INSTRUMENTENPANEEL: controle- en waarschuwingslampjes
De aanwezigheid en de werking van de lampjes ZIJN AFHANKELIJK VAN HET UITRUSTINGSNIVEAU EN HET LAND.
A
©
Het lampje
geeft aan dat u bin-
nenkort een merkdealer moet bezoe-
ken.
®
Als het lampje
oplicht, moet u
direct stoppen zonder het overige ver-
keer in gevaar te brengen en de instruc-
ties bij het betreffende lampje opvolgen.
Roep de hulp in van een merkdealer.
Het oplichten van bepaalde controle-
lampjes gaat gepaard met een bood-
schap op het instrumentenpaneel A.
1.52
c
Controlelampje richtingaanwij-
zers links
b
Controlelampje richtingaanwij-
zers rechts
á
Controlelampje grootlicht
k
Controlelampje dimlicht
g
Controlelampje
voor
f
Controlelampje mistachterlicht
x
Waarschuwingslampje antiblok-
keersysteem
Dit gaat branden bij het aanzetten van het
contact, en dooft na enkele secondes.
Als dit lampje tijdens het rijden oplicht, wijst
dit op een storing in het ABS-systeem.
Er kan dan met de auto worden geremd als
bij een auto zonder ABS. Raadpleeg snel
een merkdealer.
ê
Controlelampje startvergrende-
ling
Raadpleeg de paragraaf "Startvergrendeling"
in hoofdstuk 1.
å
Waarschuwingslampje airbag
Dit gaat branden bij het aanzetten
van het contact, en dooft na enkele secon-
des.
Als het niet oplicht bij het aanzetten van het
contact of als het oplicht tijdens het rijden,
wijst dit op een storing in het systeem.
Raadpleeg zo spoedig mogelijk een merk-
dealer.
M
Waarschuwingslampje brand-
mistlichten
stofpeil
Dit gaat branden bij het aanzetten van het
contact, en dooft na enkele secondes.
Ga zo snel mogelijk tanken als dit lampje op-
licht als de motor draait.
î
Niet in gebruik
stoppen zonder het overige verkeer in
gevaar te brengen. Zorg dat de auto in-
derdaad goed gestopt is en neem con-
tact op met een merkdealer.
Als er geen visueel of geluids-
signaal terug komt, geeft het
een storing van het instrumen-
tenpaneel weer. U moet direct