Het is een goede gewoonte bij het programmeren om ervoor te zorgen dat alle
voorwaarden die u gebruikt met een bekende aanvangssituatie beginnen. De
huidige waarden van flags zijn afhankelijk van hoe vorige programma's ze hebben
achtergelaten. U moet niet veronderstellen dat een flag bij het starten van een
programma gewist is, en dat hij alleen maar gezet kan worden als uw eigen
programma daarvoor zorgt. Zorg er dus voor dat de flags gewist worden, voordat
de voorwaarde optreedt waaronder hij gezet zou kunnen worden. Zie het
voorbeeld hieronder.
Voorbeeld:
Flags gebruiken.
Programmaregels:
(In de RPN-stand)
Controlesom en lengte: 16B3 42
Als u regels S002 CF0 en S003 CF1 schrijft (zoals hierboven), worden de flags 0
en 1 gewist dus de lijnen S006 en S010 nemen niet de natuurlijke logaritmes van
de X en Y- invoeren.
Als u de regels S002 en S003 van SF 0 en CF 1 vervangt, dan is flag 0 gezet dus
regel S006 neemt dan de natuurlijke log van de X-invoer.
Als u de regels S002 en S003 van CF 0 en SF 1 vervangt, dan is flag 1 gezet dus
regel S010 neemt dan de natuurlijke log van de Y-invoer.
Wist flag 0, de indicator voor In X.
Wist flag 1, de indicator voor In Y.
Vraagt invoer van X
Als flag 0 gezet...
... dan wordt de natuurlijke log genomen van de
X-invoer
Slaat de waarde in X op na de flag test
Vraagt invoer van Y.
Is flag 1 gezet...
... dan wordt de natuurlijke log genomen van de
Y-invoer
Slaat de waarde in Y op na de flag test.
Geeft waarde weer
Geeft waarde weer
Programmeringstechnieken
Omschrijving:
14-13