 t/m 6 Functie van toewijsbare knoppen Knoppen 1 t/m 6 op het besturingspaneel van de CP1 kunnen worden toegewezen aan verschillende parameters van de individuele blokken waaruit een performance bestaat. Meer bepaald kunnen parameters van elk blok Piano Type, Pre- Amplifier, Modulation Effect en Power-Amplifier/Compressor en van het blok Reverb vrij worden toegewezen aan deze knoppen.
Pagina 29
Performances op de CP1 gebruiken Om van de eerste pagina naar de tweede pagina van het scherm Performance over te schakelen, drukt u op de knop [PAGE R]. Hier ziet u beide namen van de parameters die zijn toegewezen aan elk van de knoppen 1 t/m 6 en hun huidige ingestelde waarden, zoals hieronder getoond.
Performances op de CP1 gebruiken Pedalen gebruiken Als u de pedalenconsole van de CP1 wilt gebruiken, moet u elk van de drie pedalen aansluiten via de [SUSTAIN]-, [SOSTENUTO]- en [SOFT]-voetschakelaaraansluitingen op het achterpaneel (zie pagina 12). Zwarte stekker Lichtgrijze stekker...
AMPLIFIER/COMPRESSOR 1] of [POWER-AMPLIFIER/COMPRESSOR 2] te drukken. Deze parameter blijft zelfs ongewijzigd wanneer alle andere parameters van het overeenkomstige blok zijn uitgeschakeld. Als u wilt horen hoe de verschillende blokken het geluid bepalen, schakelt u ze in en uit terwijl u op de CP1 speelt, zoals hierboven beschreven.
Pagina 32
Zoals u hieronder ziet, hangt de manier waarop de knoppen voor elk van de elementen van een performance (uitgezonderd het gedeelte Common Settings) oplichten en doven af van de huidige instellingen van de CP1. (De knoppen in kwestie zijn [PIANO 1], [PIANO 2], [PRE-AMPLIFIER 1], [PRE-AMPLIFIER 2], [MODULATION EFFECT 1], [MODULATION EFFECT 2], [POWER-AMPLIFIER/COMPRESSOR 1], [POWER-AMPLIFIER/COMPRESSOR 2], [REVERB] en [MASTER EQUALIZER].)
Originele performances maken Originele performances maken U kunt met de CP1 eenvoudig originele pianogeluiden maken door de verschillende blokken waaruit het gedeelte met performances en Common Settings bestaat te configureren. De volgende procedure kan worden gebruikt om elk van deze performance-elementen te wijzigen, terwijl u luistert hoe de parameterwijzigingen het geproduceerde geluid beïnvloeden.
Pagina 34
Wanneer alle vereiste instellingen zijn gemaakt, gaat u verder naar de volgende stap. Druk op de knop [STORE] om de aangepaste Master Equalizer-instellingen op te slaan. Master Equalizer-instellingen worden bewaard in de systeeminstellingen van de CP1. Voor meer informatie over het opslaan van instellingen, zie pagina 40. CP1 Gebruikershandleiding...
LET OP Schakel de andere apparatuur die wordt gebruikt met de CP1 pas in als de nodige aansluitingen zijn gemaakt. Zorg ervoor dat het volume van alle apparaten volledig is dichtgedraaid en schakel eerst de apparaten die MIDI-data verzenden in, vervolgens de apparaten die MIDI- data ontvangen en ten slotte eventuele externe audioapparatuur (met versterkers of luidspreker met eigenvoeding als allerlaatste).
De CP1 gebruiken met een computer De CP1 kan ook worden aangesloten op een computer om MIDI-data uit te wisselen. Een sequencer die op een computer draait, kan bijvoorbeeld worden gebruikt om de stagepiano te bespelen, of u kunt MIDI-data die werden gemaakt door het toetsenbord van de CP1 te bespelen voor verwerking naar de computer verzenden.
Pagina 37
Voorzorgsmaatregelen bij het gebruik van de [USB TO HOST]-poort Neem de volgende punten in acht wanneer u de CP1 op een computer aansluit via de [USB TO HOST]-poort. Als u dat niet doet, loopt u het risico dat een of beide apparaten vastlopen en dat gegevens verloren gaan of worden beschadigd. Als uw CP1 of computer vastloopt, start u de gebruikte toepassing opnieuw op, start u de computer opnieuw op of schakelt u de stagepiano uit en opnieuw in.
Als Local Control van de CP1 op dit moment is ingeschakeld (d.w.z. geactiveerd), dan worden de data geproduceerd door het toetsenbord te bespelen ook rechtstreeks naar de toongenerator verzonden. Als resultaat zullen de rechtstreekse en teruggezonden berichten overlappen, waardoor elke noot tweemaal kort na elkaar wordt gespeeld.
Instellingen opslaan Instellingen opslaan Geheugenstructuur Het volgende diagram toont de structuur van het interne geheugen van de CP1 en hoe data worden uitgewisseld met externe apparaten. Intern geheugen Interne communicatie Vooraf ingestelde data (ROM) Communicatie tussen CP1 Vooraf ingestelde performance...
3 wordt weergegeven. LET OP De CP1 mag nooit worden uitgeschakeld wanneer "Executing..." (voert uit) op het scherm wordt weergegeven. Als u daar geen rekening mee houdt, wordt de performance mogelijk niet opgeslagen en gaan de overeenkomstige data mogelijk definitief verloren.
Voor meer informatie over hoe u de CP1 aansluit op een computer, zie pagina 36. OPMERKING Om de functie Bulk Dump te gebruiken, moet u de parameter DevNo gebruiken om het apparaatnummer van de CP1 correct in te stellen. Voor meer informatie, zie pagina 58 in het gedeelte Referentie.
LET OP De CP1 mag nooit worden uitgeschakeld wanneer "Executing..." op het scherm wordt weergegeven. Als u daarmee geen rekening houdt, kan de inhoud van het gebruikersgeheugen verloren gaan en kunnen andere systeemdata beschadigd worden, zodat de CP1 niet meer normaal werkt de volgende keer dat u het instrument inschakelt.
Electric Grand Piano, vooral in het bereik van de middenfrequenties. 71Rd I De 71Rd I is de oudst klinkende piano van de Rd-reeks elektrische piano's van de CP1. Met de zachte attack en snelle decay die typisch is voor vilten hamers, produceert het warme, holle klanken.
Draai aan knoppen 2 t/m 6 Elk van de verschillende pianotypes die de CP1 kan reproduceren, gebruikt een ander mechanisme om zijn karakteristieke geluid te produceren. Daarom worden deze geconfigureerd met andere parameters. In de volgende tabel vindt u een beschrijving van alle parameters die worden gebruikt bij de verschillende pianotypes.
Uitvoer van een voorversterker wordt kort gedempt wanneer een van de volgende toonregelingsparameters wordt gewijzigd. • CP80- of CP88-voorversterker: Bass, Middle, Treble of Brill • 71Rd I-, 73Rd I- of 75Rd I-voorversterker: Bass • 78Rd II-voorversterker: Treble • Dyno-voorversterker: Bass of Overtone CP1 Gebruikershandleiding...
D Chorus produceert een choruseffect dat natuurlijker, zachter en breder klinkt. 816Cho Het 816Chorus-effect reproduceert het dikke, ontstemde chorusgeluid van de TX816 – bekend voor de (816Chorus) combinatie van acht DX7's in een enkele rekeenheid. Sympho Symphonic gebruikt meerfasige modulatie voor een breder klinkend chorusgeluid. (Symphonic) CP1 Gebruikershandleiding...
Touch Wah en Pedal Wah Met deze parameter kunt u het hoogste punt in het sweepbereik van het filter instellen. Type Max90 Met deze parameter kunt u het phasertype selecteren. D Chorus Met deze parameter kunt u het chorustype selecteren. CP1 Gebruikershandleiding...
Clean Amp is gebaseerd op een ideale vermogensversterker en versterkt het geluid gelijkmatig over het (Clean Amp) volledige frequentiebereik. Comp376 Compressor 376 is een ouderwetse compressor die kan worden gebruikt om de dynamiek van uw (Compressor 376) pianogeluiden te regelen. CP1 Gebruikershandleiding...
Met deze parameter kunt u de hoeveelheid tijd instellen waarboven de compressor stopt met het geluid te comprimeren. SpType PowerAmp 71Rd I, PowerAmp 73Rd I, Met deze parameter kunt u verschillende luidsprekertypes (Speaker Type) PowerAmp 75Rd I, PowerAmp 78Rd II, selecteren. PowerAmp 69Wr en PowerAmp 77Wr CP1 Gebruikershandleiding...
Deze parameter wordt niet op het scherm weergegeven wanneer RevType is ingesteld op "WoodRoom". Instelwaarden: 0,1 tot 1,0 Met deze parameter kunt u de afsnijfrequentie van het hoogdoorlaatfilter voor het blok Reverb instellen. (High-pass Filter Cutoff) Instelwaarden: 20 Hz tot 8,0 kHz CP1 Gebruikershandleiding...
Part 2 bespeelt zone 2 en externe apparaten reageren op noten van zone3 en zone4. Elk van deze zones heeft een vast MIDI-kanaal (zie pagina 52), waardoor de CP1 wordt bespeeld als een masterkeyboard of reageert op MIDI-berichten verzonden naar deze kanalen.
1, voetregelaar 2 en het sustainpedaal van de geselecteerde zone in- of uitschakelen. De instellingen gemaakt met deze parameters worden pas van kracht wanneer de parameter MIDI (Transmit FC1 (Foot Controller 1) MIDI Switch) is ingesteld op "on". FC2 (Foot Controller 2) Instelwaarden: off of on SusPedal (Sustain Pedal) CP1 Gebruikershandleiding...
Als Depth (hierboven) = 64 en Offset = 96 Werkelijke Werkelijke resulterende resulterende snelheid snelheid (met invloed op (met invloed op de de toongenerator) toongenerator) Speelsnelheid Speelsnelheid Als Depth (hierboven) = 64 en Offset = 64 Werkelijke resulterende snelheid (met invloed op de toongenerator) Speelsnelheid CP1 Gebruikershandleiding...
[PRE-AMPLIFIER], [MODULATION EFFECT] of [POWER-AMPLIFIER/COMPRESSOR] drukken. Voor meer informatie, zie Performanceblokken in- en uitschakelen in het gedeelte Basisbediening van de CP1 (pagina 31) Mode (Switch Mode) Deze parameter wordt alleen weergegeven wanneer Source is ingesteld op "FSAssign", "Soft" of "Sostnuto".
Low band ..Als Shape is ingesteld op "shelv": 32 Hz tot 2,0 kHz Als Shape is ingesteld op "peak": 63 Hz tot 2,0 kHz LowMid-, Mid- en HighMid-banden ....100 Hz tot 10,0 kHz High-band ............500 Hz tot 16,0 kHz CP1 Gebruikershandleiding...
De parameter Q kan niet worden ingesteld voor de Low- en High-banden wanneer hun respectieve parameters Shape zijn ingesteld op "shelv". Utility Het scherm Utility wordt gebruikt om parameters in te stellen die het volledige CP1-systeem beïnvloeden en bestaat in totaal uit vijf pagina's. Eerste pagina: toetsgerelateerde instellingen...
Door een ander stemmingssysteem te selecteren, kunt u melodieën van de overeenkomstige muziekstijlen spelen en genieten van hun unieke geluid. De CP1 kan in totaal zeven verschillende muziekstemmingssystemen nabootsen. Instelwaarden: Zie de volgende tabel...
Met deze parameter kunt u lokale besturing in- en uitschakelen. Wanneer "off" (uit) is geselecteerd, is de interne toongenerator van de CP1 in principe losgekoppeld van het toetsenbord en er wordt geen geluid geproduceerd door het toetsenbord te bespelen. De CP1 blijft echter MIDI-berichten verzenden wanneer Local is ingesteld op "off"...
EXT A 1 tot 16, EXT B 1 tot 16, of EXT C 1 tot 16 FctrySet (Factory Set) U kunt de functie Factory Set gebruiken om het gebruikersgeheugen van de CP1 in zijn oorspronkelijke toestand terug te zetten. Druk op knop 6 om deze handeling uit te voeren. Wanneer u wordt gevraagd of u wilt doorgaan, drukt u op knop 4 (YES [PUSH]).
File File In het scherm File kunt u een aantal filebeheerbewerkingen uitvoeren, zoals de volledige inhoud van het CP1- gebruikersgeheugen opslaan op een USB-flashgeheugenapparaat en eerder opgeslagen data op een dergelijk apparaat terugzetten. Dit scherm bestaat uit zeven verschillende pagina's.
[ENTER] als "perf" is geselecteerd. Selecteer de performance die u wilt laden in het USB-flashgeheugenapparaat met knoppen 2 en 3; selecteer de CP1- gebruikersperformance die u wilt overschrijven met knoppen 4 en 5. Knoppen 2 en 4 worden gebruikt om een bank te selecteren (d.w.z.
Druk op knop 6 of de knop [ENTER] om het scherm Formatting weer te geven. Het formatteerproces is van toepassing op de volledige inhoud van het aangesloten USB-flashgeheugenapparaat. OPMERKING Wanneer een USB-flashgeheugenapparaat geformatteerd is, wordt automatisch een extern performancegeheugen aangemaakt in de hoofddirectory. CP1 Gebruikershandleiding...
Zorg ervoor dat lokale besturing niet is uitgeschakeld. Als lokale besturing is uitgeschakeld en de CP1 niet wordt gebruikt in combinatie met een computer of ander toestel dat MIDI-berichten retourneert, is het niet mogelijk geluid te produceren via de interne toongenerator door op het toetsenbord te spelen.
Pagina 64
CP1 te verlagen. Als u de vervorming zelfs bij een laag volume kunt horen, gebruik dan de volgende procedures om de instellingen van de blokken Pre-Amplifier en de blokker Power-Amplifier/Compressor te wijzigen.
Pagina 65
Toetsenbordzones moeten worden ingesteld om geluiden gelijktijdig op twee kanalen te spelen. (Zie pagina 51.) Data zenden en ontvangen met de functie Bulk Dump werkt niet. Als u problemen ondervindt bij het zenden van data, zorg er dan voor dat het op de CP1 ingestelde apparaatnummer overeenkomt met het apparaatnummer van het aangesloten MIDI-apparaat.
USB-flashgeheugenapparaat met een EXTBANK.C1E-file in de hoofddirectory wordt aangesloten op de [USB TO DEVICE]-poort, nadat eerder een extern performancegeheugen in het instrument werd geladen. Dit bericht wordt weergegeven wanneer de CP1 bezig is met het laden van een Loading... (EXT performance) extern performancegeheugen.
Pagina 67
Dit bericht wordt weergegeven wanneer de CP1 bezig is met het ontvangen van Receiving MIDI bulk... data met de functie Bulk Dump. Dit bericht wordt weergegeven wanneer de CP1 bezig is met het opslaan van een Saving... (EXT performance) extern performancegeheugen.
• Yamaha geeft geen garanties met betrekking tot het gebruik van de software en documentatie en kan niet aansprakelijk worden gesteld voor de resultaten van het gebruik van deze handleiding en de software.
1. TOEKENNING VAN LICENTIE EN COPYRIGHT Yamaha kent u hierbij het recht toe om één exemplaar te gebruiken van de softwareprogramma's en gegevens ("SOFTWARE") die bij deze overeenkomst worden geleverd. De term SOFTWARE omvat eventuele updates van de meegeleverde software en gegevens.
Pagina 70
4. BEPERKTE GARANTIE OP MEDIA Bij SOFTWARE die op tastbare media wordt verkocht geeft Yamaha de garantie dat de tastbare media waarop de SOFTWARE is vastgelegd bij normaal gebruik gedurende een periode van veertien (14) dagen na de datum van ontvangst, zoals kan worden aangetoond met een kopie van het ontvangstbewijs, vrij is van materiaal- en productiefouten.
CP1, maar ook de Pan- en Reverb-instellingen wijzigen voor elk part en de geluidseffectinstellingen aanpassen. In feite kunnen vrijwel alle parameters die kunnen worden ingesteld met het besturingspaneel van de CP1 extern worden bestuurd met een ander MIDI-apparaat.
Pagina 72
Null (7FH, 7FH) om onvoorziene wijzigingen te geluid van noten op dezelfde manier te wijzigen als het voorkomen. Uw CP1 ondersteunt de selectie van de volgende sustainpedaal van een piano. Een waarde tussen 64 en 127 schakelt parameters met behulp van RPN LSB- en MSB-berichten.
Getal wordt niet opgegeven; de interne data terwijl het instrument bespeeld wordt. Bij ontvangst van een worden niet gewijzigd. Active Sensing-bericht, begint de CP1 de status van de aangesloten MIDI-kabels te controleren. Als geen MIDI-data All Notes Off (besturingsnr. 123)
• Boekje Data List • Software-dvd Specificaties en beschrijvingen in deze gebruikersgebruikershandleiding zijn uitsluitend voor informatiedoeleinden. Yamaha Corp. behoudt zich het recht voor om producten of hun specificaties op elk gewenst moment zonder voorafgaande kennisgeving te wijzigen of te modificeren. Aangezien specificaties, apparatuur en opties per locatie kunnen verschillen, kunt u het best contact opnemen met uw Yamaha-leverancier.
[Informatie over verwijdering in ander landen buiten de Europese Unie] Dit symbool is alleen geldig in de Europese Unie. Mocht u artikelen weg willen gooien, neem dan alstublieft contact op met uw plaatselijke overheidsinstantie of dealer en vraag naar de juiste manier van verwijderen. (weee_eu) CP1 Gebruikershandleiding...
Pagina 79
Neem voor details over producten alstublieft contact op met uw dichtstbijzijnde Yamaha-vertegenwoordiging of de geautoriseerde distributeur uit het onderstaande overzicht. NORTH AMERICA ASIA THE NETHERLANDS/ BELGIUM/LUXEMBOURG CANADA THE PEOPLE’S REPUBLIC OF CHINA Yamaha Music Europe Branch Benelux Yamaha Music & Electronics (China) Co.,Ltd.