3 Persoonlijke voorkeuze-instellingen
Sluitertijdbereik instellen
U kunt het sluitertijdbereik instellen. In de modi <s> en <a> kunt u
de sluitertijd handmatig instellen binnen het bereik dat u hebt
ingesteld. In de modi <d> en <f> wordt de sluitertijd automatisch
ingesteld binnen het sluitertijdbereik (behalve voor movie-opnamen).
Selecteer daarna [OK] om de instelling te registreren.
Kortste tijd
U kunt deze instellen tussen 1/8000 seconde en 15 seconden.
Langste tijd
U kunt deze instellen tussen 30 seconden en 1/4000 seconde.
Diafragmabereik instellen
U kunt het diafragmabereik instellen. In de modi <f>, <a> en
<bulb> kunt u het diafragma handmatig instellen binnen het bereik dat
u hebt ingesteld. In de modi <d> en <s> wordt het diafragma
automatisch ingesteld binnen het diafragmabereik dat u hebt ingesteld
(behalve voor movie-opnamen). Selecteer daarna [OK] om de
instelling te registreren.
Min. diafragma (max. f/)
U kunt dit instellen tussen f/91 en f/1,4.
Max. diafragma (min. f/)
U kunt dit instellen tussen f/1.0 en f/64.
Het instelbare diafragmabereik verschilt afhankelijk van het grootste en
kleinste diafragma van de lens.
430
C.Fn3
C.Fn3