f: AE met diafragmavoorkeuze
In deze modus stelt u het gewenste diafragma in en stelt de camera
automatisch de sluitertijd in om de standaardbelichting te verkrijgen die past bij
de helderheid van het onderwerp. Dit heet AE met diafragmavoorkeuze. Bij een
hoger f/getal (een kleiner diafragma) vallen de voorgrond en achtergrond meer
samen binnen de acceptabele scherpstelling. Bij een lager f/getal (een groter
diafragma) vallen de voorgrond en achtergrond daarentegen minder samen
binnen de acceptabele scherpstelling (kleinere scherptediepte).
* <f> staat voor Aperture Value (diafragmaopening).
Onscherpe achtergrond
(met een laag f-getal van het diafragma: f/5.6)
Scherpe voorgrond en achtergrond
(met een hoog f-getal van het diafragma: f/32)
Stel de opnamemodus in op <f>.
1
Druk op de knop <W> en draai
aan het instelwiel <6> of <5> om
<f> te selecteren.
Stel het gewenste diafragma in.
2
Draai aan het instelwiel <6> terwijl
u naar het LCD-paneel aan de
bovenzijde kijkt.
Stel scherp op het onderwerp.
3
Druk de ontspanknop half in.
De sluitertijd wordt automatisch
ingesteld.
Kijk in de zoeker en maak een opname.
4
Wanneer de sluitertijd niet knippert,
wordt de standaardbelichting
gebruikt.
233