XÕ
Nu gaan we dit programma uitvoeren met een straal van 5:
Invoer:
(In de ALG-stand)
X
We zullen dit programma verder gaan gebruiken om de verschillende conceptenen
methodes van het programmeren te bespreken.
Een programma ontwerpen
Hierna laten we zien welke instructies u in een programma kunt zetten. Wat u in
een programma zet heeft invloed op het resultaat als u het programma bekijkt en
op de werking als u het programma uitvoert.
Een stand selecteren
Programma's gemaakt en opgeslagen in de RPN stand moeten bewerkt en
uitgevoerd worden in de RPN stand, en programma's of stappen gemaakt en
opgeslagen in de ALG stand moeten bewerkt en uitgevoerd worden in de ALG
stand. Zoniet, dan is het resultaat niet juist.
Activeert de modus om een
programma in te voeren (de
annunciator PRGM verschijnt).
Zet de programmawijzer op
PRGM TOP.
π Oppervlakte =
Beëindigt de programma-invoer.
Weergave:
Zet het programma aan het begin.
Slaat 5 op in X
Het antwoord!
Eenvoudig programmeren
π
2
x
Omschrijving:
13-3