220
Klimaatregeling
Ontwasemen en ontdooien V
■ Toets V indrukken: aanjager
schakelt automatisch over op hoger
toerental, de luchtstroom wordt au‐
tomatisch op de voorruit gericht.
■ Draaiknop voor temperatuur in
hoogste stand zetten.
■ Verwarming achterruit Ü inschake‐
len.
■ Zijdelingse luchtroosters openen
naar wens en op de zijruiten rich‐
ten.
Verwarmbare achterruit Ü 3 37.
Aanduiding voor instellingen
De LED in de toets van de geacti‐
veerde functie geeft de geselecteerde
functie aan.
Airconditioning
9 Gevaar
Niet in een auto slapen met inge‐
schakelde airco of verwarming. Dit
kan door het afnemen van het
zuurstofgehalte en/of het dalen
van de lichaamstemperatuur ern‐
stig letsel en zelfs de dood tot ge‐
volg hebben.
Bedieningsorganen voor:
■ Temperatuur
■ Luchtverdeling
■ Luchtdebiet
■ Ontwasemen en ontdooien
■ Luchtrecirculatie 4
■ Koeling n
■ Verwarmbare achterruit
Temperatuur
De temperatuur instellen door aan de
knop te draaien.
Rood
= warm
Blauw
= koud