Aangepast snel instellen
Als u eerst alle items wilt verwijderen die standaard worden weergegeven,
selecteert u [Wis alle items] bij stap 2 en gaat u vervolgens naar stap 4.
462
Voeg een item toe.
4
Druk op de knop <Q>.
Draai aan het instelwiel <5> of
gebruik <9> om het gewenste item te
kiezen en druk vervolgens op <0>.
Als u een item wilt verwijderen,
selecteert u het en drukt u vervolgens
op de knop <L>. Selecteer anders
[Wis alle items] in stap 2.
Voor items waarvoor u de grootte van
het pictogram kunt instellen, draait u
aan het instelwiel <5> of gebruikt u
<9> om de grootte te selecteren en
drukt u vervolgens op <0>.
Zie voor items die kunnen worden
gepositioneerd en voor
weergavegrootten pagina 464.
Positioneer het item.
5
Gebruik <6>, <5> of <9> om
het item (omlijst met richtingspijlen)
naar de gewenste positie te
verplaatsen.
Als u de grootte wilt wijzigen, drukt u
op de knop <B> om deze te
wijzigen.
Druk op <0> om het item te plaatsen.
Als er reeds een item op die positie staat,
wordt dit overschreven (verwijderd).
Als u de positie van een item wilt wijzigen,
selecteert u het item en drukt u vervolgens
op <0> om het te verplaatsen.