∫
Beperkingen bij het oplossen en integreren
De SOLVE variabele en ∫ FN d variabele instructies kunnen niet een routine roepen
dat een andere SOLVE of ∫ FN instructie bevat. Dat wil zeggen, geen van deze
instructies kan recursief gebruikt worden. Bijvoorbeeld, het berekenen van een
multiple integraal heeft als resultaat een ∫ ∫
kunnen geen routine roepen dat een
resulteren in een
routine roepen dat een ∫ FN instructie bevat (maakt een
zoals ∫ FN geen routine kan roepen dat een SOLVE instructie bevat (maakt een
∫
fout).
De SOLVE variabele en ∫ FN d variabele instructies in een programma gebruiken
een van de 20 hangende subroutines die terugkeren in de rekenmachine (Refereer
aan "Geneste Subroutines" in hoofdstuk 14.)
Roept de ondergrens van de integratie op.
Roept de bovengrens van de integratie op. (X = D.)
Specificeert de functie.
Integreert de normale functie met de dummy-variabele D.
of ∫
Programma's oplossen en integreren
fout. En ook, SOLVE en ∫ FN
label instructie bevat; pogingen hiertoe
foutmelding. SOLVE kan geen
∫
fout), net
15-11