Motor starten met de Start/Stop-
toets
■ De elektronische sleutel moet in de
auto aanwezig zijn
■ Handgeschakelde versnellingsbak:
koppelings- en rempedaal intrap‐
pen
■ Automatische transmissie: rempe‐
daal indrukken en keuzehendel in
stand P of N zetten (ten behoeve
van de veiligheid, motor in P star‐
ten)
■ Geen gas geven
■ Op de Start/Stop-knop drukken en
loslaten wanneer motor draait. De
groene led gaat branden zodra de
motor loopt
Motor uitschakelen door weer op de
knop te drukken.
Motor uitschakelen
Druk bij draaiende motor en stil‐
staande auto op de Start/Stop-knop
om de motor uit te schakelen.
Accessoirestand
Druk één keer op de Start/Stop-knop,
zonder koppelings- of rempedaal in te
drukken: De accessoirestand is ge‐
activeerd, de gele LED in de knop
gaat branden. In deze stand is het
stuurslot ontgrendeld en werken en‐
kele elektrische functies.
Om de motor te starten vanuit de
accessoirestand, het koppelingspe‐
daal (handgeschakelde versnellings‐
bak) of het rempedaal (automatische
versnellingsbak) indrukken en nog
een keer op de Start/Stop-knop druk‐
ken.
Rijden en bediening
Contactstand
De Start/Stop-knop indrukken en
5 seconden vasthouden, zonder het
koppelings- of rempedaal in te druk‐
ken: De contactstand is geactiveerd,
de groene LED in de knop gaat bran‐
den. In deze stand werken alle elek‐
trische functies en wordt een diesel‐
motor voorgegloeid.
Om de motor te starten vanuit de
contactstand, het koppelingspedaal
(handgeschakelde versnellingsbak)
of het rempedaal (automatische ver‐
snellingsbak) indrukken en nog een
keer op de Start/Stop-knop drukken.
Let op
Leg de handzender niet in de baga‐
geruimte of dicht bij het
Info-Display.
Noodbediening
Is de batterij van de elektronische
sleutel bijna leeg of werkt de af‐
standsbediening niet, kan het be‐
stuurdersportier worden afgesloten
en geopend met de mechanische
sleutel 3 21.
231